BE1021294B1 - Absorberend artikel met elastificatiemiddelen - Google Patents
Absorberend artikel met elastificatiemiddelen Download PDFInfo
- Publication number
- BE1021294B1 BE1021294B1 BE2014/0253A BE201400253A BE1021294B1 BE 1021294 B1 BE1021294 B1 BE 1021294B1 BE 2014/0253 A BE2014/0253 A BE 2014/0253A BE 201400253 A BE201400253 A BE 201400253A BE 1021294 B1 BE1021294 B1 BE 1021294B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- section
- absorbent article
- back section
- rear back
- cross
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61F—FILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
- A61F13/00—Bandages or dressings; Absorbent pads
- A61F13/15—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
- A61F13/45—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape
- A61F13/49—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape specially adapted to be worn around the waist, e.g. diapers, nappies
- A61F13/49007—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers
- A61F13/49009—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means
- A61F13/49011—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means the elastic means is located at the waist region
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61F—FILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
- A61F13/00—Bandages or dressings; Absorbent pads
- A61F13/15—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
- A61F13/45—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape
- A61F13/49—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape specially adapted to be worn around the waist, e.g. diapers, nappies
- A61F13/49007—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers
- A61F13/49009—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means
- A61F13/49017—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means the elastic means being located at the crotch region
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61F—FILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
- A61F13/00—Bandages or dressings; Absorbent pads
- A61F13/15—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
- A61F13/45—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape
- A61F13/49—Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the shape specially adapted to be worn around the waist, e.g. diapers, nappies
- A61F13/49007—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers
- A61F13/49009—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means
- A61F13/49019—Form-fitting, self-adjusting disposable diapers with elastic means the elastic means being placed longitudinally, transversely or diagonally over the article
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Epidemiology (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Biomedical Technology (AREA)
- Heart & Thoracic Surgery (AREA)
- Vascular Medicine (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Absorbent Articles And Supports Therefor (AREA)
Abstract
Het absorberende artikel bestaat uit een buiksectie en uit een rugsectie, elk van bovengenoemde sectie wordt voorzien van longitudinale randen, een transversale rand en een kruissectie bestaande uit een absorberend lichaam, waarbij de bovengenoemde buiksectie en de rugsectie eerste elastificatiemiddelen omvatten, en, in een gebied van de buiksectie en de rugsectie over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen, worden tweede elastificatiemiddelen voorzien. De bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen breiden uit met aanvang van longitudinale randen naar de longitudinale centrum as van uit het absorberende artikel in een gebogen vorm en waaien uit met stijgende scheiding van elkaar in de rugsectie en met gelijke scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig in de buiksectie.
Description
Absorberend artikel met elastificatiemiddelen Gebied van de uitvinding
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op absorberende artikelen, bij voorkeur een wegwerpbaar absorberend artikel, zoals een luier.
Achtergrond
Over het algemeen bestaan bekende wegwerpbare absorberende artikelen, zoals luiers, opleidingsbroekjes, incontinentieartikelen, uit een voorste buiksectie, uit een achterste rugsectie en uit een kruissectie die zich in de longitudinale richting tussen bovengenoemde voorste buiksectie en bovengenoemde achterste rugsectie uitbreiden. De kruissectie is permanent gehecht aan de buiksectie en aan de rugsectie. De kruissectie evenals de buiksectie en de rugsectie bepalen de beenopeningen van het incontinentieartikel. De absorberende artikelen omvatten typisch rekbare materialen, zoals elastische draden, om een behaaglijke pasvorm en goede verbinding van het artikel te verstrekken. Het bovengenoemde rekbare materiaal kan in de voorste buiksectie en/of de achterste rugsectie en/of de kruissectie en/of de beenopeningen van bovengenoemd artikel aanwezig zijn.
Zulk een stand-der-techniek absorberend artikel wordt onthuld in de US 2009/187157. Nochtans, in deze configuratie, vermindert de eerste herstellende kracht die door het uitrekken van bovengenoemde eerste sectie naar bovengenoemde kruissectie wordt geproduceerd. Dit is nadelig, wanneer het absorberende artikel wordt gedragen en strak past om het lichaam van de drager en zal daardoor een onaangenaam gevoel aan bovengenoemde drager verstrekken. Het niet-strakke absorberende artikel en daardoor het ongemakkelijke gevoel is in het bijzonder gelokaliseerd bij de voorste sectie aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen dankzij de anatomie van het menselijke lichaam. Met betrekking tot de vooruitstekende gebogen anatomie van het menselijke lichaam bij de rugsectie over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen (bij de billen), betekent elastisch dat het uitwaaien met stijgende scheiding van elkaar zal passen, de spanning op de huid van de drager zal verminderen, hem daardoor een aangenaam gevoel verstrekken. In tegenspraak, met betrekking tot de anatomie van het menselijke lichaam bij de voorste sectie over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen, betekent elastisch dat het uitwaaien met stijgende scheiding van elkaar niet dicht aan de huid van de drager zal passen, hem daardoor een onaangenaam verstrekken.
Bovendien betekent elastisch uitwaaien met stijgende scheiding van elkaar bij de voorste sectie aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen een hoge hoeveelheid van een omvangrijke indiscrete structuur produceert die relatieve bewegingen veroorzaakt, in het bijzonder, wanneer de gebruiker hoogst mobiel is, wat de huidoppervlakte irriteert en onplezierige of zelfs medisch problematische huidirritatie veroorzaakt.
Het doel van de onderhavige uitvinding is om minstens een deel van de bovengenoemde problemen te overwinnen. De onderhavige uitvinding beoogt het verstrekken van een beter absorberend artikel van het hierboven beschreven type met betrekking tot draagcomfort. Dit doel wordt bereikt overeenkomstig de uitvinding door een wegwerpbaar absorberend artikel bestaande uit de eigenschappen van conclusie 1.
Samenvatting
De onderhavige uitvinding verstrekt een wegwerpbaar absorberend artikel volgens om het even welk van conclusies 1 tot 14.
