NL1024872C2

NL1024872C2 - Tie strap.

Info

Publication number: NL1024872C2
Application number: NL1024872A
Authority: NL
Inventors: Laurent Clisson
Original assignee: Toltex
Priority date: 2002-11-26
Filing date: 2003-11-25
Publication date: 2004-06-02
Also published as: BE1015796A3; PT103046B; PT103046A; FR2847421B1; GB2395648A; GB0327405D0; ITMI20032304A1; FR2847421A1; DE10355766A1

Description

QpbindriemQpbind belt

De onderhavige uitvinding betreft een opbindriem omvattende een band van soepel materiaal inwendig voorzien van een lint van wapeningsdraad, dat uitstrekt 5 vanaf de bandeinden, waarbij die band aan een van de einden een kop met een opening omvat voor het doorlaten van het andere einde van de band door dit oog, waarbij de stam van de boom wordt omringd, en waarbij de beide einden van het wapeningslint vervolgens worden vastgezet rond de opbindstok.The present invention relates to a tie strap comprising a strap of flexible material internally provided with a ribbon of reinforcement wire extending from the strap ends, said strap comprising at one of the ends a head with an opening for passage of the other end of the strap. tie through this eye, surrounding the trunk of the tree, and where both ends of the reinforcement ribbon are then secured around the tying stick.

Men kent een dergelijke opbindriem reeds uit het document FR 8302565. Deze 10 opbindriem omvat een lint van gegalvaniseerde ijzerdraden, die de wapening van de riem waarborgen. Bij deze riem is de band van soepel materiaal, in het algemeen min of meer soepel kunststof materiaal, bestemd om de stam van de boom te omringen om aan elkaar te worden geknoopt, en verlopen de einden van het wapeningslint voor het omringen van de opbindstok.Such a tie-down strap is already known from the document FR 8302565. This tie-up strap comprises a ribbon of galvanized iron wires which ensure the reinforcement of the strap. With this belt, the belt is made of flexible material, generally more or less flexible plastic material, to surround the trunk of the tree for being tied together, and the ends of the reinforcement ribbon extend for surrounding the binding rod.

15 Deze opbindriem geeft zeer goede resultaten omdat de riem het mogelijk maakt om doelmatig belastingen te weerstaan die op de boom wordt uitgeoefend, zelfs als die nog jong is. Dit opbinden wordt in hoofdzaak veroorzaakt door de aanwezigheid van een wapeningslint van gegalvaniseerde ijzerdraden, die zijn geïntegreerd in de riem. Dit lint geeft geen risico op het beschadigen van de schors van de boom, omdat het lint 20 tegen de boom wordt ondersteund door de riem. Het opbinden door deze riem is zeer goed en dankzij de wapening daarvan weerstaat de riem herhaalde belastingen op een op deze manier opgebonden boom als gevolg van de werking van de wind.This tie-down belt gives very good results because the belt makes it possible to effectively withstand loads exerted on the tree, even when it is still young. This binding is mainly caused by the presence of a reinforcement ribbon of galvanized iron wires which are integrated in the belt. This ribbon does not present a risk of damaging the bark of the tree, because the ribbon 20 is supported against the tree by the belt. The binding by this belt is very good and thanks to its reinforcement, the belt withstands repeated loads on a tree tied up in this way as a result of the action of the wind.

Het nadeel van dit lint is de instelling op een bepaalde afmeting van de stam van de boom, waarbij indien de gebruiker later vergeet de opbindriem los te maken 25 wanneer de boom goed geworteld zal zijn, een deel van de stam van de boom, anders dan het deel van de opbindriem, dikker zal worden en deze opbindriem geleidelijk met de stam zal worden geïntegreerd al naar gelang zijn ontwikkeling, aangezien deze riem gezien de aanwezigheid van het wapeningslint niet rekbaar is.The disadvantage of this ribbon is the adjustment to a certain size of the trunk of the tree, wherein if the user later forgets to loosen the tie strap when the tree will be properly rooted, part of the trunk of the tree, other than the part of the tie belt will become thicker and this tie belt will gradually be integrated with the trunk according to its development, since this belt is not elastic due to the presence of the reinforcement ribbon.

