NL8201559A - Inrichting voor het vervaardigen van schijfvormige producten. - Google Patents

Description

. . ‘ J, -1- 22467/CV/tl

Korte Aanduiding: Inrichting voor het venaardigen van schijfvormige producten.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vervaar-5 digen van schijfvormige producten uit kneedbaar materiaal voorzien van een voorraadbunker voor het materiaal en een onder de voorraadbunker gelegen heen en weer beweegbare schuif, welke is voorzien van althans een uitsparing voor het opnemen van vanuit de bunker afkomstig materiaal in een bepaalde stand van de schuif waarin de uitsparing in verbinding 10 staat met een boven de schuif gelegen materiaal bevattende ruimte.

Dergelijke inrichtingen worden bijvoorbeeld veelvuldig gebruikt in de voedingsindustrie voor het verwerken van gemalen vlees of dergelijk materiaal,dat moet worden gebracht in de vorm van min of meer schijfvormige producten,welke bijvoorbeeld in hamburgers of dergelijke 15 worden verwerkt.

Bij de bekende inrichtingen zijn daarbij in de bunker op het materiaal inwerkende stuworganen aangebracht met behulp waarvan een zekere druk op het materiaal wordt uitgeoefend ten einde een verplaatsing van het materiaal in de richting van de schuif en tot in de in de 20 schuif aangebrachte uitsparing te bewerkstelligen.

De middelen voor het aandrijven van dergelijke stuworganen maken de inrichting gecompliceerd ,terwijl ook het onderhoud en de reiniging van dergelijke stuworganen problemen met zich mee kan brengen. Een verder nadeel is,dat dergelijke stuworganen op de kwaliteit van sommige 25 te verwerken materialen een nadelig effect kunnen hebben,ten gevolge van de op deze materialen uitgeoefende afschuifwerking.

Met de uitvinding wordt beoogd een inrichting van bovengenoemde soort te verkrijgen,waarbij aan de nadelen,die optreden bij de bekende machines,kan worden tegemoet gekomen.

30 Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat aan de van de het .materiaal bevattende ruimte afgekeerde zijde van de schuif een kamer is gelegen waarin een onderdruk kan worden opgewekt,zodanig,dat de uit-sparingJÜe schuif tijdens bedrijf van de inrichting gelijktijdig in verbinding zal staan met de boven de schuif gelegen het materiaal bevat-35 tende ruimte en de kamer.

8201559 -2- 22467/CV/tl

Verrasenderwijs is gebleken,dat door toepassing van de constructie volgens de uitvinding een goede vulling van de in de schuif gelegen uitsparing kan worden bewerkstelligd zonder dat daarbij met behulp van zich in de voorraadbunker bevindende mechanische middelen een stuwkracht op het 5 materiaal in de richting van de schuif wordt ufcgeoefend. Doordat geen in de bunker werkzame stuworganen nodig zijn kan een eenvoudige opbouw van de inrichting worden verkregen,terwijl tevens een nadelige beïnvloeding van het materiaal door de stuworganen wordt vermeden.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand 10 van bijgaande figuur waarin schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.

De in de figuur weergegeven inrichting omvat een gestel l,dat wordt ondersteund door loopwielen 2.

Een voorraadbunker 3 is met behulp van elastische steunen 4 afge-15 steund op een op niet nader weergegeven wijze met het gestel verbonden draagplaat 5. Onder de draagplaat 5 is een blok 6 gelegen,waarin een doortocht 7 is aangebracht,welke doortocht 7 een verbinding vormt tussen het inwendige van de voorraadbunker 3 en een in het blok 6 uitgespaarde ruimte 8. Onder het blok 6 is een schuif 9 gelegen waarin althans een 20 uitsparing 10 is aangebracht. De schuif rust op een plaat 11 die plaatselijk is voorzien van perforaties 12. De plaat 11 rust op zijn beurt op een door het gestel ondersteund blok 13 waarin ter plaatse van de perforaties door doortochten in het blok 13 gevormde kamers 14 zijn gelegen.

De kamers 14 staan in open verbinding met een aan de onderzijde van het 25 blok 13 bevestigde tank 15. Op een van de kamers 14 is via een leiding 16 een vacuumpomp 17 aangesloten. De vacuumpomp 17 is aaiyfce drijven met behulp van een electromotor 18 via een riemoverbrenging 19.

Met het van de uitsparing 10 afgekeerde uiteinde van de heen en weer beweegbare schuif 9 is een drijfstang 21 gekoppeld met behulp van een 30 zich verticaal uitstrekkende scharnieras 22 . Het andere uiteinde van de drijfstang 21 is met behulp van een verticale scharnieras 23 zwenkbaar gekoppeld aan het uiteinde van een arm 24,welke is bevestigd aan de uitgaande as 25 van een motor-variator 26. Met de vast aan het uiteinde van de arm 24 bevestigde as 23 is een plaat 27 vast verbonden. Met behulp van 35 een scharnieras 28 is met de plaat 27 het uiteinde van een tweede drijfstang 29 scharnierend gekoppeld. Het andere uiteinde van de drijfstang 29 8201559

» · , A

v s -3- 22467/CV/tl is gekoppeld met een in de ruimte 8 heen en weer schuifbaar persblok 30.

