NL1006144C2

NL1006144C2 - Hydraulisch systeem met hydromotor aangestuurd door een hydraulische transformator.

Info

Publication number: NL1006144C2
Application number: NL1006144A
Authority: NL
Inventors: Peter Augustinus Johann Achten
Original assignee: Innas Free Piston Bv
Priority date: 1997-05-28
Filing date: 1997-05-28
Publication date: 1998-12-01
Also published as: EP0985097A1; DE69807216D1; EP0985097B1; DE69807216T2; WO1998054468A1; US6223529B1; JP2002501593A

Description

Hydraulisch systeem met hydromotor aangestuurd door een hydraulische transformator.

De uitvinding betreft een hydraulisch systeem omvattende een druksysteem met een hogedruk leiding en een lage-5 druk leiding, een lineaire of roterende hydromotor die belast kan worden met een wisselende belasting, een hydraulische transformator die gekoppeld is tussen de hydromotor en het druksysteem omvattende een huis met een in het huis roteerbare rotor, een hogedruk-aansluiting verbonden met de 10 hogedruk leiding, een eerste gebruikerspoort en een tweede gebruikerspoort, om de rotatie-as verdeeld aangebrachte kamers, verdringingsmiddelen die bij rotatie van de rotor in , > het huis het volume van de kamers variëren tussen een mini mum en een maximum waarde, kanalen voorzien van door de ro-15 tatie van de rotor bediende kleppen die de kamers afwisselend verbinden met de hogedruk-aansluiting, de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort en een ver-stelinrichting voor het ten opzichte van de schakelposities van de kleppen verstellen van de rotatiepositie van de ver-20 dringingsmiddelen.

Een dergelijk hydraulisch systeem is bekend uit de niet vóórgepubliceerde aanvrage PCT/NL97/00084 van dezelfde aanvrager. In deze aanvrage is een hydraulische transformator beschreven waarmee een oliestroom van een eerste druk 25 wordt omgezet in een oliestroom van een tweede druk onder toevoer of afvoer van een derde oliestroom van lage druk. Het is gebleken dat een dergelijke hydraulische transformator bijzonder geschikt is om toe te passen bij hydromotoren die in zogenaamd vier kwadranten bedrijf gebruikt worden.

30 Dit betekent dat de hydromotoren gebruikt worden in twee bewegingsrichtingen en in twee belastingsrichtingen en daarbij in beide bewegingsrichtingen zowel versnellen en vertragen. De mogelijkheid om daarbij tijdens remmen energie terug te winnen maakt het toepassen van dergelijke hy-35 draulische transformatoren zeer aantrekkelijk, vooral in 1006144 2 combinatie met de snelle verstelmogelijkheden van de in PCT/NL97/00084 beschreven hydraulische transformator.

Voor toepassing van de bekende hydraulische transformator in een hydraulisch systeem dat is ontworpen voor het 5 hiervoor besproken vier kwadranten bedrijf blijken extra maatregelen noodzakelijk te zijn, aangezien bij een directe koppeling van de hydromotor aan de hydraulische transformator bij omkeren van de belasting op de motor en dus het omkeren van de drukken in de hydraulische transformator onge-10 wenste omstandigheden optreden, zoals bijvoorbeeld cavita-tie, zolang de motor en dus ook de rotor in de hydraulisch transformator in dezelfde richting blijven bewegen bijvoor-^ ^ beeld tengevolge van de traagheid van de in beweging zijnde massa.

15 De uitvinding beoogt hierin verbetering te brengen en daartoe zijn schakelmiddelen aanwezig voor het verbinden van de lagedruk leiding met de eerste gebruikerspoort of met de tweede gebruikerspoort.

Door de lagedruk leiding te verbinden met of de eerste 20 gebruikerspoort of de tweede gebruikerspoort wordt voorkomen dat in de hydraulische transformator negatieve drukken ontstaan en wordt cavitatie vermeden.

Overeenkomstig een verbetering van de uitvinding is de bediening van de schakelmiddelen gekoppeld met de bediening 25 van de verstelinrichting. Aangezien de belasting van de hydromotor ontstaat door de verandering van de drukverhouding tussen de hogedruk aansluiting, de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort, en dus door de verstelling van de verstelinrichting, en dat daarbij tegelijkertijd ook 30 een andere stroming door de hydraulische transformator plaats moet vinden, kunnen de schakelmiddelen en de verstelinrichting gekoppeld worden, waardoor de bediening vereenvoudigt .