Dergelijke omstandigheden die in het bijzonder ernstig zijn voor de toekomstige 30 ontwikkeling van de boom zijn echter niet zeldzaam omdat, hetzij degene die de boom heeft geplant en deze heeft vastgezet aan de opbindstok de beplanting niet meer onderhoudt, hetzij de aandacht niet meer op de opbindriem is gericht, die uit gewoonte wordt beschouwd als een vertrouwd onderdeel, zodat men er niet meer aan denkt deze 1024872 I na de twee of drie eerste jaren, gedurende waarin de opbindstok noodzakelijk is voor de I worteling, weg te halen.Such circumstances, which are particularly serious for the future development of the tree, are not rare, however, because either the person who has planted the tree and secured it to the tying stick no longer maintains the planting, or no longer focuses on the tying strap is directed, which is customarily regarded as a familiar part, so that one no longer thinks of removing this 1024872 I after the first two or three years, during which the tying rod is necessary for the root.

I De onderhavige uitvinding heeft als doel het ontwikkelen van een opbindriem die I de nadelen van een niet rekbare riem voorkomt, die wordt versterkt door een I 5 wapeningslint en die het mogelijk maakt dat de boom niet wordt gehinderd door de I beschikbare doorsnede aan de binnenkant van de door de opbindriem gevormde lus, I zonder dat dit nadelen geeft voor het initiële opbinden van de boom, zelfs wanneer men I vergeet om na de periode van de worteling de riem los te maken.The present invention has for its object to develop a tie-down belt which avoids the disadvantages of a non-stretchable belt, which is reinforced by a reinforcing ribbon and which makes it possible for the tree not to be hindered by the available cross-section on the inside of the loop formed by the tie-down belt, without this causing disadvantages for the initial binding of the tree, even if one forgets to loosen the belt after the rooting period.

I Voor dit doel betreft de uitvinding een opbindriem van een type zoals hieronder I 10 bepaald, met het kenmerk, dat - de kop van de band twee samengevoegde openingen omvat, gescheiden door I een rib, voor het doorlaten van een inloopeinde van de band, hetzij door I slechts een opening hetzij door beiden, waardoor een de rib omringende lus wordt gevormd, I 15 - het lint van wapeningsdraad de twee openingen omlijst zonder langs de rib te H voeren.For this purpose the invention relates to a tie-down belt of the type defined below, characterized in that - the head of the belt comprises two joined openings, separated by a rib, for allowing a run-in end of the belt, either through only one opening or through both, thereby forming a loop surrounding the rib, the reinforcing wire ribbon frames the two openings without passing along the rib.

Deze riem biedt het voordeel van het stevig opbinden van de stam van de boom, I vastgezet aan de opbindstok, zelfs wanneer externe verschijnselen zoals de wind in het I bijzonder heftig zijn, omdat deze van een wapeningslint voorziene niet rekbare riem 20 relatief strak rond de stam van de boom kan worden vastgezet op een wijze dat deze perfect vastgelegd wordt tegen de opbindstok.This belt offers the advantage of tightly binding the trunk of the tree, fixed to the tying stick, even when external phenomena such as the wind are particularly intense, because this non-stretchable belt 20 provided with a reinforcing ribbon is relatively tight around the The trunk of the tree can be secured in such a way that it is perfectly secured against the binding stick.

Bovendien, vormt de door het einde van de opbindriem gevormde lus, die door de I twee openingen voert, eveneens een schokbreker tussen de stam van de boom en de opbindstok, waarbij een wrijving van de stam van de boom tegen de opbindstok wordt 25 voorkomen, en waarbij bovendien een dempingsmiddel wordt gevormd tegelijkertijd tegen dit bijeenbrengen en onderlinge vibraties.In addition, the loop formed by the end of the tie strap, which passes through the two openings, also forms a shock absorber between the trunk of the tree and the tie stick, thereby preventing friction of the trunk of the tree against the tie stick, and wherein, moreover, a damping means is formed at the same time against this raising and mutual vibrations.