Het voorzien van het gebied van de voorste buiksectie, over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen, van tweede elastificatiemiddelen die uitwaaien met gelijke scheiding van elkaar en evenwijdig aan elkaar stelt verscheidene voordelen voor. Bijvoorbeeld, zal het bovengenoemde gebied dicht aan het lichaam van de drager passen en zal een automatische verheffing bij het kruisgebied hebben. Voorts wegens de vrij kleine lichaamsstreek die door het gebied van de voorste buiksectie moet worden bedekt, over de kruiskant gekeerd naar de been openingen, zal het aantal vouwen/plooien worden verminderd vergeleken bij een absorberend artikel waarin de elastische middelen uitwaaien met stijgende scheiding aan de voorste sectie.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, bestaat de kruissectie uit beenelastificatiemiddelen die zich buiten het absorberende lichaam langs been het openen uitbreiden en in de longitudinale richting in de voorste buiksectie en in de achterste rugsectie eindigen. In een aangewezen uitvoeringsvorm, eindigen de middelen van beenelastificatie in de longitudinale richting op het gebied van de voorste buiksectie en de achterste rugsectie waarin de tweede elastificatiemiddelen worden verstrekt. De bovengenoemde middelen van beenelastificatie bieden betrouwbare zijlekkagebescherming.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, bestaan de voorste buiksectie en/of de achterste rugsectie verder uit elastisch materiaal dat op 1% tot 65%, meer dan minstens 50% van de oppervlakte van bovengenoemde voorste buiksectie en/of de achterste rugsectie wordt voorzien.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is de uitwaaieringsgraad van de tweede elastificatiemiddelen in de achterste rugsectie groter dan de uitwaaieringsgraad van de tweede elastificatiemiddelen in de voorste buiksectie. Dit is voordelig aangezien, in de achterste rugsectie, de herstellende kracht van de tweede elastificatiemiddelen binnen het gebied van de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen verminderd wordt. De bovengenoemde herstellingskracht wordt verminderd in de richting van de longitudinale rand naar de kruissectie wat een betere pasvorm van het absorberende artikel aan de anatomie van het lichaam van de drager verstrekt.
Korte beschrijving van de figuren
Fig. 1 toont een bovenaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een wegwerpbaar absorberend artikel volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 2 toont een zijaanzicht in de longitudinale richting (L) van het beschikbare absorberende artikel van Fig. 1.
Fig. 3 toont een zijaanzicht in de breedterichting (W) van het beschikbare absorberende artikel van Fig. 1.
Fig. 4 toont een bovenaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een wegwerpbaar absorberend artikel volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 5 toont een zijaanzicht in de longitudinale richting (L) van het wegwerpbare absorberende artikel van Fig. 4.
Fig. 6 toont een zijaanzicht in de breedterichting (W) van het beschikbare absorberende artikel van Fig. 4.
Gedetailleerde beschrijving
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een absorberend artikel dat minstens de elastisch eigenschappen en het draag comfort heeft verbeterd. Het absorberende artikel van de onderhavige uitvinding kan een luier zijn gebruikt voor baby's, kinderen of om het even welke volwassen persoon die behoefte heeft aan dergelijk artikel, bijvoorbeeld een zieke of een oude persoon is.
Tenzij anders bepaald, hebben alle termen gebruikt in het onthullen van de uitvinding, met inbegrip van technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals die algemeen door iemand van gewone vaardigheid in de kunst waar tot deze uitvinding behoort worden begrepen. Bij wijze van verdere begeleiding, zijn term definities inbegrepen om de leer van de onderhavige uitvinding beter te waarderen.
Zoals hierin gebruikt, hebben de volgende termen de volgende betekenissen: "Een", "de" en "het" zoals hierin gebruikt verwijst naar zowel enkelvoud als meervoudsreferenten tenzij de context duidelijk anders dicteert. Als voorbeeld, een "compartiment" verwijst naar één of meer dan één compartiment. "Ongeveer" zoals hierin gebruikt verwijzende naar een meetbare waarde zoals een parameter, een bedrag, een tijdelijke duur, en dergelijke, heeft de bedoeling om variaties van +/-20% of minder te omvatten, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, zelfs meer bij voorkeur +/-1% of minder, en nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder van de gespecificeerde waarde, in tot dusver dergelijke variaties zijn aangewezen om in de onthulde uitvinding te presteren. Nochtans, moet men begrijpen dat de waarde waarnaar de bepaling "ongeveer" verwijst zelf ook specifiek wordt onthuld. "Omvatten", "omvattende" en "omvat" en "omvattend" zoals hierin gebruikt zijn synoniem met "bevatten", "bevattende", "bevat" of "inhouden", "inhoudende", "houdt in" en zijn inclusief of open termen die de aanwezigheid van wat volgt b.v. een component specificeert en sluit niet uit of voorkomt niet de aanwezigheid van extra, niet-gereciteerde componenten, eigenschappen, element, leden, stappen gekend in de kunst.
De recitatie van numerieke gebieden door eindpunten omvat alle aantallen en fracties die binnen dat gebied zijn ondergebracht, evenals gereciteerde eindpunten.
De uitdrukking "% in gewicht" (gewichtspercenten), hier en doorheen de beschrijving tenzij anders bepaald, verwijst naar het relatieve gewicht van de respectieve component gebaseerd op het algemene gewicht van de formulering.
De term "wegwerp" wordt hierin gebruikt om absorberende artikelen te beschrijven die over het algemeen niet bedoeld zijn om gewassen of anders hersteld of hergebruikt te worden als absorberend artikel (d.w.z., ze zijn bedoeld om na éénmalig gebruik te worden afgedankt en om, bij voorkeur, te worden gerecycleerd, gecomposteerd of om op een andere natuurvriendelijke compatibele manier te worden weggeworpen.
Zoals hierin gebruikt, verwijst de term "luier" naar een absorberend artikel over het algemeen gedragen door zuigelingen en incontinente personen over de lagere torso.
