[go: up one dir, main page]

NL1012870C2 - Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting. - Google Patents

Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1012870C2
NL1012870C2 NL1012870A NL1012870A NL1012870C2 NL 1012870 C2 NL1012870 C2 NL 1012870C2 NL 1012870 A NL1012870 A NL 1012870A NL 1012870 A NL1012870 A NL 1012870A NL 1012870 C2 NL1012870 C2 NL 1012870C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
product
cavity
mold
ejection
engaging
Prior art date
Application number
NL1012870A
Other languages
English (en)
Inventor
Henk Hoogland
Original Assignee
Fountain Technologies B V I O
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1012870A priority Critical patent/NL1012870C2/nl
Application filed by Fountain Technologies B V I O filed Critical Fountain Technologies B V I O
Priority to ES00953589T priority patent/ES2241638T3/es
Priority to AU66014/00A priority patent/AU6601400A/en
Priority to PCT/NL2000/000581 priority patent/WO2001017744A1/en
Priority to DE60019767T priority patent/DE60019767T2/de
Priority to JP2001521518A priority patent/JP2004501029A/ja
Priority to CA2376867A priority patent/CA2376867C/en
Priority to US10/069,026 priority patent/US6990723B1/en
Priority to BR0013471-6A priority patent/BR0013471A/pt
Priority to CN00812771.9A priority patent/CN1251852C/zh
Priority to EP00953589A priority patent/EP1212182B1/en
Priority to AT00953589T priority patent/ATE294058T1/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1012870C2 publication Critical patent/NL1012870C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/40Removing or ejecting moulded articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/14Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor incorporating preformed parts or layers, e.g. injection moulding around inserts or for coating articles
    • B29C45/14008Inserting articles into the mould
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/40Removing or ejecting moulded articles
    • B29C45/44Removing or ejecting moulded articles for undercut articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/14Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor incorporating preformed parts or layers, e.g. injection moulding around inserts or for coating articles
    • B29C45/14008Inserting articles into the mould
    • B29C2045/1404Inserting articles into the mould feeding inserts cut out from an endless sheet outside the mould
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/40Removing or ejecting moulded articles
    • B29C2045/4063Removing or ejecting moulded articles preventing damage to articles caused by the ejector
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/40Removing or ejecting moulded articles
    • B29C2045/4068Removing or ejecting moulded articles using an auxiliary mould part carrying the moulded article and removing it from the mould

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Moulds For Moulding Plastics Or The Like (AREA)
  • Injection Moulding Of Plastics Or The Like (AREA)

