NL8302319A - Blinde bout. - Google Patents

Description

P & G

V » ^

LW 1936-36 Ned.M/LdB

Korte aanduiding: Blinde bout

De uitvinding heeft betrekking op een blinde bout met vergrendelspil en meer in het bijzonder op een blinde bout met vergrendel-5 spil waartoe behoren een huls en een pen, en die een vergrendelkraag bezit, die radiale expansie van de huls verhindert door ondersteuning van de stop aan de pen.

Blinde bouten van het type volgens de uitvinding worden ontworpen voor gebruik in constructieve toepassingen (in tegenstelling tot 10 vele blinde klinknagels, die traditioneel bestemd zijn voor niet-construc-tief gebruik). Bovendien is de blinde bout volgens de uitvinding van het type waarbij geen expansie van de huls plaatsvindt,en dos niet.da holte-·wordt opgevuld (hetgeen eveneens in het algemeen in tegenstelling is met de conventionele blinde klinknagels). Bij vliegtuigtoepassingen zijn blinde 15 bouten conventioneel bij of nabij de maximale hardheid, teneinde maximale sterkte te verschaffen. Aldus is de blinde bout volgens de uitvinding bij voorkeur van het type weergegeven en beschreven in het Amerikaanse octrooischrift no. 3,253.495. Daarom bevat de onderhavige blinde bout een huls, een pen en een vergrendelkraag, die in het algemeen fungeren 20 zoals weergegeven en beschreven in dat octrooischrift. Ofschoon het zoeven genoemde octrooischrift een unieke constructie beschrijft voor het verschaffen van een gradiënt van hardheid in de huls on de formatie van de.. uitstulping te verbeteren, is de onderhavige uitvinding gericht op het verschaffen van een verbeterde pen-aanslag en vergrendelconstructie voor 25 het vergrendelen van de pen en de huls ten opzichte van elkaar nadat de blinde kop of uitstulping gevormd is. In dit opzicht wordt de vergrendeling verkregen door een vergrendelring, die bewogen wordt in een vergrendelzak bepaald door holtes aan de pen en de huls die met elkaar geconfronteerd worden, nadat ingrijping heeft plaatsgevonden met een eerste mechanische 30 aanslag tussen de pen en de huls. Wanneer de eerste mechanische aanslag wordt bereikt, wordt de vergrendelconstructie volgens de uitvinding werkzaam om de aanslagwerking te supplementeren om op meer positieve wijze te verzekeren dat de verplaatsing van de pen gearresteerd wordt.

Zoals opgemerkt is de blinde bout volgens de uitvinding van het 35 type, waarbij geen expansie plaatsvindt van de huls. Met andere woorden, dergelijke blinde bouten vervullen niet een functie on de op elkaar passende gaten in te verbinden werkstukken te vullen via uitzetting van de huls. In feite zijn de onderhavige blinde bouten bestemd om te worden geplaatst in gaten met een passing, die varieert vanf een geringe hinder 40 tot een voorgeselecteerde speling. Bij dergelijke blinde bouten wordt de 8302319 \ i * - 2 - pen gestopt door aanligging tegen aanslagschouders aan de pen en huls (schouders 38 en 40 van het genoemde octrooischrift).

Zoals opgemerkt wordt de grendelzak op de- juiste wijze gedefinieerd, wanneer de aanslagschouders in ingrijping zijn. Bij een op speling berus-5 tende toepassing echter, tenzij de vergrendeling zodanig wordt bediend dat deze zich zet naar de belasting, wanneer de pen en huls op geschikte wijze zijn uitgericht om op juiste wijze de grendelholte te bepalen, kan de penschouderaanslag de huls radiaal uitzetten, waardoor deze kan rijden over de hulsschouderaanslag. Dit zou de grendelholtes van de pen en de 10 huls buiten de gewenste uitrichting kunnen plaatsen, hetgeen resulteert in een onjuiste plaatsing van de vergrendeling. Inderdaad, zelfs indien de vergrendeling in constructief opzicht bevredigend is, zal de ligging van de pen in een voorafbepaald punt buiten de huls in aërodynamisch opzicht onbevredigend kunnen zijn, waardoor hetzij'de blinde bout verwijderd moet 15 worden of een hulp-machinebewerking moet plaatsvinden. Aan deze problemen is aandacht besteed bij constructies in het verleden door toleranties van het vergrendel- en van het vergrendelzet-mechanisme zorgvuldig te controle— ren. Daarenboven, terwijl op speling berustende toepassingen worden gebruikt, wordt de hoeveelheid speling nauwlettend gecontroleerd, zodat de 20 mate van radiale expansie (totdat de binnenwanden van het gat worden bereikt door uitzetting van de huls) 'zodanig.wordt beperkt dat de aanslagschouders op adequate wijze de pen nog kunnen stoppen. Deze problemen zijn in grote mate verminderd bij de onderhavige uitvinding. Voor het begrijpen van de onderhavige uitvinding is een beschouwing van eerdere blinde bout-25 vergrendelconstructies nuttig.

Aldus hebben eerdere blinde bout- vergrendelconstructies de volgende maatregelen omvat: 1. Ringvormige vergrendelring met dubbelwerkend gereedschap; 2. Afschuifflens met vergrendelkraag van gegolfde constructie; en 30 3. Afschuifkap.

In de eerste constructie (dubbelwerkend gereedschap) is het zetten van de vergrendeling afhankelijk van een schuifmechanisme van een gereedschap.

Bij de tweede constructie zal de uiteindelijke afschuifbelasting van de af schuifflens de zettende belasting van het vergrendelkraaggedeelte bepalen; 35 de afschuifkap werkt op de zelfde wijze. Het bovenstaande zal hieronder uitvoeriger beschreven worden. Bij de onderhavige constructie worden alle belastingen rechtstreeks genomen op de vergrendelkraag met een resulterende wrijvingsbelasting tegen de pen; zoals men zal zien wordt de wijze van belasting gestuurd ter verschaffing van een hulp bij de mechanische aanslag 40 tussen de pen en de huls, waardoor de kans dat deze aanslag geweld aange- 8302319 t - 3 - « < daan wordt en de vergrendelzak verkeerd uitgericht wordt, minimaal gemaakt wordt.

