[go: up one dir, main page]

NL1026788C2 - Houder met schuifzeilinrichting. - Google Patents

Houder met schuifzeilinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1026788C2
NL1026788C2 NL1026788A NL1026788A NL1026788C2 NL 1026788 C2 NL1026788 C2 NL 1026788C2 NL 1026788 A NL1026788 A NL 1026788A NL 1026788 A NL1026788 A NL 1026788A NL 1026788 C2 NL1026788 C2 NL 1026788C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bar
bows
holder
front bar
guide
Prior art date
Application number
NL1026788A
Other languages
English (en)
Inventor
Leendert Wijnbergen
Aart Bouwers
Original Assignee
Trans Com B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Trans Com B V filed Critical Trans Com B V
Priority to NL1026788A priority Critical patent/NL1026788C2/nl
Priority to AT05107222T priority patent/ATE408571T1/de
Priority to DE602005009768T priority patent/DE602005009768D1/de
Priority to PL05107222T priority patent/PL1623935T3/pl
Priority to EP05107222A priority patent/EP1623935B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1026788C2 publication Critical patent/NL1026788C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D88/00Large containers
    • B65D88/02Large containers rigid
    • B65D88/12Large containers rigid specially adapted for transport
    • B65D88/122Large containers rigid specially adapted for transport with access from above
    • B65D88/124Large containers rigid specially adapted for transport with access from above closable top
    • B65D88/125Large containers rigid specially adapted for transport with access from above closable top by flexible element, e.g. canvas
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60JWINDOWS, WINDSCREENS, NON-FIXED ROOFS, DOORS, OR SIMILAR DEVICES FOR VEHICLES; REMOVABLE EXTERNAL PROTECTIVE COVERINGS SPECIALLY ADAPTED FOR VEHICLES
    • B60J7/00Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs
    • B60J7/02Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes
    • B60J7/06Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes with non-rigid element or elements
    • B60J7/061Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes with non-rigid element or elements sliding and folding
    • B60J7/064Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes with non-rigid element or elements sliding and folding using folding arms sliding in longitudinal tracks for supporting the soft roof
    • B60J7/065Non-fixed roofs; Roofs with movable panels, e.g. rotary sunroofs of sliding type, e.g. comprising guide shoes with non-rigid element or elements sliding and folding using folding arms sliding in longitudinal tracks for supporting the soft roof for utility vehicles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D88/00Large containers
    • B65D88/02Large containers rigid
    • B65D88/12Large containers rigid specially adapted for transport
    • B65D88/129Transporter frames for containers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Tents Or Canopies (AREA)
  • Body Structure For Vehicles (AREA)
  • Load-Engaging Elements For Cranes (AREA)
  • Filling Or Discharging Of Gas Storage Vessels (AREA)