Description

Titel: Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstoot- inrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een matrijs, in het bijzonder een spuitgietmatrijs, voorzien van ten minste één caviteit en uitstootmiddelen. Dergelijke matrijzen zijn uit de praktijk bekend.
5 Bij de bekenden matrijzen is ten minste één caviteit voorzien waarin een product wordt gevormd, in het bijzonder door spuitgieten. Daartoe wordt de ten minste ene caviteit gesloten en gevuld met kunststof. Na stolling van de kunststof wordt de matrijs geopend en het product uit de 10 caviteit verwijderd. Daartoe zijn uitstootmiddelen voorzien in de vorm van een of meer uitstootpennen die tijdens het spuitgieten uit de caviteit zijn teruggetrokken en voor het uitstoten tegen een in uitstootrichting achtergelegen vlak van het product kunnen drukken en daarmee het product uit 15 de betreffende caviteit kunnen bewegen. Deze uitstootpennen hebben een relatief klein frontaal oppervlak en liggen vrij aan tegen het product. Wanneer het product loskomt uit de matrijsholte zal dit ofwel onder invloed van de zwaartekracht wegvallen ofwel door een uitneeminrichting 20 worden aangegrepen en afgevoerd.
Bij gebruik van een dergelijke bekende spuitgietmatrijs treedt het nadeel op dat beschadiging van het product optreedt als gevolg van de druk uitgeoefend door de uitstoterpennen, welke beschadigingen in een 25 buitenvlak van het product zijn gelegen en daardoor het uiterlijk nadelig beïnvloeden. Bovendien heeft een dergelijke matrijs als nadeel dat het product op relatief ongecontroleerde wijze loskomt uit de caviteit, bijvoorbeeld omdat onregelmatige opsluiting, verkleving of 30 dergelijke optreden.
De uitvinding beoogt een matrijs van de in de aanhef beschreven soort, waarbij de genoemde nadelen zijn vermeden, met behoud van de voordelen daarvan. Daartoe 1012870 2 wordt een matrijs volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 1.
Door toepassing van ten minste één de betreffende caviteit ten minste gedeeltelijk begrenzend, dat wil zeggen 5 productvormend deel dat beweegbaar is opgesteld als uitstotermiddel, welk beweegbaar deel is voorzien van middelen waarmee het in de caviteit gevormde product kan worden aangegrepen, althans kan worden vastgehouden tijdens een uitstootbeweging wordt het voordeel bereikt dat het 10 product gestuurd en gecontroleerd uit de caviteit kan worden bewogen en dan wel aan een uitneeminrichting kan worden overgegeven dan wel buiten de betreffende caviteit kan worden losgelaten. Hierdoor kan steeds nauwkeurig de positie van het product worden bepaald tijdens uitstoten 15 terwijl beschadiging van het product eenvoudig kan worden verhinderd aangezien een vormgevend deel van de matrijs de uitstootdruk overbrengt. Met name wanneer gebruik wordt gemaakt van een uitneeminrichting waarmee de uit te nemen producten in een vooraf gekozen stand dienen te worden 20 overgegeven aan verdere verwerkingsinrichtingen is een matrijs volgens de uitvinding bijzonder voordelig, omdat tijdens het uitstoten geen ongewenste standveranderingen zullen optreden. Dit betekent dat snel en eenduidig producten voor verdere verwerking gereed kunnen worden 25 gemaakt, in beginsel zonder dat daarop controle noodzakelijk is. De aangrijpdelen grijpen daarbij althans in hoofdzaak op afstand van de in uitstootrichting gezien achterliggende zijde van het product aan.
Bij een matrijs volgens de uitvinding kunnen de 30 beweegbaar opgestelde, de caviteit tijdens spuitgieten althans gedeeltelijk begrenzende delen ondersnijdingen bevatten en/of in het product bepalen, zodanig dat de caviteit niet, althans slecht lossend is. Immers, doordat de betreffende begrenzende delen als uitstootmiddelen 35 worden toegepast kunnen deze mee tot buiten de caviteit bewegen en alsdan het product vrijgeven, bijvoorbeeld door mi?a7n 3 de betreffende begrenzende delen relatief uit elkaar te bewegen in een richting in hoofdzaak haaks op de . uitstootinrichting dan wel door het product uit de betreffende begrenzende delen los te maken door beweging in 5 een richting welke een hoek insluit met de uitstootinrichting. Bij laatst genoemde uitvoeringsvorm kan het product bijvoorbeeld haaks op de uitstootrichting worden wegbewogen. Hiermee wordt met een relatief eenvoudige matrijs de mogelijkheid geboden niet, althans 10 slecht lossende producten te spuitgieten waardoor een bijzonder grote vormgevingsvrijheid wordt verkregen.
In een voordelige uitvoeringsvorm wordt een matrijs volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 4.
15 Door te voorzien in geleidemiddelen waarmee het of elk begrenzende deel bij beweging in de uitstootrichting langs een vooraf gekozen geleidebaan wordt geleid, wordt het voordeel bereikt dat bijvoorbeeld bij het openlopen van de matrijs dan wel tijdens het uitstoten de begrenzende 20 delen een geschikt bewegingspatroon krijgen voor het tijdens een eerste deel van het uitstoten vasthouden van het product en tijdens een daarop aansluitend tweede deel van de uitstootbeweging automatisch loslaten van het product, bijvoorbeeld nadat het is overgenomen door 25 eerdergenoemde uitneeminrichting.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor spuitgieten, gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 5.
Bij een dergelijke werkwijze wordt in een caviteit 30 van een spuitgietmatrijs een product gespuitgiet, waarbij althans een deel van het product wordt bepaald door in een uitstootrichting beweegbare, begrenzende en productvormende delen. Tijdens uitstoten van het product worden deze begrenzende delen althans gedeeltelijk tot buiten de 35 betreffende caviteit bewogen, waarbij de betreffende delen althans in hoofdzaak vormsluitend blijven aangrijpen en 1012870 4 derhalve het product in dezelfde stand blijven houden tijdens althans een gedeelte van de uitstootbeweging. Daarbij bevat het of elk begrenzende deel aangrijpdelen die of wel in uitstootrichting tussen twee productdelen zijn 5 opgesloten ofwel een productdeel in uitstootriching vormsluitend opsluiten, zodanig dat de aangrijpdelen het product vasthouden. Pas wanneer het product over een vooraf gekozen afstand in uitstootrichting is bewogen, geheel of gedeeltelijk tot buiten de betreffende caviteit worden de 10 aangrijpdelen zodanig ten opzichte van elkaar en/of de caviteit bewogen dat het product van de aangrijpdelen kan loskomen en kan worden weggevoerd. Daartoe kan gebruik worden gemaakt van de zwaartekracht doch het verdient de voorkeur dat het product wordt aangegrepen door een 15 uitneeminrichting, voordat het geheel is losgekomen van de aangrijpdelen.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm wordt een werkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 8.
