NL192031C - Systeem voor het opbouwen van een voertuigband. - Google Patents
Systeem voor het opbouwen van een voertuigband. Download PDFInfo
- Publication number
- NL192031C NL192031C NL8202694A NL8202694A NL192031C NL 192031 C NL192031 C NL 192031C NL 8202694 A NL8202694 A NL 8202694A NL 8202694 A NL8202694 A NL 8202694A NL 192031 C NL192031 C NL 192031C
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- bead
- heel
- strip
- tire building
- building device
- Prior art date
Links
- 239000011324 bead Substances 0.000 claims description 51
- 238000010276 construction Methods 0.000 claims description 4
- 208000033641 Ring chromosome 5 syndrome Diseases 0.000 claims 1
- 238000013459 approach Methods 0.000 claims 1
- 230000005540 biological transmission Effects 0.000 claims 1
- 240000004308 marijuana Species 0.000 claims 1
- 238000007781 pre-processing Methods 0.000 claims 1
- 238000004026 adhesive bonding Methods 0.000 description 1
- 230000006835 compression Effects 0.000 description 1
- 238000007906 compression Methods 0.000 description 1
- 239000000470 constituent Substances 0.000 description 1
- 238000006073 displacement reaction Methods 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 230000002093 peripheral effect Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B29—WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
- B29D—PRODUCING PARTICULAR ARTICLES FROM PLASTICS OR FROM SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE
- B29D30/00—Producing pneumatic or solid tyres or parts thereof
- B29D30/06—Pneumatic tyres or parts thereof (e.g. produced by casting, moulding, compression moulding, injection moulding, centrifugal casting)
- B29D30/08—Building tyres
- B29D30/20—Building tyres by the flat-tyre method, i.e. building on cylindrical drums
- B29D30/32—Fitting the bead-rings or bead-cores; Folding the textile layers around the rings or cores
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B29—WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
- B29D—PRODUCING PARTICULAR ARTICLES FROM PLASTICS OR FROM SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE
- B29D30/00—Producing pneumatic or solid tyres or parts thereof
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B29—WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
- B29D—PRODUCING PARTICULAR ARTICLES FROM PLASTICS OR FROM SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE
- B29D30/00—Producing pneumatic or solid tyres or parts thereof
- B29D30/06—Pneumatic tyres or parts thereof (e.g. produced by casting, moulding, compression moulding, injection moulding, centrifugal casting)
- B29D30/08—Building tyres
- B29D30/20—Building tyres by the flat-tyre method, i.e. building on cylindrical drums
- B29D30/32—Fitting the bead-rings or bead-cores; Folding the textile layers around the rings or cores
- B29D2030/3207—Positioning the beads
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10S—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10S414/00—Material or article handling
- Y10S414/124—Roll handlers
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Tyre Moulding (AREA)
Description
Systeem voor het opbouwen van een voertuigband 1 192031
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het opbouwen van een voertuigband, voorzien van een strookopbouwinrichting voor het opbouwen van stroken, een op een van de strook-5 opbouwinrichting verwijderde plaats aangebrachte band-opbouwinrichting, en een beweegbaar tussen de strookopbouwinrichting en de band-opbouwinrichting aangebrachte strook-overbrengingsinrichting voor het naar een opbouwtrommel van de band-opbouwinrichting overbrengen van de door de strook-opbouwinrichting opgebouwde stroken, waarbij de strook-overbrengingsinrichting aan zijn naar de band-opbouwinrichting toegekeerde zijde hieltoevoermiddelen vertoont, en de hieltoevoermiddelen een hielhouder 10 met een aantal in een ring aangebrachte, verdeelde segmenten omvatten, waarbij elk van de segmenten in de radiale richting van de ring beweegbaar is. Een dergelijk voertuigband-opbouwsysteem is bijvoorbeeld beschreven in aanvraagsters niet-voorgepubliceerde Europese octrooischrift 0064022 van oudere rang, waarin ook Nederland aangewezen is. Het in dit genoemde octrooischrift beschreven opbouw-systeem voor een voertuigband is voorzien van een strook-opbouwinrichting, een band-opbouwinrichting en een tussen 15 deze twee inrichtingen bewegende, van hieltoevoermiddelen J voorziene strook-overbrengingsinrichting H.