I Men heeft aldus een niet rekbare opbindriem, die de stam van de boom stevig I opbindt. Echter, al naar gelang de ontwikkeling van de boom, vereist de stam meer en I meer plaats.There is thus a non-stretchable tie strap that securely ties the trunk of the tree. However, depending on the development of the tree, the trunk requires more and more space.

I 30 Het is derhalve mogelijk dat de band van de riem zich losrukt van de rib die de twee ogen scheidt om de lus van de riem die door de twee ogen voert vrij te maken en in de buurt van de rib vast te houden. Men wint op deze manier een niet onbelangrijke lengte, die het mogelijk maakt dat de boom over een grotere doorsnede beschikt, 3 waarbij wordt voorkomen dat bij een verzuim om de opbindriem los te maken, de opbindriem geleidelijk in de stam van de boom zal worden geïntegreerd en een vreemd lichaam vormt zoals bij de riem met een vaste lengte, waardoor de ontwikkeling van de stam en de boom aanzienlijk wordt belemmerd en de circulatie van sappen wordt 5 gehinderd.It is therefore possible that the strap of the strap pulls away from the rib separating the two eyes to release the loop of the strap that passes through the two eyes and hold it in the vicinity of the rib. In this way, a not insignificant length is obtained, which makes it possible for the tree to have a larger cross-section, 3 avoiding that in the event of a failure to release the tie strap, the tie strap will gradually be integrated into the trunk of the tree and forms a foreign body, such as with a fixed-length belt, which considerably impedes the development of the trunk and tree and impedes the circulation of juices.

Bovendien zelfs wanneer de boom opnieuw de rekgrens bereikt, die aan de binnenkant van de door de riem gevormde niet rekbare lus mogelijk wordt bepaald, zal na het losmaken van de rib die de twee openingen scheidt, gezien de aanwezigheid van de opbindstok, de zelfs tot het uiterste opgerekte opbindriem niet de mogelijkheid 10 hebben zich over zijn volledige omtrek in het oppervlak en de buitenste lagen van de stam van de boom in te bouwen.Moreover, even when the boom again reaches the elongation limit, which may be determined on the inside of the non-stretchable loop formed by the strap, after loosening the rib separating the two openings, the presence of the tie rod will even increase the the extreme stretched tie strap does not have the ability to build in over its entire circumference in the surface and outer layers of the trunk of the tree.

Volgens een voordelig kenmerk is het lint van wapeningsdraad gevormd uit twee gegalvaniseerde ineengedraaide en uitgegloeide ijzerdraden, die ter hoogte van de kop een lijst vormen voor het omringen van de twee openingen en die samenkomen 15 stroomopwaarts en stroomafwaarts van de twee openingen in de band en uit de band naar buiten komen om rondom de opbindstok aaneen te knopen einden van de riem te vormen.According to an advantageous feature, the reinforcement wire ribbon is formed of two galvanized twisted and annealed iron wires which form a rail at the head for surrounding the two openings and which converge upstream and downstream of the two openings in the belt and from the band come out to tie the ends of the belt around the tie rod.

Volgens een ander voordelig kenmerk omvat de kop breuk-inleiders tussen de rib en het buitenste gedeelte van de kop om al naar gelang de aanzet en overeenkomstig de 20 aard van het voor de band toegepaste materiaal, de breuk van de rib mogelijk te maken.According to another advantageous feature, the head includes fracture inducers between the rib and the outer portion of the head to enable the fracture of the rib depending on the onset and according to the nature of the material used for the tape.

Volgens een ander voordelig kenmerk omvat het inwendige oppervlak van de band nokken om tegen de stam van de boom steunpunten te vormen.According to another advantageous feature, the inner surface of the band comprises cams to form support points against the trunk of the tree.