20 Bij een dergelijke werkwijze wordt ongeveer tegelijk met het aangrijpen van een product met behulp van de uitneeminrichting een insert, bijvoorbeeld een kerndeel, een label of dergelijke aan de tegenovergelegen zijde geplaatst op, althans aan een sluitdeel van de matrijs, 25 zodanig dat bij dichtlopen van de matrijs de betreffende insert in de tegenovergelegen caviteit wordt bewogen en althans een deel van de caviteit bepaalt. Tijdens spuitgieten wordt de betreffende insert bij voorkeur vast opgenomen in het product, zodanig dat deze met het product 30 mee wordt uitgestoten. Een dergelijke werkwijze biedt het voordeel dat snel inserts kunnen worden geplaatst tijdens uitnemen van de producten, waardoor kortere cyclustijden kunnen worden verkregen.
In een verder voordelige uitvoeringsvorm wordt een 35 werkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 9.
1012870 5
Door te voorzien in aangrijpmiddelen die aangrijpen in openingen of dergelijke in het product wordt het voordeel bereikt dat in een gereed product nog beter wordt gecamoufleerd waar de uitstootmiddelen hebben aangegrepen.
5 Bovendien wordt daardoor op bijzonder eenvoudige wijze mogelijk het betreffende product vormsluitend op te sluiten en gestuurd te bewegen, terwijl bovendien de aangrijpmiddelen gewenste ondersnijdingen kunnen vormen zonder dat daartoe extra schuiven, bewegende kerndelen of 10 dergelijke noodzakelijk zijn. Hierdoor wordt een matrijs voor gebruik bij een dergelijke werkwijze nog verder vereenvoudigd.
Door bij een dergelijke werkwijze het of elk beweegbaar begrenzend deel voorts te voorzien van middelen 15 die aangrijpen aan de in uitstootrichting achtergelegen zijde van het product kan op eenvoudige wijze een nog voordeliger drukverdeling worden verkregen doordat een relatief groot oppervlak beschikbaar is. In het bijzonder kan een dergelijk achterliggend deel bijvoorbeeld 20 aangrijpen langs een volledige langswand van het betreffende product. Hierdoor wordt nog beter verhinderd dat aan de buitenzijde van het product beschadigingen optreden als gevolg van de uitstootmiddelen.
In een verdere voordelige uitvoeringsvorm wordt een 25 werkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 10.
Spuitgieten van producten met geïntegreerde scharnieren biedt het voordeel dat eenvoudig bewegende delen kunnen worden verkregen zonder dat samenbouw 30 noodzakelijk is. Door bij een werkwijze volgens de uitvinding te voorzien in aangrijpmiddelen aan weerszijden van ten minste het ene scharnier wordt het voordeel bereikt dat het product in een geschikte stand kan worden uitgestoten, zonder dat ongewenste zwenking van 35 productdelen aan weerszijden van het scharnier optreden, tijdens het uitstoten.
1012870 6
Het verdient daarbij de voorkeur dat ten minste één der genoemde begrenzende delen zich aan de in de uitstootrichting achtergelegen zijde van het product langs het ten minste ene scharnier uitstrekt, zodanig dat de 5 delen aan weerszijden van het betreffende scharnier door het betreffende bewegende deel worden ondersteund tijdens uitstoten. Daardoor wordt verzwenking nog beter verhinderd.
Verdere voordelige uitvoeringsvormen van een matrijs en werkwijze zijn gegeven in de verdere volgconclusies.
10 Ter verduidelijking van de uitvinding zullen uitvoeringsvoorbeelden van een spuitgietmatrijs en werkwijze volgens onderhavige uitvinding worden beschreven aan de hand van de tekening. Daarin toont:
Fig. 1 in doorgesneden zijaanzicht schematische een 15 gedeelte van een matrijs volgens de uitvinding; fig. 2 de matrijs volgens figuur 1, in geopende toestand met gedeeltelijk uitgestoten product; fig. 3 de matrijs volgens figuur 1 en 2 in geopende positie, met uitneeminrichting; 20 fig. 4 in doorgesneden zijaanzicht een gedeelte van een alternatieve uitvoeringsvorm van een matrijs volgens de uitvinding; fig. 5 schematisch in bovenaanzicht een caviteit met uitstootmiddelen van een matrijs volgens figuur 1-3; 25 fig. 5A en 5B doorsneden van een gedeelte van een matrijs volgens fig. 5; fig. 6 een perspectivisch aanzicht van een gedeelte van een caviteit met uitstotermiddelen in een tweede alternatieve uitvoeringsvorm; en 30 fig. 7 een perspectivisch aanzicht van een gedeelte van een caviteit met uitstotermiddelen in een derde alternatieve uitvoeringsvorm.
In deze beschrijvingen hebben gelijke of corresponderende delen gelijke of corresponderende 35 verwijzingscijfers.
1012870 7
Fig. 1 toont in doorgesneden zijaanzicht een gedeelte van een matrijs 1 met caviteit 2, in gesloten toestand. De matrijs 1 omvat een eerste deel 4 als basisdeel en een tweede deel 6 dat als sluitdeel fungeert.
5 In het sluitdeel 6 is een aanvoerkanaal 8 aangebracht dat uitmondt in de caviteit 2, bijvoorbeeld via een niet getoonde hotrunner, via welk aanvoerkanaal 8 vanuit een niet getoonde spuitgietinrichting kunststof in de caviteit kan worden gebracht. Het eerste deel 4 omvat, althans 10 bepaalt de bodem 10 van de caviteit 2, het sluitdeel 6 de tegenovergelegen zijde.
In het in figuur 1-3 getoonde aanzicht wordt aan weerszijden de caviteit 2 begrensd door begrenzende delen 12 welke nog nader zullen worden toegelicht en welke deel 15 uitmaken van uitstootmiddelen 14. Vanaf elk begrenzend deel 12 strekken zich aangrijpdelen 16 uit, tot in de caviteit 2, als gedeeltelijk vormgevende delen. In de in figuren 1-3 getoonde uitvoeringsvorm zijn in de open- en sluitrichting T van de matrijs, welke overeenkomt met de uitstootrichting 20 voor en achter elk aangrijpdeel 16 delen 18 van de caviteit 2 opgesloten, om nog nader te benoemen redenen. Elk begrenzend deel is aangebracht op of vormt het einde van een uitstootstang 20 welke zich door een ruimte 22 in het eerste deel 4 uitstrekt. De uitstootstang 20 heeft een 25 breedte Dx die kleiner is dan de breedte D2 van de ruimte 22. De uitstootstang 20 ligt aan tegen het tussen de uitstootmiddelen 14 ingesloten deel 4B van het eerste deel 4, zodanig dat aan de tegenovergelegen zijde van de uitstootstang 20 een sleufvormige holte 24 is vrijgelaten. 30 Deze holte 24 heeft een breedte F, corresponderend met het verschil tussen de breedten D2 en Dx en ten minste gelijk is aan de lengte L van elk aangrijpdeel 16 waarover dit in de caviteit 2 reikt. Met behulp van de uitstootstang 20 kan elk begrenzend deel 12 in een richting T worden bewogen, 35 zoals hierna zal worden beschreven.