De strook-opbouwinrichting is bestemd voor het opbouwen van ongevulkaniseerde rubber stroken door ongevulkaniseerd rubber in de vorm van platen of koorden op zijn opbouwtrommel F te verzamelen en vast te kleven. Tegelijkertijd met het opbouwen van de rubberstrook wordt een hiel 20 op de hieltoevoermiddelen J geplaatst. De strook-overbrengingsinrichting H brengt vervolgens de rubberstrook over naar de opbouw-20 trommel A van de band-opbouwinrichting, en geeft tegelijkertijd de hiel 20 door aan een aan de zijde van de vaste kop B naast de opbouwtrommel A geplaatst hielplaatsorgaan D. Op een aan de zijde van zijn fosse kop C naast de opbouwtrommel A geplaatst hielplaatsorgaan E is daarbij inmiddels reeds een hief aangebracht, waardoor de band-opbouwinrichting door de hielen 20 aan weerszijden aan de rubberstrook te bevestigen een zogeheten ’’groene” band vormt, dat wil zeggen een ongevulkaniseerde tussenband.
25 Dit beschreven opbouwsysteem heeft ten opzichte van de oudere bekende systemen het voordeel dat het door de aanwezigheid van hieltoevoermiddelen op de strook-overbrengingsmiddelen niet langer noodzakelijk is om bij het opbouwen van de ’’groene” banden de hiel van tevoren op de hielring van het hielplaatsorgaan aan de zijde van de vaste kop te plaatsen, voordat de rubberstrook op de opbouwtrommel wordt gebracht. Hierdoor wordt een belangrijke produktiviteitsverbetering bereikt.
30 Het hiervoor beschreven opbouwsysteem heeft echter het nadeel dat de hiel 20 vanaf de hieltoevoermiddelen J aan het hielplaatsorgaan D van de vaste kop B wordt overgegeven door de hieltoevoermiddeten J zover naar het hielplaatsorgaan D te bewegen dat de hiel daartussen ingeklemd wordt en samengeknepen wordt, waarna de ringsegmenten 12 van de hieltoevoermiddelen J onder inklemming van de hief enigszins in nagenoeg radiale richting naar elkaar toe geschoven worden, en vervolgens in een deels 35 radiale en deels axiale richting in een boogvormige beweging wegbewogen worden. Bij deze wijze van doorgifte van de hiel is de kans op beschadiging daarvan ten gevolge van het samendrukken tussen de hieltoevoermiddelen en het hielplaatsorgaan aanzienlijk.
De uitvinding beoogt een opbouwsysteem voor een voertuigband te verschaffen van de hiervoor genoemde soort, waarbij dit nadeel zich niet voordoet. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de 40 hieltoevoermiddelen voorzien zijn van ten opzichte van de ringsegmenten in axiale richting verplaatsbare hieluitstootmiddelen voor het op een hielring van de band-opbouwinrichting uitstoten van een in de hielhouder vastgehouden hiel. Door de aanwezigheid van de hieluitstootmiddelen behoeft de hiel niet door de verplaatsing van de met de strook-overbrengingsinrichting verbonden hieltoevoermiddelen op het hielplaatsorgaan geplaatst te worden, maar kan eerst een verbinding gevormd worden tussen de hief-45 toevoermiddelen en het hielplaatsorgaan, alvorens de hiel op eenvoudige wijze van de ringsegmenten van de toevoermiddelen op het plaatsorgaan gedrukt wordt.
Opgemerkt wordt nog dat uit het Amerikaanse octrooischrift 3915788 een hieltoevoerinrichting bekend is, welke bestaat uit een cilindrische trommel waarop een groot aantal hielen geplaatst kan worden, welke dan achtereenvolgens één voor één van de trommel op een hielplaatsorgaan geschoven kan worden door een 50 aan de buitenzijde in axiale richting langs de trommel verschuifbare ring. Deze bekende hieltoevoerinrichting is echter door zijn constructie niet geschikt om toegepast te worden in een band-opbouwsysteem waarvan de verschillende samenstellende inrichtingen coaxiaal geplaatst zijn.
