NL8120357A - Pipe handling system with apron and stacking arms - transfers pipe between pipe rack and pipe handling apparatus - Google Patents
Pipe handling system with apron and stacking arms - transfers pipe between pipe rack and pipe handling apparatus Download PDFInfo
- Publication number
- NL8120357A NL8120357A NL8120357A NL8120357A NL8120357A NL 8120357 A NL8120357 A NL 8120357A NL 8120357 A NL8120357 A NL 8120357A NL 8120357 A NL8120357 A NL 8120357A NL 8120357 A NL8120357 A NL 8120357A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- trough
- elongated
- movable
- pipe
- length
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E21—EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
- E21B—EARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
- E21B19/00—Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables
- E21B19/14—Racks, ramps, troughs or bins, for holding the lengths of rod singly or connected; Handling between storage place and borehole
- E21B19/15—Racking of rods in horizontal position; Handling between horizontal and vertical position
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Geology (AREA)
- Mining & Mineral Resources (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Fluid Mechanics (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Geochemistry & Mineralogy (AREA)
- Earth Drilling (AREA)
- Warehouses Or Storage Devices (AREA)
- Specific Conveyance Elements (AREA)
- Branching, Merging, And Special Transfer Between Conveyors (AREA)
- Sanitary Device For Flush Toilet (AREA)
- Domestic Plumbing Installations (AREA)
- Stacking Of Articles And Auxiliary Devices (AREA)
Abstract
Description
PCT/N/30.929-tM/f. 812 O 3 5 ZPCT / N / 30929-tM / f. 812 O 3 5 Z
S Pijphanteringsysteem met plaat en stapelarmen.S Pipe handling system with plate and stacking arms.
I 1 ! I :I 1! I:
1 I1 I
' Fig. 1 is een perspectivisch aanzicht van een : i ! pijphanteringsinrichting met het pijpoverbrengingsysteem | volgens de onderhavige uitvinding, gelegen aan ëën zijde van | j de inrichting naast een pijprek. ί 5! Fig. 2 is een zijaanzicht van het pijpover- i ; | brengsysteem van fig. 1.FIG. 1 is a perspective view of a: i! pipe handling equipment with the pipe transfer system | according to the present invention, located on one side of | j the device next to a pipe rack. ί 5! Fig. 2 is a side view of the pipe over; | delivery system of fig. 1.
I Fig. 3 is een vergroot eindaanzicht van het kantelmechanisme voor de stapel- en ontstapeltrog van het j ! pijpoverbrengsysteem van fig. 1 en 2. j 10 Fig. 4 is een vergroot zijaanzicht van het i kantelmechanisme voor de stapel- en ontstapeltrog van het ! : pijpoverbrengsysteem van fig. 1 en 2.Fig. 3 is an enlarged end view of the tilting mechanism for the stacking and destacking trough of the j! pipe transfer system of fig. 1 and 2. j 10 Fig. 4 is an enlarged side view of the tilting mechanism for the stacking and destacking trough of the : pipe transfer system of fig. 1 and 2.
i Fig. 5 is een eindaanzicht van het pijpover brengsysteem van fig. 1 en 2 met zijn stapel- en ontstapel- i !15 trog, afgebeeld in verschillende hoogten en standen.Fig. 5 is an end view of the pipe transfer system of FIGS. 1 and 2 with its stacking and de-stacking trough, depicted in various heights and positions.
I Fig. 6 illustreert een hydraulisch systeem voor het bedienen van het pijpoverbrengsysteem van fig. 1-5.:Fig. 6 illustrates a hydraulic system for operating the pipe transfer system of FIGS. 1-5:
Fig. 7 is een bovenaanzicht van de vertikale ; gezwenkte trog van de pijphanteringsinrichting van fig. 1.Fig. 7 is a top plan view of the vertical; swiveled trough of the pipe handling device of Fig. 1.
20 Fig. 8 is een zijaanzicht van de vertikaal j gezwenkte trog van de pijphanteringsinrichting van fig. 1. j I iFIG. 8 is a side view of the vertically swiveled trough of the pipe handling device of FIG. 1. j I i
Fig. 9 is een zijaanzicht van de vertikaal gezwenkte trog van de pijphanteringsinrichting van fig. 1 en toont de trog, die is gezwenkt in een hellende stand door 25 hydraulische cilinders.Fig. 9 is a side view of the vertically pivoted trough of the pipe handling device of FIG. 1 and shows the trough pivoted in an inclined position by hydraulic cylinders.
! Fig. 10 is een dwarsdoorsnede van fig. 8, ! ; : genomen langs de lijnen 10-10 ervan.! Fig. 10 is a cross-sectional view of FIG. ; : taken along lines 10-10.
Fig. .11 is een dwarsdoorsnede van fig. 8, ge- . nomen langs de lijnen 11-11 ervan.Fig. 11 is a cross-sectional view of FIG. 8. taken along lines 11-11 thereof.
:30| Fig. 12 is een dwarsdoorsnede van fig. 8, genomen langs de lijnen 12-12 ervan.: 30 | Fig. 12 is a cross-sectional view of FIG. 8 taken along lines 12-12 thereof.
! Fig. 13 is een dwarsdoorsnede van fig. 8, genomen langs de lijnen 13-13 ervan.! Fig. 13 is a cross-sectional view of FIG. 8 taken along lines 13-13 thereof.
Fig. 14 is een bovenaanzicht van een verschuif-35 bare plaat, die kan worden bevestigd aan het pijpbeweegor-gaan van de pijphanteringsinrichting van fig. 1.Fig. 14 is a plan view of a slidable plate attachable to the pipe moving member of the pipe handling apparatus of FIG. 1.
Fig. 15 is een zijaanzicht van de plaat en het pijpbeweegorgaan van fig. 14.Fig. 15 is a side view of the plate and the pipe moving member of FIG. 14.
8120357 -2- . ..............-............................. ........-..... .................-............... .................................................... .......8120357 -2-. ..............-............................. ...... ..-..... .................-............... ......... ........................................... .......
i Fig. 16 is een eindaanzicht van het pijpbeweeg7 I . iFig. 16 is an end view of the pipe movement 7 I. i
| | orgaan van fig. 14 en 15. I| | organ of fig. 14 and 15. I
I : II: I.
I : ! ί I j I i BESCHRIJVING VAN DE BIJ VOORKEUR TOEGEPASTE | | I UITVOERINGEN, : ί | 5| Verwijzend naar de tekeningen zal eerst.de ; | [ pijphanteringsinrichting 21 worden beschreven voor het op- ! heffen van pijpen P, zoals verhuizing, boorpijpen, kragen j ! of buizen tot op een boorstellingvloer 25 van een boorin- richting (niet afgebeeld) en voor het verwijderen van de j 10 pijpen P van de boorstellingvloer 25. De pijpen P zijn opge-j slagen in rekken 27 aan beide zijden van de inrichting 21.I:! DESCRIPTION OF THE PREFERRED APPLICATION | I VERSIONS,: ί | 5 | Referring to the drawings first. | pipe handling device 21 will be described for lifting pipes P, such as moving, drilling pipes, collars j! or pipes up to a drilling rig floor 25 of a drilling device (not shown) and for removing the pipes P from the drilling rig floor 25. The pipes P are stored in racks 27 on both sides of the device 21.
