NL1001364C2 - Buitenzool voor schoeisel. - Google Patents
Buitenzool voor schoeisel. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1001364C2 NL1001364C2 NL1001364A NL1001364A NL1001364C2 NL 1001364 C2 NL1001364 C2 NL 1001364C2 NL 1001364 A NL1001364 A NL 1001364A NL 1001364 A NL1001364 A NL 1001364A NL 1001364 C2 NL1001364 C2 NL 1001364C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- sole
- cavity
- heel
- wall
- sole according
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A43—FOOTWEAR
- A43B—CHARACTERISTIC FEATURES OF FOOTWEAR; PARTS OF FOOTWEAR
- A43B13/00—Soles; Sole-and-heel integral units
- A43B13/14—Soles; Sole-and-heel integral units characterised by the constructive form
- A43B13/22—Soles made slip-preventing or wear-resisting, e.g. by impregnation or spreading a wear-resisting layer
- A43B13/223—Profiled soles
Landscapes
- Footwear And Its Accessory, Manufacturing Method And Apparatuses (AREA)
Description
Buitenzooi voor schoeisel.
De onderhavige aanvrage heeft betrekking op een buitenzooi voor schoeisel.
Schoenen, en in het bijzonder sportschoenen en veiligheidsschoenen hebben naast het beschermen van de 5 voeten van de drager tot doel de krachten bij het inslaan van de voeten van de drager op de ondergrond zo goed mogelijk te dempen en bovendien een zo stevig mogelijke houvast ("grip") van de voeten van de drager op de grond of bijvoorbeeld op een trap of ladder te bieden.
10 Deze laatste twee doelen blijken in de praktijk moeilijk te bereiken. Vooral wanneer hogere eisen aan schokdemping en grip gesteld worden, zoals bijvoorbeeld bij sportschoenen en veiligheidsschoenen, zijn deze eisen moeilijk verenigbaar.
15 De uitvinding beoogt deze nadelen op te heffen.
Hiertoe is de uitgevonden buitenzooi op één of meer plaatsen voorzien van schokdemping en grip verbeterende organen. De zool volgens de uitvinding kan bijvoorbeeld een dempingsholte hebben die onder het voorvoetge- 20 deelte, en bij voorkeur onder het balpartijgedeelte, van de zool is gevormd, of voorzien zijn van een op de over-gang van het voetholtegedeelte van de zool naar het balparti jgedeelte van de zool aan de onderzijde van de zool gevormd orgaan voor het vergroten van de grip van de zool.
25 De uitgevonden buitenzooi biedt een verbeterde 1001364 2 schokdemping van het voorvoetgedeelte, terwijl bovendien een goede grip van de zool op de ondergrond kan worden verschaft.
Bij voorkeur wordt de bodem van de voorholte 5 gevormd door de onderzijde van de zool en wordt de voorholte in laterale richting begrensd door tenminste één aan de zool gevormde, uitstekende wand, die rond de voorholte loopt. De uitstekende wand draagt dan bij aan de grip van de zool op de ondergrond. Verder kan de wand onderbroken 10 zijn door tenminste één opening. Door deze opening kunnen vloeistoffen zoals water en olie en vastere substanties zoals modder en vuil worden weggedrukt, waardoor een "aquaplaning"-effect voorkomen wordt en optimale grip en stabiliteit ontstaan.
15 De zool omvat bij voorkeur een uitstekende verhoging op de bodem van de voorholte, waarvan de hoogte nagenoeg gelijk is aan die van de wand, zodat de voorholte de vorm heeft van een binnen de wand rond de verhoging verlopende gang. De verhoging draagt bij aan het in con-2 0 tact met de ondergrond komende draagvlak van de zool, waardoor het directe contact met de ondergrond steviger wordt.
De voorholte is bij voorkeur langgerekt in een richting dwars over het voorvoetgedeelte, en daarbij zijn 25 de wand en de verhoging bij voorkeur in hoofdzaak gevormd als dwarsribben. Deze dwarsribben dragen verder bij aan de grip van de zool op de ondergrond, in de lengterichting van de zool.