De uitvinding betreft ten slotte eveneens een werkwijze voor het vervaardigen van een opbindriem van het hierboven gedefinieerde soort, met het kenmerk, dat 25 - men het geraamte van het wapeningslint tot stand brengt door ten minste twee gegloeide gegalvaniseerde ijzerdraden ineen te draaien, waarbij men de twee draden scheidt om een lijst te vormen rond de toekomstige openingen, - men het geraamte in een gietholte plaatst, waarbij het geraamte op fixeringspunten wordt vastgehouden.Finally, the invention also relates to a method for manufacturing a tie-down strap of the above-defined type, characterized in that the frame of the reinforcement ribbon is achieved by twisting at least two annealed galvanized iron wires, wherein the separate two wires to form a frame around future openings, - place the frame in a casting cavity, holding the frame at fixation points.

30 - men het materiaal van de riem in de holte injecteert.- the material of the belt is injected into the cavity.

De band van de opbindriem wordt bij voorkeur vervaardigd van een kunststof die de elasticiteit of de soepelheid heeft van rubber. Inwendig omvat deze band nokken om steunpunten tegen de stam van de boom te vormen en het doorstromen van water toe te 1 024872 4 staan. Deze nokken kunnen continu of discontinu zijn. Het betreft bij voorkeur een gekarteld oppervlak dat uitspringende banden vormt, die dwars op de langsrichting van de band verlopen, dat wil zeggen in een grotendeels verticale richting.The strap of the strap is preferably made from a plastic that has the elasticity or flexibility of rubber. Internally, this band includes cams to form support points against the trunk of the tree and to allow water to flow through. These cams can be continuous or discontinuous. It is preferably a serrated surface that forms protruding bands that run transversely to the longitudinal direction of the band, i.e. in a largely vertical direction.

De onderhavige uitvinding zal in het vervolg op een meer gedetailleerde wijze 5 worden beschreven met behulp van een uitvoeringsvoorbeeld, dat in de bijgevoegde tekeningen is weergegeven, waarin: - figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een opbindriem volgens de uitvinding is, - figuur 2A een vooraanzicht van de riem van figuur 1 is, 10 - figuur 2B een zijaanzicht van de riem van figuur 2A is, - figuur 3 een vergroot aanzicht van de kop van de opbindriem is, - figuur 4A een vooraanzicht van de gietholte voor het gieten van de opbindriem volgens figuur 1 is, - figuur 4B een zijaanzicht van de gietvorm van de riem is, 15 - figuur 4C een kops aanzicht is, - figuur 5 de vorm van een half wapeningslint gevormd door een afzonderlijke draad toont, - figuur 6A een schematisch aanzicht is, dat de bevestiging van de opbindriem volgens de uitvinding rond een boom en een opbindstok toont, aan het begin 20 van de installatie, - figuur 6B een aanzicht is vergelijkbaar met dat van figuur 6a, maar na breuk van de rib van de kop door verdikking van de doorsnede van de stam.The present invention will hereinafter be described in a more detailed manner with the aid of an exemplary embodiment, which is shown in the accompanying drawings, in which: - figure 1 is a perspective view of a tie belt according to the invention, - figure 2A is a front view of the belt of figure 1, - figure 2B is a side view of the belt of figure 2A, - figure 3 is an enlarged view of the head of the tie belt, - figure 4A is a front view of the casting cavity for casting the tie belt according to figure 1, - figure 4B is a side view of the casting mold of the belt, - figure 4C is a head view, - figure 5 shows the shape of a half reinforcement ribbon formed by a separate wire, - figure 6A is a schematic view , which shows the attachment of the tie-up belt according to the invention around a tree and a tie-stick, at the beginning of the installation, - figure 6B is a view similar to that of figure 6a, but n a rupture of the rib of the head by thickening the diameter of the trunk.