In de drijfstang 21 is een bufferveer 31 opgenomen .zodanig,dat bij het overschrijden van een bepaalde drukkracht op de bufferveer de bufferveer zal worden ingedrukt,waardoor het met de as 23 gekoppelde ge-5 deelte van de drijfstang 21 telescopisch kan verschuiven ten opzichte van het met de schuif 9 gekoppelde gedeelte van de drijfstang 21. Met behulp van een niet nader weergegeven aanslag wordt de mate waarin de beide delen van de drijfstang 21 ten opzichte van elkaar kunnen verschuiven begrensd.

10 In de drijfstang 29 is een hydraulische cilinder 32 opgenomen. Bii het overschrijden van een bepaalde drukkracht op de hydraulische cilinder zal deze kunnen worden samengedrukt ,waardoor de lengte van de drijfstang 29 als het ware korter wordt. De bij het samendrukken van de hydraulische cilinder uit de hydraulische cilinder wegstromende vloeistof wordt via 15 een niet nader weergegeven leiding toegevoerd aan een voorraadtank. Indien de op de hydraulische cilinder uitgeuefende kracht afneemt kan deze zich weer tot op een bepaalde maat uitzetten,waarbij de hydraulische cilinder weer vloeistof uit de voorraadtank zal aanzuigen.

Zoals verder in de figuur is weergegeven is aan de draagplaat 5 20 althans een op en neer beweegbaar uitstootorgaan 33 aangebracht,dat zodanig is opgesteld,dat in de weergegeven stand van de schuif 9 een zich in de uitsparing 10 bevindend product door het uitstootorgaan 33 uit de uitsparing kan worden gedrukt.Het product zal daarbij vallen op een deel van de inrichting uitmakende afvoerband 34 met behulp waarvan 25 het product kan worden afgevoerd.

Verder is aan de wand van de voorraadbunker een trilmotor 35 bevestigd met behulp waarvan de wand van de bunker en daarmede de inhoud van de bunker tijdens bedrijf in trilling kan worden gebracht.

De werking van de bovengenoemde inrichting is als volgt.

30 Tijdens bedrijf zal de as 25 met behulp van de motorvariator 26 in draaiing worden gebracht,waarbij met behulp van de motorvariator 26 traploos een gewenst toerental van de as 25 kan worden ingesteld. Gelijktijdig zal de motor 18 in werking zijn om met behulp van de vacuumpomp 17 een vacuum op te wekken in de tank 15 en de met de tank in 35 open verbinding staande kamers 14.

Ten gevolge van de draaiing van de as 25 zal de schuif 9 via de 8201559 * * - -4- 22467/CV/tl drijfstang 21 in heen en weer gaande beweging worden gebracht. In de in fig.9 weergegeven uiterst rechtse stand van de schuif 9,in welke stand de uitsparing 10 recht onder de uitsparing 33 is gelegen wordt de schuif tegen verdere verplaatsing naar rechts,gezien in de figuur, 5 tegengehouden door een niet nader weergegeven aanslag. De opstelling van deze aanslag is zodanig,dat de schuif 9 deze uiterste stand reeds heeft bereikt voordat de hartlijnen van de assen 22 ,23 en 25 in een vlak zijn gelegen. Zodra dan ook de schuif 9 met deze aanslag in aanraking is gekomen zal de bufferveer 31 bij verdere verdraaiing van de as 25 10 worden samengedrukt zonder dat dit een verplaatsing van de schuif 9 tot gevolg heeft. De schuif 9 zal vervolgens eerst weer door de drijfstang 21 worden meegenomen nadat de as 25 is verdraaid over een zekere hoek voorbij de stand waarin de hartlijnen van de assen 22, 23 en 25 in een vlak zijn gelegen. Hierdoor wordt bereikt,dat de schuif 9 in de in de 15 figuur weergegeven stand even stil blijft staan gedurende welke stilstand-tijd de uitstoter 33 een zich in de uitsparing 10 bevindend product kan uitstoten.

Bij verdere verdraaiing van de as 25 zal de schuif 9 naar links worden verplaatst tot in de stand,waarin de uitsparing 10 boven de 20 kamers 14 is gelegen en gelijtijdig in open verbinding staat met de ruimte 8 waarin zich vanuit de voorraadbunker 3 toegestroomd materiaal bevindt.

Door de in de kamers 14 heersende onderdruk ,welke zich via de perforaties 12 in de plaat 11 tot in de uitsparing 10 voortplant zal het materiaal snel vanuit de ruimte 8 in de uitsparing 10 worden aange-25 zogen,waarbij een goede vulling van deze ruimte wordt bewerkstelligd.

