This paper discusses the failures of the European security agenda against Putin’s Russia. It describes how after WWII the world believed in and worked on multilateral cooperation and consultation and how Europe in particular was therefore... more
This paper discusses the failures of the European security agenda against Putin’s Russia. It describes how after WWII the world believed in and worked on multilateral cooperation and consultation and how Europe in particular was therefore convinced that peace and security policies should be conducted with soft powers. The remainder of the article then proposes the two pillars on which a new security agenda should be based: multilateralism combined with a deterrent defense. The contribution ends with an epilogue explaining how Russian restitution payments to Ukraine can be made possible.
Research Interests:
This study starts with a description of the first years of Dutch broadcasting and focusses on the role religion played in this period. This role appears so important that the Dutch broadcasting system became prototypical for the Dutch... more
This study starts with a description of the first years of Dutch broadcasting and focusses on the role religion played in this period. This role appears so important that the Dutch broadcasting system became prototypical for the Dutch 'verzuiling', 'pillarization'. In the second part of the article it is sketched how the impact of religion in the radio and television programs decreased in the 1960's and '70's, which led to a certain 'de-pillarization'. The last part of this paper shows how evangelical Chrisians reacted on this development and why they established a new religiously inspired station.
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
The aim of this paper is to show that blends or portmanteau words form an intermediate category between monomorphemic and polymorphemic words. First, it will be shown that one must distinguish between two types of concatenations of... more
The aim of this paper is to show that blends or portmanteau words form an intermediate category between monomorphemic and polymorphemic words. First, it will be shown that one must distinguish between two types of concatenations of portions of two words. On the one hand formations that combine the first portions of the two source words and on the other hand words in which the first part of the first source word is combined with the final part of the second. These last group are real blends. The first one is better called clipped compounds, complex clippings or stub compounds. Both groups show a righthand head. Clipped compounds appear to be a subcategory of compounds and follow the Compound Stress Rule. In blends the right part of the final form is also the head. However, blends copy the prosodic and syllabic structure of the second source word. Whereas compounds consist of at least two prosodic or phonological words, blends consist of only one. This leads to the conclusion that blends can best be described as an intermediate category between compounds and simplex words. Most of the examples described in this paper come from Dutch, however, some German and English examples are also discussed. Blending operates in a similar way in these languages. Therefore, the analysis presented here does not claim universal validity
Research Interests:
Research Interests:
In this paper clipping in Dutch, English and German is discussed. In English there exist three different processes of clipping. The first results in monosyllabic CVC-forms, the two others in disyllabic trochaic forms, the first of this... more
In this paper clipping in Dutch, English and German is discussed. In English there exist three different processes of clipping. The first results in monosyllabic CVC-forms, the two others in disyllabic trochaic forms, the first of this pair with final -o , the last one ending in -i. In Dutch there are mainly two processes of clipping. The first one resulting in monosyllabic CVC-forms, the second in trochaic forms ending in -o. German also has disyllabic clipped forms but mainly ending in -i. This paper shows how the co-occurrence of a diminutive or hypocoristic suffix -i in German and the absence of a similar suffix in Dutch can explain the non-occurrence of -i clipped forms in Dutch and at the same time of -o clipped forms in German.
Research Interests:
In deze bijdrage worden Poolse en Nederlandse nominale samenstellingen vergeleken en worden, met het oog op het leren van Nederlands door Poolstalige studenten, de overeenkomsten tussen beide verschijnselen globaal in kaart gebracht. Dit,... more
In deze bijdrage worden Poolse en Nederlandse nominale samenstellingen vergeleken en worden, met het oog op het leren van Nederlands door Poolstalige studenten, de overeenkomsten tussen beide verschijnselen globaal in kaart gebracht. Dit, omdat het didactisch gezien een beter uitgangspunt biedt om uit te gaan van overeenkomsten. Voor het Nederlands wordt aan de hand van de literatuur eerst nagegaan wat het verschil is tussen een woordgroep en een samenstelling. Vervolgens worden de kenmerkende eigenschappen van nominale samenstellingen beschreven. Hierbij ligt de nadruk op de semantische en formele rechtshoofdigheid, op het klemtoonpatroon en op mogelijke verbindingsklanken. Vervolgens worden, wederom op basis van de bestaande literatuur, vergelijkbare Poolse samenstellingen geanalyseerd en beschreven. Tenslotte wordt vastgesteld dat de kenmerkende eigenschappen van Nederlandse en Poolse nominale samenstellingen, hoezeer ze ook verschillen in frequentie, vrijwel volledig samenvallen...