Verwijzend naar figuur 1 betreft de uitvinding een opbindriem opgebouwd uit een band 1 met een kop 2 en een inloopeinde 3. De kop 2 is voorzien van twee 25 rechthoekige doorgangen vormende openingen 4,5, en het geheel van de riem wordt versterkt door een lint van wapeningsdraad, hier gevormd uit twee ineengedraaide ijzerdraden 6, die vanaf twee einden 2,3 van de riem verlopen middels niet in de band opgenomen gedeeltes 61,62. Deze band wordt bij voorkeur vervaardigd uit een kunststof of een gelijksoortige stof, die een zekere soepelheid heeft. De binnenzijde van 30 de band omvat nokken 11 voor het vormen van steunpunten of vlakken van de riem tegen de stam van de boom en om de ventilatie van het contactgebied en de doorvoer van sijpelwater langs de stam mogelijk maken.Referring to Figure 1, the invention relates to a tie-up belt composed of a band 1 with a head 2 and a lead-in end 3. The head 2 is provided with two openings 4,5 forming rectangular passages, and the whole of the belt is reinforced by a ribbon of reinforcing wire, here formed from two twisted-in iron wires 6, extending from two ends 2,3 of the belt through portions 61,62 not included in the belt. This belt is preferably made from a plastic or a similar material that has a certain flexibility. The inner side of the belt comprises cams 11 for forming support points or surfaces of the belt against the trunk of the tree and for allowing the ventilation of the contact area and the passage of siphon water along the trunk.

55

De eigenlijke band 1 heeft een lengte die het enerzijds mogelijk maakt de stam van de geplante boom te omringen en aan de opbindstok vast te zetten en anderzijds een voldoende lengte om door de openingen 4 en 5 te voeren en een lus rond de rib 7, die de opening 4,5 scheidt, te vormen en om het inloopeinde 3 in staat te stellen weer 5 door de opening 5 naar buiten te voeren en de riem, die op deze wijze de stam van de boom omgeeft, vast te knopen aan de opbindstok met de twee einden 61,62 van het wapeningslint 6.The actual belt 1 has a length which makes it possible on the one hand to surround the trunk of the planted tree and to fix it to the tying stick and on the other hand to have a sufficient length to pass through the openings 4 and 5 and a loop around the rib 7 which separating the aperture 4, and to enable the lead-in end 3 again to pass 5 through the aperture 5 and to tie the strap which in this way surrounds the trunk of the tree to the tie rod with the two ends 61,62 of the reinforcement ribbon 6.

Het wapeningslint 6 is geïntegreerd met het materiaal van de riem zoals dit blijkt uit het bovenaanzicht van figuur 2A, waarbij deze integratie niet transparant wordt 10 getoond in figuur 2B.The reinforcement ribbon 6 is integrated with the material of the belt as it appears from the top view of figure 2A, this integration not being shown transparently in figure 2B.

Figuur 2A toont de ineengedraaide structuur van het lint 6 tegelijkertijd aan de buitenkant van de band 1 en aan einden 61, 62, die doorlopen en bij voorkeur eindigen in samengesmolten einden 63,64 om het gebruik te vergemakkelijken. De strengen zetten zich eveneens voort in het lichaam van de band 1. Ter hoogte van de kop 2 15 echter opent het wapeningslint 6 zich en omzeilen de vertakkingen 65,66 de twee openingen 4, 5 en de rib 7; de twee vertakkingen van het lint 65,66 scheiden zich van het ineengedraaide lint bij stroomopwaarts gedeelte 67 en stroomafwaarts gedeelte 68 van de kop 2. Op deze wijze komt men niet langs de rib 7 noch door met ene noch door met andere vertakking 65, 66. Slechts het geheel van de kop 2 wordt ter hoogte van de 20 buitenkant versterkt.Figure 2A shows the twisted structure of the ribbon 6 simultaneously on the outside of the tape 1 and at ends 61, 62, which extend and preferably end in fused ends 63,64 to facilitate use. The strands also extend into the body of the belt 1. At the height of the head 2, however, the reinforcement ribbon 6 opens and the branches 65, 66 circumvent the two openings 4, 5 and the rib 7; the two branches of the ribbon 65,66 separate from the twisted ribbon at the upstream portion 67 and downstream portion 68 of the head 2. In this way one does not get past the rib 7 either with one or with another branch 65, 66 Only the whole of the head 2 is reinforced at the height of the outside.