De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een voorbeeld, waarbij verwezen wordt naar de 55 bijgevoegde tekening.
Figuur 1 is een zijaangezicht van een opbouwmachine voor een voertuigband volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, 192031 2 figuur 2 is een zijaanzicht van hieltoevoermiddelen die aangebracht zijn in het voorste deel van de strook-overbrengingsinrichting in de in figuur 1 getoonde opbouwmachine voor voertuigbanden, figuur 3 is een vooraanzicht van de hieltoevoermiddelen, figuur 4 is een gedeeltelijk doorgesneden zijaanzicht van een belangrijk deel van de hieltoevoermiddelen, 5 figuur 5 is een aanzicht gezien in de richting V in figuur 4, figuur 6 is een zijaanzicht van een belangrijk deel van de hieltoevoermiddelen volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, waarbij een deel in dwarsdoorsnede wordt getoond, figuur 7 is een vooraanzicht gezien in de richting VII in figuur 6.
10 In figuur 1 heeft het verwijzingscijfer 1 betrekking op de strook-opbouwinrichting, 6 op de band- opbouwinrichting, en 15 op de strook-overbrengingsinrichting. In de strookopbouwinrichting 1 is een hoofdas 3 ondersteund op een vaste kop en aan één einde aan een opbouwtrommel 4 bevestigd. De opbouw-trommel 4 kan uitzetten en samentrekken in radiale richting door aan het achterste gedeelte van de vaste kop 2 aangebrachte uitzetmiddelen 5. Voor het opbouwen van een rubberstrook wordt de opbouwtrommel 4 15 in de uitgezette stand gehouden, zodat ongevulkaniseerde rubberplaten of rubber bevattende koorden aan de trommel 4 gekleefd kunnen worden voor het opbouwen van de strook. Bij het verwijderen van de aldus opgebouwde rubberstrook van de opbouwtrommel 4, wordt de radius van de trommel verkleind.
In de band-opbouwinrichting 6 wordt een hoofdas 8 door een vast met een basis verbonden vaste kop 7 ondersteund. Aan het einddeel van de hoofdas is een opbouwtrommel 9 aangebracht. Deze opbouwtrommel 20 9 kan ook in radiale richting uitzetten en samentrekken. Op de hoofdas 8 en binnen de opbouwtrommel 9 zijn middelen 10 voor het vasthouden van een koordlaag aangebracht, welke aan de zijde van de opbouwtrommel 9 een hielplaats- of hielstélorgaan 11 omvatten. De vasthoudmiddelen 10 voorde koordlagen knijpen het einddeel van de op de opbouwtrommel 9 aangebrachte rubberstrook in de radiale richting samen, plaatsen een hiel aan het einde van de rubberstrook door middel van het hielstelorgaan 11 en 25 vouwen het einddeel van de rubberstrook om waardoor de aldus aangebrachte hiel wordt omwikkeld. Aan deze vrije eindzijde van de opbouwtrommel 9 is een kantelbaar kopgestel 12 aangebracht, dat ook overeenkomstige vasthoudmiddelen 10 voor een koordlaag en een hielstelorgaan 11 aan de naar de opbouwtrommel 9 toegekeerde zijde heeft. Dit gestel 12 wordt ondersteund door een lager 13 aan het ondereinde en is verder zwenkbaar ondersteund door een as 14, zodanig, dat dit achterwaarts kan kantelen 30 ten opzichte van het richtvlak van de inrichtingen. Wanneer bijvoorbeeld de strook-overbrengingsinrichting 15 vanuit een positie A naar een andere positie C beweegt, kantelt het losse kopgestel 12 achterwaarts teneinde vrije doorgang te geven.