Research Interests:
In this contribution, Polish and Dutch nominal compounds are compared. The focus is on the similarities between the two phenomena and these similarities are broadly described to aid in the learning of Dutch by Polish-speaking students.... more
In this contribution, Polish and Dutch nominal compounds are compared. The focus is on the similarities between the two phenomena and these similarities are broadly described to aid in the learning of Dutch by Polish-speaking students. This approach has been chosen, since stressing similarities instead of differences offers a better didactic starting point. For Dutch, the difference between a group of words and a compound is first examined on the basis of the literature. Next, the characteristic properties of nominal compounds are described. The emphasis here is on semantic and formal right-headedness, on the stress pattern of compounds and on possible linking elements. Subsequently, again, based on the existing literature, comparable Polish compounds are analysed and described. Finally, it is established that the characteristic properties of Dutch and Polish nominal compounds, however much they differ in frequency, coincide almost completely. The last section of this article explains why it makes more sense to start with similarities than with differences when teaching about compounds.
Research Interests:
In deze bijdrage worden Poolse en Nederlandse nominale samenstellingen vergeleken en wor- den, met het oog op het leren van Nederlands door Poolstalige studenten, de overeenkomsten tussen beide verschijnselen globaal in kaart gebracht.... more
In deze bijdrage worden Poolse en Nederlandse nominale samenstellingen vergeleken en wor-
den, met het oog op het leren van Nederlands door Poolstalige studenten, de overeenkomsten tussen
beide verschijnselen globaal in kaart gebracht. Dit, omdat het didactisch gezien een beter uit-
gangspunt biedt om uit te gaan van overeenkomsten. Voor het Nederlands wordt aan de hand van de
literatuur eerst nagegaan wat het verschil is tussen een woordgroep en een samenstelling. Ver-
volgens worden de kenmerkende eigenschappen van nominale samenstellingen beschreven. Hierbij
CAMIEL HAMANS & ROBERTUS DE LOUW100
ligt de nadruk op de semantische en formele rechtshoofdigheid, op het klemtoonpatroon en op
mogelijke verbindingsklanken. Vervolgens worden, wederom op basis van de bestaande literatuur,
vergelijkbare Poolse samenstellingen geanalyseerd en beschreven. Tenslotte wordt vastgesteld dat
de kenmerkende eigenschappen van Nederlandse en Poolse nominale samenstellingen, hoezeer ze
ook verschillen in frequentie, vrijwel volledig samenvallen. In de laatste paragraaf van dit artikel
wordt uiteengezet waarom het didactisch beter is uit te gaan van overeenkomsten dan van
verschillen.
Trefwoorden: (nominale) samenstellingen; rechtshoofdigheid; klemtoonpatroon; verbindingsklanken;
vreemdetalenonderwijs; taalvergelijking; Nederlands; Pools; nadruk op overeenkomsten
den, met het oog op het leren van Nederlands door Poolstalige studenten, de overeenkomsten tussen
beide verschijnselen globaal in kaart gebracht. Dit, omdat het didactisch gezien een beter uit-
gangspunt biedt om uit te gaan van overeenkomsten. Voor het Nederlands wordt aan de hand van de
literatuur eerst nagegaan wat het verschil is tussen een woordgroep en een samenstelling. Ver-
volgens worden de kenmerkende eigenschappen van nominale samenstellingen beschreven. Hierbij
CAMIEL HAMANS & ROBERTUS DE LOUW100
ligt de nadruk op de semantische en formele rechtshoofdigheid, op het klemtoonpatroon en op
mogelijke verbindingsklanken. Vervolgens worden, wederom op basis van de bestaande literatuur,
vergelijkbare Poolse samenstellingen geanalyseerd en beschreven. Tenslotte wordt vastgesteld dat
de kenmerkende eigenschappen van Nederlandse en Poolse nominale samenstellingen, hoezeer ze
ook verschillen in frequentie, vrijwel volledig samenvallen. In de laatste paragraaf van dit artikel
wordt uiteengezet waarom het didactisch beter is uit te gaan van overeenkomsten dan van
verschillen.