; | I De inrichting 21 omvat een langwerpig frame 29, dat een trog: 31 ondersteunt, die omhoog kan worden gezwenkt naar een i hellende stand in lijn met een vaste trog 33, zoals is af-I15; geheeld in fig. 1 en 9 of omlaag naar een horizontale stand : ! zoals is afgebeeld in fig. 5 en 10-13. Hydraulische cilinders 34 zijn aangebracht om de trog 31 omhoog of omlaag te zwenken. De cilinders zijn zwenkbaar verbonden met het frame 29 en hun zuigers zijn zwenkbaar verbonden met de trog 31.; | The device 21 includes an elongated frame 29, which supports a trough: 31, which can be pivoted upwardly into an inclined position in line with a fixed trough 33, as shown in I-15; healed in fig. 1 and 9 or down to a horizontal position:! as shown in Figures 5 and 10-13. Hydraulic cylinders 34 are provided to swing the trough 31 up or down. The cylinders are pivotally connected to the frame 29 and their pistons are pivotally connected to the trough 31.
20 Het achtereind van de trog 31 is zwenkbaar gekoppeld met het; ; frame 29 bij 35. De vaste trog 33 is ondersteund in een hellende stand door de boorstellingvloer 25 en steunconstruc--tie 36. De trog 31 omvat langwerpige framedelen 37A-37D, die een V-vormige vloer 39 steunen, waarlangs de pijp P 25 glijdt. Een tussenliggend deel 39A van de V-vormige vloer 39 is zijwaarts kantelbaar in elke richting, wanneer de trog 31 horizontaal ligt, om pijpen aan elke zijde van de inrich-; ting 21 te deponeren voor opslag in de rekken 27. Het tussenliggende deel 39A is kantelbaar door hydraulische cilinders 30 41. De ondereinden van de cilinders 41 zijn zwenkbaar gekop peld aan een constructie 43, die is verbonden met framedelen j 37A en 37B en hun zuigers 41A zijn zwenkbaar gekoppeld met ί het tussenliggende deel 39A. Fig. 12 illustreert het tussenliggende deel 39A, dat zijwaarts naar links is gekanteld.The rear end of the trough 31 is pivotally coupled to it; ; frame 29 at 35. The fixed trough 33 is supported in an inclined position by the drilling rig floor 25 and support construction 36. The trough 31 comprises elongated frame parts 37A-37D, which support a V-shaped floor 39, along which the pipe P 25 slips. An intermediate portion 39A of the V-shaped floor 39 can be tilted sideways in any direction, when the trough 31 is horizontal, around pipes on either side of the device; 21 for storage in the racks 27. The intermediate part 39A is tiltable by hydraulic cylinders 30 41. The lower ends of the cylinders 41 are pivotally coupled to a structure 43 which is connected to frame parts 37A and 37B and their pistons 41A are pivotally coupled to the intermediate portion 39A. Fig. 12 illustrates the intermediate portion 39A tilted sideways to the left.
35 De cilinders 49 bewegen op en neer met de trog 31, terwijl deze op en neer wordt gekanteld.The cylinders 49 move up and down with the trough 31 while it is tilted up and down.
Ook is een beweegbaar onderdeel 49 aangebracht dat wordt gedreven door een eindloze ketting 51 om te bewegen langs de trog 31 in beide richtingen tussen zijn einden 8120357 -3- I ; 3ΙΑ en 31Β. De bodem 53 van het beweegbare onderdeel 49 is i ' : i V-vormig en glijdt langs de vloer 39. De bodem van de vloer j ! ! ! 39 heeft een langwerpige sleuf 53, die daardoorheen is ge- ι vormd. Een lip 55 met een dunne nek 56 strekt zich uit van de; : 5| bodem van het beweegbare onderdeel 49. De nek 56 strekt zich j j j uit door de sleuf 53 en de lip 55 is verbonden met de ket-: ting 51 onder de vloer 39. Een niet afgebeeld middel is aangebracht om de ketting 51 in beide richtingen aan te drijven.! WAnneer het gewenst is de pijp uit elk van 10 de rekken 27 omhoog te bewegen naar de boorstellingvloer, ; vinden de volgende bewerkingen plaats. De trog 31 wordt geplaatst in zijn horizontale stand en het beweegbare onderdeel 49 wordt geplaatst aan het achtereind 3IA van de trog 31. De pijplengte wordt overgebracht van één van de rekken j ; : 15 27 in de trog 31 waar deze rust op de V-vormige vloer 39.A movable member 49 is also provided which is driven by an endless chain 51 to move along the trough 31 in both directions between its ends 8120357-3; 3ΙΑ and 31Β. The bottom 53 of the movable part 49 is V-shaped and slides along the floor 39. The bottom of the floor j! ! ! 39 has an elongated slot 53 formed therethrough. A lip 55 with a thin neck 56 extends from the; : 5 | bottom of the movable part 49. The neck 56 extends through the slot 53 and the lip 55 is connected to the chain 51 under the floor 39. A means (not shown) is provided to secure the chain 51 in both directions. to float.! When it is desired to raise the pipe from each of the racks 27 up to the drilling rig floor; the following operations take place. The trough 31 is placed in its horizontal position and the movable part 49 is placed at the rear end 3IA of the trough 31. The pipe length is transferred from one of the racks j; : 15 27 in the trough 31 where it rests on the V-shaped floor 39.
j De trog 31 wordt vervolgens omhoog gezwenkt in uitlijning ! met de vaste trog 33. De eindloze ketting 51 wordt aangedre- ! ven om het onderdeel 49 langs de trog 31 omhoog te bewegen naar zijn eind 31B. Het vooreind 49A van het onderdeel 49 20 grijpt aan op het ondereind van de pijp P en duwt de pijp P Ij The trough 31 is then swung up in alignment! with the fixed trough 33. The endless chain 51 is driven to move the part 49 up along the trough 31 to its end 31B. The front end 49A of the part 49 20 engages the lower end of the pipe P and pushes the pipe P I
I : ; ; omhoog in de troggen 31 en 33 totdat de pijp boven de boorstellingvloer ligt. De pijp wordt dan in de boorstelling opgehezen door kabelhijsorganen en/of hefinrichtingen. Het onderdeel 49 wordt teruggetrokken naar het achtereind 31A j 25 van de trog 31; de trog 31 wordt neergelaten naar een horizontale stand en het proces wordt herhaald.I:; ; up into the troughs 31 and 33 until the pipe is above the drilling rig floor. The pipe is then raised in the drilling rig by cable hoists and / or lifting devices. The member 49 is withdrawn to the rear end 31A of the trough 31; the trough 31 is lowered to a horizontal position and the process is repeated.