De strook-overbrengingsinrichting 15 is op een wagen 16 gemonteerd. De wagen 16 is voorzien van een strookgrijparm 17 en van een vast gestel 18. Dit vaste gestel 18 is aangebracht aan de zijde van de 35 bandopbouwinrichting 6, terwijl hieltoevoermiddelen 20 op een ringvormige plaat 19 zijn gemonteerd. De wagen 16 heeft een aantal aan de bodem bevestigde lagers 21 waarmee de wagen 16 op een rail 23 steunt. De rail is bevestigd aan een railbasis 22 en omvat twee railorganen, die evenwijdig in de bewegingsrichting van de wagen 16 lopen. Aan de twee einden van de railbasis 22 is een paar kettingwielen 24 en 25 aangebracht, één voor elk einde, waartussen weer een ketting 26 is aangebracht. De ketting 26 is aan 40 weerseinden met de wagen 16 verbonden. Het kettingwiel 25 wordt via een vertragingsdrijfwerk aangedreven door een motor 27. In bedrijf wordt door het bedienen van de motor 27 met het vertragingsdrijfwerk de strook-overbrengingsinrichting 15 door de wagen 16 langs de rail 23 heen en weer bewogen tussen de strook-opbouwinrichting 1 en de band-opbouwinrichting 6.
Eén cyclus voor het vormen van een ’’groene” band met de aldus geconstrueerde opbouwmachine voor 45 een voertuigband is als volgt.
Eerst bevindt de strook-oveibrengingsinrichting zich in een bedrijfsklare positie A in figuur 1. Op een juist moment zet een bedieningsman een hiel in de hieltoevoermiddelen 20, terwijl de strook-overbrengingsinrichting 15 zich in de bedrijfsklare stand A bevindt. Wanneer de strookopbouwinrichting de strook-opbouwbewerking beëindigt, beweegt de motor 27 met het vertragingsdrijfwerk de strook-50 overbrengingsinrichting 15 uit de bedrijfsklare stand A naar een met een streepstippellijn in figuur 1 aangegeven stand B, in welke stand de strookgrijparm 17 van de strook-overbrengingsinrichting 15 de door de strook-opbouwinrichting 1 opgebouwde rubberstrook vastgrijpt. De opbouwtrommel 4 van de strookopbouwinrichting 1 trekt vervolgens samen en daarna keert de strookoverbrengingsinrichting 15 terug naar de bedrijfsklare stand A met de opgebouwde rubberstrook.
55 Vervolgens wordt de opbouwcyclus voor de ’’groene” band in de band-opbouwinrichting 6 beëindigd en trekt de opbouwtrommel 9 van de inrichting 6 samen, zodat de opgebouwde ’’groene” band daarvan kan worden verwijderd. Vervolgens beweegt de strook-overbrengingsinrichting 15 van de bedrijfsklare stand A
3 192031 naar een stand C zoals aangegeven met een streepstippellijn in welke stand de overgebrachte rubberstrook de opbouwtrommel 9 van de band-opbouwinrichting 6 omgeeft. Bij deze beweging van de strook-overbrengingsinrichting 15 wordt het losse kopgestel 12 eerst achterwaarts gekanteld door niet getoonde aandrijfmiddelen, teneinde de strook-overbrengingsinrichting 15 probleemloos te laten passeren.
5 Wanneer de strook-overbrengingsinrichting 15 zich in positie C bevindt, staan de hieltoevoeimiddelen 20 tegenover het hielstelorgaan 11 in een toestand, waarin de in de hieltoevoermiddelen vastgehouden hiel overgebracht kan worden naar de hielring van het hielstelorgaan 11. In deze toestand wordt meer in het bijzonder de hiel in de hieltoevoermiddelen 20 uitgestoten naar de hielring van het hielstelorgaan 11. Tegelijkertijd expandeert de opbouwtrommel 9 en neemt ook de strookgrijparm 17 in grijpbreedte toe, zodat 10 de door de strookgrijparm 17 vastgegrepen rubberstrook naar de opbouwtrommel 9 van de bandopbouw-inrichting 6 wordt overgebracht.