Trefwoorden: (nominale) samenstellingen; rechtshoofdigheid; klemtoonpatroon; verbindingsklanken;
vreemdetalenonderwijs; taalvergelijking; Nederlands; Pools; nadruk op overeenkomsten
Research Interests:
Inleiding Simon Stevin (1548-1620) geldt als een geleerde, die de praktische toepassing van wetenschappelijk onderzoek hoog in het vaandel had. Daarom is de belangrijkste Nederlandse onderscheiding voor academische onderzoekers die de... more
Inleiding Simon Stevin (1548-1620) geldt als een geleerde, die de praktische toepassing van wetenschappelijk onderzoek hoog in het vaandel had. Daarom is de belangrijkste Nederlandse onderscheiding voor academische onderzoekers die de resultaten van hun werk maatschappelijk dienstbaar maken, naar hem genoemd. Daarnaast is er een Stevinpenning, die uitgereikt wordt aan personen die zich bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt op het gebied van de Nederlandse terminologie en de vaktaal. Stevin, wiskundige, natuurkundige en ingenieur, heeft namelijk een groot gedeelte van de nog immer gebruikte Nederlandse wis-en natuurkundige terminologie ontwikkeld. Stevin is de uitvinder van de term wiskunde, waarin voor een geoefend oog de woorden wijs en bewijzen terug te vinden zijn.
Research Interests:
In deze bijdrage worden de semantische veranderingen van vier leenwoorden in het Nederlands beschreven. De woorden die gevolgd worden zijn sociaal, royaal, maestro en tribunaal. De keuze is niet geheel toevallig. Deze vier woorden... more
In deze bijdrage worden de semantische veranderingen van vier leenwoorden in het Nederlands beschreven. De woorden die gevolgd worden zijn sociaal, royaal, maestro en tribunaal. De keuze is niet geheel toevallig. Deze vier woorden speelden een rol in de Nederlandse actualiteit van december 2021.
Research Interests:
Blends are traditionally seen as irregular and unsystematic. In this paper it is shown that one must make a distinction between stub compounds or clipped compounds (sitcom, misper) and real blends (brunch, advertorial). In much of the... more
Blends are traditionally seen as irregular and unsystematic. In this paper it is shown that one must make a distinction between stub compounds or clipped compounds (sitcom, misper) and real blends (brunch, advertorial). In much of the literature on blends, however, stub compounds are classified as blends. Stub compounds appear to be compounds and follow the Compound Stress Rule, whereas blends turn out to form a category of its own. Blends exhibit a right-hand head and insofar they can be compared to compounds. However, their prosodic structure is a copy of the second source word, the word where the final part of the word comes from. The analysis presented here demonstrates that blends consist of one prosodic word, whereas compounds consist of two. This proves that blends are an intermediate category of their own at the intersection of phonology and morphology. The examples discussed mainly come from English. Data from Dutch and German is also presented.
Research Interests: Phonology and Linguistics
Copyright It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open... more
Copyright It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content licence (like
Research Interests:
Dieser Band entstand auf der Basis von Beitragen, die zum XXIV. Internationalen Kolloquium des Studienkreises ‘Geschichte der Sprachwissenschaft’ vom 22. bis 24. August 2013 vorgetragen wurden. Ausschlaggebend fur die Wahl des Themas war... more
Dieser Band entstand auf der Basis von Beitragen, die zum XXIV. Internationalen Kolloquium des Studienkreises ‘Geschichte der Sprachwissenschaft’ vom 22. bis 24. August 2013 vorgetragen wurden. Ausschlaggebend fur die Wahl des Themas war nicht ein Befolgen des Zeitgeistes, der immer wieder auf die Krise hinweist, die Europa durchlebt und die sich naturlich auch im metasprachlichen Bewusstsein niederschlagt, sondern die Absicht, eine von der Feststellung von Kontinuitaten in der Entwicklung der Sprachwissenschaft unterschiedene Forschungsperspektive einzunehmen. Krisenzeiten und Umbruche fuhren allerdings tatsachlich auch zu veranderten Diskursstrategien und Bezeichnungsmustern, die auch von linguistischen Laien wahrgenommen und diskutiert werden. Sprachwandeltheorien spiegeln zwar ein Bewusstsein von Phasen sehr dynamischer sprachlicher Entwicklungen wider, nicht jedoch ein Interesse an dem gesellschaftlich bedingten initialen Moment, an dem anfanglichen Ausloser von Sprachwandel. E...