Bij het bewegen van pijp omlaag vanaf de boorstellingvloer 25 wordt de trog 31 omhoog bewogen in uitlijning met de vaste trog 33 en het onderdeel 49 bewogen i 30 naar een opwaartse stand langs de trog 31. Het kabelhijs- ; orgaan plaatst een pijplengte in troggen 33 en 31 en het | onderdeel 49 wordt omlaag bewogen naar het ondereind van de trog 31 om de pijp omlaag te laten glijden in de trog 31 i · ; om de pijp te plaatsen op het tussenliggende deel 39A van 35 de vloer 39. De trog 31 wordt dan omlaag bewogen naar een horizontale stand en het tussenliggende deel 39A wordt zijwaarts gekanteld om de pijp aan een zijde van de inrichting 21 te deponeren voor opslag in éën van de rekken 27.As pipe moves downward from the drilling rig floor 25, the trough 31 is moved upwardly in alignment with the fixed trough 33 and the member 49 is moved to an upward position along the trough 31. The cable hoist; organ places a pipe length in troughs 33 and 31 and the | part 49 is moved down to the lower end of the trough 31 to slide the pipe down into the trough 31 i; to place the pipe on the intermediate part 39A of the floor 39. The trough 31 is then lowered to a horizontal position and the intermediate part 39A is tilted sideways to deposit the pipe on one side of the device 21 for storage in one of the racks 27.
Het pijpoverbrengsysteem voor het overbren-40 gen van pijpen tussen de rekken 27 en de pijphanteringsin- 8 1 2 0 3 5 7 -4- 1..... .......’ ........... ........................................ ............................ ...... ..................................................The pipe transfer system for transferring pipes between the racks 27 and the pipe handling 8 1 2 0 3 5 7 -4 -1 ..... ....... '........ ... ........................................ ....... ..................... ...... ....................... ...........................
j richting 21 omvat een paar uitgelijnde armen 61 en 63, die i | liggen aan de zijde van de pijphanteringsinrichting 21 en [ naast één van de pijprekken 27. In fig. 1 is een paar amen ; 61 en 63 afgeheeld aan de rechterzijde van de inrichting 21 |j direction 21 includes a pair of aligned arms 61 and 63, which i | lie on the side of the pipe handling device 21 and [next to one of the pipe racks 27. In Fig. 1 is a pair of amen; 61 and 63 tilted on the right side of the device 21 |
Ej naast het rechterrek 27. De einden 6IA en 63A van de armen IEj next to the right rack 27. The ends 6IA and 63A of the arms I
i . ί 61 en 63 zijn zwenkbaar gekoppeld met het frame 29 bij 65 I ί en 67. De tegenovergestelde einden 61B en 63B van de armen ! ! 61 en 63 kunnen hewegen naar een bovenste stand boven het i looppad 69 en naar een onderste stand onder het looppad 69, ! j j 10 zoals is afgebeeld in fig. 1, 2 en 5. In fig. 2 zijn de armen' | ; 61 en 63 afgebeeld in streepjeslijnen in hun bovenste stan- ! ! den.i. 61 and 63 are pivotally coupled to the frame 29 at 65 and 67. The opposite ends 61B and 63B of the arms! ! 61 and 63 can lift to an upper position above the walking path 69 and to a lower position below the walking path 69! As shown in Figures 1, 2 and 5. In Figure 2, the arms are ; 61 and 63 are shown in dashed lines in their top position! ! Pine tree.
Een hydraulisch systeem wordt toegepast | om de einden 61B en 63B van de amen 61 en 6 3 samen te be- j I ! I 15 wegen naar de bovenste of onderste stand of naar een niveau ; daartussenin. Het hydraulische systeem omvat een paar cilin- j : ders 71 en 73 waarvan de einden zwenkbaar zijn gekoppeld met i j het frame 29 bij 75 en 77. De zuigers 81 en 83 van de cilinders 71 en 73 zijn zwenkbaar gekoppeld met de amen 61 en j ; 20 63. In fig. 2 zijn de zuigers 81 en 83 zwenkbaar gekoppeld j ; afgebeeld bij 85 en 87 met oren 89 en 91, die zijn verbonden : i met de amen 61 resp. 6 3. Wanneer de zuigers 81 en 83 uit ί ; hun cilinders worden gedrukt, worden de einden 61B en 63B van de armen 61 en 63 omhoog bewogen en wanneer de zuigers 25 81 en 83 in hun cilinders worden bewogen, worden de einden 61B en 63B van de armen 61 en 63 omlaag bewogen. Verwijzend naar fig. 6 omvat het hydraulische systeem voor het bedienen ; van de cilinders 71 en 73 een oliereservoir 93, een pomp 95, een vierwegrichtingbesturingklep 97 en geschikte stroomlei-30 dingen.A hydraulic system is used to join the ends 61B and 63B of the amen 61 and 6 3 together! I 15 roads to the top or bottom position or to a level; in between. The hydraulic system includes a pair of cylinders 71 and 73, the ends of which are pivotally coupled to the frame 29 at 75 and 77. The pistons 81 and 83 of the cylinders 71 and 73 are pivotally coupled to the amen 61 and j ; 63. In Fig. 2, the pistons 81 and 83 are pivotally coupled j; shown at 85 and 87 with ears 89 and 91, which are connected: i with amen 61 and resp. 6 3. When the pistons 81 and 83 are out; their cylinders are pressed, the ends 61B and 63B of the arms 61 and 63 are moved upward and when the pistons 81 and 83 are moved into their cylinders, the ends 61B and 63B of the arms 61 and 63 are moved downward. Referring to Fig. 6, the hydraulic system includes operating; of the cylinders 71 and 73, an oil reservoir 93, a pump 95, a four-way control valve 97, and suitable flow lines.