Het is voordelig cm de blinde boute te voorzien van een huls van nagenoeg maximale hardheid en/of sterkte. In dit opzicht zou.de 5 algemene hulsconstructie uit bovengenoemd octrooi met voordeel kunnen worden gebruikt. Verwante materie over dit onderwerp met betrekking tot uitzetting van de huls en dus opvullen van de holte bij blinde klinknagels vindt men in de Amerikaanse octrooischriften 4,127.345 en 4,230.017; en de Japanse ter inzage gelegde aanvrage 97511/80 gepubliceerd op. 24 juli 10 1980. Blinde klinknagels fungeren op verschillende wijze en dienen voor een doel dat in hoofdzaak verschilt van een blinde bout. Aldus bij een blinde klinknagel, zoals ook wordt bewezen door de latere octrooischriften, is de huls specifiek ontworpen om radiaal naar buiten te expanderen door de pen teneinde het gat te vullen, waarin het geplaatst is. In dit 15 opzicht heeft de pen een vergroot ringvormig extruderend gebieddeel, dat gewoonlijk voorwaarts gelegen is van de ingesnoerde breëkgroef, welk gebiedsdeel ontworpen is om met een gedeelte van de huls in ingrijping te komen en dit te expanderen voor het verschaffen van een opvulling van het gat. Blinde bouten echter zijn niet bestemd om te expanderen ter 20 verkrijging van een opvulling der gaten en als zodanig heeft de bout niet een dergelijk uitzettend gebiedsdeel. Inderdaad is elke zodanige radiale expansie in een blinde bout ongewenst en vindt plaats wanneer de pen te ver binnen de huls verplaatst wordt. Vandaar dat men poogt een dergelijke buitensporige penbeweging en expanöie in een blinde bout mini-25 maal te maken. Wegens dit verschil zijn de belastingskarakteristieken tussen een blinde klinknagel en een blinde bout zeer verschillend. Zoals men zal inzien, verzekert de constructie van de onderhavige uitvinding letterlijk geen radiale expansie, dus de stand der techniek op het gebied van blinde klinknagels, zoals weergegeven door de aangehaalde 30 octrooischriften is niet van toepassing op de onderhavige uitvinding.

De uitvinding zal hieronder aan de hand van enige in de figuren der bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont een langsaanzicht van een blinde bout waarbij 35 sommige onderdelen worden weergegeven in doorsnede en andere zijn weggebroken, waarbij de blinde bout wordt weergegeven voorafgaande aan het installeren ervan, en kenmerken belichaamd van de onderhavige uitvinding;

Figuur 2 is een grafische voorstelling van de belasting in kilogram, zoals uitgeoefend op de pen en huls relatief tot de beweging van 40 de pen voor de blinde bout volgens de uitvinding en voor een blinde bout 8302319 - 4 - volgens de stand der techniek;

Figuren 3A - 3D geeft een opeenvolging van tekeningen, waarbij de installatie van de blinde bout van fig. 1 wordt weergegeven uit de toepassingen van het gereedschap op de blinde bout in fig. 3A tot de 5 uiteindelijk montering ervan in fig. 3D.

Figuur 4 toont een langsaanzicht (soortgelijk aan dat van fig.

3A) waarbij sommige onderdelen in doorsnede zijn weergegeven en andere zijn weggebroken, waarin wordt weergegeven een blinde houtconstructie volgens de stand der techniek, waarbij een gereedschap met dubbele werking 10 vereist is;

Figuur 5 toont een langsaanzicht(soortgelijk aan dat van fig.3A) waarbij sommige onderdelen worden weergegeven in doorsnede en andere onderdelen zijn weggebroken, waarin een blinde bout constructie volgens de stand der techniek getoond wordt onder gebruikmaking van een vergrende-15 ling van het afschuifflenstype;

Figuur 6 toont een langsaanzicht (soortgelijk aan dat van fig.

3A), waarbij sommige onderdelen worden weergegeven in doorsnede en andere zijn weggebroken, waarin een blinde bout constructie volgens de stand der techniek wordt weergegeven onder gebruikmaking van een vergrendelsamenstel 20 van het afschuifkaptype;

Figuur 7 geeft fragmentarisch een gespleten langsaanzicht van een werktuig om het samenstel vast te zetten, waarbij sommige gedeelten in doorsnede zijn weergegeven en andere zijn weggebroken ter illustratie van de tolerantielimieten bij plaatsing van de pen; en 25 Figuur 8 geeft fragmentarisch een langsaanzicht van een werktuig om het samenstel vast te zetten, waarbij sommige onderdelen in doorsnede weergegeven zijn en andere zijn weggebrokên ter illustratie van tolerantielimieten bij het plaatsen van de vergrendeling.

Onder verwijzing thans naar fig. 1 wordt daarin weergegeven 30 een blinde bout samenstel 10 in samenhang met een paar aan elkaar te bevestigen werkstukken 12 en 14. Het werkstuk 14 is het voorste (of open) werkstuk en het werkstuk 12 is het achterste (of blinde zijde) werkstuk.

De blinde bout 10 bevat een pen of doom 16, een buisvormige huls 18 en een ringvormige vergrendelring of kraag 20.

35 De huls 18 heeft een recht schachtgedeelte 22, dat eindigt in een vergrote kop 24 van het verzonken type. De uitwendige diameter D^ van het schachtgedeelte 32 is in het algemeen over de gehele lengte gelijkmatig. De huls 18 heeft een centrale doorboring 26, welke een boringsgedeelte 27 met tussenliggende boring van een diameter D2, welke eindigt in de 40 vergrote kop 24 in een vergrote boringsdeel 25 met een conisch gevormd 8302319 V * - - 5 - boringsgedeelte 28 en een verzonken gedeelte 30 met in axiale richting rechte zijwanden. Een tegenovergelegen einde van de doorboring 26 eindigt in een recht boringsgedeelte 32 met grotere diameter , welke bij de verbindingsplaat van het boringsgedeelte 27 een ringvormige aanslagschou-5 der 34 bepaalt. Merk op dat, ofschoon een verzonken kopvormgeving weergegeven is, de eigenschappen van de onderhavige uitvinding evenzeer toepasbaar zijn op een huls met een uitstekende kop. Zoals men kan zien neemt de doorboring 26 van de huls 18 de pen 16 passend op.

De pen 16 heeft een vergroot kopgedeelte 36 en een langwerpige 10 schacht 38. Het kopgedeelte 36 grijpt over het blinde einde van de huls 18 heen. Nabij het kopgedeelte 36 bezit de schacht 38 een schachtgedeelte 40 met vergrote diameter, ingericht om te worden opgenomen in het vergrote boringsgedeelte 32 met een nauwe passing. Een tussengelegen schachtgedeelte 42 volgt en is van geringere diameter en ingericht om 15 nauw passend opgenomen te worden binnen het boringsgedeelte 27. Een aanslagschouder 44 aan de pen wordt bepaald door de verbindingsplaats van schachtgedeelte 40 en 42 en· werkt samen met een aanslagschouder 34 aan de huls om beweging van de pen 16 te beëindigen tijdens de installatie van het bevestigingssamenstel 10.