Door "rek", bedoelt men dat het materiaal dat de capaciteit heeft om zich voorbij zijn originele grootte in minstens één dimensie uit te breiden wanneer onderworpen aan een trekkracht (d.w.z., spanning) toegepast in de richting van die dimensie. De "rek" kan eenrichtings, tweerichtings, of multirichting zijn. De specifieke "rek" eigenschappen van een materiaal kunnen langs om het even welke rekvectoren variëren. Zoals hierin gebruikt, omvat de rek zowel plastische als elastische misvorming.
De term "elastisch" of "elastomerisch" zoals hierin gebruikt verwijst naar om het even welk materiaal dat bij toepassing van een beïnvloedende kracht, kan rekken tot een verlengde grootte van minstens ongeveer 125 percent van zijn ontspannen, originele grootte, zonder scheur of breuk, en op loslaten van de toegepaste kracht, minstens ongeveer 40% van zijn verlenging terugkrijgt, bij voorkeur minstens 60% van zijn originele grootte terugkrijgt, meer bij voorkeur minstens ongeveer 80% terugkrijgt, meest bij voorkeur ongeveer 100% van zijn originele grootte terugkrijgt.
De termen "buiksectie" en "voorste buiksectie" worden hierin gebruikt als synoniemen en verwijzen naar het gebied van het absorberende artikel dat in contact is met de buik van de drager wanneer het absorberende artikel wordt gedragen.
De termen "rugsectie" en "achterste rugsectie" worden hierin gebruikt als synoniemen en verwijzen naar het gebied van het absorberende artikel dat in contact is met de rug van de drager wanneer het absorberende artikel wordt gedragen.
Zoals hierin gebruikt, beschrijven de termen "elastische weerstand" en "herstelkracht" een elastische kracht die neigt om zich tegen een toegepaste trekkracht te verzetten daardoor veroorzakend dat een materiaal dat daarmee wordt voorzien te neigen om samen te trekken tot een ontspannen configuratie in antwoord op een uitrekkende kracht. "Longitudinaal" is een richting die parallel loopt met de maximale lineaire afmeting van het artikel en omvat richtingen binnen ±45 van de longitudinale richting. De "zij" of "transversale" richting is orthogonaal aan de longitudinale richting.
Zoals hierin gebruikt, verwijst de term "ondoordringbaar" over het algemeen naar artikelen en/of elementen die nagenoeg niet zijn gepenetreerd door een waterige vloeistof doorheen de gehele dikte ervan onder een druk van 1,0 kPa of minder. Bij voorkeur, wordt het ondoordringbare artikel of element niet gepenetreerd door waterige vloeistof onder drukken van 3,4 kPa of minder. Met meer voorkeur is het ondoordringbaar artikel of element niet gepenetreerd door vloeistof onder drukken van 6,8 kPa of minder. Een artikel of onderdeel dat niet ondoordringbaar is is doordringbaar.
De term "non-woven" zoals hierin gebruikt verwijst naar een vervaardigd vel, web, of batch directioneel of willekeurig georiënteerde vezels gebonden door wrijving en/of cohesie en/of adhesie, exclusief papier en producten die geweven, gebreid, doorgenaaid met bindende garens of draden, of gevilt door vermaling in natte toestand zijn, al dan niet additioneel doorprikt. De vezels kunnen van natuurlijke of kunstmatige oorsprong zijn. Zij kunnen ook onderbroken of ononderbroken vezels zijn of in situ worden gevormd.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, verstrekt de onderhavige uitvinding een absorberend artikel geschikt om over de lagere torso te worden gedragen van een drager en bestaat het een uit voorste buiksectie F en een achterste rugsectie R, elk van bovengenoemde sectie wordt voorzien van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 en een transversale rand 17, 18 (Fig. 1). Het artikel A bestaat verder uit een kruissectie C die zich tussen de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R uitbreiden en is permanent gehecht aan de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R. De kruissectie C bestaat uit een absorberend lichaam 4 en breidt zich in de richting van een longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A uit (Fig. 1). De kruissectie C, de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R bepalen beenopeningen 19 van het absorberende artikel A. De voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R hebben een randcontour 10, 11 die uitbreidt van longitudinale randen 13, naar een transversale centrum as 12 van de kruissectie C (Fig. 1). De voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R bestaan uit eerste elastificatiemiddelen 6, en, op een gebied 20, 21 van de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen 19, worden tweede elastificatiemiddelen 22, 23 voorzien. Bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen 22, 23 breiden zich met aanvang van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 naar de longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A uit in een gebogen vorm en waaien uit met stijgende scheiding van elkaar in de achterste rugsectie R en met gelijke scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig in de voorste buiksectie F (Fig. 1). In een aangewezen uitvoeringsvorm, breiden de tweede elastificatiemiddelen 22 van de voorste buiksectie F zich uit met aanvang van de longitudinale randen 13, 14 van bovengenoemde voorste buiksectie F naar de longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A in een gebogen vorm en waaien uit met stijgende scheiding van elkaar in de achterste rugsectie R en gelijke scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig aan elkaar in de voor buiksectie F (Fig. 1). In een aangewezen uitvoeringsvorm, breiden de tweede elastificatiemiddelen zich hoofdzakelijk uit loodrecht op de longitudinale randen 13, 14 van de voorste buiksectie F en aan elkaar evenwijdig. De tweede elastificatiemiddelen 22 zetten de uitbreiding op een gebogen manier voort en ook aan elkaar evenwijdig naar longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel. A zoals aangetoond in Fig. 1 en Fig. 4. Bij voorkeur, zet het bovengenoemde tweede elastificatiemiddel de uitbreiding in de kruissectie C voort waarin zij hoofdzakelijk loodrecht zijn tot de longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, voorziet de onderhavige uitvinding in een wegwerpbaar absorberend artikel A, geschikt om over de lagere torso van een drager te worden gedragen, bestaande uit een voorste buiksectie F en een achterste rugsectie R, elk van bovengenoemde secties wordt voorzien van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 en een transversale rand 17, 18; het bovengenoemde artikel A bestaat verder uit een kruissectie C die zich tussen de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R uitbreidt en is permanent gehecht aan de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R, de bovengenoemde kruissectie C bestaat uit een absorberend lichaam 4 en breidt zich in de richting van een longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A uit; de kruissectie C, de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R bepalen beenopeningen 19 van het absorberende artikel A en de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R hebben een randcontour 10, 11 die uitbreidt met aanvang van de longitudinale randen 13, 14, 15, 16 naar een transversale centrum as 12 van de kruissectie C; waarin de bovengenoemde voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R uit eerste elastificatiemiddelen 6, 28 bestaan, en, op een gebied 20, 21 van de voorste buiksectie F en R over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen 19, worden tweede elastificatiemiddelen 22, voorzien, bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen 22, 23 breiden zich uit met aanvang van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 naar longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A in een gebogen vorm. De voorste buiksectie F en/of de achterste rugsectie R bestaan verder uit een elastisch materiaal 28 voorzien op 1% tot 65%, bij voorkeur 20% tot 60%, meer bij voorkeur op 40 tot 55%, het meeste bij voorkeur op minstens 50% van de oppervlakte van bovengenoemde voorste buiksectie F en/of de achterste rugsectie R.