NL1012745C2 - Vaartuig met een van troggen voorziene verstevigingsconstructie. - Google Patents

Description

VAARTUIG HET EEN VAN TROGGEN VOORZIENE VERSTEVIGINGSCONSTRUCTIE

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vaartuig, waarvan het casco althans ten dele dubbelwandig is uitgevoerd, waarbij tussen de dubbele wanden van het casco een verstevigingsconstructie is aangebracht.

5 Een dergelijk vaartuig is op het vakgebied bekend. De verstevigingsconstructie van het bekende vaartuig bestaat grotendeels uit hoekstalen, zogenaamde "Holland-profielen" en/of U.N.P.-profielen van staal.

Voor de bekende verstevigingsconstructie is een grote 10 hoeveelheid hoekstalen en profielen nodig, ten gevolge waarvan het casco van het vaartuig zwaar is.

De uitvinding heeft als doel het verschaffen van een vaartuig volgens de aan het begin genoemde soort met een lichtere verstevigingsconstructie.

15 Het vaartuig volgens de aanhef heeft daartoe het kenmerk, dat de verstevigingsconstructie een aantal troggen omvat, die vast met ten minste één van de wanden zijn verbonden.

Troggen zijn vervaardigd van plaatmateriaal en zijn derhalve in het algemeen lichter dan de genoemde hoekstalen 20 en profielen, hetgeen alleen al tot een lichtere verstevigingsconstructie leidt. Het vaartuig volgens de uitvinding heeft derhalve een groter laadvermogen of kan, bij gelijke belading, met hetzelfde motorvermogen een hogere vaarsnelheid halen dan het bekende vaartuig.

25 Opgemerkt wordt dat toepassing van troggen op zich bekend is op een geheel ander vakgebied, namelijk het gebied van de bruggenbouw. Naar aanvraagsters beste weten is toepassing van troggen in de scheepsbouw nieuw en heeft dit onder andere de genoemde voordelen.

30 In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de troggen langstroggen, die op enige onderlinge afstand parallel aan elkaar in langsrichting van het vaartuig verlopen. Bij voorkeur is althans een deel van de langstroggen eindloos. Door toepassing van dergelijke 1012748 2 langstroggen verkrijgt het vaartuig een grotere sterkte in 1angs richting.

In een praktische voorkeursuitvoeringsvorm heeft één of meer van de eindloze langstroggen een in hoofdzaak recht 5 verlopend middendeel, dat ter plaatse van de voorsteven en/of de achtersteven van het vaartuig onder een zodanige hoek omgebogen is, dat het betreffende uiteinde van de langstrog het middendeel raakt. Bij voorkeur is de hoek bij benadering 270 graden.

10 Volgens een verdere voorkeuruitvoeringsvorm omvatten de troggen dwarstroggen, die op enige onderlinge afstand parallel aan elkaar in dwarsrichting van het vaartuig verlopen. Hiermee verkrijgt het vaartuig volgens de uitvinding een verbeterde versteviging in dwarsrichting.

15 Bij een elegante uitvoeringsvorm verbindt ten minste een aantal van de dwarstroggen althans een deel van de langstroggen onderling. Bij voorkeur verbinden de dwarstroggen de langstroggen paarsgewijs. Desgewenst is een aantal van de dwarstroggen eindloos. Door deze elegante 20 constructie biedt de verstevigingsconstructie volgens de uitvinding met een kleiner materiaalvolume een vergelijkbare of zelfs verbeterde versteviging van het vaartuig in vergelijking tot de bekende verstevigingsconstructie.

Bij voorkeur omvatten de troggen staal 52 3N, een lichte 25 en sterke staalsoort, die op het vakgebied ook wel als "S355J2G3" wordt aangeduid.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het verstevigen van het casco van een vaartuig, omvattende de volgende stappen: 30 - het althans ten dele dubbelwandig uitvoeren van het casco; en - het tussen de dubbele wanden aanbrengen van een verstevigingsconstructie, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van: 35 - het toepassen van troggen voor het vervaardigen van de verstevigingsconstructie, waarbij de troggen vast worden verbonden met ten minste één van de wanden van het casco.