20 Een ringvormige vergrendelgroef 46 is gelegen nabij het tussenge legen schachtgedeelte 42 en is ingericht om een vergrendelzak te bepalen met het vergrote boringsgedeelte 25. Een verborgen of gesloten ringvormige breekinsnoering of kerf 48 wordt bepaald in een ringvormig gebied 50, gelegen nabij de vergrendelgroef 46. Een dergelijke breek-insnoering wordt 25 geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift 3,292.482 en is gewenst om de breek-insnoering gladjes te kunnen bewegen door de ringvormige vergrendelring 20. Dit is in tegenstelling tot bekende open breek-insnoe-ringen die kunnen indruisen tegen beweging van de pen door de vergrendelring 20. Een ringvormig "splined" gedeèlte 52 is gelegen tussen het 30 breek-insnoeringsgebied 50 en een langwerpig trekgroefgedeelte 54; trek-groefgedeelte 54 bestaat uit een aantal ringvormige trekgroeven 56 ingericht om te worden aangegrepen door een installatiegereedschap op conventionele wijze.

Merk op dat de diameter van het schachtgedeelte 42 en de maxima-35 le diameter van het gebied 50 in het algemeen gelijk zijn aan de diameter D2 van het tussengelegen boringsgedeelte 27. Op soortgelijke wijze is de diameter van het vergrote schachtgedeelte 40 in het algemeen gelijk aan de diameter D^ van het vergrote boringsgedeelte 32. Aldus kan men inzien dat, naarmate de pen 16 door de huls 18 getrokken wordt, geen radiale 40 expansie van de schacht 22 van de huls 18 zal worden veroorzaakt, en in 8302319 - 6 —

, V

feite kan een dergelijke expansie niet plaatsvinden, tenzij de pen-schou-:· der 44 zich voorbij de huls-schouder 34 verplaatst, waardoor het vergrote schachtgedeelte 40 zich kan verplaatsen tot in het tussengelegen borings-gedeelte 27. Zoals men kan zien werkt de vergrendelconstructie volgens 5 de uitvinding samen met de aanslagschouders 34, 44 om axiale beweging van de pen 16 ten opzichte van de huls 18 te verhinderen, waardoor de pen 16 op de juiste wijze gelegen zal zijn ten opzichte van de huls 18 om op nauwkeurige wijze de vergrendelzak te bepalen.

De vergrendelring of kraag 20 is een ringvormig gespleten lichaam 10 dat ingericht is om te worden opgenomen over het "gesphnede " gedeelte 52 van de pen 16 met een geringe interferentiepassing; het "gesplinede" gedeelte 52 is iets groter in diameter dan het gebied 50 teneinde daardoor de vergrendelring 20 na de montage vast te houden. Bij de montage wordt de vergrendelring nauwpassend ontvangen binnen het rechte verzonken 15 gedeelte 30 van het vergrote boringsgedeelte 25. Het verzonken gedeelte 30 helpt om de vergrendelring 20 te ondersteunen en de radiaal naar buiten gerichte vervorming te verhinderen voorafgaande aan de axiale beweging ervan in de vergrendelzak.

Figuren 3A t/m 3D geven de verschillende stadia weer bij het 20 installeren van het bevestigingsorgaan 10. Aldus toont fig. 3A het blinde bout samenstel 10, gelegen in uitgerichte openingen 76 en 78 in de werkstukken 12 resp. 14. De diameter D^ van de schacht 22 is kleiner dan de diameter D^ van de openingen 76 en 78 (zie figuur 1), waardoor een speling-betrekking wordt bepaald. Fig. 3A geeft het bevestigingssamenstel 25 10 weer aan het begin van de installatie-cyclus en toont een daarop toegepast installatiegereedschap 57. Het gereedschap 57 is een gereedschap van het type met enkelvoudige werking van bekende constructie en derhalve zullen details erover gemakshalve worden weggelaten. Het gereedschap 57 bezit een aantal klauwbekken 58 uitgerust met tanden, die complemen-30 tair zijn aan de trekgroeven 56, zodanig dat de schacht 38 van de pen 16 kan worden gegrepen bij het trekgroefgedeelte 54. Een aambeeld 60 bezit een langwerpig, ringvormig neusgedeelte 62 ingericht om in ingrijping te komen met de vergrendelring 20. Het neusgedeelte 62 is eveneens van een grootte om axiaal, met speling, zich te kunnen verplaatsen 35 in de verzinking 30 van het vergrote boringgedeelte 25. Bij de bediening van het gereedschap 57 wordt een metalen ring 64, die de bekken 58 vasthoudt, axiaal naar achteren gedrongen vanuit de voorzijde (in de richting van de pijlen) onder toepassing van een relatieve axiale kracht tussen de pen 16 en de huls 18 via de ingrijping van het neusgedeelte 62 met de 40 vergrendelring 20. Fig. 3B toont dat bij continuering van de relatieve 8302319 - 7 -

<· % V

axiale kracht, de pen 16 ten 'opzichte van de huls 18 en de vergrote kop 36 wordt verplaatst, en een kolombelasting uitoefent op het schachtge-deelte 22 van de huls 18. De kolombelasting wordt continu vergroot totdat het uitstulpen begint, waardoor een blinde kop 66 wordt gevormd 5 tegen het werkstuk 12, dat daardoor aangetrokken wordt tegen het werkstuk 14, zodat de twee tegen elkaar gekiend worden.

Het boringsgedeelte 32 met vergrote diameter heeft zodanige afmetingen, dat een voorgeselecteerde dunne wanddikte verschaft wordt, zodanig dat het uitstulpen zal plaatsvinden langs die verzwakte sectie.

10 Het uitstulpen of opstuiken gaat door totdat de axiale beweging van de pen 16 in het begin gestopt wordt door het in ingrijping komen van de pen-schouder 44 met de huls-schouder 34. In deze positie is de vergrendel-groef 46 nu in radiale uitrichting met het conische boringsgedeelte 28 van het vergrote boringsgedeelte 25 en tezamen definiëren zij nu'ver-15 grendelholte 68, ingericht voor het opnemen van de vergrendelring 20.

Merk op dat de pen 16 zich in axiale richting ten opzichte van de huls 18 verplaatst heeft, zonder de schacht 22 van de huls in radiale richting uit te zetten en dat dus de enige structuur om verdere axiale verplaatsing en radiale uitzetting te weerstaan, werkzaam is door de ingrijping van de 20 aanslagschouders 34, 44.