Description

Houder met schuifzeilinrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een houder omvattende een onderstel dat is voorzien van een laadvloer, alsmede een schuifzeilinrichting, omvattende een dekzeil, 5 meerdere togen en geleidingsmiddelen voor het verschuifbaar geleiden van de togen, waarbij het dekzeil over de togen is aangebracht en daaraan is bevestigd, en waarbij de togen ten opzichte van het onderstel verschuifbaar zijn geleid door middel van de geleidingsmiddelen, welke schuifzeilinrichting verschuifbaar is tussen een opgevouwen stand, waarin de togen naar elkaar toe zijn geschoven voor het opvouwen van het 10 dekzeil, en een uitgevouwen stand, waarin de togen van elkaar af zijn geschoven voor het uitvouwen van het dekzeil over de laadvloer.
Een dergelijke houder is algemeen bekend. Deze bekende houder is bijvoorbeeld een container met standaardafmetingen, zoals een ISO-container, die kan worden toegepast voor transport per vrachtwagen en per spoor. De afmetingen van de container 15 moeten tijdens transport binnen de ISO-norm blijven. De schuifzeilinrichting van deze houder vormt een huifconstructie.
Het laden en lossen van deze houder is echter omslachtig. Het inladen van te transporteren goederen vereist eerst een verschuiving van de schuifzeilinrichting naar de opgevouwen stand, waarbij de togen in hoofdzaak tegen elkaar zijn geschoven en 20 het dekzeil tussen de togen is opgevouwen. Hierdoor is de houder slechts gedeeltelijk open, d.w.z. het is niet mogelijk de gehele laadvloer vrij te maken. De tegen elkaar aangebrachte togen met daartussen het dekzeil vormen immers een overspanning over een gedeelte van de laadvloer. Dit gedeelte is derhalve niet van boven of zijdelings toegankelijk voor een kraan.
25 Na het laden van het toegankelijke gedeelte van de laadvloer moet de schuifzeilinrichting hierboven worden geschoven, waardoor het eerder door de opgevouwen schuifzeilinrichting afgedekte gedeelte van de laadvloer wordt vrijgemaakt. Hierna kan men pas verdergaan met het laden van de laadvloer. Als de gehele laadvloer is geladen, wordt de schuifzeilinrichting naar de uitgevouwen stand 30 bewogen. De togen of huiven zijn daarbij uit elkaar geschoven, waarbij het dekzeil over de laadvloer van het onderstel is gespannen. De houder is dan gesloten, d.w.z. de te transporteren goederen die zich op de laadvloer bevinden zijn afgeschermd van de omgeving.
1026788 2
Na het transport naar de gewenste locatie geeft het lossen van de houder aanleiding tot dezelfde omslachtige handelingen. Als gevolg hiervan is het gebruik van deze houder relatief duur.
Een doel van de uitvinding is een houder te verschaffen waarbij het laden en 5 lossen is vereenvoudigd.
Dit doel is volgens de uitvinding bereikt doordat de geleidingsmiddelen verschuifbaar zijn tussen een ingetrokken positie, waarin de geleidingsmiddelen zich binnen een door het onderstel begrensd vlak bevinden, en een uitgestoken positie, waarin de geleidingsmiddelen uitsteken ten opzichte van dat vlak ter vorming van een 10 uithouder, en dat de togen in de opgevouwen stand opneembaar zijn op de uithouder.
Volgens de uitvinding is de schuifzeilinrichting voorzien van een dubbele geleiding. De togen van de schuifzeilinrichting zijn verschuifbaar geleid over de geleidingsmiddelen, die op hun beurt zelf eveneens verschuifbaar zijn ten opzichte van het onderstel. Voor het laden van de houder volgens de uitvinding worden de togen 15 naar één eind van de geleidingsmiddelen verschoven, waarna het mogelijk is dat eind met de tegen elkaar geschoven togen tot buiten de laadvloer te bewegen. De geleidingsmiddelen vormen daarbij de uithouder voor de togen in de opgevouwen stand. Hierdoor is het volledige laadoppervlak van de laadvloer van boven en zijdelings vrij toegankelijk voor laden en lossen. Aangezien de laadvloer in één beweging kan 20 worden vrijgemaakt en afgedekt door de huifconstructie, is het laden en lossen van de houder volgens de uitvinding aanzienlijk vereenvoudigd.
Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de geleidingsmiddelen twee geleidingsrails omvatten, die aan weerszijden van het onderstel zijn aangebracht, waarbij de togen verschuifbaar zijn ten opzichte van die geleidingsrails en de 25 geleidingsrails verschuifbaar zijn ten opzichte van het onderstel.
Het is volgens de uitvinding mogelijk, dat de houder een opstaande voorwand heeft die aan een kopeind van het onderstel is aangebracht, en waarbij de togen zijn voorzien van een voorste toog, ten minste een tussentoog en een eindtoog, waarbij de voorste toog aansluitbaar is tegen de voorwand, en waarbij de eindtoog is bevestigd aan 30 de geleidingsmiddelen. De eindtoog kan zijn gevormd als gesloten achterwand. Door het verschuiven van de togen naar de opgevouwen stand, beweegt de voorste toog eerst tegen de tussentoog of tussentogen, die vervolgens de eindtoog bereiken. Als alle togen 1026788 3 tegen elkaar aanliggen, duwt de voorste toog de eindtoog met de daaraan bevestigde geleidingsmiddelen naar buiten.