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, verstrekt de onderhavige uitvinding een wegwerpbaar absorberend artikel A, geschikt om over de lagere torso van een drager te worden gedragen, bestaande uit een voorste buiksectie F en een achterste rugsectie R, elk van bovengenoemde secties wordt voorzien van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 en een transversale rand 17, 18; het bovengenoemde artikel A bestaat verder uit een kruissectie C die zich tussen de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R uitbreidt en is permanent gehecht aan de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R, bovengenoemde kruissectie C bestaat uit een absorberend lichaam 4 en breidt zich in de richting van een longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A uit; de kruissectie C, de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R bepalen beenopeningen 19 van het absorberende artikel A en de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R hebben een randcontour 10, 11 die uitbreidt met aanvang van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 naar een transversale centrum as 12 van de kruissectie C; waarin de bovengenoemde voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R bestaan uit eerste elastificatiemiddelen 6, 28, en, op een gebied 20, 21 van de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen 19, worden tweede elastificatiemiddelen 22, voorzien, bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen 22, 23 breiden zich uit met aanvang van longitudinale randen 13, 14, 15, 16 naar longitudinale centrum as 9 van het absorberende artikel A in een gebogen vorm. Het oppervlakteaandeel van de kruissectie C met betrekking tot de volledige oppervlakte van het absorberende artikel A is van 25 tot 55%, bovengenoemde kruissectie overlapt minstens 12% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en minstens 20% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R in een uitstrekte staat van het absorberende artikel en waarin het absorberend lichaam 4 minstens 5% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en/of minstens 10% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R overlapt. Dit ontwerp is voordelig aangezien het absorberende artikel een "lage taille" artikel kan zijn dat comfort aan de drager verstrekt.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, kunnen de voorste buiksectie F, de achterste rugsectie R en de kruissectie C onafhankelijk worden geproduceerd, d.w.z. een voorste buiksectie F, een achterste rugsectie R, en een kruissectie C die daar tussen wordt geschikt en uit een absorberend lichaam 4 bestaat. In een verdere aangewezen uitvoeringsvorm, voor het assembleren van het absorberende artikel, overlapt de kruissectie C een wezenlijk oppervlaktegedeelte van de voorste buiksectie F en ook van de achterste rugsectie R.
De voorste buiksectie F kan worden verdeeld in een gebied 20 over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen en een heup zijgebied dat zich tussen de transversale rand van de sectie F en gebied 20 uitbreidt. Een overeenkomstige onderverdeling wordt voorzien in de achter rugsectie R, d.w.z. ook in een heup zijgebied en een gebied 21 over de kruiskant gekeerd naarde beenopeningen.
De eerste elastificatiemiddelen 6 worden voorzien op het heup zijgebied van de buiksectie F en/of op het heup zijgebied van de rugsectie R. In een aangewezen uitvoeringsvorm, kunnen bovengenoemde eerste elastificatiemiddelen 6 draadachtige elastificatiemiddelen zijn, zoals Lycra draden, die zijn voorgespannen en verbonden aan weefselmaterialen van de buiksectie F en de rugsectie R in zogenaamde een rek-bind methode. Deze eerste elastificatie 6 breidt zich van één longitudinale rand uit tot de andere longitudinale rand van elke sectie. In een aangewezen uitvoeringsvorm, breiden eerste elastificatiemiddelen 17, 18 van de voorste buiksectie en de achterste rugsectie uit die daardoor bovengenoemde secties extensief elastisch maken (Fig. l).
In een aangewezen uitvoeringsvorm, hebben eerste elastificatiemiddelen 6 van de rugsectie R en/of de voorste buiksectie F een minimumscheiding van 3 tot 15 mm, bij voorkeur 4 tot 14 mm, meer bij voorkeur 5 tot 12 mm, meest bij voorkeur 6 tot 11 mm van elkaar. Door scheiding, wordt de scheiding van direct naburige elastificatiemiddelen bedoeld.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, op een gebied 24, 25 proximaal aan transversale rand 17, 18 van de voorste buiksectie F en/of van de achterste rugsectie R, breiden de eerste elastificatiemiddelen 6 zich bij een scheiding van elkaar uit die minstens 50% kleiner is dan de scheiding van de eerste elastificatiemiddelen op het resterende gebied van bovengenoemde voorste buiksectie F en/of de achterste rugsectie R. Dit verzekert een betere pasvorm van het absorberende artikel rond de taille van de drager. Bovengenoemd gebied 24, 25 breidt zich in de longitudinale richting van de transversale rand naar centrale transversale as 12 uit. Bij voorkeur breidt bovengenoemde gebied zich uit over 10 tot 30 mm, bij voorkeur 11 tot 25, meer bij voorkeur over 12 tot 20 mm, het meest bij voorkeur ongeveer 15 mm. Bij voorkeur, op bovengenoemd gebied 24, 25, hebben de eerste elastificatiemiddelen 6 van de rugsectie R en/of de voorste buiksectie F een minimumscheiding van 0.5 tot 5 mm, bij voorkeur 1 tot 4 mm, meer ongeveer 3 mm van elkaar. Door scheiding, wordt de scheiding van direct naburige elastificatiemiddelen bedoeld.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, bestaan de voorste buiksectie F en/of de achterste rugsectie R verder uit een elastisch materiaal 28 voorzien op 1% tot 65%, bij voorkeur 20% tot 60%, meer bij voorkeur op 40 tot 55%, meest bij voorkeur op minstens 50% van de oppervlakte van bovengenoemde voorste buiksectie F en/of achterste rugsectie R (Fig. 4). In een verder aangewezen uitvoeringsvorm, wordt bovengenoemd elastisch materiaal 28 geplaatst tussen het gebied bestaande uit het eerste elastificatiemiddel 6 dat proximaal is aan de transversale rand 17, 18 van de voorste buiksectie F en/of van de achterste rugsectie R en het gebied 20 of 21 over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen. In een aangewezen bovengenoemde uitvoeringsvorm breidt het elastisch materiaal zich uit in de longitudinale richting over minstens 140 tot 160 mm, bij voorkeur 145 tot 150 mm, meer bij voorkeur over ongeveer 148 mm van de voorste buiksectie F en/of de achterste rugsectie R. Men moet begrijpen dat alle eigenschappen met betrekking tot Fig. 1 tot 3 ook van toepassing zijn voor de tweede uitvoeringsvorm van het absorberende artikel in Fig. 4 tot 6.