Zoals weergegeven in fig. 3C, waarbij de grendelholte 68 nu gedefinieerd en open is naar de vergrendelring 20, verplaatst de voortdurende relatieve axiale kracht (tussen de pen 16 en de ring 20) de vergrendelring 20 tot in de vergrendelholte 68. Zoals men zal inzien wanneer de ver-25 grendeling aldus gevestigd is, wordt de stopwerking van de schouders 34 en 44 ondersteund, waardoor een extra axiale verplaatsing van de pen 16 wordt uitgesloten.

Bij de bekende blinde bout constructies is de dimensionele relatie tussen de diameter en de radiale breedte van de schouder 34 ten 30 opzichte van die van de schouder 44 kritisch. Bij het blinde bout samenstel volgens de uitvinding neemt de aanslagondersteuning verschaft door de vergrendelconstructie iets weg van het kritische karakter van die dimensionele relatie.

Wanneer nu de pen 16 gestopt wordt, naarmate de relatieve 35 axiale kracht blijft toenemen, wordt een belasting bereikt, waarbij de pen 16 breekt bij de breekinsnoering 48 die dat gedeelte van de schacht 38 van de rest van de pen afscheidt; op dit punt is de installatie van het bevestigingsorgaan voltooid.

De kromme Ά in fig. 2 is een grafische voorstelling van de rela-40 tieve axiale belasting in Kg volgens de uitvinding tussen de pen 16 en de 8302319 Λ *.· - 8-- huls 18 via de vergrendelingsring 20 als functie van de verplaatsing van de pen 16. Dus dat gedeelte van de kromme A.van de oorspring "0" naar "a) geeft de opbouw weer in belasting en penverplaatsing om gedeeltelijke vorming te veroorzaken van de uitgestulpte kop 66. Het gedeelte van de 5 kromme A vanaf het punt "a" naar "b" geeft de uiteindelijke vorming weer van de uitgestulpte kop 66 en de ingrijping (bij "b")van de aanslagschou-ders 34 en 44. Het gedeelte van de kromme A vanaf "b" naar "c" geeft de toename in belasting weer bij het instellen van de vergrendelring 20 en het verkrijgen van penbreuk in het punt "c". Om de betrouwbaarheid te 10 verbeteren is het gewenst een opmerkelijk verschil te hebben in belastings-niveau tussen "b" en "c" om een voortijdige penbreuk te vermijden die zou kunnen plaatsvinden als gevolg van variaties in toleranties, materialen, etc. Dit verschil in belastingsniveau kan gemakkelijk verkregen en gehandhaafd worden door de constructie volgens de uitvinding.

15 Zoals eerder besproken en zoals men zal zien verschaft de constructie volgens de uitvinding een aanmerkelijke verbetering ten opzichte van de bekende blinde bout constructie. Typische bekende blinde bout constructies zijn weergegeven in de figuren 4-6.

Figuur. 4 toont een bekende constructie van een installatie 20 met een dubbelwerkend gereedschap. In de uitvoeringsvorm van fig. 4 zijn componenten die overeenkomen met soortgelijke componenten in de uitvoeringsvorm van figuren 1 en 3A-3D voorzien van de zelfde cijferaanduidingen met toevoeging "a" als achtervoegsel. Aldus wordt in fig. 4 een dubbelwerkend gereedschap 70 weergegeven in samenhang met een blinde bout 25 10.a. Het gereedschap 70 kan zijn van het type, weergegeven en beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3,792,645. Het gereedschap 70 bezit een buitenste aambeeld 72, ingericht om het vergrote kopgedeelte van de huls 18A aan te grijpen. Aldus worden de aanvankelijke belastingen rechtstreeks qpgaicmen door de huls 18A en de pen 16A. Een binnenste aam-30 beeld 74, ofschoon hij in ingrijping gebracht kan worden met de vergrendelring 20A, oefent geen kracht uit op die ring 20A totdat de uitstulping gevormd is en de aanslagschouders 34A en 44A tegen elkaar aanliggen. Op dit punt neemt de door het gereedschap 70 uitgeoefende belasting toe en een (niet weergegeven) verschuivingsmechanisme, dat aftast wanneer 35 deze belasting een voorgeselecteerde grootte verkrijgt, oefent nu belasting uit op het binnenste aambeeld 74 en dus op de vergrendelingsring 20A teneinde deze te verplaatsen naar de bijbehorende vergrendelzak. Deze werking is ook soortgelijk aan die, weergegeven en beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2,466.811, waar de vergrendelring gevormd is 40 als een gedeelte van de huls in plaats van een afzonderlijk stuk.

8302319 - 9 -

Kromffiê. B in fig.' 2.toont de axiale belasting ten opzichte van de penverplaatsing voor bevestigingsorganen soortgelijk aan die van fig. 4. Aldus geeft in kromme B het punt "b" de belasting weer, waarbij verschuiving van het gereedschap 70 plaatsvindt teneinde belasting uit 5 te oefenen op de vergrendelring 20A via het binnenste aambeeld 74.

Aangezien de aanvankelijke belasting vanaf de oorsprong "O" naar het punt "b" enkel aanwezig is tussen de huls 18A en de pen 16A zijn de belastingen in het algemeen lager dan die over het zelfde bereik voor de kromme A.

Dit komt omdat in het bevestigingsorgaan van fig. 1, wrijvingskrachten 10 aanwezig zijn, aangezien de belasting tenminste gedeeltelijk! uitgeoefend wordt tegen de pen 16 door de vergrendelring 20. Echter omdat het ver-schuivingsmechanisme van het gereedschap 70 in zijn werking kan variëren, zal er een belastingsbereik zijn, waarover de verschuiving zal plaatsvinden; dit wordt weergegeven door lijnen "d" en "e". Wanneer het gereed-' 15 schap 70 verschuift om de vergrendelring 20A in te stellen op het hoogste belastingesniveau "d" is' het mogelijk voortijdige pennebreuk tegen te gaan, wegens dimensionele en andere -ariaties in de breek-insnoe-ring. Aldus zou pennebreuk kunnen optreden alvorens de vergrendelring 20A was ingesteld, hetgeen resulteert^ in een op onjuiste wijze geïnstalleerd 20 bevestigingsorgaan. Daarenboven moet de gereedschapsverschuiving op nauwkeurige wijze gehandhaafd worden en zou kunnen plaatsvinden alvorens de uitstulping voltooid is (voor belastingslijn ”f") hetgeen een voortijdige instelling van de vergrendelring 20A veroorzaakt. De mogelijkheid van deze variaties om de installatie van het bevestigingsorgaan aan te 25 tasten, is door de onderhavige constructie verminderd.