Volgens de uitvinding kunnen de geleidingsrails elk een uitstekende nok bezitten, die aangrijpbaar is door de voorste toog tijdens het bewegen van de uitgestoken positie 5 naar de ingetrokken positie. Tijdens het sluiten van de schuifzeilinrichting trekt de voorste toog de verdere togen uit elkaar, totdat de voorste toog de uitstekende nok bereikt. De uitstekende nok is daarbij zodanig aangebracht, dat de togen zich in dit stadium in de uitgevouwen stand bevinden, d.w.z. het dekzeil is gespannen. Vervolgens beweegt de voorste toog verder naar de opstaande voorwand, waarbij de geleidingsrails 10 via de nokken worden meegenomen naar de ingetrokken positie.
Volgens de uitvinding is het mogelijk, dat de voorste toog en elke tussentoog aan elk benedeneind meerdere geleidingselementen omvat, zoals looprollen, die op afstand van elkaar zijn aangebracht, waarbij de geleidingsrails elk zijn opgesloten tussen ten minste twee geleidingselementen. In dit geval grijpt ten minste één geleidingselement 1S aan op een eerste langszijde van de geleidingsrail en grijpt ten minste een verder geleidingselement aan op een tweede langszijde van de geleidingsrail die tegenover de eerste langszijde ligt. Hierdoor wordt een effectieve geleiding bereikt.
Een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat ten minste een zijdelingse schamiertoog, die schamierbaar is verbonden met de tussentoog en/of de voorste toog 20 en/of de eindtoog, waarbij de schamierhartlijn daarvan zich in of nabij een benedeneind van de tussentoog en/of de voorste toog en/of de eindtoog bevindt. Tijdens het bewegen van de togen van de uitgevouwen stand naar de opgevouwen stand tillen de zijdelingse schamiertogen het dekzeil enigszins op. Doordat het scharnier laag is aangebracht, d.w.z. nabij het onderstel, treedt slechts een minimale opheffing van het dekzeil op.
25 Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de geleidingsrails elk in langsrichting daarvan een geleidingssleuf bezitten, waarbij het onderstel meerdere geleidingselementen omvat, zoals looprollen, die zijn opgenomen in de respectievelijke geleidingssleuven. De dubbele geleiding volgens de uitvinding is in dit geval storingsongevoelig en onderhoudsvriendelijk.
30 Het is volgens de uitvinding mogelijk, dat de schuifzeilinrichting aandrijfbaar is door een motor. In tegenstelling tot de bekende handmatig bediende schuifzeilinrichtingen, is de schuifzeilinrichting volgens de uitvinding hierdoor automatisch te openen en te sluiten. De motor is bij voorkeur een pneumatische motor, 1026788 4 zodat perslucht de automatische bediening van de schuifzeilinrichting kan bekrachtigen.
De aandrijving van de schuifzeilinrichting kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd. Bijvoorbeeld is ten minste een aandrijfketting van het onderstel gespannen 5 om twee tandwielen, die nabij de kopeinden van het onderstel zijn aangebracht, waarbij de aandrijfketting door een meenemer is verbonden met de voorste toog. Daarbij kan een tandwiel aandrijfbaar zijn door de motor.
Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de meenemer een kettingaangrijper en een schamierstang omvat, welke schamierstang aan een eerste eind 10 schamierbaar is verbonden met de kettingaangrijper en aan een tweede eind schamierbaar is verbonden met de voorste toog. De schamierstang bewerkstelligt dat de voorste toog op de uithouder kan schuiven ondanks de begrenzing van de beweging van de kettingaangrijper tot het aan het onderstel bevestigde achterste tandwiel.
Daarbij kan de schamierstang een zodanige lengte bezitten, dat de voorste toog, 15 met de kettingaangrijper in de door het kettingwiel begrensde uiterste positie, volledig buiten het door het onderstel begrensde vlak ligt. In dit geval waarborgt deze lengte van de schamierstang een volledig vrij laadoppervlak van de laadvloer.
Volgens een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de voorwand ten minste een grendelhaak voor het aangrijpen op de voorste toog, welke grendelhaak 20 beweegbaar is tussen een grendelstand, waarin de voorste toog is gegrepen door de grendelhaak, en een vrijgeefstand, waarin de voorste toog is vrijgegeven door de grendelhaak. De grendelhaak kan door een balansarm zijn voorgespannen naar de grendelstand. De grendelhaak waarborgt dat tijdens transport de schuifzeilinrichting niet onbedoeld opent, bijvoorbeeld als gevolg van trillingen.
25 De grendelhaak kan bedienbaar zijn door een pneumatische balg.
Volgens de uitvinding kan de voorste toog aan de naar de voorwand toegekeerde zijde een strook van rubber omvatten, en de voorwand aan de naar de voorste toog toegekeerde zijde een overeenkomstige ribbel omvatten. Hierdoor is de gesloten houder volgens de uitvinding in hoofdzaak waterdicht.
30 Als de togen aan de van het onderstel afgekeerde zijde bolvormig zijn, zal neerslag zich tijdens transport niet verzamelen op de bovenzijde van de schuifzeilinrichting, maar eenvoudig onder invloed van de zwaartekracht van het dekzeil vallen.
1026788 5