Wanneer daarna de strook-overbrengingsinrichting 15 enigszins opzij in de richting van de bedrijfsklare stand A beweegt, zet het hielvasthoudende deel 55, dat later beschreven zal worden, en aangebracht aan het voorste gedeelte van de hieltoevoermiddelen 20 uit in diameter en wordt groter van diameter dan de 15 buitendiameter van de op de opbouwtrommel 9 van de band-opbouwinrichting 6 aangebrachte rubberstrook. De strook-overbrengingsinrichting 15 keert vervolgens terug naar de bedrijfsklare stand A, terwijl het hielvasthoudende deel 55 samentrekt totdat de zittingdiameter daarvan gelijk wordt aan de binnendiameter van de hiel. Verder keert het losse kopgestel 12 terug in zijn staande stand. Hierna wordt in de band-opbouwinrichting 6 de ’’groene” band opgebouwd, welke bewerking wordt beëindigd door het van de 20 opbouwtrommel 9 van de inrichting 6 verwijderen van de opgebouwde ’’groene” band. Dit is één volledige cyclus van de band-opbouwbewerking.
Figuren 2-5 tonen de op de strook-overbrengingsinrichting 15 gemonteerde hieltoevoermiddelen 20 in detail. De ringvormige plaat 19 van de strook-overbrengingsinrichting 15 is met een cilindrisch gestel 30 door een flens 31 bevestigd door middel van een bout 33. Een gat 29 waardoorheen de bout is gestoken is 25 langwerpig uitgevoerd, zodat de axiale kem van de hieltoevoermiddelen 20 ingesteld kan worden door het instellen van een in het buitenomtreksoppervlak van de flens 31 geschroefde bout 34 waardoor de axiale kem van het hielstelorgaan 11 van de band-opbouwinrichting 6 wordt gecentreerd. Een andere flens 35 aan de voorzijde van het cilindrische gestel 30 is door middel van een bout 36 aan een ringvormige basisring 37 bevestigd. Deze basisring 37 is met een borgring 40 aan de voorzijde bevestigd, zodanig dat daartussen 30 een spleet wordt bepaald, waarin een nokring 38 coaxiaal en roteerbaar gestoken kan worden. De nokring 38 is voorzien van een aantal nokgroeven 39, die zich uitstrekken van de zijde van de binnendiameter tot de zijde van de buitendiameter en die met gelijke tussenruimten langs de omtrek zijn aangebracht. In deze speciale uitvoeringsvorm zijn de nokgroeven boogvormig. Hetzelfde effect kan worden bereikt wanneer deze een rechte lijn vormen. De nokring 38 is ook voorzien van een vertanding 42, die op een deel van het 35 buitenomtreksoppervlak is aangebracht en waarmee een rondsel 47 in aangrijping is. Een rondsel 47 is via een vertragingsdrijfwerk en een koppelbegrenzer bevestigd aan een uitgaande as 46 van een motor 43. De flens 44 van de motor 43 met het vertragingsdrijfwerk is aan de basisring 37 bevestigd door middel van een bout 45.
Aan de zijde van het buitenoppervlak van de borgring 40 is een paar evenwijdige geleidingsblokken 49, 40 49 bevestigd, elk met een L-vormige dwarsdoorsnede en gericht in radiale richting. Tussen dit paar geleidingsblokken 49, 49 is een blok 51 verschuifbaar langs de langsrichting van de geleidingsblokken 49 gestoken. Aan het uiteinde van het blok 51 is in de radiale richting als een nokvolger een as 52 bevestigd. De as 52 steekt door langwerpige sleuven 41, die in radiale richting in de borging 40 zijn aangebracht en deze as is voorzien van een rol 53 aan zijn uiteinde welke rol in aangrijping is met de nokgroef 39 van de 45 nokring 38. Wanneer dienovereenkomstig de nokring 38 door de motor 43 met het vertragingsdrijfwerk wordt geroteerd, beweegt het blok 51 via de rol 53 en de as 52 in radiale richting.