Research Interests:
In 1668 the Dutch scholar Adriaan Koerbagh was convicterd of publishing a radical book. The main reason for his conviction, however, was that he published it in his mother tongue. In this paper it is demonstrated how Koerbagh how Koerbagh... more
In 1668 the Dutch scholar Adriaan Koerbagh was convicterd of publishing a radical book. The main reason for his conviction, however, was that he published it in his mother tongue. In this paper it is demonstrated how Koerbagh how Koerbagh fits into a purist tradition that goes back to Goropius Becanus and Simon Stevin and which is also found in ther works of the German grammarian Schottelius.
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests: Philosophy and Hero
This paper aims at solving an old descriptive problem in dealing with neoclassical compounds: the status of the segment -o- which usually appears between the two elements of neoclassical compounds as in hamburgerology, buyology,... more
This paper aims at solving an old descriptive problem in dealing with neoclassical compounds: the status of the segment -o- which usually appears between the two elements of neoclassical compounds as in hamburgerology, buyology, bacteriology and epidemiology.
Research Interests:
This paper summarizes the discussion about the origin and the status of Afrikaans. Two schools appear to be opposed to each other: the philological school and a creolistic view. The philological school tried to demonstrate with meticulous... more
This paper summarizes the discussion about the origin and the status of Afrikaans. Two schools appear to be opposed to each other: the philological school and a creolistic view. The philological school tried to demonstrate with meticulous research of sources that Afrikaans is a full daughter of 17th century Dutch, which set foot ashore with van Riebeeck in 1652 at the Cape of Good Hope. Linguists who thought of a pattern of creolization in the formation of Afrikaans point to the influence of the languages of slaves brought to South Africa and to the influence of the original inhabitants, the Khoi and the San. This contribution mainly outlines the ideological background of these two schools of thought. For the philological school this is the system of Apartheid, while for the Creolist view the emphasis is more on decolonization.
Research Interests:
In modern West-Germanic and Scandinavian languages one comes across words such as German Nudo(‘nudist’), Swedish fyllo (‘alcoholic’) and Dutch lullo (‘asshole’). All these words are recently coined under the influence of American English... more
In modern West-Germanic and Scandinavian languages one comes across words such as German Nudo(‘nudist’), Swedish fyllo (‘alcoholic’) and Dutch lullo (‘asshole’). All these words are recently coined under the influence of American English words such as psycho, from psychopath, lesbo, from lesbian, and kiddo from kid. This chapter describes how this new pattern of shortened and monosyllabic -o words has spread across the word and how it was able to compete with other shortened, ‘clipped’ words such as English sex from sexual activity, plane from aeroplane, flu from influenza and clipped and monosyllabic forms with a suffix -y/-ie, so called hypocoristics, such as telly from television set, Andy from Andrew and hottie from hot. It also explains how this new Italian-style American English suffix managed to put aside its own Swedish, German and Dutch patterns and how this new -opattern was borrowed and became productive via a process of reinterpretation in these languages.
Research Interests:
This paper discusses two different directions in morphological change: from full form to suffix and from unspecified segment of a simple word to suffix or even free form. Together with the well known notion of lateral change these two... more
This paper discusses two different directions in morphological change: from full form to suffix and from unspecified segment of a simple word to suffix or even free form. Together with the well known notion of lateral change these two opposite directions show that there is not a preferred direction in language change. In language change opposing forces appear to be at work. Most of the examples discussed here are from recent usage, which shows that historical processes can be studied in the present also.
Research Interests:
This paper discusses clipping in a few Germanic languages, English, Dutch, Swedish and German. It deals with older monosyllabic clipped forms as well as with recently borrowed disyllabic clipping patterns with final -o. Attention is also... more
This paper discusses clipping in a few Germanic languages, English, Dutch, Swedish and German. It deals with older monosyllabic clipped forms as well as with recently borrowed disyllabic clipping patterns with final -o. Attention is also given to a more traditional pattern in which clipping goes hand in hand with diminutive or hypocoristic suffixation. The data discussed in this paper show on the one hand how output resemblances influence possible innovations and on the other hand how prosodic preferences may reinforce such innovations. It is also shown how crucial the role of the naive language user is when it comes to innovation. This language user borrows a coherent set of lexemes from a foreign language, subsequently finds out what possible system governs this set and introduces this pattern into his own language, where it becomes productive.