1012745 3

De uivinding zal nu in meer detail worden besproken aan de hand van de tekeningen, waarin

Figuur 1 een langsdoorsnede door het casco van een vaartuig volgens de uitvinding toont; 5 Figuur 2 een dwarsdoorsnede, bijvoorbeeld bij benadering midscheeps, door het vaartuig uit figuur 1 toont;

Figuur 3 een schematisch aanzicht toont, gedeeltelijk in doorsnede langs de lijn A-A' uit figuur 1;

Figuur 4 een schematisch aanzicht toont, gedeeltelijk in 10 doorsnede, bijvoorbeeld bij benadering midscheeps, door het vaartuig uit figuur 1;

Figuur 5A een schematisch bovenaanzicht van de verbinding van twee langstroggen door een dwarstrog toont;

Figuur 5B een schematisch doorsnede-aanzicht van een trog 15 uit de voorgaande figuren in meer detail toont; en

Figuur 5C een deel van figuur 5B in meer detail toont.

Figuur 1 toont een langsdoorsnede door het casco van een vaartuig 1 volgens de uitvinding. In figuur 1 is een langs trog 2 getoond, die van voor naar achter over de hele 20 lengte van het vaartuig 1 doorloopt.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede door het casco 3 van het vaartuig uit figuur 1. Het casco 3 is dubbelwandig uitgevoerd. Afhankelijk van de plaats op het vaartuig heeft elke wand een eigen aanduiding. De onderste bodemwand ofwel 25 het vlak 4 loopt aan beide kanten over via de kim 5 in de buitenste wand of huid 6. Deze huid loopt via het dek 7 over in de binnenste wand of beunwand 8. Het vlak 4, de kim 5, de huid 6, het dek 7 en de beunwanden 8 spannen het casco 3 van het vaartuig op.

30 In het casco 3 is een verstevigingsconstructie opgenomen, die volgens de uitvinding een aantal troggen omvat. Deze troggen omvatten zowel langstroggen 2 als dwarstroggen 9 (zie figuur 4).

De langstroggen 2 verlopen in hoofdzaak parallel aan 35 elkaar in langsrichting van vaartuig 1. Tussen de langstroggen onderling is een zekere afstand aangehouden. Zoals getoond in figuur 1 is ten minste een aantal van de 101 2745 4 langstroggen eindloos. Dit ook te zien in figuur 3, waarin een schematisch aanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, is getoond langs de lijn A-A' uit figuur 1.

Elk van die eindloze langstroggen bestaat uit een in 5 hoofdzaak evenwijdig aan het vlak 4 verlopend middendeel 10. Ter plaatse van de voorsteven en/of de achtersteven van het vaartuig 1 is de langstrog onder een zodanige hoek omgebogen dat het uiteinde 11 van de langstrog het middendeel 10 ervan raakt. Om dit te bewerkstelligen kan de langstrog 10 bijvoorbeeld uit meerdere delen bestaan, zoals in de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm. Langstrog 2, in figuur 1, bestaat uit een middendeel 10, dat aan beide kanten is voorzien van twee omhooggebogen uiteinden, een parallel daaraan verlopend, in hoofdzaal horizontaal tweede deel 12, dat middels een 15 derde, in hoofdzaak verticaal deel 13 is verbonden aan deel 10. Ter vereenvoudiging is in figuur 3 alleen deze verbinding getoond in plaats van de gehele eindloze troggen. De hoek tussen deel 13 en deel 10 is bij benadering 270 graden.

De trogdelen zijn bij voorkeur onderling aan elkaar 20 gelast met behulp van bekende lastechnieken. Toepassing van dergelijke eindloze langstroggen vergroot de sterkte van het vaartuig in langsrichting aanzienlijk.

Opgemerkt wordt dat in langsrichting van het vaartuig met enige regelmaat dwarsschotten 14 zijn geplaats, waarmee een 25 onderverdeling in compartimenten wordt bereikt. Ter plaatse van elk dwarsschot 14 is ook in de langstroggen een waterdicht schot 15 geplaatst. Op deze wijze wordt vermeden dat de langstroggen in voorkomende gevallen geheel vol kunnen lopen met water.

30 Figuur 4 toont een schematisch aanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van een deel van het casco van vaartuig 1. Hierin zijn dwarstroggen 9 getoond, die op enige onderlinge afstand in hoofdzaak parallel aan elkaar in dwarsrichting van het vaartuig verlopen. Door middel van dwarstroggen 9 zijn de 35 langstroggen 2 paarsgewijs verbonden. Ook de verbinding tussen langstroggen en dwarstroggen komt bij voorkeur middels bekende lastechnieken tot stand. Ten minste een aantal van de 101 2745 5 dwarstroggen verloopt eindloos door het casco conform de in figuur 4 getoonde voorkeursuitvoeringsvorm.