Volgens de uitvinding kan het dekzeil aan de benedenzijde een kunststof strook omvatten, die zich in langsrichting uitstrekt vanaf de voorste toog tot aan de eindtoog. De kunststof strook veroorzaakt, dat het dekzeil tussen de togen tijdens de beweging naar de opgevouwen stand naar buiten beweegt. Hierdoor is het risico van vastlopen 5 van de schuifzeilinrichting minimaal.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een houder, waarbij de afinetingen van de houder in de uitgevouwen stand in hoofdzaak overeenkomen met de afmetingen van een ISO-container.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een in de 10 tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.
Fig. 1 toont een zijaanzicht van een houder volgens de uitvinding die door de schuifzeilinrichting is gesloten;
Fig. 2 toont een vooraanzicht van de in fig. 1 getoonde houder;
Fig. 3 toont een zijaanzicht van de in fig. 1 getoonde houder, waarbij de laadvloer 15 volledig is vrijgemaakt;
Fig. 4 toont een achteraanzicht van de in fig. 1 getoonde houder;
Fig. 5 toont een vergroot detail volgens V in fig. 1;
Fig. 6 toont een vergroot detail van de aandrijfmotor;
Fig. 7 toont een aanzicht in dwarsdoorsnede van het detail volgens VII in fig. 4; 20 Fig. 8 toont een vergroot detail volgens VIII in fig. 3.
In de figuren is de houder volgens de uitvinding in zijn geheel aangeduid met 1. De houder 1 volgens de uitvinding kan een afzetbare houder zijn die met meerdere transportmodaliteiten kan worden vervoerd. De houder 1 volgens de uitvinding is bijvoorbeeld een zogenaamde “multi-modale container”, die geschikt kan zijn voor 25 transport over spoor. De houder 1 volgens de uitvinding kan daarnaast worden opgenomen op een vrachtwagen of een oplegger. Het is tevens mogelijk dat de houder 1 standaardafmetingen heeft die zijn bepaald door internationale regelgeving, zoals van een standaard ISO-container. Vanzelfsprekend is de uitvinding verder toepasbaar bij elke verdere houder of container.
30 De houder 1 omvat een onderstel 2 dat is voorzien van volgens ISO-norm genormaliseerde hoekblokken 5, zogenaamde “corner castings”. In dit uitvoeringsvoorbeeld is de lengteafmeting tussen de hoekblokken 6058 mm en de breedteafmeting tussen de hoekblokken 5 2259 mm. Verder omvat het onderstel 2 aan 1026788 6 beide langszijden van de houder 1 telkens twee grijpkanten 6, waarmee de container door een kraan kan worden opgetild en neergelaten. In dit uitvoeringsvoorbeeld is de houder 1 daardoor afneembaar van een transportmiddel, zoals een treinwagon, vrachtwagen of oplegger.
5 Het onderstel 2 omvat een laadvloer 3 voor het opnemen van te transporteren goederen. In dit uitvoeringsvoorbeeld heeft de laadvloer 3 drie opnameplaatsen 7 voor draadrollen of plaatrollen. Een draad- of plaatrol omvat een centrale doom, waarom draad respectievelijk plaat is gewikkeld. Aan een kopeind van het onderstel 2 is een opstaande voorwand 11 voorzien.
10 De houder 1 heeft verder een schuifzeilinrichting die in zijn geheel is aangeduid met 9. De schuifzeilinrichting 9 omvat een voorste toog 14, meerdere tussentogen 15 en een eindtoog 16. De huifconstructie 9 heeft verder zijdelingse schamiertogen 17, die schamierbaar zijn verbonden met de togen 14,15,16. De tussentogen 15 omvatten aan weerszijden daarvan twee zijdelingse schamiertogen 17, terwijl de voorste toog 14 en 15 de eindtoog 16 elk slechts een zijdelingse schamiertoog 17 bezitten.
Een flexibel dekzeil 10 is over de togen 14,15,16 geslagen en daarmee verbonden, bijvoorbeeld door middel van lussen (niet getoond). De togen 14, 15,17 zijn verschuifbaar over geleidingsmiddelen .18 tussen een in fig. 1 getoonde uitgevouwen stand en een in fig. 3 getoonde opgevouwen stand. De geleidingsmiddelen 20 18 vormen draagmiddelen waarop de togen 14,15, 17 verschuifbaar steunen.
In de uitgevouwen stand zijn de togen 14, 15,16,17 van elkaar af geschoven voor het uitvouwen van het dekzeil 10 over de laadvloer 3. In de opgevouwen stand zijn de togen 14,15, 16,17 tegen elkaar aan geschoven waarbij het dekzeil 10 tussen de togen 14,15,16,17 is opgevouwen. Doordat de scharnieren van de schamiertogen 17 25 laag, d.w.z. nabij het onderstel 2, zijn aangebracht, tillen de schamiertogen 17 het dekzeil 10 tijdens het opvouwen daarvan slechts gering op.
Het dekzeil 10 is aan de binnenzijde daarvan voorzien van een kunststof strook (niet weergegeven). De kunststof strook verloopt aan de benedenzijde van het dekzeil 10 in langsrichting daarvan. De kunststof strook vergemakkelijkt het opvouwen van het 30 dekzeil 10, doordat de kunststof strook de parten tussen de togen 14,15,17 altijd naar buiten dwingt.
Voor het waterdicht afschermen van de lading tijdens transport, is het dekzeil 10 gemaakt een in hoofdzaak waterdichte kunststof. De opstaande voorwand 11 heeft 1026788 7 verder aan de naar de voorste toog 14 toegekeerde zijde een ribbel die in omtreksrichting daarvan verloopt. De voorste toog 14 bezit aan de naar de opstaande voorwand 11 toegekeerde zijde een overeenkomstige strook van rubber. Als de opstaande voorwand 11 en de voorste toog 14 tegen elkaar aanliggen, zijn hierdoor 5 geen kieren daartussen aanwezig, hetgeen betekent dat een waterdichte afsluiting is gewaarborgd.