1012870 8
In de in figuur 1 getoonde stand van de matrijs wordt kunststof via het aanvoerkanaal 8 in de caviteit 2 gebracht en daarin in staat gesteld althans enigszins te stollen. Als gevolg van de aangrijpdelen 16 is het in de 5 caviteit 2 gevormde product 26 niet lossend.
Nadat het product 26 voldoende is gestold wordt het sluitdeel 6 wegbewogen van het eerste deel 4, waarna de uitstootmiddelen 14 in de uitstootrichting Tx worden bewogen over tenminste een hoogte H en bij voorkeur een 10 hoogte 2H, althans H plus de afstand tussen de bodem 10 en de daarnaar gekeerde zijden van de aangrijpdelen 16, zodanig dat de begrenzende delen 12 boven het sluitvlak 28 van het eerste deel 4 worden gebracht. Daarbij wordt het product 26 door de aangrijpdelen 16 meegenomen uit de 15 caviteit 2, zodanig dat ook het product 26 zich bij voorkeur volledig boven het sluitvlak 28 uitstrekt. Zoals uit het voorgaande blijkt wordt het product 26 gestuurd vanuit de in figuur 1 getoonde positie naar de in figuur 2 getoonde positie gebracht, vastgehouden door de 20 aangrijpdelen, waardoor eenvoudig de gewenste stand kan worden behouden. De aangrijpdelen 16 en de begrenzende delen 12 sluiten daarbij vormsluitend aan tegen de zijde van het product 26 en kunnen eventueel daar enigszins tegenaan worden gedrukt.
25 Vervolgens wordt een uitneeminrichting 30 tussen het eerste deel 4 en het tweede deel 6 van de matrijs 1 geschoven, zoals getoond in figuur 3, tot voorbij ten minste een der begrenzende delen 12. De uitneeminrichting 30 is aan de naar het product 26 gekeerde zijde voorzien 30 van eerste vacuümmiddelen 32, aanstuurbaar via een eerste vacuümpomp 34. Het product 26 en/of de eerste vacuümmiddelen 32 worden daarbij zodanig aangestuurd dat de vacuümmiddelen 32 met het daar naartoe gekeerde vlak van het product 26 in aanraking komen en worden geactiveerd, 35 zodanig dat het product 26 door de eerste vacuümmiddelen 32 wordt aangegrepen. Vervolgens worden de uitstootmiddelen 1012870 9 14, althans de begrenzende delen 12 aan weerszijden van het product 26 uit elkaar bewogen over de afstand F, zodanig dat de uitstootstangen 20 tegen de buiten gelegen delen 4A van het eerste deel 4 komen aan te liggen en de 5 aangrijpdelen 16 uit het product 26 worden bewogen. Daarbij komen ondersnijdingen 36 in het product 26, gevormd door de aangrijpdelen 16 vrij. Aangezien het product 26 door de eerste vacuümmiddelen 32 wordt vastgehouden, zal het niet terugvallen in de caviteit 2. De begrenzende delen 12 10 worden vervolgens enigszins terugbewogen in de richting T2, bijvoorbeeld tot nabij het sluitvlak 28, zodanig dat het product 26 met behulp van de uitneeminrichting 30 in de richting K over het naastgelegen begrenzende deel 12 kan worden weggetrokken tussen het eerste deel 4 en het 15 sluitdeel 6. Vervolgens kunnen de begrenzende delen 12 weer over de afstand F in de richting van het tegenovergelegen begrenzende deel worden bewogen zodat de uitstootmiddelen 14 kunnen worden teruggebracht naar de stand als getoond in figuur 1. De matrijs 1 kan dan weer worden gesloten en voor 20 een volgende spuitgietcyclus worden gebruikt.
In de getoonde uitvoeringsvorm zijn op de uitneeminrichting 30 aan de tegenover de eerste vacuümmiddelen 32 gelegen zijde tweede vacuümmiddelen 38 voorzien, aanstuurbaar door een tweede vacuümpomp 40, 25 waarmee inserts zoals bijvoorbeeld labels tegen het sluitdeel 6 kunnen worden aangebracht. Bij dichtlopen van de matrijs 1 zal een dergelijke insert in de caviteit 2 worden gebracht en in het product kunnen worden opgenomen. Indien gebruik wordt gemaakt van dergelijke inserts 30 verdient het de voorkeur dat de kunststof door een opening daarin in de caviteit 2 kan worden gebracht dan wel dat het aanvoerkanaal 8 of afstand daarvan uitmondt en zich bijvoorbeeld door het eerste deel 4 uitstrekt tot in de caviteit 2. Een dergelijke uitvoeringsvorm zal voor de 35 vakman direct duidelijk zijn.
1012870 2.0
Het product 2 6 kan met behulp van de uitneeminrichting 30 tot buiten de matrijs 1 worden verplaatst en aldaar worden overgegeven aan bijvoorbeeld verdere verwerkingsmiddelen. Het zal overigens duidelijk 5 zijn dat, wanneer de open en sluitrichting T van de matrijs 1 in een ongeveer horizontaal, althans een hoek met de verticaal insluitend vlak is gelegen het product 26 ook door zwaartekracht tussen de matrijsdelen 4, 6 kan worden wegbewogen wanneer het in de in figuur 3 getoonde stand 10 wordt losgelaten door de aangrijpdelen 16. Ook hiermee kan een niet lossend product eenvoudig worden vervaardigd en worden productbeschadigingen door uitstootmiddelen verhinderd, althans gecamoufleerd. Immers, de aangrijpdelen 16 vallen tijdens vervaardiging in de ondersnijdingen 36 en 15 zullen dien ten gevolge niet tot een onaangenaam uiterlijk van het product 26 leiden.
In figuur 4 is in doorgesneden zijaanzicht een gedeelte van een alternatieve uitvoeringsvorm van een matrijs 1, althans van uitstootmiddelen 14 getoond, waarbij 20 in het begrenzende deel 12 een tweetal op afstand boven elkaar geplaatste aangrijpdelen 16 is voorzien, waartussen een ondersnijding 42 is ingesloten. Ook bij deze uitvoeringsvorm zal tijdens gebruik een product 26 met behulp van de uitstootmiddelen 14 kunnen worden 25 vastgehouden en gestuurd tot buiten de caviteit 2 worden bewogen, ten opzichte van het eerste deel 4, doordat ten minste een gedeelte van het product vormvast wordt opgesloten in de ondersnijding 42. Wederom geldt dat het product 26 kan worden vrijgegeven door uit elkaar bewegen 30 van de verschillende begrenzende delen 12, zodanig dat de ondersnijdingen 42 van het product 26 vrijkomen.
In figuur 5 is in bovenaanzicht schematisch een caviteit 2 getoond, bijvoorbeeld zoals getoond in fig. 1-3, met uitstootmiddelen 14. In vol getrokken lijnen is de 35 caviteit 2 getoond, geschikt voor spuitgieten van een product 26. In de onderste helft is in onderbroken lijnen 1012870 11 schematisch weergegeven hoe een begrenzend deel 12 in bovenaanzicht zal bewegen ten opzichte van de caviteit 2, althans ten opzichte van een tegenovergelegen begrenzend deel 12 .