Aan de andere kant is een hielhouder 55 vast aan de zijde van de binnendiameter van het blok 51 bevestigd. Deze hielhouder omvat een aantal verdeelde segmenten die zodanig zijn aangebracht, dat deze in zijn geheel een ring vormen. Het buitenomtreksoppervlak van de hielhouder 55 werkt als zittingoppervlak 50 64 voor een hiel. Het aantal deelsegmenten kan willekeurig worden gekozen, alhoewel in de weergegeven uitvoeringsvorm er zes zijn. Continu met de voorrand in de voorwaartse richting van het hielzittingoppervlak is een schuin geleidingsoppervlak 65 gevormd. Het geleidingsoppervlak is zo gevormd, dat dit in contact is te brengen met het oppervlak van de hielring 69 van het hielstelorgaan 11 van de band-opbouwinrichting 6. Wanneer deze geleidingsoppervlakken met elkaar in contact komen vormen het hielzittingoppervlak 70 van 55 de hielring 69 en het hielzittingoppervlak 64 van de hielhouder 55 één enkel doorgaand vlak. In figuur 4 heeft het verwijzingscijfer 71 betrekking op de positie van de buitendiameter van de opbouwtrommel van de band-opbouwinrichting 6, in de uitgezette toestand. Het verwijzingscijfer 72 betreft de buitendiameter van de
Claims (4)
1. Systeem voor het opbouwen van een voertuigband, voorzien van een strook-opbouwinrichting voor het opbouwen van stroken, een op een van de strook-opbouwinrichting verwijderde plaats aangebrachte 55 band-opbouwinrichting, en een beweegbaar tussen de strook-opbouwinrichting en de bandopbouwinrichting aangebrachte strook-overbrengingsinrichting voor het naar een opbouwtrommel van de bandopbouwinrichting overbrengen van de door de strook-opbouwinrichting opgebouwde stroken, waarbij de 5 192031 strook-overbrengingsinrichting aan zijn naar de band-opbouwinrichting toegekeerde zijde hieltoevoer-middelen vertoont, en de hieltoevoermiddelen een hiethouder met een aantal in een ring aangebrachte, verdeelde segmenten omvatten, waarbij elk van de segmenten in de radiale richting van de ring beweegbaar is, met het kenmerk, dat de hieltoevoermiddelen (20) voorzien zijn van ten opzichte van de ring-5 segmenten (55;75) in axiale richting verplaatsbare hieluitstootmiddelen (58;83) voor het op een hielring (69) van de band-opbouwinrichting (6) uitstoten van een in de hielhouder (55) vastgehouden hiel (67).
2. Voertuigband-opbouwsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hieluitstootmiddelen (58;83) een in axiale richting verplaatsbare in een cilinderkamer (56) opgenomen zuigerstang (58) omvatten.
3. Voertuigband-opbouwsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de hieluitstootmiddelen (58;83) 10 een zwenkbaar om een schamieras (81) aangebrachte stootarm (83) omvatten.