Zoals het duidelijkst getoond in fig. 4 bezitten de togen 14, 15,16,17 aan de bovenzijde daarvan een bolgekromde vorm. Deze vorm verkleint het risico dat neerslag, zoals sneeuw en regen, zich kan verzamelen op het dekzeil 10.
10 De schuifzeilinrichting 9 omvat verder de geleidingsmiddelen, m.a.w.
draagmiddelen voor het verschuifbaar dragen van de togen, die in dit uitvoeringsvoorbeeld zijn gevormd door twee geleidingsrails 18. De geleidingsrails 18 verlopen in langsrichting aan weerszijden van de houder 1 (zie fig. 4). De voorste toog 14 en de tussentogen 15 zijn verschuifbaar over de geleidingsrails 18, terwijl de 15 eindtoog 16 vast is bevestigd aan de geleidingsrails 18.
De voorste toog 14 en de tussentogen 15 omvatten hiervoor elk aan beide benedeneinden daarvan een geleidingsvoet 20. Elke geleidingsvoet 20 heeft bovenste looprollen 21, die aangrijpen op de bovenzijde 18a van de geleidingsrails 18 en onderste looprollen 22 die aangrijpen op de onderzijde 18b van de geleidingsrails 18 20 (zie in het bijzonder fig. 7). De op afstand van elkaar aangebrachte bovenste looprollen 21 en onderste looprollen 22 omsluiten op deze manier in dwarsdoorsnede de geleidingsrails 18.
De geleidingsrails 18 zijn volgens de uitvinding zelf eveneens verschuifbaar. Hiervoor bezitten de geleidingsrails 18 elk een geleidingssleuf 19 in langsrichting 25 daarvan. In de sleuf 19 zijn looprollen 23 opgenomen, die draaibaar zijn verbonden met een bevestigingsbalk 25 van het onderstel 2. De verschuifbare geleiding van de togen 14,15 ten opzichte van de geleidingsrails 18 en de verschuifbare geleiding van de geleidingsrails 18 ten opzichte van het onderstel 2 vormen derhalve een dubbele geleiding. Vanzelfsprekend kan deze dubbele geleiding volgens de uitvinding op 30 verschillende manieren zijn uitgevoerd.
De geleidingsrails 18, die vast met de eindtoog 16 zijn verbonden, zijn aldus verschuifbaar tussen de in fig. 1 getoonde ingetrokken positie en de in fig. 2 getoonde uitgestoken positie. In de ingetrokken positie bevinden de geleidingsrails 18 zich 1026788 8 binnen het vlak dat door het onderstel 2 is begrensd, zoals binnen de standaard afmetingen van een ISO-container. In de uitgestoken positie steken de geleidingsrails 18 uit ten opzichte van dat vlak. De geleidingsrails 18 vormen daarbij een uithouder 12, waarop de togen 14,15,16,17 in de opgevouwen stand opneembaar zijn.
5 De geleidingsrails 18 bezitten elk tussen de voorste toog 14 en de opstaande voorwand 11 een uitstekende nok 13. Tijdens het verschuiven van de voorste toog 14 over de geleidingsrails in de richting van de voorwand 11 grijpt de voorste toog 14 aan op deze nokken 13 teneinde de geleidingsrails 18 te bewegen van de uitgestoken positie naar de ingetrokken positie.
10 Voor de aandrijving van de schuifzeilinrichting 9 is een pneumatische aandrijfmotor 30 voorzien, die het duidelijkst is getoond in fig. 4 en 6. De pneumatische motor 30 heeft een uitgaande aandrijfas 31 die aan elke langszijde van de houder 1 een tandwiel 32 aandrijft. Tussen het aandrijfbare tandwiel 32 en een verder tandwiel 33 is een aandrijfketting 34 gespannen. Het verdere tandwiel 33 bevindt zich 15 nabij de opstaande voorwand 11. In dit uitvoeringsvoorbeeld bevindt zich aan beide langszijden van de houder 1 telkens een dergelijke kettingaandrijving, maar een enkele kettingaandrijving is ook mogelijk.
Zoals het duidelijkst weergegeven in fig. 5 en 8 is de aandrijfketting 34 door een meenemer 35 verbonden met de voorste toog 14. De meenemer 35 omvat een 20 kettingaangrijper 36 die tussen de ketting is gestoken. Deze kettingaangrijper 36 is schamierbaar verbonden met een eerste eind van een schamierstang 37. Het tegenoverliggende eind van de schamierstang 37 is schamierbaar verbonden met de voorste toog 14.
Door de aanwezigheid van de schamierstang 37 van de meenemer 35 is het 25 mogelijk de voorste toog 14 in de uitgestoken positie op de uithouder 12 te bewegen. Als de kettingaangrijper 36 het aandrijfbare tandwiel 32 heeft bereikt, zoals weergegeven in figuur 8, is verdere rotatie onmogelijk. In deze uiterste positie ligt de voorste toog 14 op een afstand van die kettingaangrijper 36, die is bepaald door de lengte van de schamierstang 37. Door deze lengte voldoende groot te kiezen, kan ook 30 de voorste toog 14 volledig buiten het oppervlak van de laadvloer 3 worden geschoven.
Zoals getoond in fig. 1-3 omvat de opstaande voorwand 11 grendelhaken 40, 43. In dit uitvoeringsvoorbeeld zijn aan weerszijden van de opstaande voorwand 11 telkens een bovenste grendelhaak 40 en een onderste grendelhaak 43 voorzien. Deze 1026788 9 grendelhaken 40,43 kunnen overeenkomstige beugels 41 van de voorste toog 14 j vastgrijpen. Als de voorste toog 14 aanligt tegen de opstaande voorwand 11 is de j schuifzeilinrichting 9 vergrendelbaar door deze grendelhaken 40,43.
De grendelhaken 40,43 zijn schamierbaar tussen de in fig. 1 getoonde 5 grendelstand en de in figuur 3 getoonde omhoog bewogen vrijgeefstand. Voor het bekrachtigen van de grendelhaken 40,43 omvat de houder 1 een bedieningsmechanisme 42. Het bedieningsmechanisme 42 bezit twee balansarmen 44 waarin een drukveer is opgenomen. De balansarmen 44 verschaffen een voorspanning van de grendelhaken 40,43 naar de grendelstand.