Bij de buitenzooi met daaraan aangebracht grip-30 orgaan, omvat dit griporgaan bij voorkeur tenminste één aan de zool gevormde, uitstekende wand, die om een binnenruimte loopt. De rondlopende wand draagt bij aan de stabiliteit in laterale richtingen.
De wand is bij voorkeur onderbroken door tenmin-35 ste één opening. Door deze opening kunnen vloeistoffen en vastere substanties ontwijken zodat aquaplaning voorkomen wordt.
1001364 3
De wandopening bevindt zich bij voorkeur aan de in de looprichting voorste zijde van het griporgaan, en een wandgedeelte aan de in de looprichting achterste zijde van het griporgaan is bij voorkeur in hoofdzaak gevormd 5 als een in dwarsrichting over de zool lopende dwarsribbe. Deze dwarsribbe geeft een extra grip in het zoolprofiel ter voorkoming van het terugglijden op ladders en trappen.
Verder kan de uitgevonden zool voorzien zijn van een dempingsholte die onder het hakgedeelte van de zool is 10 gevormd, welke hakdempingsholte in de richting daarin schuin naar elkaar toelopende zijwanden heeft die in aanwezigheid van een neerwaartse belastingskracht in horizontale richting vervormen voor het opnemen van in-slagkrachten, en van nagenoeg verticale sleuven met nage-15 noeg verticale wanden, die in de zijwanden aanwezig zijn met hun lengterichting in de omtreksrichting van de hakdempingsholte .
In deze zool volgens de uitvinding kunnen de zijwanden van de hakdempingsholte zich onder belasting van 20 de hakholte gemakkelijker vervormen. Door deze grotere horizontale vervormbaarheid en verminderde stugheid van de zijwanden worden de inslagkrachten van de hakdempingsholte van een met de zool uitgeruste schoen op de grond geleide-lijker opgevangen zodat de been- en voetgewrichten van de 25 drager minder belast worden. Verder wordt een groter deel van de in de hakholte opgeslagen vervormingsenergie teruggegeven aan de loopbeweging van de drager tijdens het afwikkelen van de voet.
In de hakdempingsholte hebben de sleuven bij 30 voorkeur nagenoeg gelijke lengten en zijn de sleuven regelmatig verdeeld over de omtrek van de hakdempingsholte met nagenoeg gelijke tussenruimten. Dit levert een gelijkmatige vervorming van de zijwanden over de omtrek van de hakholte op.
35 Het heeft verder de voorkeur, dat de hakdem pingsholte een nagenoeg vlakke horizontale bodem heeft, en dat de sleuven nagenoeg vlakke horizontale bodems hebben 10 0 1 3 6 4 4 die ongeveer op dezelfde diepte in de zool liggen als de bodem van de hakdempingsholte. Hierdoor wordt de zijwand-vervorming op gunstige wijze gespreid over de hoogte van de zij wanden.
5 Verder kan de zool gleuven omvatten in de onder kant van de hak, die aan de achterzijde in omtreksrichting om de hakdempingsholte lopen. Deze gleuven voorkomen dat een met de zool uitgeruste schoen bij het neerzetten van de hak op een gladde ondergrond wegslipt.
10 Volgens de uitvinding kan verder een buitenzooi voor schoeisel, voorzien van een voorvoetgedeelte, een hakgedeelte en een daartussen gelegen hol gelenggedeelte dat bij plaatsing van de zool op een horizontale ondergrond een brug vormt en niet in contact komt met de onderis grond, worden verbeterd, door ribbels die in hoofdzaak dwars op de lengterichting van de zool onder de brug zijn gevormd en zich in een ruststand schuin vanaf de brug uitstrekken en veerkrachtig uit de ruststand verbuigbaar zijn tot in een dichter bij de brug gelegen stand.