Zwenkbaar gekoppeld met de einden 61B en 63B van de armen 61 en 63 is een stapel- en ontstapeltrog 101 voor het vervoeren van pijpen tussen het rek 21 en de pijphanteringsinrichting 21. De trog 101 kan in beide rich-35 tingen zijwaarts worden gezwenkt om de pijp te kunnen laden op en uit de trog 101. Verwijzend naar fig. 2-6 zullen de mechanismen voor het koppelen van de trog 101 aan de einden 61B en 63B van de armen 61 en 63 en om de trog 101 te kantelen worden beschreven. Kantelmechanismen 103 en 105 zijn ‘40 aangebracht aan elk eind van de trog 101. De einden 61B en 8120357 -5- 63B van de armen 61 en 63 hebben lippen 107 en 108, die res-! ; j j pectievelijk daaraan bevestigd zijn en die zijwaarts uitste-; i ken. De lippen 107 en 108 zijn roteerbaar gekoppeld met de ; i kantelmechanismen 103 resp. 105, waardoor de armen 61 en 63 ! ! | 5| samen omhoog of omlaag kunnen bewegen en de lengte van de ! trog 101 in een horizontale stand brengen. Elk van de kantel-: i mechanismen 103 en 105 is hetzelfde. Het kantelmechanisme j | 103 zal in detail worden beschreven* De lip 107 is roteer- | ! ; i j baar geplaatst in een opening 109, die is gevormd door een 10' legerorgaan 111. Het orgaan 111 is roteerbaar gemonteerd op ! een bovenste as 113, die is ondersteund door twee montage- ! organen 115 en 117, die vast zijn bevestigd op de trog 101.Pivotally coupled to the ends 61B and 63B of the arms 61 and 63 is a stacking and de-stacking trough 101 for transporting pipes between the rack 21 and the pipe handling device 21. The trough 101 can be pivoted sideways in either direction to pipe to and from the trough 101. Referring to FIGS. 2-6, the mechanisms for coupling the trough 101 to the ends 61B and 63B of the arms 61 and 63 and tilting the trough 101 will be described. Tilting mechanisms 103 and 105 are mounted "40" at each end of the trough 101. The ends 61B and 8120357-563B of the arms 61 and 63 have tabs 107 and 108 which remain. ; j j are attached to it and projecting sideways; me and. The lips 107 and 108 are rotatably coupled to the; i tilting mechanisms 103 resp. 105, making arms 61 and 63! ! | 5 | can move up or down together and the length of the! bring trough 101 into a horizontal position. Each of the tilt mechanisms 103 and 105 is the same. The tilting mechanism j | 103 will be described in detail. * The lip 107 is rotatable ! ; Placed in an opening 109 formed by a 10 'bearing member 111. The member 111 is rotatably mounted to an upper shaft 113, which is supported by two mounting! members 115 and 117 fixedly attached to the trough 101.
I | :I | :
De as 113 steekt vrij uit door openingen 115A en 117A, die j I ' i ; ; zijn gevormd door de montageorganen 115 en 117 en door een j j15 opening 11IA, die is gevormd door het orgaan 111 waardoor i de montageorganen 115 en 117 kunnen roteren om de as 113 en de as 113 kan roteren ten opzichte van het orgaan 111.The shaft 113 protrudes freely through openings 115A and 117A, which j i 'i; ; are formed by the mounting members 115 and 117 and by an opening 11IA formed by the member 111 allowing the mounting members 115 and 117 to rotate about the axis 113 and the axis 113 to rotate relative to the member 111.
Een roteerbaar bedieningsorgaan 121 is vast bevestigd op de trog 191 door middel van een plaat 123, die is bevestigd 20 op het bedieningsorgaan 121 en op de trog 101. Het bedieningsorgaan 121 heeft een onderste as 125, die kan worden : geroteerd in tegengestelde richtingen. De onderste as 125 I is vast bevestigd op een schakel 127, die is gekoppeld aan ; de as 113. De schakel 127 heeft een opening 127A, die de 25 as 113 vrij opneemt waardoor de schakel kan roteren om de as 113. Wanneer het bedieningsorgaan 121 zijn as 125 in een richting roteert, wordt de schakel 127 geroteerd, waardoor de schakel om de as 113 draait en derhalve het bedienings-i orgaan 121 en de trog 101 kantelt. In fig. 3 is de trog 101 30 ! in streepjeslijnen zijwaarts in tegenovergestelde richtingen 1 gekanteld afgebeeld. In fig. 3 is het bedieningsorgaan 121 | duidelijkheidshalve niet kantelend met de trog afgebeeld.A rotatable actuator 121 is fixedly mounted on the trough 191 by means of a plate 123 mounted on the actuator 121 and on the trough 101. The actuator 121 has a lower shaft 125 which can be rotated in opposite directions. The lower shaft 125 I is fixedly attached to a link 127 coupled to; the shaft 113. The link 127 has an opening 127A, which receives the axis 113 freely, allowing the link to rotate about the axis 113. When the actuator 121 rotates its axis 125 in one direction, the link 127 is rotated, whereby the link rotates about the axis 113 and therefore tilts the operating member 121 and the trough 101. In Fig. 3, the trough 101 is 30! shown sideways in opposite directions 1 in dashed lines. In Fig. 3, the actuator 121 | not shown tilting with the trough for clarity.
Het roterende bedieningsorgaan 121 is , een in de handel verkrijgbaar hydraulisch bediend bedienings-; 1 : 35 I orgaan. Verwijzend naar fig. 6 omvat het een cilinder 129 met twee zuigers 131 en 133 en met een tussen de zuigers 1 verbonden tandheugel 135. De heugel 135 grijpt aan op een rondsel 139. De as 125 is een uitsteeksel van het rondsel 139. Wanneer druk wordt uitgeoefend op êén zijde van de 40 cilinder 129 drijft deze de zuiger en de tandheugel in een 8120357 -6- ;richting om het rondsel 139 en dus de as 125 te roteren. Aan ; 'de tegenovergestelde zijde van de cilinder wordt de druk af-!gelaten. In fig. 6 is het onderdeel 140 de cilinder voor het j ; roterende bedieningsorgaan 141 voor het kantelmechanisme 105.The rotary actuator 121 is a commercially available hydraulically actuated actuator; 1:35 I organ. Referring to Fig. 6, it comprises a cylinder 129 with two pistons 131 and 133 and with a rack 135 connected between the pistons 1. The rack 135 engages a pinion 139. The shaft 125 is a projection of the pinion 139. When pressure exerted on one side of the cylinder 40, it drives the piston and rack in an 8120357 direction to rotate the pinion 139 and thus the shaft 125. On ; the pressure on the opposite side of the cylinder is released. In Fig. 6, the part 140 is the cylinder for the j; rotary actuator 141 for the tilt mechanism 105.
; i 5!Het bedieningsorgaan 141 is hetzelfde als het bedieningsor- : i : | j gaan 121. De cilinder 140 heeft twee zuigers 142 en 143 en j ; I | | |een tussen de zuigers verbonden tandheugel 145 om een rondselj j146 te roteren, waaruit een soortgelijke as als de as 107 | I uitsteekt. De beide bedieningsorganen van de mechanismen 103 j 10 en 105 worden tegelijk bediend door hydraulisch fluïdum uit het reservoir 93 en de pomp 95 om hun assen in dezelfde rich-j !ting aan te drijven voor het kantelen van de trog 101. Een i i vierwegklep 143 wordt toegepast om de richting te besturen, |waarin de twee bedieningsorganen 121 en 141 hun assen roteren 15ien dus de richting, waarin de trog 121 wordt gekanteld.; The actuator 141 is the same as the actuator: i: | j go 121. The cylinder 140 has two pistons 142 and 143 and j; I | | a rack 145 connected between the pistons to rotate a pinion j146, from which a shaft similar to the shaft 107 | I protrude. Both actuators of mechanisms 103, 10 and 105 are operated simultaneously by hydraulic fluid from reservoir 93 and pump 95 to drive their shafts in the same direction for tilting trough 101. A four-way valve 143 is used to control the direction in which the two actuators 121 and 141 rotate their axes, thus the direction in which the trough 121 is tilted.