4. Voertuigband-opbouwsysteem volgens één der voorgaande conclusies, voorzien van middelen voor het in de radiale richting bewegen van de verdeelde segmenten van de hielhouder, gekenmerkt doordat de middelen een door een aandrijfmotor (43) geroteerde nokring (38) en een blok (51 ;73) omvatten, welk blok (51 ;73) in aangrijping is met een schuin in de nokring (38) aangebrachte nokgroef (39) teneinde in radiale 15 richting geleid te worden. Hierbij 4 bladen tekening
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP10424781 | 1981-07-03 | ||
JP56104247A JPS587339A (ja) | 1981-07-03 | 1981-07-03 | タイヤ成形装置におけるバンド及びビ−ドの移送供給装置 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8202694A NL8202694A (nl) | 1983-02-01 |
NL192031B NL192031B (nl) | 1996-09-02 |
NL192031C true NL192031C (nl) | 1997-01-07 |
Family
ID=14375604
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8202694A NL192031C (nl) | 1981-07-03 | 1982-07-05 | Systeem voor het opbouwen van een voertuigband. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4430143A (nl) |
JP (1) | JPS587339A (nl) |
KR (1) | KR870000008B1 (nl) |
DE (1) | DE3224334A1 (nl) |
NL (1) | NL192031C (nl) |
Families Citing this family (25)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS57178739A (en) * | 1981-04-27 | 1982-11-04 | Mitsubishi Heavy Ind Ltd | Bead supplying device for tire molding machine |
US4790719A (en) * | 1985-07-31 | 1988-12-13 | The Goodyear Tire & Rubber Company | Method for storing and feeding tire beads |
JPH0745208B2 (ja) * | 1986-04-07 | 1995-05-17 | 株式会社ブリヂストン | 円筒状タイヤ構成部材の成形方法および装置 |
JP2519069B2 (ja) * | 1987-10-06 | 1996-07-31 | 株式会社ブリヂストン | タイヤ成形装置 |
US5141587A (en) * | 1988-07-14 | 1992-08-25 | Bridgestone Corporation | Two stage tire building apparatus |
JP2707285B2 (ja) * | 1988-09-06 | 1998-01-28 | 株式会社ブリヂストン | タイヤ構成部材の搬送装置 |
JPH07110521B2 (ja) * | 1988-10-17 | 1995-11-29 | 三菱重工業株式会社 | タイヤ成形システム |
NL8803174A (nl) * | 1988-12-27 | 1990-07-16 | Vmi Epe Holland | Inrichting voor het plaatsen van hielringen voor een luchtband. |
US4964931A (en) * | 1989-04-04 | 1990-10-23 | The Goodyear Tire & Rubber Company | Tire bead setter apparatus and method |
JP2810114B2 (ja) * | 1989-06-03 | 1998-10-15 | 株式会社ブリヂストン | タイヤ成型装置 |
US5322587A (en) * | 1990-11-13 | 1994-06-21 | Sumitomo Rubber Industries, Ltd. | Green tire forming apparatus with transfer mechanism |
KR0145515B1 (ko) * | 1990-11-13 | 1998-07-15 | 다스쿠 요코이 | 생타이어 성형장치 및 생타이어 성형 방법 |
JP3190051B2 (ja) * | 1990-12-07 | 2001-07-16 | 株式会社ブリヂストン | 帯状部材の貼付け方法および装置 |
KR950000192B1 (ko) * | 1991-08-31 | 1995-01-11 | 주식회사 금호 | 타이어 성형용 반제품 조립장치 |
KR940009918B1 (ko) * | 1991-12-23 | 1994-10-18 | 주식회사금호 | 타이어 성형용 비드 셋팅 장치 |
DE4316071A1 (de) * | 1993-05-13 | 1994-11-17 | Krupp Maschinentechnik | Handhabungsvorrichtung für Reifendrahtkerne |
JP3860906B2 (ja) * | 1998-03-23 | 2006-12-20 | 横浜ゴム株式会社 | バンドトランスファー装置におけるメカニカルターンアップ方法及びそのメカニカルターンアップ装置 |
US6623583B2 (en) * | 2001-06-05 | 2003-09-23 | The Goodyear Tire And Rubber Company | Bead holder |
JP2003089158A (ja) * | 2001-09-19 | 2003-03-25 | Bridgestone Corp | バンド成型ドラムおよびそれを用いたバンド成型装置 |
DE102007043696A1 (de) | 2007-09-15 | 2009-04-02 | Continental Aktiengesellschaft | Vorrichtung zum Positionieren eines Reifenkernes auf einer Reifenkarkasse für die Herstellung von Fahrzeugreifen |