20 Deze brugribbels verbeteren op zichzelf al de grip van de zool op ladders en trappen, en geven verder aan de holle brug in zij-aanzicht het uiterlijk van een verlaagd middenzoolgedeelte, zodat de zool van opzij het uiterlijk van een doorlopende sleezool heeft, terwijl de 25 zool toch door zijn holle brug een verbeterde grip biedt. Wanneer de brugribbels, bijvoorbeeld op een ladder of bij het afdalen van een trap belast worden, worden ze naar de brug toe verbogen, waardoor een hoger hakfront ontstaat. Dit hakfront voorkomt dan het wegglijden.
30 Een dergelijke zool kan verder voorzien zijn van langs de zijranden van de zool onder de brug gevormde wallen waarop de ribbels achter elkaar en nagenoeg evenwijdig aan elkaar gevormd zijn. Hierdoor lijkt de zool van opzij nog meer op een sleezool, terwijl de holle brugfunc-35 tie gehandhaafd wordt.
Bij voorkeur liggen de walgedeelten tussen het hakgedeelte en de daaraan naburige ribbels dieper in de 1001364 5 zool dan de verdere walgedeelten. De aan het hakfront naburige ribbels kunnen dan onder belasting verder weggebogen worden, zodat dan een nog hoger hakfront ontstaat.
De uitvinding zal hieronder nader worden toege-5 licht onder verwijzing naar een uitvoeringsvoorbeeld, dat geïllustreerd is in de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 een onderaanzicht is van een uitvoeringsvoorbeeld van een buitenzooi volgens de uitvinding; figuur 2 een doorsnede-aanzicht is van een 10 schoen met de buitenzooi van figuur 1, langs de streep-stippellijn II-II; figuur 3 een doorsnede-aanzicht is van een schoen met de buitenzooi van figuur 1, langs de streep-stippellijn III-III; 15 figuur 4 een doorsnede-aanzicht is van een schoen met de buitenzooi van figuur 1, langs de streep-stippellijn IV-IV; en figuur 5 een zij-aanzicht is van de buitenzooi van figuur 1, in de richting van de pijlen V-V.
20 In figuur 1 is een onderaanzicht van een uitvoe ringsvorm van een buitenzooi 1 volgens de uitvinding weergegeven. Onder de balpartij van de voorvoet bevindt zich een dempingsholte 2. De bodem van de voorvoetdem-pingsholte 2 wordt gevormd door de onderzijde van de zool. 25 In laterale richting wordt de voorholte 2 begrensd door een aan de zool gevormde wand 3 die rond de voorholte loopt, onder vrijlating van een opening 4. Binnen in de holte 2 bevindt zich, op afstand van de wand 3 een verhoging 5 die als één geheel met de zool 1, daaraan is ge-30 vormd. De hoogte van de verhoging 5 is nagenoeg gelijk aan de hoogte van de wand 3. De voorholte 2 heeft hierdoor de vorm van een binnen de wand rond de verhoging lopende gang. In de figuren 2 en 4 zijn de wand 3 en de verhoging 5 in doorsnede-aanzichten weergegeven.
35 Op het moment dat de voorvoet, en in het bijzon der het balpartijgedeelte van de voorvoet van een schoen met een buitenzooi 1 volgens de uitvinding de bodem raakt, too 1364 6 wordt het draagvlak van het voorvoetgedeelte onder grote druk gezet door het lichaamsgewicht van de drager van de schoen. De voorvoetdempingsholte 2 zorgt door zijn vormgeving voor een optimale grip en schokabsorptie. De werking 5 van de voorvoetdempingsholte 2 kan door een gunstig af gestemd ontwerp gecombineerd worden met de demping van een flexibele tussenzooi 7 (zie de figuren 2, 3 en 4) van de schoen voor een optimalisatie van het schokabsorberend vermogen. De flexibele tussenzooi 7 draagt tijdens de 10 loopbeweging bij aan de elasticiteit van de voorvoetdempingsholte 2, de wand 3 en de verhoging 5, zodat het voorvoetgedeelte en de voorvoetdempingsholte 2 van de buitenzooi 1 de neiging hebben terug te keren in hun onbelaste vorm. De voorvoetdempingsholte 2 volgens de uitvinding 15 dempt dus de schok van het neerkomen van de voorvoet. De krachten op de gewrichten in de voorvoet van de drager worden daardoor verminderd.