J De armen 61 en 63 en de trog 101 werken op ; |de volgende manier om pijpen over te brengen tussen het rek |27 en de pijphanteerinrichting 21. Neem aan, dat een pijp ! imoet worden overgebracht van de inrichting 21 omhoog naar het : 20 rek 27. De armen 61 en 63 zullen zo worden geplaatst, dat de trog 101 juist onder het looppad 69 in een niet gekantelde stand ligt, waardoor de V van de trog 101 rechtop staat. In !deze stand ligt de bovenrand van de trog 101 dicht bij het looppad 69 met zeer weinig ruimte tussen de trogrand en het 25 looppad 69, zodat een pijp die buitenwaarts op het looppad :69 rolt in de trog 101 zal rollen. Het tussenliggende deel I39A van de vloer 39 van de trog 31 wordt zijwaarts gekanteld om een pijplengte te deponeren op het looppad 69. Van het ; looppad zal de pijp in de trog 101 rollen. De armen 61 en 63 ; j30 worden dan tegelijk omhoog bewogen om de trog 101 omhoog te :bewegen waarbij de trog in een niet gekantelde stand wordt :gehouden. Terwijl de trog omhoog wordt bewogen zal zijn lengte horizontaal worden gehouden. De trog zal dus de pijp opne- j |men en omhoog brengen zonder langsbeweging van de pijp in de 35 trog 101. De pijp kan dus niet van de trog afrollen en ook niet in de langsrichting van de trog glijden. Wanneer de trog! 101 de top van hét rek 27 bereikt, zal de opwaartse beweging van de armen 61 en 63 worden beëindigd en zal de trog 101 :zijwaarts worden gekanteld in een richting om de pijplengte 40 te deponeren op de bovenzijde van het rek 27. De trog 101 8,12 0 3 5 7 -7- ; zal in een niet gekantelde stand worden bewogen en de armen j | i 61 en 63 en de trog 101 zullen omlaag worden bewogen om het ] ! proces te herhalen. ' I 1J The arms 61 and 63 and the trough 101 work up; | the following way to transfer pipes between the rack | 27 and the pipe handling device 21. Assume that a pipe! It must be transferred from the device 21 up to the rack 27. The arms 61 and 63 will be positioned so that the trough 101 is just below the walkway 69 in an un-tilted position, so that the V of the trough 101 is upright . In this position, the top edge of the trough 101 is close to the walkway 69 with very little space between the trough edge and the walkway 69, so that a pipe rolling outward on the walkway 69 will roll into the trough 101. The intermediate portion 139A of the floor 39 of the trough 31 is tilted sideways to deposit a pipe length on the walkway 69. From the; walkway the pipe will roll into the trough 101. Arms 61 and 63; j30 are then simultaneously moved upwardly to raise the trough 101 keeping the trough in a non-tilted position. As the trough is moved upwards, its length will be kept horizontal. Thus, the trough will pick up and raise the pipe without longitudinal movement of the pipe in the trough 101. Thus, the pipe cannot roll off the trough nor slide in the longitudinal direction of the trough. When the trough! 101 reaches the top of the rack 27, the upward movement of the arms 61 and 63 will be terminated and the trough 101 will be tilted sideways in a direction to deposit the pipe length 40 on the top of the rack 27. The trough 101 8.12 0 3 5 7 -7-; will be moved in a non-tilted position and the arms j | 61 and 63 and the trough 101 will be moved down to the]! repeat the process. I 1
Om een pijp over te brengen uit het rek j ! i 5! 27 naar de pijphanteerinrichting 21 werken de armen 61 en | 63 en de trog 101 op de volgende manier. Neem aan, dat een | ; pijp moet worden overgebracht van een bovenste pijprij op i het rek 27 naar de pijphanteerinrichting 21. De armen 61 en ; ! | ! 63 zullen zo worden geplaatst, dat de trog 101 juist onder ;io! de bovenste pijprij op het rek 27 ligt met de trog 101 in een niet gekantelde stand, waardoor de V- van de trog 101 | rechtop zal staan. De pijplengte zal worden geduwd in de I trog 101. De armen 61 en 63 zullen dan tegelijk omlaag wor- i : ; den bewogen met de trog 101, die de pijplengte in een hori- : 15; zontale stand omlaag voert. Wanneer de trog 101 het niveau j van het looppad 69 bereikt, zal de neerwaartse beweging van j „ i de armen 61 en 63 worden beëindigd en zal de trog 101 zijwaarts worden gekanteld in een richting om de pijplengte te ; deponeren op het looppad 69, waar deze in de trog 31 zal 20 rollen. De trog 101 zal worden bewogen naar een niet gekan- j telde stand en de armen 61 en 63 en de trog 101 zullen opwaarts worden bewogen om het proces te herhalen.To transfer a pipe from the rack j! i 5! 27 to the pipe handling device 21 the arms 61 and | act 63 and the trough 101 in the following manner. Assume that a | ; pipe must be transferred from an upper pipe row on the rack 27 to the pipe handling device 21. The arms 61 and; ! | ! 63 will be placed in such a way that the trough 101 is just below the bottom. the top row of pipes on the rack 27 is with the trough 101 in a non-tilted position, so that the V of the trough 101 | will stand upright. The pipe length will be pushed into the I trough 101. The arms 61 and 63 will then be lowered simultaneously. the moved with the trough 101, which the pipe length in a horizontal: 15; zontal position down. When the trough 101 reaches the level j of the walkway 69, the downward movement of the arms 61 and 63 will be terminated and the trough 101 will be tilted sideways in a direction to extend the pipe length; deposit on the walkway 69 where it will roll into the trough 31. The trough 101 will be moved to an un-tilted position and the arms 61 and 63 and the trough 101 will be moved upward to repeat the process.
Een paar armen 61 en 63 en een zijwaarts kantelbare trog 101 zoals boven beschreven zullen zijn ge-i25 plaatst aan beide zijden van de inrichting 21 om pijpen over te brengen tussen elk rek 27 en de inrichting 21.A pair of arms 61 and 63 and a side-tilting trough 101 as described above will be placed on both sides of the device 21 to transfer pipes between each rack 27 and the device 21.