10 De bovenste grendelhaken 40 zijn bevestigd aan de kopeinden van een gemeenschappelijke bovenste rotatiestang 47, terwijl de onderste grendelhaken 43 zijn bevestigd aan de kopeinden van een gemeenschappelijke onderste rotatiestang 48. De rotatiestangen 47 en 48 zijn door schamierarmen 45 met elkaar verbonden. De schamierarmen 45 zijn op hun beurt elk verbonden met een hefboom 50 die 15 bekrachtigbaar is door telkens een zuigerstang 51 van een pneumatische balg 52.
De werking van de houder 1 volgens de uitvinding is als volgt. Tijdens transport bevinden de verschuifbare togen 14,15,17 zich in de uitgevouwen stand, waarbij de container is gesloten (zie fig. 1). De togen 14,15,16 zijn uit elkaar geschoven en de zijdelingse schamiertogen 17 zijn naar buiten gescharnierd, d.w.z. van de togen 14,15, 20 16 af. Het dekzeil 10 is dan tussen de togen 14,15,17 gespannen. De voorste toog 14 ligt aan tegen de opstaande voorwand 11, waarbij de ribbel van de opstaande voorwand 11 en de rubberen strook van de voorste toog 14 een waterdichte aansluiting bewerkstelligen. De grendelhaken 40,43 grijpen onder invloed van de voorspanning van de balansarmen 44 in de haakbeugels 41 van de voorste toog 14. De 25 schuifzeilinrichting 9 is aldus vergrendeld.
Vervolgens wordt perslucht aan een persluchttoevoer (niet getoond) van de houder 1 toegevoerd. Eerst bekrachtigt de perslucht de pneumatische balgen 52 voor het openen van de grendelhaken 40,43 via het bedieningsmechanisme 42. Hierna wordt de perslucht toegevoerd aan de pneumatische motor 30, die de aandrijfas 31 in 30 rotatie brengt in de richting van pijl A (zie fig. 4). Aangezien de tandwielen 32 aan de aandrijfas 31 zijn bevestigd, zal hierdoor de tussen de tandwielen 32, 33 gespannen aandrijfketting 34 eveneens in de richting van pijl A worden bewogen.
1026788 10
De voorste toog 14 is via de meenemer 35 verbonden met de aandrijfketting 34, zodat de voorste toog 14 vanuit de in fig. 1 getoonde positie naar rechts wordt meegenomen. De verschuivingsrichting komt overeen met de langsrichting van de houder. De voorste toog 14 beweegt over de geleidingsrails 18 tegen de aangrenzende 5 tussentoog 15, die vrij verschuifbaar is. De zijdelingse schamiertogen 17 scharnieren daarbij tegen de voorste toog 14 en de tussentoog 15, waarbij het dekzeil 10 daartussen wordt opgevouwen. Nadat de voorste toog 14 en de aangrenzende tussentoog 15 tegen elkaar liggen, worden deze gezamenlijk naar de volgende tussentoog 15 getrokken enzovoorts totdat de voorste toog 14 en de meegenomen tussentogen 15 tegen elkaar 10 geschoven tegen de eindtoog 16 liggen. De schuifzeilinrichting 9 bevindt zich dan in de opgevouwen stand, waarin het dekzeil 10 de laadvloer 3 gedeeltelijk vrijmaakt. In het bijzonder zullen de twee meest nabij de voorwand 11 gelegen opnameplaatsen 7 zijdelings en van boven toegankelijk zijn, terwijl in deze positie de derde, in fig. 1 en 3 meest rechtse, opnameplaats 7 nog is afgedekt door de schuifzeilinrichting 9 in de 15 opgevouwen stand.
Door het vervolgen van de aandrijving duwt de voorste toog 14 via de tussentogen 15 tegen de eindtoog 16 die is bevestigd aan de verschuifbare geleidingsrails 18. De geleidingsrails 18 verschuiven hierdoor tot buiten het door het onderstel 2 begrensde horizontale vlak, tot de in fig. 3 weergegeven uitgestoken positie. 20 Een sensor (niet weergegeven) detecteert de gewenste uitslag van de geleidingsrails 18, waarna de persluchttoevoer wordt afgesloten. In de uitgestoken positie vormen de geleidingsrails 18 de uithouder 12, waarop de togen 14, 15,16, 17 zijn opgenomen. In deze positie is het volledige oppervlak van de laadvloer 3 vrijgemaakt. Dit betekent dat het laden en lossen van de houder 1 kan plaatsvinden na een verschuiving van de togen 25 in één enkele richting.
Voor het sluiten van de schuifzeilinrichting 9 wordt perslucht toegevoerd voor het roteren van de door de pneumatische motor 30 aangedreven aandrijfas 31 in de tegengestelde richting, die is aangegeven met pijl B (zie fig. 4). De voorste toog 14 wordt dan vanuit de in fig. 3 weergegeven positie door de aandrijfketting 34 via de ! 30 meenemer 35 naar de opstaande voorwand 11 getrokken. De togen 14,15, 17 verschuiven achtereenvolgens uit elkaar, waarbij het dekzeil 10 over de laadvloer 3 wordt uitgevouwen. Als de voorste toog 14 de op de geleidingsrails 18 aangebrachte nok 13 bereikt, bevindt de schuifzeilinrichting 9 zich in de uitgevouwen stand, d.w.z.
1026788 11 de togen liggen in hoofdzaak op maximale afstand uit elkaar. Vervolgens beweegt de voorste toog 14 verder in de richting van de opstaande voorwand 11, zodat de geleidingsrails 18 via de nokken 13 worden meegenomen. De geleidingsrails 18 verschuiven dan in fig. 3 naar links totdat de in fig. 1 getoonde ingetrokken positie is 5 bereikt. Vervolgens wordt de persluchttoevoer afgesloten, waarna de grendelhaken 40, 43 onder invloed van de balansarmen 44 in de haakbeugels 41 grijpen.
1026788