Overeenkomstig een uitvoeringsvorm omvatten de scha-35 kelmiddelen kleppen die deel uitmaken van de verstelinrich- 1006144 3 ting. Door de kleppen deel uit te laten maken van de ver-stelinrichting wordt een eenvoudige bediening verkregen. Deze uitvoering kan bijvoorbeeld gebruikt worden als de verstelmiddelen met de hand bediend kunnen worden.

5 Overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm omvatten de schakelmiddelen met een hefboom bediende kleppen, welke hefboom gekoppeld is met de verstelinrichting. Door de kleppen met een hefboom te koppelen aan de verstelinrichting wordt een eenvoudige bediening verkregen. Deze uitvoe-10 ring kan bijvoorbeeld gebruikt worden als de verstelmiddelen met de hand bediend kunnen worden.

Overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm omvatten de O schakelmiddelen hydraulisch bediende kleppen die geschakeld worden door de druk van de eerste gebruikerspoort en de 15 tweede gebruikerspoort. Hierdoor is een eenvoudige constructie mogelijk doordat eenvoudig gestuurde kleppen gebruikt kunnen worden, zoals bijvoorbeeld drukgestuurde terugslagkleppen.

Overeenkomstig een andere uitvoeringsvorm omvatten de 20 schakelmiddelen electrisch bediende kleppen die gekoppeld zijn met de met de besturing van de verstelmiddelen. Door het gebruik van electrisch bediende kleppen kunnen deze op diverse plaatsen in de aan te drijven inrichting geplaatst worden.

25 Tevens betreft de uitvinding het hiervoor beschreven bekende hydraulisch systeem waarbij in een van de verbin-dingsleidingen tussen de hydraulische transformator en de hydromotor een stopklep is aangebracht. Een dergelijke stopklep blijkt noodzakelijk te zijn om te bereiken dat de 30 hydromotor niet meer bewegen kan onder invloed van een belasting. Indien de stopklep niet aanwezig zou zijn, zou bij de stand van de verstelinrichting, waarbij de olietoevoer uit de hogedruk leiding nul is en de beide aansluitingen van de hydromotor dezelfde druk hebben, de rotor in de hy-35 draulische transformator kunnen roteren, waardoor de hydro- 1006144 4 motor onder invloed van een externe belasting kan verplaatsen hetgeen ongewenst kan zijn.

Overeenkomstig een verdere verbetering is de bediening van de stopklep gekoppeld met de bediening van de ver-5 stelinrichting, waardoor deze eenvoudiger kan worden uitgevoerd.

Overeenkomstig een verdere verbetering van de uitvinding of overeenkomstig een uitvinding waarbij de lagedruk leiding zonder schakelmiddelen verbonden is met de eerste 10 gebruikerspoort of de tweede gebruikerspoort is een met een klep bediende kortsluitleiding aanwezig tussen de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort. Hierdoor kan ^ ^ tijdens stilstand van de hydromotor de rotor van de hydrau lische transformator boven een minimum toerental blijven 15 roteren hetgeen een verbetering is aangezien de rotatie van de rotor van de hydraulische transformator onder een bepaald minimum toerental instabiel kan worden tengevolge van het beperkt aantal kamers.

Overeenkomstig een uitvoeringsvorm van het hydraulisch 20 systeem volgens de uitvinding met een in één richting belaste hydromotor met een aansluitleiding die is aangesloten aan de eerste gebruikerspoort en waarbij de lagedruk leiding verbonden is met de aansluitleiding omvattende een wisselklep (15) in de hogedruk leiding en de aansluitlei-25 ding, die geplaatst is in het deel van de aansluitleiding tussen verbinding van de lagedruk leiding met de aansluitleiding en de hydromotor. Hierdoor kan de bewegingsrichting van de aandrijving omkeren, terwijl de bij de beweging van de last vrijkomende energie teruggevoerd wordt in de hoge-30 druk leiding en terwijl de draairichting van de rotor in de hydraulische transformator niet verandert. Hierdoor is het niet nodig dat de rotor stil komt te staan en kan deze blijven roteren met tenminste het minimum toerental.