Het gebied 20 van de buiksectie F of 21 van de rugsectie R over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen 19 heeft een randcontour 10 of 11 die zich naar een transversale centrum as 12 van de kruissectie C uitbreidt. Deze randcontour 10, 11 is gebogen zoals aangetoond in Fig. 1 en 2 en daarom geschikt voor het afbakenen van beenopeningen 19. Gebied 20 of 21 aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen realiseert een vrij groot overlappend gebied tussen de kruissectie C en de buiksectie F of rugsectie R, die essentieel is gezien een scheur-bestendige aansluiting tussen de kruissectie C en de buiksectie F of rugsectie R.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, overlapt de kruissectie C minstens 12%, bij voorkeur minstens 15%, meer bij voorkeur minstens 20%, meest bij voorkeur minstens 25% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en minstens 20%, bij voorkeur minstens 25%, meer bij voorkeur minstens 30%, meest bij voorkeur minstens 35% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R in een uitgestrekte staat van het absorberende artikel. Men moet begrijpen dat door uitgestrekte staat, de verwijzing wordt gemaakt naar het absorberende artikel wanneer afgevlakt op een oppervlakte zoals die in Fig. 1 en 2 wordt voorgesteld.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, overlapt de kruissectie C hoogstens 50%, bij voorkeur hoogstens 40%, meer bij voorkeur hoogstens 35%, meest bij voorkeur hoogstens 30% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en hoogstens 50%, bij voorkeur bij hoogstens 45%, meer bij voorkeur ten hoogste 40%, meest bij voorkeur ten hoogste 30% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R in een uitgestrekte staat van het absorberende artikel.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, overlapt absorberend lichaam 4 minstens 5%, bij voorkeur minstens 8%, meer bij voorkeur minstens 10% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en/of minstens 10%, bij voorkeur minstens 12%, meer bij voorkeur minstens 15% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R. Absorberend lichaam 4 overlapt hoogstens 20% van de oppervlakte van de voorste buiksectie F en/of hoogstens 20% van de oppervlakte van de achterste rugsectie R.
Gebieden 20, 21 van de buiksectie F of de rugsectie R over de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen 19 is ook elastisch gemaakt. Tweede elastificatiemiddelen 22 en 23 worden daarin voorzien. De tweede elastificatiemiddelen 22, 23 breiden in elk geval uit naar een longitudinale center as 9 van het absorberende artikel en starten van de longitudinale rand 13, 14, 15, 16 tot het bereiken van het gebied van het absorberende artikel waarin de kruissectie C met de voorste buiksectie F of met de achterste rugsectie R overlapt. Zoals in Fig. 1 en 4 geïllustreerd is, breiden tweede elastificatiemiddelen 22, 23 zich uit in een gebogen vorm en waaien uit met stijgende scheiding van elkaar in de achterste rugsectie R en met gelijke scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig in de voorste buiksectie F.
De tweede elastificatiemiddelen 23 van de rugsectie R hebben b.v. een minimumscheiding van 1 tot 10 mm, bij voorkeur van 2 tot 9 mm, meer bij voorkeur van 3 tot 8 mm van elkaar bij longitudinale rand 15, 16 van bovengenoemde sectie en een maximumscheiding van 7 tot 35 mm op de kruissectie C die met de rugsectie' R van het absorberende artikel overlapt. Door scheiding, wordt de scheiding van direct naburige elastificatiemiddelen bedoeld.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is een minimumscheiding tussen tweede elastificatiemiddelen 22 van de voorste buiksectie F 3 tot 20 mm, bij voorkeur 4 tot 15 mm, meer bij voorkeur 5 tot 10 mm, meest bij voorkeur 6 tot 8 mm. Door scheiding, wordt de scheiding van direct naburige elastificatiemiddelen bedoeld.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is de uitwaaieringsgraad FO van tweede elastificatiemiddelen 22, 23 als volgt: FO= (A-B) /B*100%
Waarin, A is de afstand die, in longitudinale richting 9, het tweede elastificatiemiddel 22, 23 dat het meest proximaal aan de transversale rand 17, 18 is, scheidt van het tweede elastificatiemiddel 22, 23 dat het meest proximaal aan de randcontour 10, 11 is d.w.z. niet de scheiding tussen direct naburige elastificatiemiddelen. A, in Fig. 1 en Fig. 4 getoond, is dan de scheiding bij longitudinale rand 13, 14, 15, 16 van de voorste buiksectie of de achterste rugsectie. B is de afstand die, in longitudinale richting 9, het tweede elastificatiemiddel 22, 23 dat het meest proximaal aan transversale rand 17, 18 is, scheidt van de projectie van het tweede elastificatiemiddel 22, 23 dat het meest proximaal aan de randcontour 10, 11 is, waarin de bovengenoemde projectie parallel is met transversale rand 17, 18 d.w.z. niet de scheiding tussen direct naburige elastificatiemiddelen (Fig. 1 en Fig. 4).