Op een niet getoonde wijze, kan het aanhechtingsgebied tussen de rib 7 en de buitenste lijst 8 van de kop 2 worden verzwakt om een of twee breuk-inleiders te vormen, die het losrukken van de rib 7 in de omstandigheden die hieronder zijn voorzien, mogelijk te maken.In a manner not shown, the attachment area between the rib 7 and the outer frame 8 of the head 2 can be weakened to form one or two fracture inducers that allow the rib 7 to peel off under the conditions provided below. to make.

25 Figuur 2A toont tot slot indrukkingen 9,10, die zijn achtergelaten door de steunen van wapeningslint 6 aan de binnenkant van de holte.Figure 2A finally shows indentations 9,10 which have been left behind by the supports of reinforcement ribbon 6 on the inside of the cavity.

Figuur 3 toont op vergrote schaal de structuur van de riem ter hoogte van het einde van de band 1, dichtbij de kop 2 en van de kop 2 zelf, en toont eveneens de voortgang van de vertakkingen 65, 66 aan de binnenkant van de kop en de inrichting 30 van de openingen 4, 5 en van de rib 7.Figure 3 shows on an enlarged scale the structure of the belt at the end of the belt 1, close to the head 2 and of the head 2 itself, and also shows the progress of the branches 65, 66 on the inside of the head and the device 30 of the openings 4, 5 and of the rib 7.

Het kan worden opgemerkt dat het gedeelte van de openingen 4, 5 duidelijk aansluit op het gedeelte van de band 1, dat de nokken 11 omvat, om het mogelijk te maken dat het einde 3 van de band 1 inloopt hetzij door een doorgang 5 door slechts 1024872 I een van de openingen 4 of 5, hetzij, zoals is aan te bevelen, voor het maken van een lus, waarbij de band eerst de opening 4 binnentreedt om de rib 7 te omzeilen en terugkeert I door de opening 5, voordat men de einden 61,62 rond de opbindstok vast knoopt.It can be noted that the portion of the openings 4, 5 clearly adjoins the portion of the band 1, which includes the cams 11, to allow the end 3 of the band 1 to run in or through a passage 5 through only 1024872 one of the openings 4 or 5, or, as is recommended, for making a loop, the tape first entering the opening 4 to bypass the rib 7 and returning through the opening 5 before the ends 61,62 around the tie rod.

I De figuren 4 A, 4B en 4C tonen de vorm van de gietholte, die is bestemd om de I 5 band 1 met de kop 2 rond een wapeningslint 6 te gieten.Figures 4A, 4B and 4C show the shape of the casting cavity, which is intended to cast the belt 1 with the head 2 around a reinforcement ribbon 6.

Figuur 4A toont in het bijzonder de contactsteunen 12,13, die het lint aan de binnenkant van de gietvorm opnemen om deze in de betreffende sectie van de band te positioneren.Figure 4A in particular shows the contact supports 12,13, which receive the ribbon on the inside of the mold to position it in the relevant section of the belt.

Figuur 5 toont de vorm van een draad 14, die een element vormt van het I 10 wapeningslint. Wanneer het lint wordt gevormd uit twee ineengedraaide draden, zal I deze uit twee draden bestaan, zoals de draad 14, die in de vorm wordt geplaatst om een I rechthoekige vervorming 141 te hebben, die overeenstemt met de inrichting van de vertakkingen 65, 66 uit figuur 3 om de opening 4, 5 te omzeilen en door het buitenste I gedeelte 8 van de kop 2 te voeren.Figure 5 shows the shape of a wire 14 that forms an element of the reinforcement ribbon. When the ribbon is formed from two twisted wires, it will consist of two wires, such as the wire 14, which is placed in the mold to have a rectangular deformation 141 corresponding to the arrangement of the branches 65, 66 from figure 3 to bypass the opening 4, 5 and to pass through the outer part 8 of the head 2.