De voorvoetdempingsholte 2 is langgerekt in een richting dwars over het voorvoetgedeelte, en de wand 3 en 20 de verhoging 5 daarvan zijn tot op zekere hoogte gevormd als dwarsribben. Verder is de buitenzooi onder het voorvoetgedeelte daarvan nog voorzien van grijpribben 6, die de grip van de schoen op de ondergrond verbeteren. De wand 3 en de verhoging 5 dragen door hun vormgeving als dwars-25 ribben verder bij aan de verbetering van de grip op de ondergrond. De voorvoetdempingsholte 2 geeft door zijn vorm een vergroot draagvlak, waardoor de stabiliteit van de schoen verbeterd wordt en de kans op omzwikken verkleind wordt. Door de aanwezigheid van de verhoging 5 30 wordt het oppervlak van direct contact met de ondergrond groter, en ontstaat een steviger greep op de grond. Door de opening 4 kunnen olie, water en vuil worden weggedrukt. Hierdoor wordt uitglijden door aquaplaning voorkomen en ontstaat een optimale grip en stabiliteit.
3 5 Op de overgang van het voetholtegedeelte van de zool 1 naar het balpartijgedeelte van de zool 1 is aan de onderzijde van de zool 1 een orgaan 8 aangevormd voor het 10 o 1 3 ?· i 7 vergroten van de grip van de zool 1. Het griporgaan 8 wordt gevormd door een aan de zool gevormde uitstekende wand 9. Deze wand 9 loopt om een binnenruimte 10 heen. De wand 9 is onderbroken door een opening 11 die zich aan de 5 in de looprichting voorste zijde van het griporgaan 8 bevindt. Een wandgedeelte 12 aan de in de looprichting achterste zijde van het griporgaan is gevormd als een in dwarsrichting over de zool 1 lopende dwarsribbe. Het griporgaan 9, en in het bijzonder het als dwarsribbe 10 gevormde wandgedeelte 12 daarvan, biedt een extra houvast van de buitenzooi op ladders en trappen, ter voorkoming van terugglijden daarop. Door de opening 11 kan olie, water en vuil worden weggedrukt, zodat uitglijden door aquaplaning voorkomen wordt. Aldus draagt het griporgaan 8 15 zowel op een vlakke ondergrond als op ladders en trappen bij aan de stabiliteit en houvast van de buitenzooi 1.
In de figuren 1 en 2 is verder in de hak van de buitenzooi l een dempingsholte 13 getoond. Deze hakdem-pingsholte 13 heeft een vlakke bodem 14 en schuine zijwan-20 den 15. In de wanden zijn verticale sleuven 16 aangebracht die zo diep zijn, dat hun bodems (met onderbroken lijnen aangegeven in figuur 2) op ongeveer dezelfde diepte in de zool 1 liggen als de bodem 14 van de hakholte 13. De sleuven 16 hebben nagenoeg gelijke lengten en zijn met 25 ongeveer gelijke tussenruimten regelmatig verdeeld over de omtrek van de hakdempingsholte 13.
Wanneer de hakdempingsholte 13 bij het lopen op de grond gezet wordt en met een verticale kracht belast wordt, dan worden de zijwanden 15 in horizontale richting 30 vervormd.