Overeenkomstig een verdere verbetering heeft de wis-35 selklep een ruststand waarbij de aansluitleiding is afge- 1006144 5 sloten en de hogedruk leiding geopend is. Hierdoor kan de hydromotor op eenvoudige wijze in een bepaalde positie gehouden worden.

De uitvinding wordt hierna toegelicht aan de hand van 5 enkele uitvoeringsvoorbeelden die worden besproken met behulp van een tekening, waarin figuur 1 een schematisch diagram van een eerste uitvoering van een hydraulisch systeem overeenkomstig de uitvinding toont, 10 figuur 2 een schematisch diagram van een tweede uitvoering van een hydraulisch systeem overeenkomstig de uitvinding toont, en figuur 3 een schematisch diagram van een derde uitvoering van een hydraulisch systeem overeenkomstig de uitvinding 15 toont.

De diagrammen geven de verschillende onderdelen schematisch weer, waarbij bekende en in hydraulische systemen gebruikelijke constructies, zoals ondermeer voor beveiliging van motoren en dergelijke niet zijn weergegeven. In de 20 verschillende figuren zijn overeenkomstige onderdelen zoveel mogelijk voorzien van dezelfde verwijzingscijfers.

In figuur 1 is een hydraulisch systeem getoond met een hogedruk leiding 2 verbonden met een druk accumulator 1. De hogedruk leiding 2 is via een hogedrukaansluiting 14 ver-25 bonden met een hydraulische transformator 3. Deze hydraulische transformator 3 is uitgevoerd met een verstelinrich-ting 19 en tevens voorzien van een eerste gebruikerspoort 4 en een tweede gebruikerspoort 5. De hydraulische transformator 3 is voorzien van een huis met een in het huis ro-30 teerbare rotor, om de rotatie-as verdeeld aangebrachte kamers, verdringingsmiddelen die bij rotatie van de rotor in het huis het volume van de kamers variëren tussen een minimum en een maximum waarde, kanalen voorzien van door de rotatie van de rotor bediende kleppen die de kamers afwisse-35 lend verbinden met de hogedrukaansluiting 14, de eerste ge- 1006144 6 bruikerspoort 4 en de tweede gebruikerspoort 5 en waarbij de verstelinrichting 19 de schakelposities van de kleppen ten opzichte van de rotatiepositie van de verdringingsmid-delen kan verstellen. De hydraulische transformator 3 staat 5 meer in detail beschreven in het niet vóórgepubliceerde document PCT/NL97/00084 van dezelfde aanvrager, welk document hiermee deel uit maakt van deze aanvrage.

De eerste gebruikerspoort 4 en de tweede gebruikerspoort 5 zijn verbonden met de aansluitpoorten van een rote-10 rende hydromotor 8, welke belast kan worden met een koppel M, dat zowel in grootte als in richting kan variëren. In een van de leidingen naar de hydromotor 8 is een stopklep 6 , ^ opgenomen voor het stilzetten van de hydromotor 8. De eer ste gebruikerspoort 4 en de tweede gebruikerspoort 5 zijn 15 via een 3/2-klep 7 verbonden met een lagedruk leiding 9 die tevens voorzien is van een drukaccumulator 10. De bediening van de verstelinrichting 19 en de 3/2-klep 7 is gekoppeld via een besturing 20. Deze koppeling kan ook op andere wijzen zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld door combinatie van de 20 kleppen met de verstelinrichting, door koppeling met bijvoorbeeld hefbomen, door hydraulische of electrische koppelingen, waarbij de verschillende manieren van koppelen bepaald worden door de toepassing en de manier waarop de verstelinrichting 19 bediend wordt en de toepassing van de hy-25 dromotor 8. Ook kunnen de verstelinrichting 19 en de 3/2-klep 7 onafhankelijk van elkaar worden bediend. De stopklep 6 zal meestal onafhankelijk van de verstelinrichting 19 en de 3/2-klep 7 bediend worden, bijvoorbeeld door de besturing 20.