Met behulp van de motor-variator 26 wordt echter niet alleen de schuif 9 in heen en weer gaande beweging gebracht maar ook het persblok 30 via de drijfstang 29. Daarbij is de opstelling zodanig,dat het persblok 30 een weinig voor de schuif uit ijlt en gezien in de figuur 30 reeds naar rechts beweegt voordat de schuif 9 zijn uiterste linkse stand heeft bereikt. Hierdoor wordt verkregen, dat op het tijdstip,dat de schuif 9 gezien in de figuur weer naar rechts gaat bewegen met het intussen in de uitsparing 10 opgenomen materiaal het persblok 30 nabij de meest rechtse _.begrenzing van de doortocht 7 is aangekomen en daar-35 bij het zich in de ruimte 8 bevindende materiaal onder druk houdt, hetgeen bijdraagt tot het behouden van een goede vulling van de uitspa- 8201559 ’ «· i -5- 22467/CV/tl ring 10 en daarmede een regelmatige vorming van het in de uitsparing 10 opgenomen product.Daarbij blijft de druk,die door het persblok 30 op het zich in de ruimte 8 bevindende materiaal wordt uitgeoefen(j beperkt tot op een bepaalde waarde,welke afhangt van de druk waaronder de hydrau-5 lische cilinder 32 zal worden samengedrukt. Bij voorkeur is daarbij de uitvoering zodanig,dat deze druk instelbaar is ,zodat de kracht,welke het persblok 30 tijdens bedrijf op het materiaal uitoefent kan worden ingesteld afhankelijk van de aard van het materiaal.

Door toepassingen de tank 15,die op de kamers 14 is aangesloten 10 kan met behulp van de vacuumpomp 17 in een vrij grote ruimte een onderdruk worden opgewekt,zodat steeds een voldoend grote onderdruk.; via de perforaties 12 in de uitsparing 10 kan worden opgewekt.

Verder kan de tank 15 gelijktijdig worden benut als opvangruimte voor eventueel door de perforaties 12 bewegend materiaal.

15 H oewel hierboven steeds is gesproken over een enkele uitsparing 10 in de schuif 9 zal het duidelijk zijn,dat gezien dwars op de ver-plaatsingsrichting van de schuif meerdere uitsparingen 10 achter elkaar in de schuif kunnen zijn opgesteld. Uiteraard moet de overige opbouw van de inrichting dan aan een dergelijke schuif zijn aangepast,zodat 20 gelijktijdig alle uitsparingen kunnen worden gevuld en gelijktijdig met behulp van meerdere stootorganen 33 in de uitsparingen gevormde producten kunnen worden uitgestoten.

8201559

Claims (9)

1. Inrichting voor het vervaardigen van schijfvormige producten uit kneedbaar materiaal voorzien van een voorraadbunker voor het materiaal en een onder de voorraadbunker gelegen heen en weer beweegbare schuif, welke is vjorzien van althans een uitsparing voor het opnemen van vanuit 5 de bunker afkomstig materiaal in een bepaalde stand van de schuif waarin de uitsparing in verbinding staat met een boven de schuif gelegen materiaal bevattende ruimte,met het kenmerk,dat aan de van de het materiaal bevattende ruimte afgekeerde zijde van de schuif een kamer is gelegen waarin een onderdruk kan worden opgewekt,zodanig,dat de uitspa-10 ring in de schuif tijdens bedrijf van de inrichting gelijktijdig in verbinding zal staan met de boven de schuif gelegen het materiaal bevattende ruimte en de kamer.

2. Inrichting volgens conclusie l,met het kenmerk,dat in de kamer een heen en weer beweegbaar persblok is gelegen met behulp waarvan het mate- 15 riaal in de kamer onder druk kan worden gehouden.

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat met behulp van het persblok de verbinding tussen de kamer en de voorraadbunker kan worden afgesloten.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, 20 dat de schuif en het persblok met behulp van drijfstangen en een kruk- mechanisme vanaf een enkele aandrijfbron worden aangedreven.

5. Inrichting volgens conclusie 4,met het kenmerk,dat het toerental van de aandrijfbron traploos instelbaar is.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, 25 dat de schuif wordt aangedreven met behulp van een drijfstag, welke een tweetal tegen de werking van een veermechanisme in ten tpzichte van elkaar verschuifbare delen omvat,terwijl een aanslag is aangebracht voor het begrenzen van de verplaatsing van de schuif,zodanig,dat de schuif enige tijd stil kan staan in een stand waarin de uitsparing tegenover een 30 uitstootorgaan is gelegen ,terwijl tijdens deze stilstand van de schuif een verschuiving van de beide delen van de drijfstang optreedt .

7. Inrichting volgens een der conclusies 2- 6, met het kenmerk,dat het persblok wordt aangedreven met behulp van een drijfstang ,waarin een hydraulische cilinder is opgenomen,welke bij het overschrijden van een 35 bepaalde druk kan worden ingedrukt.

8. Inrichting volgens conclusie 7,met het kenmerk,dat de druk waarbij 8201559 * ~ gr -7- 22467/CV/tl de hydraulische cilinder kan worden ingedrukt,instelbaar is.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk, dat een trilmotor is aangebracht met behulp waarvan de bunker in trilling te brengen is. 5 8201559