Op het moment dat de hakdempingsholte 13 van een schoen met een buitenzooi 1 volgens de uitvinding de bodem raakt, wordt de hakdempingsholte 13 onder zeer grote druk gezet door het neerkomende lichaamsgewicht van de drager 3 5 van de schoen. De hakdempingsholte 13 zorgt door zijn vormgeving voor een optimale schokabsorptie, zodat de belasting van het enkelgewricht en het kniegewricht van de 1001364 8 drager verminderd wordt. De werking van de hakdempingshol-te 13 kan door een gunstig afgestemd ontwerp gecombineerd worden met de demping van de flexibele tussenzooi 7 (zie de figuren 2, 3 en 4) van de schoen voor een optimalisatie 5 van het schokabsorberend vermogen. De flexibele tussenzooi 7 draagt tijdens de loopbeweging bij aan de elasticiteit van de hakdempingsholte 13, zodat het hakgedeelte en de hakdempingsholte 13 van de buitenzooi 1 de neiging hebben terug te keren in hun onbelaste vorm. Hierdoor zorgt het 10 hakgedeelte en in het bijzonder de hakdempingsholte 13 van de zool 1 ervoor dat de daarin door samendrukking afgegeven energie tijdens het lopen van de drager tenminste gedeeltelijk weer wordt teruggebracht in de voet van de drager tijdens de afwikkelingsbeweging van de voet bij het 15 lopen. De hakdempingsholte 13 volgens de uitvinding vermindert dus de overmatige kracht van het neerkomen van de hak, en levert de daardoor afgegeven energie weer grotendeels terug aan de drager. De krachten op de gewrichten in de voet en benen van de drager worden aanzienlijk vermin-20 derd, waardoor het risico van beschadiging van de gewrichten van de drager, bijvoorbeeld doordat botgedeelten overmatige krachten op elkaar uitoefenen of over elkaar schuren, wordt verminderd en het risico van artrose kleiner wordt.
25 Door de sleuven 16 is de stugheid van de zijwan den 15 verminderd, en wordt de inslagkracht van de hak op de grond beter gedempt.
De hak van de buitenzooi 1 is verder achter de hakdempingsholte 13 voorzien van rondlopende gleuven 17 30 (zie figuur 1) . De gleuven 17 voorkomen dat de buitenzooi 1 bij het eerste neerzetten van de achterkant van de hak op een gladde ondergrond tijdens de loopbeweging wegslipt.
Verder is de hak van de zool 1 aan zijn achterzijde voorzien van een afvoerkanaal 18 dat in de hakdem-35 pingsholte 13 uitmondt. Door dit kanaal kunnen vloeistoffen (bijvoorbeeld water of olie) en vastere substanties (bijvoorbeeld vet, modder of vuil) uit de tijdens het i 0 0 ·; 3 6 4 9 lopen samengedrukte hakdempingsholte 13 ontwijken, waardoor uitglijden door een "aquaplaning"-effect wordt voorkomen .
Zoals in figuur 2 duidelijk te zien is, heeft de 5 schoen met de buitenzooi 1 tussen het voorvoetgedeelte en het hakgedeelte een hol gelenggedeelte dat bij plaatsing van de zool op een horizontale ondergrond een brug vormt op afstand van de ondergrond. Langs de zijranden van de zool 1 zijn onder de brug wallen 19 gevormd (zie figuren 10 1, 2 en 5). Aan de wallen 19 zijn onder de brug ribbels 20 achter elkaar, en ongeveer evenwijdig aan elkaar gevormd. De ribbels 2 0 zijn in een richting die in hoofdzaak dwars op de lengterichting van de zool 1 staat gevormd, en strekken zich in een ruststand schuin naar achteren uit 15 vanaf de brug met de wallen 19. De ribbels 20 zijn uit hun ruststand veerkrachtig verbuigbaar tot in een dichter bij de brug gelegen stand.
Wanneer de schoenzool 1 met de brug op een ladder of bijvoorbeeld op de rand van een traptrede ge- 20 plaatst wordt en met het gewicht van de drager van de schoen belast wordt, dan worden de ribbels 20 veerkrachtig naar de wallen 19 en de brug toe verbogen, zodat effectief een hoger hakfront 21 ontstaat dat het in voorwaartse richting van de betreffende laddersport of traptrede 25 afglijden van de zool 1 stuit.
Hiertoe zijn de tussen het hakfront 21 en de daaraan naburige ribbels 22 gelegen walgedeelten 23 lager in de richting naar de zool 1 toe dan de verdere walgedeelten (zie de figuren 5 en 2) . De naburige ribbels 22 30 worden onder belasting weggebogen tot in de verdiepte walgedeelten 23 en tegen deze verdiepte walgedeelten 23 aan. Dit levert een verdere plaatselijke verhoging van het hakfront 21 op voor het stuiten van het afglijden van laddersporten en traptreden.