30 De hydromotor 8 kan bediend worden door het verstellen van de verstelinrichting 19 waarbij de positie van de verstelinrichting 19 ondermeer de druk verhoudingen tussen de hogedrukaansluiting 14, de eerste gebruikerspoort 4 en de tweede gebruikerspoort 5 bepaalt, en daarmee de grootte en 35 de richting van het koppel M. Voor het bedienen van de verstelinrichting is de besturing 20 gekoppeld met de niet ge- 1006144 7 toonde sensoren. Daarbij wordt bij het besturen uitgegaan van bijvoorbeeld een ingestelde snelheid of toerental van de hydromotor 8, ook zijn andere instellingen mogelijk, zoals bijvoorbeeld een gewenste belasting of een gewenste 5 verplaatsing. Tengevolge van het koppel M kunnen de hydromotor 8 en de rotor van de hydraulische transformator 3 gaan roteren en gaat olie stromen door de gebruikerspoorten 4 en 5, waarbij de oliehoeveelheden door deze beide poorten meestal verschillend zullen zijn als gevolg van de asymme-10 trische schakelposities van de rotor bediende kleppen ten opzichte van de verdringingsmiddelen, terwijl de hoeveelheid olie door beide poorten van de hydromotor 8 gelijk is.

\ Er moet dus olie toe- of afgevoerd worden en dit gaat via de 3/2-klep 7. De stand van deze klep 7 is daarmee afhanke-15 lijk van de stand van de verstelinrichting 19 en daarmee van de drukverhouding aan de poorten 4 en 5.

In de situatie dat de drukken aan de eerste gebrui-kerspoort 4 en de tweede gebruikerspoort 5 gelijk zijn, en de verstelinrichting 19 in een stand staat waarbij er geen 20 olietoevoer uit de hogedrukaansluiting 14 naar de hydraulisch transformator 3 plaats vindt kan de hydromotor 8 gaan roteren onder invloed van de last, waarbij dan ook de rotor in de hydraulische transformator 3 gaat roteren. Met behulp van aan de besturing 20 gekoppelde sensoren kan dit roteren 25 van de hydromotor 8 en van de rotor gedetecteerd worden en kan er een remmend koppel M aangebracht worden waardoor de hydromotor 8 alsnog tot stilstand komt. Het kan echter gewenst zijn, en om veiligheidsredenen ook verplicht zijn de motor stil te laten staan zonder dat daarvoor de hiervoor 30 beschreven dynamische stilstand regeling plaats moet vinden en daartoe is de stopklep 6 voorzien. Daarbij is het voldoende als de stopklep 6 de oliestroom door een van de ge-bruikersleidingen blokkeert.

Het in figuur 2 getoonde hydraulische systeem is ver-35 gelijkbaar met het in figuur 1 getoonde systeem en werkt op vergelijkbare wijze, waarbij in figuur 2 een lineaire hy- 1006144 8 dromotor 11 is toegepast die in wisselende richtingen belast kan worden met een belasting P en waarbij twee gestuurde terugslagkleppen 12 zijn toegepast voor het afwisselend verbinden van de eerste gebruikerspoort 4 en de 5 tweede gebruikerspoort 5 met de lagedruk leiding 9.

In figuur 3 is een hydraulisch systeem getoond met een lineaire hydromotor 17, die in één richting belast wordt met een last P, zoals bijvoorbeeld bij een lier of een vijzel voor kan komen. De hydromotor 17 is via een aansluit-10 leiding 16 en een wisselklep 15 verbonden met de eerste gebruikerspoort 4. De tweede gebruikerspoort 5 is verbonden met de lagedruk leiding 9 en via een van een restrictie voorziene kortsluitleiding 18 en een kortsluitklep 13 met de eerste gebruikerspoort 4. De hogedruk leiding 2 is via 15 de wisselklep 15 verbonden met de hogedrukaansluiting 14.

In de middenpositie is de wisselklep 15 zodanig uitgevoerd dat de hogedrukleiding 2 in verbinding staat met de hogedrukaansluiting 14 terwijl de aansluitleiding 16 dan gesloten is. Als de hydromotor 17 stil staat en de wissel-20 klep 15 staat in de middenpositie, dan is de kortsluitklep 13 geopend en is de verstelinrichting 19 zodanig ingesteld dat de druk bij de eerste gebruikerspoort 4 iets hoger is dan bij de tweede gebruikerspoort 5 waardoor olie via de kortsluitleiding 18 naar de lagedruk leiding 9 stroomt. Nu 25 zal de rotor van de hydraulisch transformator 3 met zijn minimum toerental draaien.