Figuur 5A toont tenslotte een schematisch bovenaanzicht van de verbinding van twee langstroggen door een dwarstrog.

5 Figuur 5B toont een trog 2 of 9 uit de voorgaande figuren in meer detail. In principe hebben de langstroggen en dwarstroggen een zelfde constructie. Een geschikte trog bestaat uit plaatmateriaal, bijvoorbeeld staal, dat in de gewenste vorm is gewalst. Bijzonder geschikt is staal 52 3N, 10 dat tegenwoordig ook wel is aangeduid als "S355J2G3". Dit materiaal heeft het voordeel dat het zowel licht als sterk is. De trog 2, 9 heeft drie dichte zijden 16, 17 en 18 en is aan een zijde, de onderste, open. De trog wordt met de open zijde op de betreffende wand, bijvoorbeeld vlak 4, van het 15 casco 3 gelast. Daartoe is de trog aan zijden 16 en 18 voorzien van afgeschuinde kanten. Dit in meer detail getoond in figuur 5C. Hierin is lasnaad 19 aangebracht ter plaatse van een dergelijke schuine kant. Voor verbinding van de troggen onderling zijn de troggen, waar nodig, van verdere 20 afgeschuinde kanten voorzien. Elk van de troggen bestaat in principe uit één stuk.

Middels sterkteberekeningen kan de verstevigingsconstructie volgens de uitvinding aangepast worden aan elk type vaartuig. Onder andere de volgende 25 parameters dienen daarbij op maat berekend te worden: de onderlinge afstand tussen de langstroggen; de onderlinge afstand tussen de dwarstroggen; het soort plaatmateriaal; de dikte van het plaatmateriaal; 30 - de hoeken tussen de zijden van elke trog; de afmetingen van de troggen.

Alle typen vaartuigen kunnen middels de verstevigingsconstructie volgens de uitvinding verstevigd worden. Gedacht kan worden aan zowel zeeschepen en 35 drijfwerken, zoals pontons, als aan binnenvaartschepen.

De uitvinding is derhalve uitdrukkelijk niet beperkt tot de getoonde en beschreven uitvoeringsvorm, maar strekt zich f012745 6 in het algemeen uit tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de bijgevoegde conclusies bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en tekeningen.

101 274$

Claims (11)

1. Vaartuig, waarvan het casco althans ten dele dubbelwandig is uitgevoerd, waarbij tussen de dubbele wanden van het casco een verstevigingsconstructie is aangebracht, met het kenmerk, dat de verstevigingsconstructie een aantal 5 troggen omvat, die vast met ten minste één van de wanden zijn verbonden.

2. Vaartuig volgens conclusie 1, waarin de troggen langstroggen omvatten, die op enige onderlinge afstand parallel aan elkaar in langsrichting van het vaartuig 10 verlopen.

3. Vaartuig volgens conclusie 2, waarin althans een deel van de langstroggen eindloos is.

4. Vaartuig volgens conclusie 2 of 3, waarin één of meer van de langstroggen een in hoofdzaak recht verlopend 15 middendeel heeft en ter plaatse van de voorsteven en/of de achtersteven van het vaartuig onder een zodanige hoek omgebogen is, dat het betreffende uiteinde van de langstrog het middendeel raakt.

5. Vaartuig volgens conclusie 4, waarin de hoek bij 20 benadering 270 graden is.

6. Vaartuig volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de troggen dwarstroggen omvatten, die op enige onderlinge afstand parallel aan elkaar in dwarsrichting van het vaartuig verlopen.

7. Vaartuig volgens conclusie 6, verwijzend naar een van de voorgaande conclusies 2 t/m 5, waarin ten minste een aantal van de dwarstroggen althans een deel van de langstroggen onderling verbindt.

8. Vaartuig volgens conclusie 7, waarin de 30 dwarstroggen de langstroggen paarsgewijs verbinden.

9. Vaartuig volgens conclusie 6, 7 of 8, waarin een aantal van de dwarstroggen eindloos is.

10. Vaartuig volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de troggen staal 52 3N omvatten. 1012745

11. Werkwijze voor het verstevigen van het casco van een vaartuig, omvattende de volgende stappen: - het althans ten dele dubbelwandig uitvoeren van het casco; en 5. het tussen de dubbele wanden aanbrengen van een verstevigingsconstructie, met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stap omvat van: - het toepassen van troggen voor het vervaardigen van de verstevigingsconstructie, waarbij de troggen vast worden 10 verbonden met ten minste één van de wanden van het casco. 101 27 «5