Het eerder besproken speling-pasprobleem wordt vermeden door de onderhavige constructie. De blinde bout wordt toegepast in openingen van bijbehorende werkstukken in het bereik van radiale passingen vanaf een geringe interferentiepassing tot een voorgesèlecteerde speling.

30 Aldus is de in fig. 1 weergegeven huls 18 van het bevestigingsorgaan 10 in een spelingsrelatie met uitgerichte openingen 76 en 78 in werkstukken 12 en 14. In een speling-verhouding wanneer de aanslag-schouders 34 en 44 tegen elkaar aanliggen, zal er een neiging zijn voor de pen 16 om radiaal de huls uit te zetten en over de aanslaghuls 34 te rijden, waar-35 door de aanslag geweld aangedaan zou kunnen worden. Zoals opgemerkt zou dit kunnen resulteren in buitensporige penverplaatsing, waarbij de ver-grendelgroef 46 uit de gewenste radiale uitrichting met het borings-gedeelte 25 wordt geworpen. Het uiteindelijke resultaat zou dan kunnen zijn een verlies of achteruitgang in de vorming van de vergrendelzak 68 40 en/of achteruitgang of verlies van de grendelcapaciteit.

8302319 - 10 -

Ofschoon de hierboven opgemerkte aanpassing van de aanslag kan plaatsvinden bij de constructie van fig. 4, wordt deze verhinderd bij de constructie van fig. 1. Aldus wanneer de aanslagschouders34 en 44 met elkaar in ingrijping komen, is de vergrendelzak 68 nu open en zal on-5 middellijk beginnen met de vulling door vergrendelring 20. Deze aanvankelijke wrijvings- en uiteindelijke mechanische vergrendelkracht op de pen 16 zal de stopwerking van de aanslagschouders verbeteren en in sterke mate helpen bij het verzekeren dat aan deze aanslag geen geweld zal worden gedaan.

10 Het is conventioneel voor blinde bouten om een tolerantie te bezitten ten opzichte van de werkstukopeningen vanaf 0,0 (lijn tot lijnpassing) tot 762 ja m speling. Zo nu en dan worden blinde bouten gebruikt bij toepassingen met een tolerantie ten opzichte van de werkstukopeningen vanaf een interferentie van 5Q,8 Ji m tot een speling van 15 25.4 yü m. Wegens de moeilijkheid om de integriteit te handhaven van de pen-aanslag, waren de bekende blinde bouten niet bijzonder geschikt voor spelingen boven de hiervoor genoemde 762 Ji m. Bij de constructie volgens de uitvinding kunnen spelingen tot een grootte van tenminste het tweevoud (1524 j) m) van de bekende aanvaardbare speling worden 20 gebruikt. Merk op dat de bovengenoemde specifieke toleranties typisch zijn voor blinde bouten van een nominale schachtdiameter D^ van 6,35 mm (die in de praktijk in werkelijkheid 6,6 mm is). Bovenstaande toleranties zullen variëren naarmate B^ wordt gevarieerd in grootte.

In het verleden is de speling dimensie tendelen bepaald door 25 de radiale breedte van de aanslagschouders 34 en 44. Met andere woorden de genoteerde tolerantie werd ingasteld, hetgeen een zekere radiale expansie toéliet, waarbij de zijwanden van de opening 76 zullen worden aangegrepen; wanneer aangrijping plaatsvond, werd verdere radiale expansie vermoedelijk uitgesloten, hetgeen achterliet voldoende radiale (breedte) 30 oppervlak kontakt tussen de aanslagschouders teneinde de pen alsnog te stoppen. Het zal duidelijk zijn dat dit op bepaalde tijdstippen een delicate balans is. Dit is in het bijzonder waar, wanneer de verschui-vingsbelastingen van een dubbelwerkend gereedschap bijvoorbeeld zouden kunnen variëren haar de hoge zijde waardoor het zelfs de gat-ingrijpingscon-35 ditie moeilijk zou vallen om de pen te stoppen. Opgemerkt dient te worden, dat de blinde bout volgens de uitvinding en vergelijkbare bekende inrichtingen niet gatvullende bevestigingsorganen zijn en dat dus het waargenomen type van gat-ingrijping uiterst beperkt is en niet in het bijzonder gewenst, maar enkel het resultaat van een poging om een 40 ongewenste conditie te compenseren.

__________ 8302319 > - 11 -

Bij de onderhavige uitvinding wordt de neiging tot radiale expansie van de huls 18 verhinderd door de samenwerking van de vergrendel-ring 20 met de aanslagschouders 34 en 44 die tezamen werken om de pen 16 te weerhouden van ongewenste axiale verplaatsing . Dit maakt de op-5 merkelijke toename in speling mogelijk, waarbij de blinde bout kan worden gébruikt; het maakt eveneens de voorbereiding van het gat minder kritisch.

De andere bekende constructies van figuren 5 en 6 hebben de zelfde nadelen als de constructie van fig. 4. Aldus is in de beschrijving 10 van de uitvoeringsvormen van figuren 5 en 6 aan de componenten die overeenkomen met soortgelijke componenten in de uitvoeringsvorm van fig. 1 de zelfde cijferaanduidingen gegeven met de toevoeging van de letters "b” resp. "c”.