Research Interests:
About the first days of generative grammar in France, East-Germany, Hungary and especially the Netherlands (Amsterdam), where already in 1958 a group of young linguistis started to study generative grammar.
Research Interests:
This study discusses the disappearance of Yiddish in the Netherlands. At the end of the 18th century a small group of progressive Jews, inspired by the French Revolution and the ideas of the Jewish Enlightenment Haskalah, tried to... more
This study discusses the disappearance of Yiddish in the Netherlands. At the end of the 18th century a small group of progressive Jews, inspired by the French Revolution and the ideas of the Jewish Enlightenment Haskalah, tried to implement changes in the Jewish community of Amsterdam. One of the innovations they proposed was giving up Yiddish in favor of Dutch. Their arguments were threefold: Yiddish was a corrupted language in which it was impossible to think clearly. Secondly, by using Yiddish the Jews isolated themselves, which led to their backwardness and poverty. Thirdly, by not mastering the national language, the Jews were unable to make full use of their newly acquired civil rights. The initiative of this small group of forerunners met with fierce resistance in the Jewish community. With the help of two successive kings, who sought centralization and the creation of a common national identity, the progressive liberal group finally gained victory. After about a century, it ...
Research Interests:
In this paper it is shown that the claim made in grammaticalisation literature that there is a universal tendency towards unidirectional changes is incorrect. Morphological changes may go in two directions. From less bound to more bound... more
In this paper it is shown that the claim made in grammaticalisation literature that there is a universal tendency towards unidirectional changes is incorrect. Morphological changes may go in two directions. From less bound to more bound but also the other way around.
Research Interests:
In this study the linguistic ideas of Goropius Becanus (1519-1573) and his followers Hendrik Laurensz Spieghel (1549-1612), Simon Stevin (1548-1620) and Hugo Grotius (1583-1645) are studied. Goropius Becanus has a poor reputation for his... more
In this study the linguistic ideas of Goropius Becanus (1519-1573) and his followers Hendrik Laurensz Spieghel (1549-1612), Simon Stevin (1548-1620) and Hugo Grotius (1583-1645) are studied. Goropius Becanus has a poor reputation for his fantastic etymologies, which have been ridiculed by, for example, Leibniz. However, Becanus’ ideas about the position and value of his Dutch mother tongue have been influential for more than a century, as is demonstrated. He was not only held in high esteem in the Low Countries but also in Germany, where a similar linguistic patriotism flourished in the 17th century. Goropius Becanus and his supporters should be appreciated as linguistic patriots who fought for equal rights for their language.
A Brussels window on the diversity of languages in Europe
This paper describes the background of the Charter for Regional and Minority Languages (1992). To explain why linguistic diversity became an issue in the last decades of the 20th century, the paper goes back to the end of the 18th and the... more
This paper describes the background of the Charter for Regional and Minority Languages (1992). To explain why linguistic diversity became an issue in the last decades of the 20th century, the paper goes back to the end of the 18th and the 19th century, a period in which nation building and homogenization were the main political issues in Western Europe. Since language was seen as nation binder language diversity was anathema. This led to language conflicts, which were sought to be solved by means of the Charter that promoted the acceptance of language diversity.
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the... more
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.
Research Interests:
Research Interests:
concern the schwa-zero alternations in inflexion. Working within the framework of lexical phonology, Wlese (1986a,b) argues that these alternations are syllabically conditioned. According to him, there is no need for the distinct-ion... more
concern the schwa-zero alternations in inflexion. Working within the framework of lexical phonology, Wlese (1986a,b) argues that these alternations are syllabically conditioned. According to him, there is no need for the distinct-ion between schwa constans and schwa mobile, as drawn up by Issatschenko
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the... more
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.
Research Interests:
Research Interests:
Research Interests:
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the... more
Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.