CN103144329A (zh) * | 2011-12-07 | 2013-06-12 | 软控股份有限公司 | 轮胎成型机卸胎胚装置及其方法 |
CN102555248B (zh) * | 2012-02-19 | 2014-09-17 | 青岛科捷自动化设备有限公司 | 轮胎成型机自动上下料装置 |
CN105965925B (zh) * | 2016-05-23 | 2018-06-29 | 怡维怡橡胶研究院有限公司 | 一种轮胎成型机 |
CN106042429B (zh) * | 2016-05-23 | 2018-06-29 | 怡维怡橡胶研究院有限公司 | 一种轮胎成型机的工作方法 |
CN105965926B (zh) * | 2016-05-23 | 2018-07-27 | 怡维怡橡胶研究院有限公司 | 一种轮胎成型方法 |
Family Cites Families (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4105486A (en) * | 1977-03-30 | 1978-08-08 | Nrm Corporation | Tire component transfer |
US4204903A (en) * | 1978-09-22 | 1980-05-27 | The General Tire & Rubber Company | Apparatus and method for handling uncured tires |
US4324604A (en) * | 1978-12-22 | 1982-04-13 | The General Tire & Rubber Co. | Bead setting apparatus with retractable flange |
JPS57178739A (en) * | 1981-04-27 | 1982-11-04 | Mitsubishi Heavy Ind Ltd | Bead supplying device for tire molding machine |
-
1981
- 1981-07-03 JP JP56104247A patent/JPS587339A/ja active Granted
-
1982
- 1982-06-30 DE DE19823224334 patent/DE3224334A1/de active Granted
- 1982-06-30 US US06/393,769 patent/US4430143A/en not_active Expired - Lifetime
- 1982-07-02 KR KR8202994A patent/KR870000008B1/ko not_active IP Right Cessation
- 1982-07-05 NL NL8202694A patent/NL192031C/nl not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
US4430143A (en) | 1984-02-07 |
NL192031B (nl) | 1996-09-02 |
KR870000008B1 (ko) | 1987-01-28 |
JPS6233942B2 (nl) | 1987-07-23 |
DE3224334A1 (de) | 1983-01-20 |
DE3224334C2 (nl) | 1990-11-29 |
KR840000365A (ko) | 1984-02-22 |
NL8202694A (nl) | 1983-02-01 |
JPS587339A (ja) | 1983-01-17 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL192031C (nl) | Systeem voor het opbouwen van een voertuigband. | |
KR100495714B1 (ko) | 어펙스필러를비드링에적용하기위한장치 | |
JP4746100B2 (ja) | タイヤ用ビードの製造方法及び装置 | |
EP0347590B1 (en) | Tubular sleeve handling and cut-off system | |
US4470866A (en) | Rubber sheet bonding apparatus | |
US3918654A (en) | Automatic winding apparatus for a strip of material | |
RU2751858C2 (ru) | Способ и устройство для наложения шумопонижающих элементов на шину для колес транспортных средств | |
CA2101803A1 (en) | Air horn for web winding machine | |
US4100842A (en) | Apparatus for forming a container | |
US4800944A (en) | Single bead tire mounter | |
US5385626A (en) | Strip winder for a tire building machine | |
NL192094C (nl) | Inrichting voor het tot een band verbinden van met koord versterkt bandvormig materiaal. | |
US4597157A (en) | Wire bead forming apparatus | |
JPH0661876B2 (ja) | 空気タイヤのカ−カス上にベルトとトレツドを供給し縫付ける装置 | |
US6836949B2 (en) | Method for mounting a sleeve on a spindle | |
JPS6042023B2 (ja) | サイドウオ−ル被着装置 | |
US4806196A (en) | Bead crimping and handling system | |
JPH0710453B2 (ja) | パイプの自動切断装置 | |
NL2010201C2 (en) | Apparatus for forming an annular apex filler. | |
US3546042A (en) | Device for feeding blank tread strips to vehicle tires | |
US4361454A (en) | Ply applying apparatus and method for forming an elastic annular body | |
EP1193200B1 (fr) | Dispositif automatique de raccordement des bandes minces des bobines d'alimentation | |
NL9002382A (nl) | Werkwijze voor het verbinden van een loopvlak in een inrichting voor het vervaardigen van wielbanden. | |
JP2519055B2 (ja) | シ−トロ−ル取外し装置付きシ−ト分割巻取機 | |
JPS646944B2 (nl) |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20010201 |