5 De in figuur 5 getoonde caviteit 2 is geschikt voor het vervaardigen van een product 26 met twee gespuitgiete scharnieren 44, zogenaamde living hinges. De scharnieren 44 strekken zich evenwijdig aan elkaar en evenwijdig aan de middellijn M uit over de volle breedte van de caviteit 2.
10 Twee in bovenaanzicht in hoofdzaak U-vormige begrenzende delen 12 zijn met de open zijde tegenover elkaar geplaatst en vormen de buiten begrenzing 46 van de caviteit 2. In de figuren 5A en 5B is schematisch een tweetal doorsneden van de begrenzende delen 12 met uitstootstang 20 getoond, 15 waarbij in figuur 5B duidelijk het aangrijpdeel 16 zichtbaar is. In deze uitvoeringsvorm zijn de aangrijpdelen 16 gevormd door nokken met een geringe hoogte en breedte, welke zich geheel boven een aanligvlak 48 van het betreffende begrenzende deel 12 uitstrekken. Het aanligvlak 20 48 ligt bij gesloten matrijs bij voorkeur gelijk met het bodemvlak 10 van de caviteit 2 en strekt zich onder de scharnieren 44 uit in een richting haaks op de lengterichting daarvan. De zich aan weerszijden van de scharnierlijnen 44 uitstrekkende productdelen 26A, 26B en 25 26C (waarvan de referentiecijfers in figuur 5 zijn ingetekend in de delen van de caviteit 2 waar de betreffende productdelen zullen worden vervaardigd) worden derhalve door de steunvlakken 48 ondersteund. Een dergelijke ondersteuning biedt het voordeel dat tijdens 30 verplaatsing, in het bijzonder tijdens uitstoten van een aldus gevormd product eenvoudig wordt verhinderd dat verzwenking van de verschillende delen 26A-C rond de scharnierlijnen 44 kan optreden en onbedoeld vrijkomen van het product van de aangrijpdelen 16 zou plaatsvinden. Met 35 name ook wanneer de scharnierlijnen 44 zich in tegenstelling tot de in figuur 5 getoonde uitvoeringsvorm 1012870 12 haaks op de middellijn M uitstrekken is dit voordelig, aangezien bij een dergelijke uitvoeringsvorm bij verzwenking van een der delen 26A-C het betreffende deel van de aangrijpdelen 16 wordt getrokken.
5 In figuur 6 is schematisch in perspectivisch aanzicht een caviteit 2 met uitstootmiddelen 14 getoond welke een begrenzend deel 12 omvatten met een doorsnede vergelijkbaar met die als getoond in figuur 4. Echter, bij deze uitvoeringsvorm is de uitstoterstang 20 even breed als 10 het begrenzende deel 12. Met streep-stippellijn 10A is de lijn aangegeven welke ter hoogte van de bodem 10 van de caviteit ligt wanneer de uitstotermiddelen 14 volledig zijn teruggetrokken. Het bovenvlak 15 zal in die toestand gelijk liggen met het sluitvlak 28. In de naar de caviteit 2 15 gekeerde zijde van het begrenzende deel 12 is een doorlopende sleuf 42 voorzien, welke nabij de zijde van het begrenzende deel 12 open is. Boven en onder de sleuf 42 zijn aangrijpdelen 16 voorzien. Bij deze uitvoeringsvorm kan een product uit aan weerszijden van de caviteit 2 20 voorziene uitstotermiddelen 14 worden verwijderd door
verschuiven daarvan door de sleuven 42 in de richting Y, haaks op de uitstootrichting T
In figuur 7 is een gedeelte van een matrijs volgens figuur 5 in perspectivisch aanzicht getoond, waarbij 25 duidelijk de aangrijpdelen 16 zijn getoond welke zich uitstrekken boven het steunvlak 48 dat gelijk ligt met het bodemvlak 10. Een dergelijke matrijs kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het vervaardigen van een verpakking voor een compact disc zoals beschreven in de internationale 30 octrooipublicatie WO 97/20315. De aangrijpdelen 16 vormen daarbij sleufvormige openingen in de zijwanden van de verpakking, waardoor vergelijkbare nokken aan de binnenzijde van de wand kunnen worden verkregen waaronder bijvoorbeeld een bij de compact disc behorend boekwerk of 35 dergelijke kan worden geklemd. Dergelijke nokken in compact disc-verpakkingen zijn op zichzelf bekend. Bij 1012870 13 vervaardiging van een dergelijke verpakking met behulp van een werkwijze volgens de uitvinding wordt daarbij het voordeel bereikt dat geen uitstootbeschadigingen worden verkregen als gevolg van de vormsluitende aangrijping met 5 behulp van de aangrijpdelen.
De uitvinding is geenszins beperkt tot in de tekening en beschrijving gegeven uitvoeringsvoorbeelden. Vele variaties daarop zijn mogelijk binnen het raam van de uitvinding.
10 Zo kunnen de uitstotermiddelen op andere wijze zijn vormgegeven, waarbij deze op allerlei wijzen kunnen worden bewogen. Het verdient de voorkeur dat geleidebanen zijn voorzien waarin de uitstotermiddelen met behulp van bijvoorbeeld nokelementen of dergelijke geleidingselement 15 worden geleid langs een vooraf gekozen baan, zodat steeds de gewenste, gestuurde uitstootbeweging wordt verkregen. Evenwel kan ook op andere wijze voor deze gestuurde beweging worden zorggedragen, variaties welke voor de vakman direct duidelijk zullen zijn. In de tekening is 20 slechts één caviteit getoond, opgenomen in een der delen van de matrijs. Het zal evenwel duidelijk zijn dat op vergelijkbare wijze matrijzen kunnen worden gevormd waarbij de caviteit over verschillende matrijsdelen is verdeeld, terwijl bovendien een matrijs volgens de uitvinding als 25 meervoudige matrijs kan worden uitgevoerd. Bovendien kunnen ook in de matrijs volgens de uitvinding andere bewegende delen, zoals schuiven en dergelijke worden toegepast. In de getoonde uitvoeringsvoorbeelden is het sluitdeel van de matrijs vlak uitgevoerd doch het zal duidelijk zijn dat 30 bijvoorbeeld voor de vorming van eerdergenoemde doosvormige verpakkingen ook het sluitdeel van een profilering zal kunnen zijn voorzien. Ook kan op de bodem van de caviteit in het eerste deel de benodigde profilering zijn aangebracht. Daarenboven kunnen de uitstotermiddelen ook 35 geheel of gedeeltelijk in het sluitdeel zijn voorzien. De begrenzende delen kunnen ook aan de bovenzijde geheel of 1012870 14 gedeeltelijk worden afgedekt door productdelen en kunnen ook in een richting worden weggetrokken, welke een hoek insluit met de uitstootrichting die afwijkt van 90°, bijvoorbeeld voor de vorming van hellende openingen.
5 Deze en vele variaties worden geacht binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen.
1012870