Although the description and study of dialects used to be a central issue in traditional linguistics from the last quarter of the 19th century onwards, the protection and promotion of minority and regional languages only became a topic... more
Although the description and study of dialects used to be a central issue in traditional linguistics from the last quarter of the 19th century onwards, the protection and promotion of minority and regional languages only became a topic for linguistic research and language policy almost one hundred years later. With the rise of sociolinguistics in the sixties and seventies of the twentieth century and the growing interest in the language use of different social classes, linguists, educators and politicians became interested in non-standard languages. At the political level this led to several international reports, declarations, manifestos and charters, the most important being the Charter of Regional and Minority Languages accepted by the Council of Europe in 1992. In this article the implementation of the Charter in a few European Countries, such as France, Poland, Belgium and the Netherlands, is discussed. From this survey it becomes clear how political and legal factors prevail o...
Research Interests:
In this paper, three recent morphological processes are studied, i.e. blending, libfixing and clipping. These processes have only just recently become productive in the prestigious global languages of English and/or French. As a result,... more
In this paper, three recent morphological processes are studied, i.e. blending, libfixing and clipping. These processes have only just recently become productive in the prestigious global languages of English and/or French. As a result, the speakers of less prestigious and distant languages have borrowed instances of these processes in their own languages, re-analyzed the borrowed forms and, consequently, introduced the processes underlying these borrowings into their own languages. In this way the grammar of the borrowing languages is influenced by global language contact. The most obvious result of contact between languages is the borrowing of lexical items, but borrowing of non-lexical structural features also occurs. According to Thomason’s (2001: 70) borrowing scale, the borrowing of content words occurs in situations of casual contact, but as the intensity of this contact increases, more and more categories of lexical items can be borrowed and structural borrowing may also occur.
Research Interests:
In this paper the genesis of the Charter of Regional and Minority Languages (1992) is discussed briefly, just as the current politico-linguistic situation in a few European languages with respect to the Charter. Especially the postion of... more
In this paper the genesis of the Charter of Regional and Minority Languages (1992) is discussed briefly, just as the current politico-linguistic situation in a few European languages with respect to the Charter. Especially the postion of the Russian speaking minority in the Ukraine, one of the partners of the Charter, is compared with that of the Russian speaking minorities in Latvia and Estonia. The role and the positive effect of the periodical reports of the Committee of Experts of the Council of Europe is sketched. In the conclusion a possible role of the Strasbourg Court of Justice is foreseen where it comes to strengthening of linguistic rights via case law.
Research Interests:
KNAW Narcis. Back to search results. Publication The relation between formal and informal style with respect to language change. (2005). Pagina-navigatie: Main. Title, The relation between formal and informal style with respect to... more
KNAW Narcis. Back to search results. Publication The relation between formal and informal style with respect to language change. (2005). Pagina-navigatie: Main. Title, The relation between formal and informal style with respect to language change. ...
This paper describes the relatively unknown genre of the travelogues, travel journals in which a dilettante anthropologist author presents information about unknown cultures and regions. Some of these travelogues contain linguistic... more
This paper describes the relatively unknown genre of the travelogues, travel journals in which a dilettante anthropologist author presents information about unknown cultures and regions. Some of these travelogues contain linguistic information that is overlooked so far. In this paper a Dutch author of printed travel journals, Stephanus Hanewinckel, will be introduced. His early dialectological remarks and data will be presented and analyzed. Moreover the history of the Parable of the Prodigal Son as a sample text for dialect comparison will be discussed. The article ends with an edition of Hanewinckel’s early 19th century version of the Parable of the Prodigal Son in a Dutch dialect from the province of North Brabant.
Jarenlang leek verdere uitbreiding van de Europese Unie tot stilstand gekomen te zijn, maar nu is de druk om voortgang te maken met de toetreding van landen als Oekraïne en Moldavië opeens groot. Daar zijn goede redenen voor, maar het... more
Jarenlang leek verdere uitbreiding van de Europese Unie tot stilstand gekomen te zijn, maar nu is de druk om voortgang te maken met de toetreding van landen als Oekraïne en Moldavië opeens groot. Daar zijn goede redenen voor, maar het tempo verhogen zonder beter aan te geven wat het karakter van de uitgebreide EU moet worden, is riskant. Zie de ervaringen die zijn opgedaan met de uitbreidingen van 2004 en 2007.
Research Interests:
This paper describes the first Black Chamber in the Netherlands, and the role of Pierre Lyonet (1706-1789), a famous polyglot, naturalist and illustrator, played in setting up this department of the 18th century Dutch secret service.
Research Interests:
This paper aims at showing how a prestigious language can influence the structure of recipient languages via long distance contact