In tegenstelling tot de uitvoeringsvorm van fig. 4 gebruiken die 15 van de figuren 5 en 6 gereedschap van het enkelvoudige werkingstype. In fig. 5 gebruikte het bevestigingsorgaan 10B een vergrendelingsring 20B van een constructie zoals weergegeven en beschreven in het Amerikaanse octrooischrift no. 2,887,003. Dus de ring 20B omvat een afschuifflensge-deelte 80 en een vergrendelringgedeelte 82. Merk op dat ofschoon een 20 enkelvoudig werkend gereedschap 57B wordt gebruikt en de belastingen worden uitgeoefend op de huls 18B via de ring 20B, geen wrijvingskrachten aanwezig zijn in de pen 16B vanuit de ring 20B, aangezien het afschuif-flensgedeelte 80 de ring 20B ondersteunt op het buitenste oppervlak van de kop van de huls 18B, deze ondersteuning vindt plaats buiten de ver-25 grote boring in de hulskop. Een enigszins recht verzonken gedeelte is aanwezig aan het buitenste einde ter verschaffing van een effectief afschuif oppervlak. De constructie is zodanig dat nadat de aanslagschouders 34B en 44B tegen elkaar aan komen te liggen, de belastingen op de ring 20B toenemen totdat de maximaal toelaatbare afschuifspanning van de afschuif-30 flens wordt bereikt, waarbij het vergrendelgedeelte 82 afschuift van het afschuifflensgedeelte 80, waardoor de vergrendeling gedreven wordt tot in de vergrendelzak (zie punt "b", kromme B, fig. 2). Ook wegens dimensio-nele en andere variaties zal er een bereik of variatie zijn in afschuif-belasting voor het afschuifflensgedeelte 80, waardoor de zelfde moeilijk-35 heden aanwezig zijn, die waargenomen werden bij de uitvoeringsvorm van fig. 4. Er is eveneens een dynamische belastingsconditie, welke plaatsvindt op het moment van afschuiving, welke een ongewenst terugstoten van de pen kan veroorzaken. Qpgemerkt dient te worden, dat de ring 20B een betrekkelijk duur onderdeel is, niet alleen wegens zijn vormgeving, maar 40 ook wegens de noodzaak om de grootte van de maximaal toelaatbare afschuif- 8302319 V « - 12 - belasting te controleren. In feite is het gewone praktijk om ringen 20B te verschaffen met verschillende afschuifeigenschappen om te passen bij pennen en huls, die variaties hebben in dimensie en materiaal. Een dergelijke pluraliteit van onderdelen is niet vereist bij de onderhavige 5 uitvinding. Daarnaast resulteert het gebruik van ring 20B in de restanten in de vorm van de af schuif flensgedeelten 80' (weergegeven in stippellijnen) die weggébroken zijn en gespleten door of als resultaat van de afschuif-werking.

Bij sommige toepassingen, waar materialen zoals A286 worden 10 gebruikt, kan -en geschikte vergrendelring van het afschuiftype, zoals -ring 20B niet gemakkelijk worden verkregen. Voor deze toepassingen wordt gebruik gemaakt van een meer complex vergrendelsamenstel, dat is weergegeven in fig. 6. Aldus maakte de uitvoeringsvorm van fig.6 gebruik van een afschuifkap 84 in combinatie met een vergrendelring 20c 15 op geheel de zelfde wijze als het lichaam 20B van het afschuiftype. Dus de afschuifkap 84 bezit een buitenste afschuifringgedeelte 86 en een binnenste afschuifflensgedeelte 88. In de kap 84 is een vergrendelring 20C nestend aangebracht. Het gereedschap 57C grijpt het binnenste af-schuifflensgedeelte 88 aan en brengt een axiale belasting over op de 20 huls 18C via ingrijping van het buitenste ringgedeelte 86 met de kop van de huls 18C rondom het vergrote boringsgedeelte. Nadat de uitstulping gevormd is en de aanslagschouders 34C en 44C elkaar ontmoeten, neemt de belasting tussen de pen 16C en de huls 18C toe totdat de maximaal toelaatbare belasting van de kap 84 wordt overschreden (zie punt "b", kromme B, 25 figuur 2). Bij deze belasting wordt het binnenste flensgedeelte 88 afgeschoven van het buitenste ringgedeelte 86 en wordt de vergrendelring 20C nu ingebracht in de vergrendelzak. Zoals men kan zien is het zelfde commentaar ten opzichte van de uitvoeringsvorm van fig. 5 van toepassing. Ook worden kappen 84 van met verschillende afschuifkarakteristieken toe-30 gepast om te passen bij variaties in dimensie en materiaal van pennen en hulsen. Een dergelijke pluraliteit van onderdelen is niet vereist bij de onderhavige uitvinding. Naast de moeilijkheden van aahslaggeweld, is er eveneens de vorming van restanten wanneer het binnenste afschuifringgedeelte 88' en het buitenste ringgedeelte 86' (weergegeven met 35 stippellijnen) gescheiden en gesplitst worden.

Aldus kunnen de voordelen van de constructie van fig. 1 ten opzichte van die van fig. 6 eveneens in gezien worden uit het bovenstaande. Daarenboven bij de constructie van fig. 1 behoeven verschillende typen van vergrendelingsringen (zoals weergegeven in figuren 5 en 6) voor toe-40 passingen van enkelvoudig werkende gereedschappen met verschillende mate- 8302319 - 13 - rialen niet -te worden gebruikt, aangezien de ringconstructie van fig. 1 zal voldoen in beide gevallen waarin de constructie van figuren 5 en 6 wordt gebruikt.

Eig. 7 illustreert de kritische aard van de penpositie in de 5 geïnstalleerde blinde bout. Dus in fig. 7 is aancomponenten soortgelijk aan de componenten in de uitvoeringsvorm van figuren 1 en 3A-3D de zelfde cijferaanduiding gegeven met toevoeging van de letter”D". Aangezien figuur 7 is opgenomen om de penpositie weer te geven, is de vergrendelring een-voudigheidshalve weggelaten. ' 10 Aldus in de linkerzijde van fig. 7 toont de dimensie B^ de maximum toelaatbare afstand van het breekrónsnoeringsgébied 50D boven de kop 24D van de huls 18D. De afmeting B2 aan de rechterzijde toont de maximum toelaatbare afstand van het breek-insnoeringsgebied 50D onder de kop 24D. Merk op dat een buitensporig uitsteken boven de kop 24D in 15 aërodynamisch opzicht ongewenst zou kunnen zijn, zelfs indien de sterkte van de vergrendeling adequaat is.

Fig. 8 illustreert de kritische aard van de grendelpositie in de geïnstalleerde blinde bout. In fig. 8 is aan componenten soortgelijk aan dergelijke componenten in de uitvoeringsvorm van figuren 1 en 3A-3D 20 de zelfde cijferaanduiding gegeven met de toevoeging van de letter "e".

In de linkerhelft van fig. 8 geeft de dimensie A^ de maximaal toelaatbare afstand aan van de vergrendelring 20E boven de kop 24E van de huls 18E. De afmeting A2 in de rechterhelft toont de maximaal toelaatbare afstand van de grendelring 20E onder de kop 24E. Ook hier zou een buiten-25 sporig uitsteken van de vergrendelring 20E boven de kop 24E in aërodynamisch opzicht ongewenst kunnen zijn, zelfs indien de sterkte van de vergrendeling adequaat is.

Daarenboven illustreren zowel fig. 7 als 8 de ongewenstheid van een voortijdig aangedreven vergrendeling. De constructie volgens de 30 uitvinding door de penpositie te stabiliseren helpt bij het tegemoet kanen aan de Α^, A2 en B^, B2 criteria.