35 De wallen 19 en de ribbels 20 geven de zool 1 in zij-aanzicht het uiterlijk van een doorlopende sleezool (zie figuren 5 en 2) , zodat een daarmee ontworpen veilig- fOO 1364 10 heidsschoen het karakter kan krijgen van een sportschoen, terwijl toch de voordelen van een holle brug met een verbeterde grip behouden worden.
Het griporgaan 8, de voorvoetdempingsholte 2, de 5 hakdempingsholte 13 met de anti-slip-gleuven 17, en de veerkrachtig verbuigbare ribbels 20 leveren een aanzienlijke verbetering van comfort, schokdemping, grip en stabiliteit van een met de buitenzooi 2 uitgeruste schoen op, en dragen daarnaast bij aan de gezondheid van de 10 drager van dergelijke schoenen.
10 0 130 '·
Claims (20)
1. Buitenzooi voor schoeisel, gekenmerkt door een dempingsholte (2) die onder het voorvoetgedeelte van de zool (1) is gevormd.
2. Zool volgens conclusie 1, met het kenmerk, 5 dat de voorholte (2) onder het balpartijgedeelte van de zool (1) is gevormd.
3. Zool volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de bodem van de voorholte (2) gevormd wordt door de onderzijde van de zool (1) en de voorholte (2) in 10 laterale richting begrensd wordt door tenminste één aan de zool (1) gevormde, uitstekende wand (3), die rond de voorholte (2) loopt.
4. Zool volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de wand {3) onderbroken is door tenminste één opening 15 (4) .
5. Zool volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de zool (1) een uitstekende verhoging (5) op de bodem van de voorholte (2) omvat, waarvan de hoogte nagenoeg gelijk is aan die van de wand (3), zodat de voorholte 20 (2) de vorm heeft van een binnen de wand (3) rond de verhoging (5) lopende gang.
6. Zool volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de voorholte (2) langgerekt is in een richting dwars over het voorvoetgedeelte, en dat de wand (3) en de verho- 25 ging (5) in hoofdzaak gevormd zijn als dwarsribben.
7. Buitenzooi voor schoeisel, gekenmerkt door een op de overgang van het voetholtegedeelte van de zool (1) naar het balparti jgedeelte van de zool (1) aan de onderzijde van de zool (1) gevormd orgaan (8) voor het 30 vergroten van de grip van de zool (1).
8. Zool volgens conclusie 7, met het kenmerk, 10 0 1 3 6 4 dat het griporgaan (8) tenminste één aan de zool gevormde, uitstekende wand (9) omvat, die om een binnenruimte (10) loopt.
9. Zool volgens conclusie 8, met het kenmerk, 5 dat de wand (9) onderbroken is door tenminste één opening (11) .
10. Zool volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de wandopening (11) zich aan de in de looprichting voorste zijde van het griporgaan (8) bevindt.
11. Zool volgens conclusie 8, 9 of 10, met het kenmerk, dat een wandgedeelte (12) aan de in de looprichting achterste zijde van het griporgaan (8) in hoofdzaak gevormd is als een in dwarsrichting over de zool (1) lopende dwarsribbe.
12. Buitenzooi voor schoeisel, gekenmerkt door een dempingsholte (13) die onder het hakgedeelte van de zool (1) is gevormd, welke hakdempingsholte (13) in de richting daarin schuin naar elkaar toelopende zijwanden (15) heeft die in aanwezigheid van een neerwaartse belas- 20 tingskracht in horizontale richting vervormen voor het opnemen van inslagkrachten, en door nagenoeg verticale sleuven (16) met nagenoeg verticale wanden, die in de zijwanden aanwezig zijn met hun lengterichting in de omtreksrichting van de 25 hakdempingsholte (13).