Om de rotor te starten kan het noodzakelijk zijn de verstelinrichting 19 extra te bedienen om zo de door de rotor bediende kleppen van de hydraulische transformator 3 30 iets te verplaatsen ten opzichte van verdringingsmiddelen van de kamers. Hierdoor verplaatst het dode punt dat het gevolg kan zijn van het beperkte aantal kamers en zal de rotor gaan roteren. Nadat de rotor een minimum toerental heeft bereikt zal deze door zijn traagheid niet meer stil 35 blijven staan in een dood punt. Door het bedienen van de 1006144 9 verstelinrichting wordt ook de druk bij de eerste gebrui-kerspoort 4 extra verhoogd en deze druk kan na het op gang brengen van de rotor weer verlaagd worden.

Ten einde te bereiken dat de rotor tijdens bedrijf 5 niet stil komt te staan en weer opnieuw gestart moet worden wordt de wisselklep 15 toegepast. Bij wisselende bewegingsrichtingen van de hydromotor 17 kan dan de rotor van de hydraulische transformator 3 steeds dezelfde kant op blijven draaien. Daartoe wordt bij het dalen van de last P op de 10 hydromotor 17 de aansluitleiding 16 verbonden met de hoge-drukaansluiting 14 en zal de verstelinrichting 19 zodanig ingesteld worden dat drukversterking optreedt, waardoor de N olie via de eerste gebruikerspoort 4 naar de hogedruk lei ding 2 stroomt en de door de verplaatsing van de last vrij 15 komende energie als hydraulische energie wordt teruggewonnen. Tijden het bewegen van de last is de kortsluitklep 13 gesloten. De kortsluitklep 13 opent alleen bij stilstand van de hydromotor 17, waarbij bij langdurige stilstand de aansluitleiding 16 door de wisselklep 15 gesloten kan zijn 20 zodat de druk bij de eerste gebruikerspoort 4 laag kan worden ingesteld. Hierdoor is het energieverlies door deze kortsluitstroom minimaal.

Naast de hier beschreven uitvoeringsvormen zijn velerlei varianten of combinaties denkbaar, waarbij gebruik ge-25 maakt kan worden van de diverse voor de vakman bekende technieken. De hiervoor beschreven uitvoeringsvoorbeelden geven verschillende mogelijkheden weer waarbij het ook denkbaar is dat uitvoeringen, schakelingen of bedieningsmo-gelijkheden en dergelijke zoals beschreven in de ene uit-30 voering ook toepasbaar zijn in een van de andere uitvoeringen. Naast de beschreven toepassing met dubbelzijdige roterende hydromotor kan de uitvinding onverkort toegepast kan worden bij een dubbelzijdige lineaire hydromotor, alsmede ook in roterende enkelzijdig belaste hydromotor.

1066144

Claims

1. Hydraulisch systeem omvattende een druksysteem met een hogedruk leiding (2) en een lagedruk leiding (9), een lineaire of roterende hydromotor (8;11;17) die belast 5 kan worden met een wisselende belasting (M;P), een hydraulische transformator (3) die gekoppeld is tussen de hydro-motor en het druksysteem omvattende een huis met een in het huis roteerbare rotor, een hogedruk-aansluiting (14) verbonden met de hogedruk leiding, een eerste gebruikerspoort 10 (4) en een tweede gebruikerspoort (5), om de rotatie-as verdeeld aangebrachte kamers, verdringingsmiddelen die bij rotatie van de rotor in het huis het volume van de kamers s variëren tussen een minimum en een maximum waarde, kanalen voorzien van door de rotatie van de rotor bediende kleppen 15 die de kamers afwisselend verbinden met de hogedruk- aansluiting, de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort en een verstelinrichting (19) voor het ten opzichte van de schakelposities van de kleppen verstellen van de rotatiepositie van de verdringingsmiddelen met het ken-20 merk, dat schakelmiddelen (7;12) aanwezig zijn voor het verbinden van de lagedruk leiding met de eerste gebruikerspoort of met de tweede gebruikerspoort.

2. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 1 met het kenmerk, dat de bediening van de schakelmiddelen 25 (7) gekoppeld is met de bediening van de verstelinrichting.

3. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 2 met het kenmerk, dat de schakelmiddelen kleppen (7) omvatten die deel uitmaken van de verstelinrichting.

4. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 2 30 met het kenmerk, dat de schakelmiddelen met een hefboom bediende kleppen (7) omvatten, welke hefboom gekoppeld is met de verstelinrichting.

5. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 2 met het kenmerk, dat de schakelmiddelen hydraulisch bedien- 1006144 de kleppen (12) omvatten die geschakeld worden door de druk van de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort.

6. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 2 met het kenmerk, dat de schakelmiddelen electrisch bediende 5 kleppen (7) omvatten die gekoppeld zijn met de met de besturing van de verstelmiddelen.

7. Hydraulisch systeem omvattende een druksysteem met een hogedruk leiding (2) en een lagedruk leiding (9), een lineaire of roterende hydromotor (8;11;17) die belast 10 kan worden met een wisselende belasting (M;P), een hydraulische transformator (3) die gekoppeld is tussen de hydromotor en het druksysteem omvattende een huis met een in het ' huis roteerbare rotor, een hogedruk-aansluiting (14) ver bonden met de hogedruk leiding, een eerste gebruikerspoort 15 (4) en een tweede gebruikerspoort (5), om de rotatie-as verdeeld aangebrachte kamers, verdringingsmiddelen die bij rotatie van de rotor in het huis het volume van de kamers variëren tussen een minimum en een maximum waarde, kanalen voorzien van door de rotatie van de rotor bediende kleppen 20 die de kamers afwisselend verbinden met de hogedruk- aansluiting, de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort en een verstelinrichting (19) voor het ten opzichte van de schakelposities van de kleppen verstellen van de rotatiepositie van de verdringingsmiddelen met het ken-25 merk, dat in een van de verbindingsleidingen tussen de hydraulische transformator en de hydromotor een stopklep (6;15) is aangebracht.

8. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 7 waarbij de bediening van de stopklep gekoppeld is met de 30 bediening van de verstelinrichting.

9. Hydraulisch systeem overeenkomstig een van de voorgaande conclusies of een hydraulisch systeem omvattende een druksysteem met een hogedruk leiding (2) en een lagedruk leiding (9), een lineaire of roterende hydromotor 35 (8;11;17) die belast kan worden met een wisselende belas- 1006144 ting (M/P), een hydraulische transformator (3) die gekoppeld is tussen de hydromotor en het druksysteem omvattende een huis met een in het huis roteerbare rotor, een hoge-druk-aansluiting (14) verbonden met de hogedruk leiding, 5 een eerste gebruikerspoort (4) en een tweede gebruiker-spoort (5), om de rotatie-as verdeeld aangebrachte kamers, verdringingsmiddelen die bij rotatie van de rotor in het huis het volume van de kamers variëren tussen een minimum en een maximum waarde, kanalen voorzien van door de rotatie 10 van de rotor bediende kleppen die de kamers afwisselend verbinden met de hogedruk-aansluiting, de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort en een verstelinrich-ting (19) voor het ten opzichte van de schakelposities van de kleppen verstellen van de rotatiepositie van de verdrin-15 gingsmiddelen waarbij de lagedruk leiding verbonden is met de eerste gebruikerspoort of de tweede gebruikerspoort met het kenmerk, dat een met een klep (13) bediende kortsluit-leiding (18) aanwezig is tussen de eerste gebruikerspoort en de tweede gebruikerspoort.

10. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 9 met een in één richting belaste hydromotor (17) met een aansluitleiding (16) die is aangesloten aan de eerste gebruikerspoort en waarbij de lagedruk leiding is verbonden met de aansluitleiding omvattende een wisselklep (15) in de 25 hogedruk leiding en de aansluitleiding, die geplaatst is in het deel van de aansluitleiding tussen verbinding van de lagedruk leiding met de aansluitleiding en de hydromotor.

11. Hydraulisch systeem overeenkomstig conclusie 10 waarbij de wisselklep tevens een ruststand heeft waarbij de 30 aansluitleiding is afgesloten en de hogedruk leiding geopend is. t006144