Het is gewenst dat het bevestigingsorgaan 10 een maximale sterkte bezit. Het is eveneens gewenst dat het materiaal van de pen 16 van een hoge sterkte is. Bij blinde houtconstructies is het gewoon dat de pennen 2 35 en hulsen een treksterkte bezitten van rond 655 MegaNewton/m en hoger.

Bij het bevestigingsorgaan 10 moet de inherente belasting vereist on de gewenste uitgestulpte kop te verschaffen, geaccomodeerd worden, waarbij men in rekening moet brengen de wrijvingskrachten die resulteren uit toepassing van de instelbelastingen op de ring 20.

40 Aangezien dus de tussen de pen 16 en de huls 18 toegepaste 8302319 - 14 - relatieve kracht enkel wordt uitgeoefend via de vergrendelring 20, zullen wrijvingskrachten optreden tussen de ring 20 en de pen 16, waardoor de uitgeoefende belastingniveaus stijgen. De grootte van· deze wrijvingsbelas-ting zal worden gerelateerd aan de grootte van de hoek tussen "X" van het 5 conische boringsgedeelte 28 . Naarmate de hoek "X" afneemt, neemt het vermogen af van de vergrendelkracht 10 om radiaal inwaarts gerichte verplaatsing te weerstaan en nemen de wrijvingsbelastingen op de pen 16 toe. Naarmate de hoek "X" af neemt, neemt dë weerstand tegen radiale naar binnen gerichte verplaatsing toe, te zelfder tijd neemt de belasting, 10 vereist om het materiaal van de vergrendelring 20 te verplaatsen in de vergrendelzak 68 toe. Het is gebruikelijk bij bevestigingsorganen van het type, weergegeven in figuren 4-6 om een hoek ΊΧ" van rond 38° te gebruiken. Ofschoon dit is aangebracht voor een gemakkelijk aandrijven van de vergrendelring in de· weergegeven constructies, zou een dergelijke 15 hoek resulteren in buitensporige wrijvingskrachten bij de constructie van fig. 1. Te zelfder tijd indien de hoek "X" te groot is, zou de belasting, vereist om de vergrendelring in te stellen, buitensporig kunnen worden, hetgeen resulteert in een voortijdige penbreuk (zie kromme A. in fig. 2) .

Dus bij een hoek "X" van 38° zal de vergrendelzak 68 een ondoeltreffende 20 afstandhouder ("hold-off") verschaffen voor vergrendelring 20 en dit zal resulteren in hoge wrijvingskrachten op de pen 16. Bij een hoek "X" van 9° voor de vergrendelzak 68, zal de vergrendelkraag 20 voldoende op afstand gehouden worden van de pen 16 om de wrijvingskrachten laag te houden; echter een effectieve instelling van de vergrendeling in de 25 vergrendelingzak zou belastingen nodig kunnen maken tot een grootte die zou kunnen resulteren in een voortijdige penbreuk. Te zelfder tijd zal de grote afstandshoudende belasting de effectiviteit reduceren van de vergrendeling om de schouders 34, 44 te helpen bij het stoppen van de pen.

Te zelfder tijd wordt de verzonken kop 24 voor de blinde bout vergroot 30 wegens de structurele aard van het bevestigingsorgaan, d.w.z. groter dan een conventionele blinde klinknagel (popnagel)kop; indien de hoek "X" te klein is, zou schotelvorming of uitholling ("dishing") kunnen optreden weg van het ap soortgelijke wijze gehoekte bijpassende boringsoppervlak. Dit kan worden vermeden door de hoek "X" te selecteren op meer dan ongeveer 35 60° . Gemeend wordt dus dat de hoek "X" moet liggen in een bereik van ca. 70° tot 85°. In een eerste vorm van de uitvinding is een hoek "X" van 80° bevredigend gebleken. Het conische boringsgedeelte 28 bepaalt een in het algemeen gelijkmatig hellend, recht oppervlak. Gemeend wordt, dat deze configuratie helpt bij het drijven van de vergrendelring 20 in de 4 0 vergrendelz ak.

8302319 s - 15-

Zoals opgemerkt is het neusgedeelte 62 van het gereedschap 57 zo gedimensioneerd, dat het past binnen de rechte verzinking 30. Bij het instellen van de vergrendelring 20 kan het neusgedeelte 62 zich uitstrekken 1. in de rechte verzinking 30 on te verzekeren dat het materiaal van de ver-: 5 gredelring 20 voldoende gepakt zal worden in de vergrendelholte, waardoor de resulterende vergrendeling verbeterd wordt.

Het is gewenst de blinde bout met maximale sterkte te vormen en in dit opzicht materialen te gebruiken bij hun maximale hardheid. Te zelf-der tijd is het gewenst in staat te zijn de bevestigingsorganen te 10 gebruiken over een uitgebreid greep-bereik, waar materialen van variërende totale dikte aan elkaar kunnen worden bevestigd. Het probleem uiteraard is te verzekeren dat het uitstulpen zal plaatsvinden aan de achterste plaatlijn van het laatste werkstuk - dit is het werkstuk 12. Dit kan worden bewerkstelligd door een verharde huls te verschaffen die een 15 gradiënt van hardheid bezit, die afneemt in een richting naar de blinde of uitstulping vormende zijde van het werkstuk, d.w.z. de verre zijde van het werkstuk 12. De gewenste gradiënt kan worden verschaft door het uitgloeien of het temperen van een smalle ringvormige sectie can de huls 18 op een plaats tussen de maximale en minimale greep-lijnen Mk resp. ito.

20 De rest van de huls 18 zal worden gehandhaafd bij of nabij de oorspronkelijke hoge hardheid. Dit maakt het gebruik mogelijk van een huls 18 die thermisch gehard is tot de maximaal toelaatbare hardheid, waarbij het zeker is, dat het uitstulpen zal plaatsvinden op de gewenste plaats.

Andere middelen ter verschaffing van een gradiënt kunnen worden gebruikt.

25 Bij de onderhavige constructie is gebleken dat het uitgloeien kan worden toegepast met legeringsstalen, zoals 4027, 4037 of dergelijke, als ook met corrosie bestendige stalen, zoals A286, monel of dergelijke.

Men dient eveneens op te merken dat bij de onderhavige uitvinding, aangezien de radiale expansie wordt verhinderd,de blinde bout 30 gemakkelijker kan worden gebruikt bij werkstukken, die zachter zijn en/of die gevoeliger zullen zijn voor beschadiging uit radiale expansie.