13. Zool volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de sleuven (16) nagenoeg gelijke lengten hebben en regelmatig verdeeld zijn over de omtrek van de hakdempingsholte (13) met nagenoeg gelijke tussenruimten. 3 0
14. Zool volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de hakdempingsholte (13) een nagenoeg vlakke horizontale bodem (14) heeft, en dat de sleuven (16) nagenoeg vlakke horizontale bodems hebben die ongeveer op dezelfde diepte in de zool (1) liggen als de bodem van de 35 hakdempingsholte (13) .
15. Zool volgens conclusie 12, 13 of 14, gekenmerkt door gleuven (17) in de onderkant van de hak, die 100130½ aan de achterzijde in omtreksrichting om de hakdempings-holte (13) lopen.
16. Buitenzooi voor schoeisel, voorzien van een voorvoetgedeelte, een hakgedeelte, en een daartussen 5 gelegen hol gelenggedeelte dat bij plaatsing van de zool op een horizontale ondergrond een brug vormt en niet in contact komt met de ondergrond, gekenmerkt door ribbels (2 0) die in hoofdzaak dwars op de lengterichting van de zool (1) onder de brug 10 zijn gevormd en zich in een ruststand schuin vanaf de brug uitstrekken en veerkrachtig uit de ruststand verbuigbaar zijn tot in een dichter bij de brug gelegen stand.
17. Zool volgens conclusie 16, gekenmerkt door langs de zijranden van de zool (1) onder de brug gevormde 15 wallen (19) waarop de ribbels (20) achter elkaar en nagenoeg evenwijdig aan elkaar gevormd zijn.
18. Zool volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de walgedeelten tussen het hakgedeelte en de daaraan naburige ribbels (22) dieper in de zool (1) liggen dan de 20 verdere walgedeelten.
19. Zool volgens twee of meer der voorgaande conclusies.
20. Schoen met een buitenzooi volgens één der voorgaande conclusies. -o-o-o-o-o-o-o-o- 1001364
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1001364A NL1001364C2 (nl) | 1995-10-06 | 1995-10-06 | Buitenzool voor schoeisel. |
EP96202737A EP0766932A1 (en) | 1995-10-06 | 1996-10-04 | Outer sole for footwear |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1001364A NL1001364C2 (nl) | 1995-10-06 | 1995-10-06 | Buitenzool voor schoeisel. |
NL1001364 | 1995-10-06 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1001364C2 true NL1001364C2 (nl) | 1997-04-08 |
Family
ID=19761675
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1001364A NL1001364C2 (nl) | 1995-10-06 | 1995-10-06 | Buitenzool voor schoeisel. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0766932A1 (nl) |
NL (1) | NL1001364C2 (nl) |
Families Citing this family (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US9974356B2 (en) | 2014-08-06 | 2018-05-22 | Nike, Inc. | Article of footwear with midsole with arcuate underside cavity insert |
USD811705S1 (en) | 2016-08-31 | 2018-03-06 | Honeywell International Inc. | Footwear sole |
AU2016101546A4 (en) * | 2016-09-01 | 2016-10-06 | Honeywell International Inc. | Molded sole with fluid dispersion characteristics |
WO2019203286A1 (ja) | 2018-04-17 | 2019-10-24 | 株式会社ブリヂストン | 競技用義足のソール |
Citations (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1988784A (en) * | 1932-05-17 | 1935-01-22 | Firestone Footwear Company | Sport shoe |
US3629962A (en) * | 1970-03-04 | 1971-12-28 | Louis C Brock | Shoe outsole |