Claims (11)

1. Matrijs, in het bijzonder een spuitgietmatrijs, voorzien van ten minste één caviteit, waarbij tenminste één de betreffende caviteit begrenzend deel met ten minste een aangrijpdeel aangrijpt in een in de caviteit vervaardigd 5 product en bij geopende matrijs althans gedeeltelijk met het product in de richting van de open zijde van de betreffende caviteit beweegbaar is, in een uitstootrichting, waarbij tijdens genoemde beweging het betreffende product op, althans met het betreffende 10 begrenzende deel vasthoudbaar is en kan worden overgegeven aan een uitneeminrichting, althans buiten de caviteit kan worden losgelaten.
2. Matrijs volgens conclusie 1, waarbij het of elk aangrijpdeel is voorzien voor aangrijping op het product in 15 een richting welke een hoek insluit met de uitstootrichting, in het bijzonder een hoek van ongeveer 90 graden bij aanvang van de uitstootbeweging.
3. Matrijs volgens conclusie 1 of 2, waarbij het of elk aangrijpdeel is ingericht voor aangrijping op of achter een 20 ondersnijding in het product.
4. Matrijs volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het of elk betreffende begrenzende deel is bevestigd in geleidemiddelen welke bij beweging in de uitstootrichting zorgen voor het nabij het einde van de 25 beweging vrijgeven van het product uit de aangrijpdelen.
5. Werkwijze voor spuitgieten, waarbij in een caviteit in een matrijs een product wordt gespuitgiet, waarbij ten minste een gedeelte van de caviteit wordt bepaald door een begrenzend deel dat in een uitstootrichting beweegbaar is 30 opgesteld, waarbij het of elk betreffende begrenzende deel ten minste een aangrijpdeel omvat dat zodanig is aangebracht dat in uitstootrichting gezien aan beide zijden van het betreffende aangrijpdeel een gedeelte van het 1012870 product, althans van de productruimte in de caviteit is opgesloten, omvattende de volgende stappen: (a) vulling van de caviteit; (b) opening van de matrijs door wegbewegen van een 5 sluitdeel; (c) beweging van de genoemde beweegbare begrenzende delen in uitstootrichting, waarbij het gevormde product tussen, althans door de aangrijpdelen wordt vastgehouden en althans gedeeltelijk uit de caviteit wordt bewogen; 10 (d) beweging van de aangrijpdelen, zodanig dat het product daarvan vrij komt.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarbij tijdens of na stap (c) het product wordt aangegrepen met een uitneeminrichting, voorafgaand aan of bij aanvang van stap 15 (d) en het product na stap (d) gecontroleerd van de matrijs wordt wegbewogen.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, waarbij het product door de uitneeminrichting na stap (d) eerste enigszins verder in de uitstootrichting wordt bewogen en vervolgens 20 in een richting ongeveer haaks op de uitstootrichting wordt weggevoerd.
8. Werkwijze volgens een der conclusies 6 of 7, waarbij met behulp van de uitneeminrichting ten minste een insert in, althans aan het sluitdeel van de matrijs wordt 25 geplaatst, bij voorkeur ongeveer tegelijkertijd met het aangrijpen van het product.
9. Werkwijze volgens een der conclusies 5-8, waarbij het of elk product in de betreffende caviteit met de aangrijpmiddelen wordt aangrepen in openingen, althans 30 holten in een langswand van het product, waarbij het of elk genoemd beweegbaar begrenzend deel voorts middelen omvat die aangrijpen aan de in uitstootrichting achtergelegen zijde van het product, voor het verkrijgen van een verbeterde drukverde1ing.
10. Werkwijze volgens een der conclusies 5-9, waarbij het product wordt gespuitgiet met ten minste één scharnier, 1012870 waarbij aan weerszijden van het ten minste ene scharnier ten minste één en bij voorkeur ten minste twee aangrijpmiddelen zijn voorzien.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij ten minste 5 één der genoemde begrenzende delen zich aan de in uitstootrichting achtergelegen zijde langs het ten minste ene scharnier uitstrekt, zodanig dat de zich aan weerszijden van het betreffende scharnier uitstrekkende productdelen door het betreffende begrenzende deel worden 10 ondersteund, ten minste gedurende een gedeelte van het uitstoten van het product. 1012870
NL1012870A 1999-08-20 1999-08-20 Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting. NL1012870C2 (nl)