8302319

Claims (9)

1. Blinde bout, bevattende een buisvormige huls, een pen en een hoofdzakelijk ringvormige vergrendelingskraag voor het bevestigen van een aantal werkstukken aan elkaar door middel van gereedschap dat een. relatief axiale kracht uitoefent tussen de pen en de huls via de 5 vergrendelingskraag, waarbij de buisvormige huls ingericht is om te worden opgenomen in uitgerichte openingen in de werkstukken en een uitgestulpte kop vormt aanrde blinde zijde van de werkstukken als reactie op de relatieve axiale kracht, welke huls een relatief recht schacht-gedeelte aan de huls heeft, dat eindigt aan het ene einde in een ver-10 grote hulskop, waarbij de huls een doorboring bezit omvattende een boringsgedeelte met grotere diameter aan het tegenovergelegen einde ervan, een tussengelegen boringsgedeelte met kleinere diameter en een. boringsgedeelte met een grotere coniciteit aan de grotere hulskop, een hulsaanslagschouder, bepaald door de verbindingsplaat van het vergrote 15 boringsdeel en het tussengelegen boringsdeel; welk penlichaam een penschachtgedeelte bezit, dat eindigt in een vergrote penkop aan het ene einde en ingericht is om te worden samengesteld met de huls, waarbij de kop van de pen over de hulsschacht heen grijpt aan het tegenover gelegen einde, terwijl het penlichaam een 20 schachtgedeelte bezit met grotere diameter en wel van een diameter om te worden opgenomen binnen het grotere boringsgedeelte en een tussengelegen schachtgedeelte bezit van kleinere diameter, ingericht om te worden opgenomen binnen het tussengelegen boringsgedeelte, een pen aanslagschouder bepaald door de verbindingsplaats van het vergrote en 25 het tussengelegen schachtgedeelte, en een ringvormige vergrendelingsgroef gelegen nabij het tussengelegen schachtgedeelte van de schacht van de pen, met het kenmerk, dat het conische boringsgedeelte (28) eindigt aan zijn buitenste einde in een axiaal volgens een rechte wand verlopende verzinking (30), welke vergrendelingskraag (20) gelegen is binnen de verzinking, 30 terwijl de penschouder (44) gelegen is op een vooraf bepaalde afstand van de vergrendelingsgroef (46) , zodanig dat bij ingrijping met de huls aanslagschouder (34), de vergrendelingsgroef gelegen zal zijn in radiale uitrichting met het conische boringsgedeelte (28) voor het bepalen van 35 een vergrendelingszak (68), waarbij de vergrendelingskraag (20) aan het buiteneinde ervan blootgesteld wordt om in ingrijping te komen met een aambeeld neusgedeelte van het gereedschap dat eveneens aangrijpmiddelen bezit voor het aangrijpen van een trekgedeelte van de schacht (38) van de 8302319 z 2 - 17 - pen aan het andere einde van de schacht van de pen, waardoor het gereedschap (werktuig) bediehbaar is om een relatiefe axiale kracht uit te oefenen tussen de pen en de huls via ingrijping van het neusgedeelte met de vergrendelkraag, waardoor de pen axiaal zal bewegen ten opzichte 5 van de huls, hetgeen tot gevolg heeft, dat het boringgedeelte met vergrote diameter uitgestulpt wordt onder vorming van een blinde kop, terwijl het werktuig doorgaat met het uitoefenen van de relatief axiale kracht totdat de penschouder in ingrijping is met de huls-schouder om aanvankelijk verdere axiale penverplaatsing te stoppen, waarbij het 10 boringgedeelte (32) met vergrote diameter en het boringgedeelte (27) met tussengelegen diameter zodanig gedimensioneerd zijn, dat zij nagenoeg geen radiale expansie verschaffen van de huls-schacht tijdens axiale penverplaatsing voor ingrijping van de pen en huls aanslagschouders, terwijl de vergrendelkraag verplaatst wordt tot in de vergrendelzak voor 15 het ondersteunen van de aanslag, gevormd door de pen en hulsschouders, waardoor radiale expansie van het gedeelte met tussengelegen diameter van de huls door het vergrote schachtgedeelte van de pen wordt verhinderd, terwijl het conische boringsgedeelte (28) een voorgeselecteerde, inclusieve, enkelvoudige hoek bezit met een grootte, waardoor buitensporige 20 wrijving van de vergrendelkraag (20) tegen de pen wordt vermeden, terwijl beweging van de vergrendelkraag tot in de vergrendelzak (68) mogelijk gemaakt wordt bij een bezinkingsbelasting minder dan een voorgeselecteerde grootte en waarbij de vergrendelkraag een penaanslaghulpmiddel verschaft om buitensporige axiale penverplaatsing uit te sluiten, die 25 resulteert uit radiale expansie van de schacht van de huls, via verplaatsing van het vergrote schachtgedeelte in het boringgedeelte met tussengelegen diameter, waarbij de huls ingericht is om te worden opgenamen in de uitgerichte openingen in passingen uit een voorgeselecteerde interferentie naar een voorgeselecteerde speling, welke speling tenminste 152,4 30 p ra bedraagt voor nominale diameter van 6,35 mm (6,6 mm).

2. Blinde bout volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ingesloten hoek groter is dan die bij welke schotelvorming zal plaatsvinden van de vergrote hulskop.

3. Blinde bout volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de 35 ingesloten hoek groter is dan die in welke schotelvorming zal plaatsvinden van de vergrote hulskop, wanneer het zich bevindt in een verzonken vorm en ingericht is om te worden opgencmen in een op soortgelijke wijze gevormde verzonken positie van de uitgerichte openingen.

4. Blinde bout volgens een der voorafgaande conclusies, met het 40 kenmerk, dat de ingesloten hoek ligt in een bereik van 70° tot 85°. 8302319 V V " ** - 18 -

5. Blinde bout volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de hoek ongeveer 80° is.

6. Blinde bout volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het conische boringsgedeelte (28) een recht taps 5 toelopend oppervlak is.

7. Blinde bout volgens een der voorafgaande conclusies, gekenmerkt door een gesloten breek-insnoeringsgroef (48) gelegen in een ringvormig gebied (50) nabij de ringvormige vergrendelgroef (46).

8. Blinde bout volgens een der voorafgaande conclusies, met 10 het kenmerk, dat de pen en de huls geconstrueerd zijn uit materialen 2 die gehard zijn tot een treksterkte groter dan 655 MegaNewton/m .

9. Blinde bout volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de huls thermisch gehard is en de schacht uitgegloeid is ter verschaffing van een gradiënt van verminderde hardheid om de 15 vorming van de uitgestulpte kop nabij de blinde zijde over een geselecteerd greepbereik van werkstukken te vergemakkelijken. 20 __. .i 8302319