US4096649A (en) * | 1976-12-03 | 1978-06-27 | Saurwein Albert C | Athletic shoe sole |
DE7736457U1 (de) * | 1977-11-29 | 1978-08-24 | Uniroyal Gmbh, 5100 Aachen | Durchgehende Laufsohle für Sportschuhe |
FR2409714A1 (fr) * | 1977-11-29 | 1979-06-22 | Uniroyal Gmbh | Semelle exterieure continue pour chaussure de sport |
DE3318121A1 (de) * | 1982-11-18 | 1984-05-24 | 8 Track Shoe Corp., 10605 White Plains, N.Y. | Schuhsohle |
US4494321A (en) * | 1982-11-15 | 1985-01-22 | Kevin Lawlor | Shock resistant shoe sole |
EP0206438A2 (en) * | 1981-04-03 | 1986-12-30 | STUBBLEFIELD, Jerry D. | An outer sole for a shoe |
US4694591A (en) * | 1985-04-15 | 1987-09-22 | Wolverine World Wide, Inc. | Toe off athletic shoe |
-
1995
- 1995-10-06 NL NL1001364A patent/NL1001364C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1996
- 1996-10-04 EP EP96202737A patent/EP0766932A1/en not_active Withdrawn
Patent Citations (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1988784A (en) * | 1932-05-17 | 1935-01-22 | Firestone Footwear Company | Sport shoe |
US3629962A (en) * | 1970-03-04 | 1971-12-28 | Louis C Brock | Shoe outsole |
US4096649A (en) * | 1976-12-03 | 1978-06-27 | Saurwein Albert C | Athletic shoe sole |
DE7736457U1 (de) * | 1977-11-29 | 1978-08-24 | Uniroyal Gmbh, 5100 Aachen | Durchgehende Laufsohle für Sportschuhe |
FR2409714A1 (fr) * | 1977-11-29 | 1979-06-22 | Uniroyal Gmbh | Semelle exterieure continue pour chaussure de sport |
EP0206438A2 (en) * | 1981-04-03 | 1986-12-30 | STUBBLEFIELD, Jerry D. | An outer sole for a shoe |
US4494321A (en) * | 1982-11-15 | 1985-01-22 | Kevin Lawlor | Shock resistant shoe sole |
DE3318121A1 (de) * | 1982-11-18 | 1984-05-24 | 8 Track Shoe Corp., 10605 White Plains, N.Y. | Schuhsohle |
US4694591A (en) * | 1985-04-15 | 1987-09-22 | Wolverine World Wide, Inc. | Toe off athletic shoe |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0766932A1 (en) | 1997-04-09 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US7204044B2 (en) | Sole for article of footwear for granular surfaces | |
US7047672B2 (en) | Sole for article of footwear for sand surfaces | |
RU2624190C2 (ru) | Обувь с улучшенной подошвой | |
EP2353425A1 (en) | Footwear including a self-adjusting midsole | |
RU2385140C2 (ru) | Подошва с тангенциальной деформируемостью | |
EP0467506B1 (en) | Shoe construction | |
GB2049394A (en) | Sports shoes | |
JPS61500474A (ja) | 滑り止め付運動靴用靴底 | |
JP2001178502A (ja) | ソール | |
JPH05115306A (ja) | ソール部材及びこの部材を用いた履物製品 | |
US11369161B2 (en) | Slip resistant expansion overshoe | |
JP2012501717A (ja) | 衝撃分散機能と転がり歩行機能を有する履物の中敷き | |
JP5218809B2 (ja) | 履物底 | |
NL1001364C2 (nl) | Buitenzool voor schoeisel. | |
US20030029060A1 (en) | Cleat | |
JP3874982B2 (ja) | 靴底 | |
KR20130128372A (ko) | 신발 | |
KR100420468B1 (ko) | 큐션기능이 향상된 뒷굽없는 신발밑창 | |
KR101137892B1 (ko) | 마사이 워킹용 신발의 터널감지체 및 밑창구조 | |
KR100763138B1 (ko) | 미끄럼에 대응하는 호형신발창 | |
NL1013869C2 (nl) | Schoenzool met verhoogd gedeelte en schoenen voorzien daarvan. | |
KR102671927B1 (ko) | 현장업무특성을 고려한 진단용 안전화 아웃솔 | |
CN220369567U (zh) | 一种具有缓震结构的鞋底及鞋子 | |
KR101168703B1 (ko) | 미끄럼 방지용 신발 밑창 구조 | |
KR20220002367U (ko) | 낙상 방지용 신발 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20150501 |