Priority Applications (12)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1012870A NL1012870C2 (nl) 1999-08-20 1999-08-20 Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting.
AU66014/00A AU6601400A (en) 1999-08-20 2000-08-21 Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
PCT/NL2000/000581 WO2001017744A1 (en) 1999-08-20 2000-08-21 Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
DE60019767T DE60019767T2 (de) 1999-08-20 2000-08-21 Verfahren und vorrichtung zum herstellen von gegenständen und zum einbringen von etiketten in eine form
ES00953589T ES2241638T3 (es) 1999-08-20 2000-08-21 Procedimiento y aparato para fabricar productos y colocar etiquetas en un molde.
JP2001521518A JP2004501029A (ja) 1999-08-20 2000-08-21 製品を製造し金型内にラベルを配置する方法および装置
CA2376867A CA2376867C (en) 1999-08-20 2000-08-21 Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
US10/069,026 US6990723B1 (en) 1999-08-20 2000-08-21 Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
BR0013471-6A BR0013471A (pt) 1999-08-20 2000-08-21 Métodos para fabricação de rótulos para colocação em um molde, para colocação de um rótulo em um molde e para moldagem por injeção, aparelho para fabricação de rótulos para colocação em um molde, molde e produto moldado por injeção
CN00812771.9A CN1251852C (zh) 1999-08-20 2000-08-21 用于在一模具中放置标牌并制造产品的方法和装置
EP00953589A EP1212182B1 (en) 1999-08-20 2000-08-21 Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
AT00953589T ATE294058T1 (de) 1999-08-20 2000-08-21 Verfahren und vorrichtung zum herstellen von gegenständen und zum einbringen von etiketten in eine form