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is de uitwaaieringsgraad van het tweede elastificatiemiddel 23 in de achterste rugsectie R groter dan de uitwaaieringsgraad van het tweede elastificatiemiddel 22 in de voorste buiksectie F.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is het oppervlakteaandeel van de kruissectie C met betrekking tot de volledige oppervlakte van het absorberende artikel A van 25 tot 55%. In een aangewezen uitvoeringsvorm, is de scheiding tussen de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R in longitudinale richting 9 van het absorberende artikel van 200 tot 500 mm, bij voorkeur van 220 tot 450 mm, meer bij voorkeur van 250 tot 400 mm, meest bij voorkeur van 280 tot 380 mm.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, is de scheiding tussen de meest proximale tweede elastificatiemiddelen 22, 23 tot het kruisgebied C, en de randcontour 10, 11, die de beenopeningen 19 van de buiksectie F en de rugsectie R over de kruiskant bepalen gekeerd naar de beenopeningen, van 2 tot 40 mm, bij voorkeur van 3 tot 30 mm, meer bij voorkeur van 4 tot 15 mm, meest bij voorkeur van 5 tot 12 mm.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, bestaat de kruissectie C uit een vloeistof-ondoordringbaar onderlaag-materiaal 2, dat, in het bijzonder, door een luchtdoorlatende, maar niet waterdoorlatende folie materiaal gevormd kan zijn, en een bovenlaag-materiaal 3 dat bij voorkeur gebaseerd is op een non-woven materiaal. Het absorberende lichaam 4 wordt geschikt tussen het onderlaag-materiaal en het bovenlaag-materiaal (getoond in Fig. 2, 3). Bij voorkeur, vormen onderlaag-materiaal 2 en/of bovenlaag-materiaal 3 een projectie 30 die zich in de transversale richting 12 voorbij het absorberende lichaam 4 uitbreidt. Projectie 30 kan zich voorbij het absorberende lichaam 4 uitbreiden in transversale richting 12 aan beide kanten van bovengenoemd absorberend lichaam 4, d.w.z. de linkeren de rechter zijde bij elkaar gevoegd bedragen minstens 25%, bij voorkeur 30 tot 45%, meer bij voorkeur 35 tot 45%, met betrekking tot de maximumbreedte van de kruissectie (d.w.z. met betrekking tot de maximumuitbreiding van de kruissectie in de transversale richting).
Met "bovenlaag" wordt verwezen naar een vloeistof doorlatend materiaal weefsel dat in gebruik in direct contact wordt geplaatst met de huid van de drager. De boevenlaag kan uit een non-woven materiaal bestaan, b.v. spingebonden, smeltspin, water verstrikte, nat gelegde enz. vezels, zoals polyester, polyethyleen, polypropyleen, viscose, kunstzijde enz. of natuurlijke vezels, zoals houtpulp of katoenen vezels, of van een mengsel van natuurlijke en kunstmatige vezels. Het bovenlaag-materiaal kan verder uit twee vezels worden samengesteld, die aan elkaar kunnen worden gebonden in een verbindingspatroon, zoals b.v. in EP 1 035 818 onthult. De verdere voorbeelden van bovenlaag-materialen zijn poreus schuim, van opening voorziene plastic films, laminaten van non-woven materialen en van openingen voorziene plastic films enz. De materialen die gepast zouden zijn als bovenlaag-materialen zouden zacht en niet-irriterend aan de huid moeten zijn en gemakkelijk doordringbaar voor lichaamsvloeistoffen, b.v. urine of menstruele vloeistof.
Met "onderlaag" wordt verwezen naar een materiaal dat de buitendekking van het absorberende artikel vormt. De onderlaag kan het zelfde of verschillend in verschillende delen van het absorberende artikel zijn. Op zijn minst bestaat in het gebied van het absorberende middel de onderlaag uit een vloeistof ondoordringbaar materiaal in de vorm van een dunne plastic film, b.v. een polyethyleen of polypropyleenfilm, een non-woven materiaal bedekt met een vloeistof ondoordringbaar materiaal, een hydrofoob non-woven materiaal, dat zich tegen vloeistof penetratie verzet, of een laminaat van een plastic film en een non-woven materiaal. Het onderlaag-materiaal kan lucht doorlatend zijn om damp toe te staan om van het absorberende materiaal te ontsnappen, terwijl nog steeds te verhinderen van vloeistoffen daar door te gaan. Voorbeelden van lucht doorlatende onderlaag-materialen zijn poreuze polymere films, non-woven laminaten van spingebonden en smeltspin lagen en laminaten van poreuze polymere films en non-woven materialen.