Wanneer de helling van de troggen 31 en 33 klein is kan de pijp niet onder invloed van de zwaarte- j kracht langs de trog omlaag glijden vanaf de boorstelling-30 vloer. Thans verwijzend naar fig. 1, 7, 8, 11, 12 en 14-16 zal een verschuifbare plaat 151 worden beschreven, die los- ' neembaar kan worden bevestigd aan het pijpbeweegorgaan 49 van de pijphanteerinrichting 21 om pijpen te vervoeren van de boorstellingvloer 25 omlaag langs de troggen 31 en 33, 35 wanneer er weinig of geen hoogteverschil tussen de boorstel-; lingvloer 25 en het frame 29 van de pijphanteerinrichting 21 is. De plaat 151 omvat een V-vormig onderdeel, dat verschuifbaar is op de vloer 39 van de trog 31. Een opening 153 is gevormd dichtbij het achtereind 151A van de plaat 40 151, waarin een driehoekig bevestigingsonderdeel 155 is aan- 8120357 -8- 1 I ...... ' ............. - - : j I gebracht, dat omhoog uitsteekt van een voorwaarts verlengstuk! j van de nek 56 van het onderdeel 49. De opening 153 strekt ! zich niet helemaal uit naar het achtereind 151A van de plaat I i 151 maar ligt op een korte afstand daarvan. Het onderdeel i 5i 155 helt omlaag naar zijn vooreind, waardoor het onderdeel ! i 155 kan worden gestoken in de opening 153 door het onderdeel i j 49 voorwaarts te bewegen, terwijl de plaat 151 omhoog zal j ! i ! | lopen op het onderdeel 155 als het voorwaarts beweegt, totdat i |When the slope of the troughs 31 and 33 is small, the pipe cannot slide down the trough from the drilling rig floor under the influence of gravity. Referring now to Figures 1, 7, 8, 11, 12, and 14-16, a sliding plate 151 will be described which can be detachably attached to the pipe moving member 49 of the pipe handling device 21 to transport pipes from the drilling rig floor 25. down along the troughs 31 and 33, 35 when there is little or no height difference between the drill bits; sloping floor 25 and the frame 29 of the pipe handling device 21. The plate 151 includes a V-shaped part that is slidable on the floor 39 of the trough 31. An opening 153 is formed near the rear end 151A of the plate 40 151, in which a triangular fastening part 155 is attached. 8120357-8 I ...... '............. - -: j I brought up, protruding from a forward extension! j of the neck 56 of the part 49. The opening 153 extends! does not extend all the way to the rear end 151A of the plate 151, but is a short distance therefrom. The part i 5i 155 slopes down to its front end, making the part! 155 can be inserted into the opening 153 by moving the part 49 forward, while the plate 151 will rise up! i! | walking on part 155 as it moves forward until i |
! het de volle lengte van de opening 153 bereikt, op welk | KI tijdstip de plaat omlaag zal vallen met het onderdeel 155 I : gelegen in de opening 153. Wanneer het onderdeel 49 voor-| | waarts wordt bewogen door de ketting, zal zijn vooreind 49A! it reaches the full length of the opening 153, at which | AI time the plate will drop with the part 155 I located in the opening 153. When the part 49 is forward | moved forward by the chain, its front end will be 49A
het achtereind 151A van de plaat grijpen en de plaat 151 ; ! voorwaarts langs de trog 31 duwen. Om een pijp van de boor- 115 stellingvloer af te trekken, zal de plaat 151 op de vaste : trog 33 worden geduwd. Een pijplengte zal worden geladen op ! de plaat 151 en het onderdeel 49 zal achteruit worden bewogen1 door de ketting 51 en de plaat 151 en dus de pijp achteruittrekken, waardoor de pijp kan worden geladen op het rek 27.grasp the back end 151A of the plate and the plate 151; ! push forward along the trough 31. To pull a pipe off the drilling rig floor, the plate 151 will be pushed onto the fixed trough 33. A pipe length will be loaded on! the plate 151 and the part 49 will be moved backwards1 by the chain 51 and the plate 151 and thus pull the pipe back, allowing the pipe to be loaded onto the rack 27.
i 20 Wanneer het onderdeel 49 achteruit beweegt, grijpt het achtereind 155A van het onderdeel 155 aan op het achtereind 153B: ! j ! van de opening 153 en trekt de plaat 151 achteruit. Zoals | ! te zien is in fig. 7, 11 en 12, heeft het tussenliggende of ! afwerpdeel 39A van de vloer 39 van de trog 31 twee langwer- 25' pige plaatvasthoudstroken .161 en 163, die zijn gevormd langs zijn bovenste buitenranden. Wanneer de plaat 151 wordt getrokken op het tussenliggende deel 39A, glijden de buiten-I randen 151B en 151C van de plaat onder de stroken 161 en 163, waardoor de plaat wordt vastgehoüden op het tussenliggende ! ! 3d of afwerpdeel 39A. Dus als de trog 31 wordt omlaag bewogen naar een horizontale stand en het afwerpdeel 39A zijwaarts wordt gezwenkt , zal de plaat 151 ook zijwaarts worden gekan-teld, waardoor de pijp kan worden gedeponeerd op het looppad 69 om te worden geladen op een rek 27 naast de inrichting 21.When the part 49 moves backward, the rear end 155A of the part 155 engages the rear end 153B:! j! of the opening 153 and retracts the plate 151. Like | ! can be seen in fig. 7, 11 and 12, the intermediate or! discharge part 39A from the floor 39 of the trough 31 two elongated plate retaining strips. 161 and 163 formed along its upper outer edges. When the plate 151 is pulled on the intermediate portion 39A, the outer edges 151B and 151C of the plate slide under the strips 161 and 163, thereby holding the plate on the intermediate portion. ! 3d or discharge part 39A. Thus, when the trough 31 is lowered to a horizontal position and the discharge part 39A is pivoted sideways, the plate 151 will also tilt sideways, allowing the pipe to be deposited onto the walkway 69 for loading on a rack 27 adjacent the establishment 21.
35 Tijdens het deponeren door het afwerpdeel 39A, zal het onderdeel 49 boven het afwerpdeel 39A liggen. Wanneer de plaat 151 zijwaarts wordt gekanteld door het afwerpdeel 39A, wordt zijn opening 153 bewogen boven het onderdeel 155. Wanneer echter de plaat op zijn plaats terug wordt bewogen door het 40 afwerpdeel 39A, zal de opening 153 om het onderdeel .155 pas 8120357 -9- sen, waardoor het beweegbare onderdeel 49 de plaat kan duwen : langs de trog 31 naar de vaste trog 33. i i !During deposition by the discharge part 39A, the part 49 will lie above the discharge part 39A. When the plate 151 is tilted sideways by the discharge part 39A, its opening 153 is moved above the part 155. However, when the plate is moved back into place by the discharge part 39A, the opening 153 will pass around the part .155 8120357 - 9- through which the movable part 49 can push the plate: along the trough 31 to the fixed trough 33. ii!
Hoewel de plaat 151 op de ^eerste plaats wordt ! gebruikt om een pijp van de boorstellingvloer te trekken om j 5| deze op het rek te laden, zal het duidelijk zijn, dat deze | | zou kunnen worden gebruikt om een pijp van het rek 27 teAlthough record 151 is in first place! used to pull a pipe from the drilling rig floor to j 5 | it will be obvious that this | | could be used to pipe a pipe from the rack 27
| bewegen naar de boorstellingvloer. De plaat 151 heeft ook I| move to the drilling rig floor. Plate 151 also has I.
J het voordeel, dat deze de hoofdtroggen 31 en 33 beschermt i I 1 tegen slijtage. Een teflonachtige deklaag kan worden aange- ! j ! 10! bracht op de onderzijde van de plaat 151 om de wrijving te I verminderen.J the advantage that it protects the main troughs 31 and 33 from wear. A Teflon-like coating can be applied! j! 10! applied to the bottom of the plate 151 to reduce friction.