I 15 Figuur 6 toont schematisch en in doorsnede het aanbrengen van de opbindriem I 100 volgens de uitvinding rond een boom A, die men wil opbinden aan een opbindstok I B. De riem 100 omringt de boom A met de band zoals de band 1, waarbij de nokken I rondom tegen de schors van de boom liggen om slechts discontinue steunpunten te I vormen, die het mogelijk maken sijpelwater door te voeren.Figure 6 shows, diagrammatically and in cross-section, the fitting of the tie belt I 100 according to the invention around a tree A, which is to be tied to a tie stick I B. The belt 100 surrounds the tree A with the belt such as the belt 1, wherein the cams I lie all around against the bark of the tree so as to form only discontinuous support points, which make it possible to feed drip water.

I 20 De riem 100 maakt een lus 101 bij het doorvoeren door de twee openingen 103, 104 van de kop 102. De einden van de band 1 en van de kop worden aangeduid met I verwijzingen E1, E2. Stroomopwaarts van deze einden E1, E2 verlopen de vrije einden I 151,152 van het wapeningslint, die op een stevige wijze rond de opbindstok B door I een streng 153 zijn vastgeknoopt.The belt 100 makes a loop 101 when passing through the two openings 103, 104 of the head 102. The ends of the belt 1 and of the head are indicated by references E1, E2. Upstream of these ends E1, E2 the free ends I 151,152 of the reinforcement ribbon run, which are tightly tied around the binding rod B by a strand 153.

I 25 Figuur 6B toont de riem 100 wanneer de rib 7 (figuur 1) eenmaal is losgerukt I door de belasting, die wordt uitgeoefend door de groei van de stam van de boom A’, teneinde aldus de lengte van de riem 100, die nog steeds vastzit aan opbindstok B, te vergroten.Figure 6B shows the belt 100 once the rib 7 (Figure 1) has been pulled loose by the load exerted by the growth of the trunk of the tree A ', so as to increase the length of the belt 100, which is still always attached to tie rod B.

Claims

1. Tie strap for holding a sapling along a tie stick, comprising a strap of flexible material, internally provided with a ribbon of reinforcement wire, extending beyond the ends, the strap at one of the ends having a head with an opening for passing the other end of the tape through this eye, surrounding the trunk of the tree, and wherein both ends of the reinforcement ribbon are then secured around the tie rod, characterized in that - the head (2) ) of the belt (1) comprises two joined openings (4, 5), separated by a rib (7), for passage of a lead-in end (3) of the belt (1), or through only one opening (4,5) ) or by both (4,5), thereby forming a loop surrounding the rib (7), 15. the reinforcing wire ribbon (6) (65,66) frames the two openings (4, 5) without passing along the rib ( 7).

2. Tie strap according to claim 1, characterized in that the ribbon of reinforcement wires 1 is formed by at least two galvanized, annealed and twisted iron wires, which form a frame 8 at the level of the head 2 for surrounding the two openings 4, 5 and coming together (67, 68) upstream and downstream of the two openings (4, 5).

3. Tie-down belt according to claims 1 or 2, characterized in that the head 2 at the joints between the rib 7 and the outer part (8) of the head (2) comprises break preamps.

Tying strap according to one of the preceding claims, characterized in that the inner surface of the band (1) comprises cams (11) for forming support points against the trunk of the tree.

A method for manufacturing a tie-down strap according to any of claims 1 to 4, characterized in that the framework of the reinforcement ribbon is established by twisting at least two I annealed galvanized iron wires, wherein separate the two wires to form a frame around the future openings, 5. place the frame in a casting cavity, holding the frame at fixing points. I - the material of the belt is injected into the cavity. 1 n 9 A A 7 O