Het "absorberende lichaam" is de absorberende structuur die tussen de bovenlaag en de onderlaag van het absorberende artikel is geschikt in minstens het kruisgebied daarvan. Het absorberende materiaal kan van om het even welke conventionele soort zijn. Voorbeelden van algemeen voorkomende absorberende materialen zijn cellulose fluff pulp, weefsellagen, hoog absorberende polymeren (zogenaamde superabsorbents), absorberende schuimmaterialen, absorberende non-woven materialen of dergelijke. Het is alledaags om cellulose fluff pulp met super absorberende polymeren in een absorberend materiaal te combineren. Super absorberende polymeren zijn water-opzwelbare, niet in water oplosbare organische of anorganische materialen geschikt om op zijn minst ongeveer keren hun eigen gewicht van een waterige oplossing te absorberen die 0.9 gewichtspercent van natriumchloride bevat. De organische materialen geschikt voor gebruik als super absorberende materialen kunnen natuurlijke materialen zoals polysachariden, polypeptiden en dergelijke, evenals synthetische materialen zoals synthetische hydrogelpolymeren omvatten. Dergelijke hydrogelpolymeren omvatten, bijvoorbeeld, alkalimetaal zouten van polyacryl zuren, polyacrylamiden, polyvinyl alcoholen, polyacrylaten, polyvinyl pyridines, en dergelijke. Other suitable polymers include hydrolyzed acrylonitrile grafted starch, acrylic acid grafted starch, and isobutylene maleic anhydride copolymers and mixtures thereof. De hydrodrogel polymeren zijn bij voorkeur licht kruisgebonden teneinde het materiaal wezenlijk water onoplosbaar te maken. Voorkeur super absorberende materialen zijn verder oppervlakte kruisgebonden zodat de buitenste oppervlakte of het omhulsel van het super absorberende partikel, vezel, vlok of sfeer enz. een hogere verstijfde densiteit heeft dan de binnenste portie van de superabsorbent. De super absorberende materialen kunnen in om het even welke vorm zijn die geschikt is voor gebruik in absorberende samenstellingen met inbegrip van deeltjes, vezels, vlokken, sferen, en dergelijke.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, wordt het absorberend lichaam 4 minstens gedeeltelijk bedekt door een high loft materiaal 5, d.w.z. lage dichtheid, dik of omvangrijke stof zoals high loft non-woven. Dit is voordelig aangezien het toestaat superieure droogte te bereiken door de belangrijkste sleutel prestaties van de high loft: snelle verwerving van de vloeistof, het wijd uitspreiden van de vloeistof en verbeterde bufferfunctie. Voorts werkt het high loft materiaal als een barrière tussen de natte massa en de huid van de gebruiker.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, wordt de onderlaag van de achterste rugsectie van het absorberende artikel voorzien van minstens één losbaar bevestigingsmiddel 31 (Fig. 3 en Fig. 6). De bovengenoemde losbare bevestigen wordt gebruikt voor het vastmaken van het absorberende artikel rond de taille van een drager door de rugsectie R aan de voorste sectie F van het absorberende artikel vast te maken. De bevestigingsmiddelen kunnen in de vorm van mechanische bevestigers van het haak en lus type, of plakband bevestigers zijn. In een aangewezen uitvoeringsvorm, wordt het absorberende artikel voorzien van minstens één landingszone die in de voorste sectie wordt voorzien. De bovengenoemde landingszone wijst op de positie waarin elk bevestigingsmiddel zou moeten vastgemaakt worden aan de voorste sectie van het absorberende artikel. Dit verzekert een optimale en symmetrische hechting van de bevestigingsmiddelen aan de voorste sectie van het artikel.
In eén aangewezen uitvoeringsvorm, wordt de kruissectie voorzien van minstens één opstaande manchet 27 over elke kant van het absorberend lichaam 4, die zich in de longitudinale richting 9 uitbreidt. Bovengenoemde opstaande manchetten 27 worden bij voorkeur gevormd van een hydrofoob, bij voorkeur vloeistof-ondoordringbaar non-woven materiaal, dat zich bij voorkeur in transversale richting 12 tot de laterale longitudinale randen van de kruissectie C uitbreidt. De opstaande manchetten 27 worden op hun einden, die proximaal aan de centrale longitudinale as 9 zijn, voorzien van verdere elastificatiemiddelen 7 (Fig. 3). Bovengenoemde elastificatiemiddelen 7 tillen de opstaande manchetten 27 op tegen het huidoppervlak van de gebruiker tijdens het gebruik van het absorberende artikel. Opstaande manchetten 27 worden bevestigd via fixaties 26 aan de bovenlaag 3. Bij voorkeur, overlapt de kruissectie een gebied van de voorste buiksectie en een gebied van de achterste rugsectie bij een uitgestrekte staat van het absorberende artikel.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, breiden de elastificatiemiddelen 8 van de kruissectie C zich uit buiten en bij een bepaalde scheiding van absorberend lichaam 4 langs de been opening 19. Deze configuratie is voordelig aangezien het voorkomt dat het absorberende lichaam om het even welke extra verlenging of torsie krachten zou ondervinden die zijn absorptie eigenschappen zouden kunnen schaden daardoor tot een vloeistofdichte beenbeëindiging leiden die grotendeels onafhankelijk van het absorberende lichaam is.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, eindigen de elastificatiemiddelen 8 van de kruissectie C in de longitudinale richting 9 in de voorste buiksectie F en in de achterste rugsectie R. Bij voorkeur, bestaat de kruissectie C uit beenelasuficatie middelen 8 die zich uitstrekken buiten het absorberend lichaam 4 langs de been opening 19 en eindigen in de longitudinale richting 9 in een gebied van overlapping tussen bovengenoemde kruissectie C en de voorste buiksectie F en in een gebied van overlapping tussen bovengenoemde kruissectie C en in de achterste rugsectie R. In een verdere aangewezen uitvoeringsvorm, eindigen beenelastificatie middelen 89 in gebied 20, 21 van de voorste buiksectie F en de achterste rugsectie R waarin de tweede elastificatie 22, 23 worden verstrekt.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, worden de draadvormige of bandvormige elastificatiemiddelen, zoals rubber of polyetherpolyurethaan of polyesterpolyurethaan draden, bij voorkeur elastische draden zoals Lycra (R) of Spandex (R), gebruikt als beenelastificatiemiddelen. De beenelastificatiemiddelen hebben bij voorkeur een dikte van 300 tot 1500 dtex, in het bijzonder, 500 tot 1200 dtex, bovendien, in het bijzonder 500 tot 900 dtex.
Het is bijzonder voordelig voor de beenelastificatiemiddelen 8 om te eindigen in de longitudinale richting 9 in gebied 20, 21 van de voorste buiksectie FR waarin tweede elastificatiemiddelen 22, 23 worden verstrekt. De herstellende kracht van bovengenoemde beenelastificatiemiddelen 8 zal aan de herstellende kracht van tweede elastificatiemiddelen 22, 23 toevoegen. De bovengenoemde herstel krachten zullen verschillende richtingen hebben wat de pasvorm van het absorberende artikel aan het lichaam van de drager verbetert. Bovendien verhinderen bovengenoemde herstel krachten bovenmatige druk en/of snijden van de huid van de drager die voorkomen wanneer enkel herstel krachten van de tweede elastificatiemiddelen aanwezig zijn in het gebied 20 aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen.