I j :I j:
Wanneer het hoogteverschil tussen de boor-| stellingvloer 25 en het frame 29 voldoende is zodat de pijp : onder invloed van de zwaartekracht omlaag glijdt langs de I15 troggen 33 en 31, kan de plaat 151 worden verwijderd evenals het bevestigingsonderdeel 155. Het onderdeel 155 kan losneem-; baar zijn bevestigd aan het voorste uitsteeksel van de nek 56 van het onderdeel 49 door bouten.When the height difference between the drilling | shelf floor 25 and frame 29 is sufficient for the pipe to: slide under gravity along the I15 troughs 33 and 31, the plate 151 can be removed as well as the fastening part 155. The part 155 can detach; are secured to the front protrusion of the neck 56 of the member 49 by bolts.
Inplaats van de stroken 61 en 63, die wor-20 den toegepast om de plaat 151 op het afwerpdeel 39A te houden kan de plaat 151 een dunne nek hebben, die omlaag steekt vanaf zijn bodem, waarbij een vergrote lip is bevestigd aan de dunne nek. De dunne nek zal uitsteken door de sleuf 53, waarbij de vergrote lip onder de vloer 39 ligt. Deze uitvoe-25 ring maakt het mogelijk, dat de plaat 151 op de vloer 39 glijdt, maar houdt de plaat 151 op het afwerpdeel, wanneer dit wordt gekanteld voor het afwerpen. Bij deze uitvoering kan de plaat 151 worden gekoppeld aan het onderdeel 49 door het onderdeel 155 te bevestigen aan het voorste uitsteeksel 30 van de nek 56 van het onderdeel 49 door de opening 153 van de plaat 151 wanneer de opening 153 van de plaat 151 boven het voorwaartse uitsteeksel van de nek ligt. De plaat 151 kan worden verwijderd door het onderdeel 155 te verwijderen en door de plaat voorwaarts te schuiven wanneer de trog 31 35 in een enigszins hellende stand ligt om de onderste dunne nek van de plaat te verwijderen uit de sleuf 53 aan het vooreind van de trog 31.In place of the strips 61 and 63 used to hold the plate 151 on the discharge part 39A, the plate 151 may have a thin neck projecting down from its bottom with an enlarged lip attached to the thin neck . The thin neck will protrude through the slot 53, the enlarged lip being under the floor 39. This arrangement allows the plate 151 to slide on the floor 39, but keeps the plate 151 on the discharge part when it is tilted for the discharge. In this embodiment, the plate 151 can be coupled to the part 49 by attaching the part 155 to the front protrusion 30 of the neck 56 of the part 49 through the opening 153 of the plate 151 when the opening 153 of the plate 151 is above the forward protrusion of the neck. The plate 151 can be removed by removing the part 155 and sliding the plate forward when the trough 31 is in a slightly inclined position to remove the bottom thin neck of the plate from the slot 53 at the front end of the trough 31.
Bij voorkeur zal de plaat 151 langer zijn dan de pijplengte, die deze zal vervoeren.Preferably, the plate 151 will be longer than the pipe length it will carry.
81203578120357
Claims (11)
Applications Claiming Priority (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US18572780A | 1980-09-10 | 1980-09-10 | |
US06/185,726 US4382738A (en) | 1980-02-27 | 1980-09-10 | Pipe handling system |
US18572680 | 1980-09-10 | ||
US18572780 | 1980-09-10 | ||
US8101230 | 1981-09-10 | ||
PCT/US1981/001230 WO1982000852A1 (en) | 1980-09-10 | 1981-09-10 | Pipe handling system with apron and stacking arms |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8120357A true NL8120357A (en) | 1982-08-02 |
Family
ID=26881410
Family Applications (2)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8120358A NL8120358A (en) | 1980-09-10 | 1981-09-10 | |
NL8120357A NL8120357A (en) | 1980-09-10 | 1981-09-10 | Pipe handling system with apron and stacking arms - transfers pipe between pipe rack and pipe handling apparatus |
Family Applications Before (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8120358A NL8120358A (en) | 1980-09-10 | 1981-09-10 |
Country Status (12)
Country | Link |
---|---|
EP (3) | EP0139237A1 (en) |
JP (2) | JPS57501638A (en) |
BR (2) | BR8108785A (en) |
CA (1) | CA1167833A (en) |
DE (2) | DE3152304A1 (en) |
DK (2) | DK207682A (en) |
GB (9) | GB2093507B (en) |
MX (1) | MX153783A (en) |
NL (2) | NL8120358A (en) |
NO (2) | NO160669C (en) |
SE (2) | SE452492B (en) |
WO (2) | WO1982000853A1 (en) |
Families Citing this family (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
MX153783A (en) * | 1980-09-10 | 1987-01-09 | Imgram Corp | IMPROVEMENTS IN APPARATUS TO TRANSFER TUBES, OR OTHER SIMILAR ITEMS, BETWEEN THE FLOOR OF A DRILLING EQUIPMENT AND A SUPPORT OF TUBES |
DE3244896C2 (en) * | 1982-12-04 | 1987-01-08 | Deutsche Schachtbau- und Tiefbohr-Gesellschaft mbH, 4450 Lingen | Transport storage |
GB2158132B (en) * | 1985-05-20 | 1986-12-31 | Ingram Corp | Pipe handling machine |
DE29921784U1 (en) * | 1999-12-10 | 2001-01-11 | Deutsche Tiefbohr AG, 48455 Bad Bentheim | Device for transporting and handling pipes and drill pipes |
US7021880B2 (en) * | 2003-04-18 | 2006-04-04 | Pipe Wranglers Canada (2004) Inc. | Pipe handling apparatus for presenting sections of pipe to a derrick work floor having a high-speed carriage assembly |
US7832974B2 (en) * | 2005-06-01 | 2010-11-16 | Canrig Drilling Technology Ltd. | Pipe-handling apparatus |
US7802636B2 (en) | 2007-02-23 | 2010-09-28 | Atwood Oceanics, Inc. | Simultaneous tubular handling system and method |
US8845260B2 (en) | 2009-07-29 | 2014-09-30 | Markwater Handling Systems Ltd. | Apparatus and method for handling pipe |
US8215888B2 (en) | 2009-10-16 | 2012-07-10 | Friede Goldman United, Ltd. | Cartridge tubular handling system |
US10012038B2 (en) | 2014-07-15 | 2018-07-03 | Warrior Rig Technologies Limited | Pipe handling apparatus and methods |
CN104165031B (en) * | 2014-08-12 | 2016-10-19 | 四川准达科技有限责任公司 | Rig automatic loading and unloading boring rod set |
CN104675339B (en) * | 2015-03-15 | 2017-02-22 | 河北百冠钻井设备有限公司 | Automatic conveying system for drill drill of drilling machine |