Claims (18)

1. Houder (1) omvattende een onderstel (2) dat is voorzien van een laadvloer (3), alsmede een schuifzeilinrichting (9), omvattende een dekzeil (10), meerdere togen (14, 5 15,16) en geleidingsmiddelen (18) voor het verschuifbaar geleiden van de togen (14, 15), waarbij het dekzeil (10) over de togen (14,15,16) is aangebracht en daaraan is bevestigd, en waarbij de togen (14, 15) ten opzichte van het onderstel (2) verschuifbaar zijn geleid doormiddel van de geleidingsmiddelen (18), welke schuifzeilinrichting (9) verschuifbaar is tussen een opgevouwen stand, waarin de togen (14, 15, 16) naar elkaar 10 toe zijn geschoven voor het opvouwen van het dekzeil (10), en een uitgevouwen stand, waarin de togen (14, 15,16) van elkaar af zijn geschoven voor het uitvouwen van het dekzeil (10) over de laadvloer (3), met het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen (18) verschuifbaar zijn tussen een ingetrokken positie, waarin de geleidingsmiddelen (18) zich binnen een door het onderstel (2) begrensd vlak bevinden, en een uitgestoken 15 positie, waarin de geleidingsmiddelen (18) uitsteken ten opzichte van dat vlak ter vorming van een uithouder (12), en dat de togen (14,15,16) in de opgevouwen stand opneembaar zijn op de uithouder (12).
2. Houder volgens conclusie 1, waarbij de geleidingsmiddelen twee geleidingsrails 20 (18) omvatten, die aan weerszijden van het onderstel (2) zijn aangebracht, waarbij de togen (14, 15) verschuifbaar zijn ten opzichte van die geleidingsrails (18) en de geleidingsrails (18) verschuifbaar zijn ten opzichte van het onderstel (2).
3. Houder volgens conclusie 1 of 2, waarbij de houder (1) een opstaande voorwand 25 (11) heeft die aan een kopeind van het onderstel (2) is aangebracht, en waarbij de togen zijn voorzien van een voorste toog (14), ten minste een tussentoog (15) en een eindtoog (16), waarbij de voorste toog (14) aansluitbaar is tegen de voorwand (11), en waarbij de eindtoog (16) is bevestigd aan de geleidingsmiddelen (18).
4. Houder volgens conclusie 3, waarbij de geleidingsrails (18) elk een uitstekende nok (13) bezitten, die aangrijpbaar is door de voorste toog (14) tijdens het bewegen van de uitgestoken positie naar de ingetrokken positie. 1026788
5. Houder volgens conclusie 3 of 4, waarbij de voorste toog (14) en de tussentoog (15) aan elk benedeneind meerdere geleidingselementen (21,22) omvat, zoals looprollen, die op afstand van elkaar zijn aangebracht, waarbij de geleidingsrails (18) elk zijn opgesloten tussen ten minste twee geleidingselementen(21, 22). 5
6. Houder volgens conclusies 5, waarbij ten minste een zijdelingse schamiertoog (17) is voorzien, die schamierbaar is verbonden met de tussentoog (15) en/of de voorste toog (14) en/of de eindtoog (16), waarbij de schamierhartlijn daarvan zich in of nabij een benedeneind van de tussentoog (15) en/of de voorste toog (14) en/of de eindtoog 10 (16) bevindt.
7. Houder volgens een van de conclusies 2-6, waarbij de geleidingsrails (18) elk in langsrichting daarvan een geleidingssleuf (19) bezitten, en waarbij het onderstel (2) meerdere geleidingselementen (23) omvat, zoals looprollen, die zijn opgenomen in de 15 respectievelijke geleidingssleuven (19).
8. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de schuifzeilinrichting (9) aandrijfbaar is door een motor, bij voorkeur een pneumatische motor (30). 20
9. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste een aandrijfketting (34) van het onderstel (2) is gespannen om twee tandwielen (32, 33), die nabij de kopeinden van het onderstel (2) zijn aangebracht, waarbij de aandrijfketting (34) door een meenemer (35) is verbonden met de voorste toog (14). 25
10. Houder volgens conclusie 9, waarbij een tandwiel (32) aandrijfbaar is door de motor (30).
11. Houder volgens conclusie 9 of 10, waarbij de meenemer (35) een 30 kettingaangrijper (36) en een schamierstang (37) omvat, welke schamierstang (37) aan een eerste eind schamierbaar is verbonden met de kettingaangrijper (36) en aan een tweede eind schamierbaar is verbonden met de voorste toog (14). 1026788
12. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de voorwand (11) ten minste een grendelhaak (40,43) omvat voor het aangrijpen op de voorste toog (14), welke grendelhaak (40,43) beweegbaar is tussen een grendelstand, waarin de voorste toog (14) is gegrepen door de grendelhaak (40,43), en een vrijgeefstand, waarin de 5 voorste toog (14) is vrijgegeven door de grendelhaak (40,43).
13. Houder volgens conclusie 12, waarbij de grendelhaak (40,43) door een balansarm (44) is voorgespannen naar de grendelstand.
14. Houder volgens conclusie 12 of 13, waarbij de grendelhaak (40,43) bedienbaar is naar de vrijgeefstand door een pneumatische balg (52).
15. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de voorste toog (14) aan de naar de voorwand (11) toegekeerde zijde een strook van rubber omvat, en de 15 voorwand (11) aan de naar de voorste toog (14) toegekeerde zijde een overeenkomstige ribbel omvat.
16. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de togen (14,15,16) aan de van het onderstel (2) afgekeerde zijde bolvormig zijn. 20
17. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het dekzeil (10) aan de benedenzijde daarvan een kunststof strook omvat, die zich in langsrichting uitstrekt vanaf de voorste toog (14) tot aan de eindtoog (16).
18. Houder volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de afmetingen van de houder (1) in de uitgevouwen stand in hoofdzaak overeenkomen met de afmetingen van een ISO-container. 1026788
NL1026788A 2004-08-05 2004-08-05 Houder met schuifzeilinrichting. NL1026788C2 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026788A NL1026788C2 (nl) 2004-08-05 2004-08-05 Houder met schuifzeilinrichting.
AT05107222T ATE408571T1 (de) 2004-08-05 2005-08-05 Behälter mit aufrollbarer plane
DE602005009768T DE602005009768D1 (de) 2004-08-05 2005-08-05 Behälter mit aufrollbarer Plane
PL05107222T PL1623935T3 (pl) 2004-08-05 2005-08-05 Kontener z przesuwną konstrukcją dachu
EP05107222A EP1623935B1 (en) 2004-08-05 2005-08-05 Container with sliding canopy construction