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1012870 1999-08-20
NL1012870A NL1012870C2 (nl) 1999-08-20 1999-08-20 Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1012870C2 true NL1012870C2 (nl) 2001-02-23

Family

ID=19769761

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1012870A NL1012870C2 (nl) 1999-08-20 1999-08-20 Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1012870C2 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2065544A (en) * 1979-12-11 1981-07-01 Rca Corp Apparatus for injection moulding a preform
FR2606702A1 (fr) * 1986-11-19 1988-05-20 Dromigny Pierre Machine de moulage d'objets comprenant un dispositif de transport de pellicule de revetement et un dispositif d'evacuation de l'objet moule
EP0449002A2 (de) * 1990-03-15 1991-10-02 Krauss-Maffei Aktiengesellschaft Vorrichtung zum Entnehmen von Spritzgiessteilen
JPH09155930A (ja) * 1995-12-07 1997-06-17 Sekisui Chem Co Ltd 射出成形用金型
DE19809723A1 (de) * 1998-03-06 1999-09-09 Krauss Maffei Kunststofftech Vorrichtung zum Aufnehmen und Transportieren von Formteilen

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2065544A (en) * 1979-12-11 1981-07-01 Rca Corp Apparatus for injection moulding a preform
FR2606702A1 (fr) * 1986-11-19 1988-05-20 Dromigny Pierre Machine de moulage d'objets comprenant un dispositif de transport de pellicule de revetement et un dispositif d'evacuation de l'objet moule
EP0449002A2 (de) * 1990-03-15 1991-10-02 Krauss-Maffei Aktiengesellschaft Vorrichtung zum Entnehmen von Spritzgiessteilen
JPH09155930A (ja) * 1995-12-07 1997-06-17 Sekisui Chem Co Ltd 射出成形用金型
DE19809723A1 (de) * 1998-03-06 1999-09-09 Krauss Maffei Kunststofftech Vorrichtung zum Aufnehmen und Transportieren von Formteilen

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1997, no. 10 31 October 1997 (1997-10-31) *

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8257634B2 (en) Actuation sled having a curved guide member and method
BE1010703A3 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van borstellichamen voor tandenborstels.
CA2376867C (en) Method and apparatus for manufacturing products and placing labels in a mold
JPS62214916A (ja) 成形方法
JPH0839608A (ja) プラスチック製品を製造するための方法および装置
NL1021838C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van houders.
NL1012870C2 (nl) Spuitgietmatrijs voorzien van verbeterde uitstootinrichting.
JP3205974B2 (ja) 成形用金型
NL1027261C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van kunststof producten.
US3947210A (en) Injection molding apparatus having degating and sprue removal means
US3827856A (en) Apparatus for loading inserts onto insert receiving seats of a mold
NL1027896C2 (nl) Matrijs en werkwijze voor de vorming van kunststof producten.
JP2003245955A (ja) 射出成形金型
NL1018745C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het spuitgieten van producten.
JP2782788B2 (ja) 多数個取り射出成形方法及び金型装置
JP3195121B2 (ja) 射出成形機
RU2026142C1 (ru) Пресс-форма для литья под давлением
JPH1119982A (ja) 竪型ゴム射出成形機の成形品取り出し方法
JP2003245957A (ja) 射出成形金型
CN218171243U (zh) 一种斜向脱模注塑模具
JPH08309499A (ja) 歯車製造方法及び製造装置
JP2002283418A (ja) 射出成形用金型
NL1001087C2 (nl) Spuitgietinrichting voor het vervaardigen van holle kunststof voorwerpen.
RU2097185C1 (ru) Литьевая форма
JP4070833B2 (ja) 中空成形品の射出成形方法および射出成形用金型

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040301