CN110436188B (en) * | 2019-07-05 | 2024-05-17 | 安徽韩华建材科技股份有限公司 | Composite floor transfer device |
Family Cites Families (17)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
USRE24907E (en) * | 1960-12-13 | Automatic pipe layer and racker | ||
US2643006A (en) * | 1949-09-28 | 1953-06-23 | William R King | Automatic pipe handler |
US2852147A (en) * | 1954-12-07 | 1958-09-16 | Aubrey F Maydew | Automatic pipe layer and racker |
US2896796A (en) * | 1957-11-04 | 1959-07-28 | Blaw Knox Co | Pipe lowering device |
US2954130A (en) * | 1959-07-08 | 1960-09-27 | United States Steel Corp | Lift conveyor for upsetting machine |
US3159286A (en) * | 1963-10-17 | 1964-12-01 | Sr Richard B Freeman | Drill pipe handling apparatus |
US3254776A (en) * | 1964-04-10 | 1966-06-07 | Socony Mobil Oil Co Inc | Pipe handling and storage apparatus |
US3451493A (en) * | 1967-03-29 | 1969-06-24 | James C Storm | Drilling apparatus and method |
US3559821A (en) * | 1969-06-19 | 1971-02-02 | Ralph Edward James | Drill pipe handling apparatus |
US3792783A (en) * | 1971-03-18 | 1974-02-19 | C Brown | Pipe handling system |
US3916500A (en) * | 1972-05-24 | 1975-11-04 | Cicero C Brown | Pipe handling apparatus |
US3810553A (en) * | 1972-08-31 | 1974-05-14 | R Crocker | Pipe handling device |
US4067453A (en) * | 1976-04-19 | 1978-01-10 | Western Gear Corporation | Pipe delivery system |
US4208158A (en) * | 1978-04-10 | 1980-06-17 | Franklin Enterprises, Inc. | Auxiliary offshore rig and methods for using same |
US4235566A (en) * | 1978-12-04 | 1980-11-25 | Beeman Archie W | Pipe-conveying catwalk |
US4347028A (en) * | 1979-09-17 | 1982-08-31 | Automatic Pipe Racker, Inc. | Pipe handling apparatus |
MX153783A (en) * | 1980-09-10 | 1987-01-09 | Imgram Corp | IMPROVEMENTS IN APPARATUS TO TRANSFER TUBES, OR OTHER SIMILAR ITEMS, BETWEEN THE FLOOR OF A DRILLING EQUIPMENT AND A SUPPORT OF TUBES |
-
1981
- 1981-09-09 MX MX189106A patent/MX153783A/en unknown
- 1981-09-09 CA CA000385482A patent/CA1167833A/en not_active Expired
- 1981-09-10 JP JP56503146A patent/JPS57501638A/ja active Pending
- 1981-09-10 BR BR8108785A patent/BR8108785A/en unknown
- 1981-09-10 BR BR8108783A patent/BR8108783A/en unknown
- 1981-09-10 WO PCT/US1981/001231 patent/WO1982000853A1/en active IP Right Grant
- 1981-09-10 EP EP84111355A patent/EP0139237A1/en not_active Withdrawn
- 1981-09-10 NL NL8120358A patent/NL8120358A/nl unknown
- 1981-09-10 DE DE813152304T patent/DE3152304A1/en not_active Withdrawn
- 1981-09-10 EP EP81902673A patent/EP0060295B1/en not_active Expired
- 1981-09-10 NL NL8120357A patent/NL8120357A/en unknown
- 1981-09-10 JP JP56503145A patent/JPH0256473B2/ja not_active Expired - Lifetime
- 1981-09-10 WO PCT/US1981/001230 patent/WO1982000852A1/en active IP Right Grant
- 1981-09-10 DE DE813152309T patent/DE3152309A1/en not_active Withdrawn
- 1981-09-10 GB GB8213428A patent/GB2093507B/en not_active Expired
- 1981-09-10 EP EP81902672A patent/EP0061473B1/en not_active Expired
- 1981-09-10 GB GB8213429A patent/GB2093508B/en not_active Expired
-
1982
- 1982-05-05 NO NO82821479A patent/NO160669C/en unknown
- 1982-05-07 SE SE8202887A patent/SE452492B/en not_active IP Right Cessation
- 1982-05-07 NO NO82821511A patent/NO159199C/en unknown
- 1982-05-07 SE SE8202888A patent/SE8202888L/en not_active Application Discontinuation
- 1982-05-10 DK DK207682A patent/DK207682A/en unknown
- 1982-05-10 DK DK207582A patent/DK207582A/en not_active Application Discontinuation
-
1984
- 1984-04-16 GB GB08409801A patent/GB2138471B/en not_active Expired
- 1984-04-17 GB GB08410009A patent/GB2137264B/en not_active Expired
-
1985
- 1985-02-18 GB GB08504060A patent/GB2152114B/en not_active Expired
- 1985-02-18 GB GB08504057A patent/GB2152111B/en not_active Expired
- 1985-02-18 GB GB08504061A patent/GB2152115B/en not_active Expired
- 1985-02-18 GB GB08504058A patent/GB2152112B/en not_active Expired
- 1985-02-18 GB GB08504059A patent/GB2152113B/en not_active Expired
Also Published As
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4382738A (en) | Pipe handling system | |
NL8120357A (en) | Pipe handling system with apron and stacking arms - transfers pipe between pipe rack and pipe handling apparatus | |
US4426182A (en) | Tubular handling apparatus | |
EP0061490B1 (en) | Pipe handling apparatus with trough clamping means | |
US20080138174A1 (en) | Pick-up and lay-down system and method | |
US20060045654A1 (en) | Pipe pick-up and laydown apparatus | |
US7568533B2 (en) | Pipehandler | |
EP2011959A2 (en) | Pipe roller assembly | |
NL8320265A (en) | MACHINE FOR PICKING UP AND LAYING DOWN PIPES. | |
US4053063A (en) | Apparatus for handling pipe at well site | |
US10161202B2 (en) | Drill rod store, drilling rig and method for downward drilling | |
KR860000835B1 (en) | Tubular handling apparatus | |
EP3997301B1 (en) | Apparatus for moving cylindrical parts | |
EP0094383A1 (en) | Handling apparatus for pipe and other tubulars | |
JPH051187B2 (en) | ||
EP0102349A1 (en) | Pipe handling machine | |
NL1031736C2 (en) | Crane for transferring plant containers in greenhouse, has support frame movable along overhead rail via wheels rotatable about vertical and horizontal axes | |
NL1027386C2 (en) | Loading method for automatic plant container transport carts used in greenhouses, transfers container from height adjustable first arm arrangement to movable second arm arrangement | |
NL1024897C1 (en) | Forklift truck loading device, capable of moving load towards and away from truck in at least one direction, preferably comprising telescopic arm for moving loading rack | |
GB2158131A (en) | Pipe handling machine | |
CN115885734A (en) | Flat-layer vegetable planting system | |
EP4133156A1 (en) | Apparatus and method of handling tubes for light workover rigs | |
GB2252759A (en) | Improvements in or relating to handling of loads | |
GB2158132A (en) | Pipe handling machine | |
JPH0775421A (en) | Loader for root vegetables and mobile harvester loaded therewith |