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026788 2004-08-05
NL1026788A NL1026788C2 (nl) 2004-08-05 2004-08-05 Houder met schuifzeilinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1026788C2 true NL1026788C2 (nl) 2006-02-07

Family

ID=34974397

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1026788A NL1026788C2 (nl) 2004-08-05 2004-08-05 Houder met schuifzeilinrichting.

Country Status (5)

Country Link
EP (1) EP1623935B1 (nl)
AT (1) ATE408571T1 (nl)
DE (1) DE602005009768D1 (nl)
NL (1) NL1026788C2 (nl)
PL (1) PL1623935T3 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110254986A (zh) * 2019-07-10 2019-09-20 台州恒瑞塑料制品股份有限公司 集装箱雨篷定位机构以及带有该定位机构的集装箱雨篷

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ITUD20080041A1 (it) * 2008-02-25 2009-08-26 Cramaro Italia S R L Dispositivo di movimentazione per elementi scorrevoli associati ad un mezzo di trasporto e mezzo di trasporto cosi' dotato
EP2621841A1 (de) * 2010-12-10 2013-08-07 Heinz Buse Logistiksystem und plattform hierzu
DE202014007492U1 (de) * 2014-09-19 2014-10-09 European Trailer Systems Gmbh Verdeckgestell für einen Planenaufbau eines Transportfahrzeugs
WO2019178636A1 (en) * 2018-03-23 2019-09-26 Anything Ok Pty Ltd Method and apparatus for transporting vehicles

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2199549A (en) * 1986-12-30 1988-07-13 Philip Peter Davis Retractable cover for vehicle load platforms
US5152575A (en) * 1990-03-30 1992-10-06 Demonte Walter P Manual tarp enclosing system for flat bed trucks
US5524953A (en) * 1994-06-03 1996-06-11 Shaer; Jack E. Contractable vehicle bed cover assembly with extendable closure
DE19644573A1 (de) * 1996-10-26 1998-04-30 Abb Henschell Ag Antrieb für Planenabdeckung
EP1207069A1 (de) * 2000-11-16 2002-05-22 Aae Ag Vorrichtung zum Anheben der Wagenplanen mit verschiebbarer Planenabdeckung
GB2387153A (en) * 2002-03-26 2003-10-08 William Mark Adams Retractable canopy for a goods trailer

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2199549A (en) * 1986-12-30 1988-07-13 Philip Peter Davis Retractable cover for vehicle load platforms
US5152575A (en) * 1990-03-30 1992-10-06 Demonte Walter P Manual tarp enclosing system for flat bed trucks
US5524953A (en) * 1994-06-03 1996-06-11 Shaer; Jack E. Contractable vehicle bed cover assembly with extendable closure
DE19644573A1 (de) * 1996-10-26 1998-04-30 Abb Henschell Ag Antrieb für Planenabdeckung
EP1207069A1 (de) * 2000-11-16 2002-05-22 Aae Ag Vorrichtung zum Anheben der Wagenplanen mit verschiebbarer Planenabdeckung
GB2387153A (en) * 2002-03-26 2003-10-08 William Mark Adams Retractable canopy for a goods trailer

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110254986A (zh) * 2019-07-10 2019-09-20 台州恒瑞塑料制品股份有限公司 集装箱雨篷定位机构以及带有该定位机构的集装箱雨篷

Also Published As

Publication number Publication date
PL1623935T3 (pl) 2009-03-31
EP1623935A1 (en) 2006-02-08
EP1623935B1 (en) 2008-09-17
DE602005009768D1 (de) 2008-10-30
ATE408571T1 (de) 2008-10-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5832836A (en) Modular articulated railcar
US5685228A (en) Bi-tri-level deck system for a railcar
US5152575A (en) Manual tarp enclosing system for flat bed trucks
US9707880B2 (en) Motorcycle lift
US5957523A (en) Truck cover system having hold down tensioning apparatus
KR102027016B1 (ko) 차량용 이동 루프랙
PL182228B1 (pl) Scianka boczna nadwozia pojazdu PL
US20100230994A1 (en) Device for manipulating a tarpaulin
NL1026788C2 (nl) Houder met schuifzeilinrichting.
US9555698B2 (en) Retractable top covering mechanism
US6695383B2 (en) Container cover
EP0421554B1 (en) Foldable hood for a loading bed
BE1008971A3 (nl) Laadinrichting voor voertuigen en voertuigen hiermee uitgerust.
US20030091418A1 (en) Lifting systems for use with vehicles
JPH08150869A (ja) 昇降装置
KR101411388B1 (ko) 화물차용 적재함 덮개장치
GB2123466A (en) Curtain sided railway goods vehicle
NL1005693C2 (nl) Inrichting voor het verplaatsen van een afdekzeil alsmede een daarvan voorziene laadbak.
JP2007191109A (ja) 貨物自動車の荷箱構造
CN214084027U (zh) 一种货车的自动遮盖装置
CA2058001C (en) Manual tarp enclosing system for flat bed trucks
NL1012177C1 (nl) Vrachtwagen en inrichting en werkwijze voor het afdekken van een laadbak.
KR200269889Y1 (ko) 차량운반용 트럭
FI127146B (fi) Lavan suojapeitejärjestelmä
JP4291237B2 (ja) コンテナ等の開閉屋根

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110301