Om de herstellende krachten te bepalen, kunnen de te meten gebieden vem het absorberende artikel direct en quasi niet-destructief vastgeklemd worden tussen twee vastklem kaken van bepaalde identieke vastklem kaakbreedte, en de herstellende krachten kunnen worden bepaald onder bepaalde verlenging, die de staat van draagvorm simuleert, van de te meten gebieden, in het bijzonder, 30% of 50% of 80% van de aanvankelijke lengte (van de vastklem kaakscheiding tijdens het bevestigen van het gebied dat in de niet-uitgerekte staat moet worden gemeten). De vastklem kaken zouden zo veel mogelijk moeten bevestigen, echter, minstens twee aangrenzende elastificatiemiddelen van het te meten gebied, en wezenlijk loodrecht aan de uitbreiding van de elastificatiemiddelen worden georiënteerd, dusdanig dat de klemmen wezenlijk in de richting van de verlenging van de elastificatiemiddelen worden uitgebreid.
In een aangewezen uitvoeringsvorm, wordt het vloeistof-ondoordringbaar onderlaag-materiaal 2 van de kruissectie C voorzien van een versterkende deklaag over minstens het gebied van overlapping van de kruissectie C met de voorste buiksectie F en/of met de achterste rugsectie R. De versterkende deklaag eindigt in de longitudinale richting 9 in de kruissectie C. In een aangewezen uitvoeringsvorm, breidt de versterkende deklaag zich in longitudinale richting 9 van het overlappingsgebied uit van de buiksectie F met de kruissectie C tot de kruissectie C. Op dezelfde manier breidt de versterkende deklaag zich in longitudinale richting 9 van het overlappingsgebied uit van de rugsectie R met de kruissectie C tot de kruissectie C. Dit is voordelig aangezien het de verbinding van de kruissectie C aan de buiksectie F of de rugsectie R versterkt. In een aangewezen uitvoeringsvorm, bestaat de versterkende deklaag uit een non-woven materiaal, in het bijzonder, van een spingebonden non-woven materiaal van polypropyleen.
Hoewel de onderhavige uitvinding met betrekking tot aangewezen uitvoeringsvormen daarvan is beschreven, kunnen vele wijzigingen en afwisselingen door een persoon die gewone vaardigheid in de kunst heeft worden gemaakt zonder te vertrekken van het werkingsgebied van deze uitvinding dat door de toegevoegde conclusies wordt bepaald.
Claims (14)
1. Een wegwerpbaar absorberend artikel (A), geschikt om over de lagere torso van een drager te worden gedragen, omvattende een voorste buiksectie (F) en een achterste rugsectie (R), elk van bovengenoemde secties voorz en van longitudinalke randen (13, 14, 15, 16) en een transversale rand (17, 18); bovengenoemd artikel (A) verder omvattende een kruissectie (C) die zich tussen de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) uitstrekt en die permanent vastgehecht is aan de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R), waarbij bovengenoemde kruissectie (C) bestaat üt een absorberend lichaam (4) en zich uitstrekt in de richting van een longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A); waarbij de kruissectie (C), de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) beenopeningen (19) van het absorberende artikel (A) bepalen en de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) een randcontour (10, 11) hebben die zich uitstrekt startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar een transversale centrum as (12) van de kruissectie (C); waarin de bovengenoemde voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) eerste elastificatiemiddelen (6, 28) omvatten, en, in een gebied (20, 21) van de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen (19), tweede elastificatiemiddelen (22, 23) voorzien zijn, waarbij bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen (22, 23) zich uitstrekken startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar de longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A) in een gebogen vorm en uitwaaieren met stijgende scheiding van elkaar in de achterste rugsectie (R) en met gelijke scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig in de voorste buiksectie (F).
2. Absorberend artikel volgens conclusie 1, waarin de kruissectie (C) been-elastificatiemiddelen (8) omvatten die zich buiten het absorberend lichaam (4) uitstrekken langs de beenopening (19) en eindigen in de longitudinale richting (9) in een gebied van overlapping tussen bovengenoemde kruissectie (C) en de voorste buiksectie (F) en in een gebied van overlcpping tussen bovengenoemde kruissectie (C) en in de achterste rugsectie (F),
3. Het absorberende artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de been-elastificatiemiddelen (8) eindigen in de longitudinale richting (9) in het gebied (20, 21) van de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) waarin tweede elastificatiemiddelen (22, 23) zijn voorzien.
4. Het absorberende artikel (A) volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de eerste elastificatiemiddelen (6) zich uitstrekken, met een scheiding van elkaar en aan elkaar evenwijdig en parallel aan de transversale rand (17, 18) daardoor uitgebreid de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) elastisch makende.
5. Het absorberende artikel (A) volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de voorste buiksectie (F) en/of de achterste rugsectie (R) verder elastisch materiaal (28) omvatten, voorzien op 1% tot 65% van de oppervlakte van bovengepoemde voorste buiksectie (F) en/of de achterste rugsectie (R).
6. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de uitwaaieringsgraad van de tweede elastificatiemiddelen (23) in de achterste rugsectie (R) groter is dan de uitwaaieringsgraad van de tweede elastificatiemiddelen (22) in de voorste buiksectie (R).
7. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de scheiding tussen de tweede elastificatiemiddelen (22) van de voorste buiksectie (F) 3 tot 20 mm, bij voorkeur 4 tot 15 mm, meer bij voorkeur 5 tot 10 mm, meest bij voorkeur 6 tot 8 mm is.
8. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de kruissectie (C) een vloeistof- ondoordringbaar achterlaag-materiaal (2) en uit een bovenlaag-materiaal (3) omvat waartussen het absorberende lichaam (4) wordt geschikt, en waarin het achterlaag-materiaal (2) en/of het bovenlaag-materiaal (3) een uitsteeksel (30) vormen dat zich uitstrekt voorbij het absorberend lichaam (4) in de transversale richting (12) en aan beide kanten van bovengenoemd absorberend lichaam (4).
9. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin het absorberend lichaam (4) minstens gedeeltelijk door een high-loft materiaal (5) is bedekt.
10. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin het oppervlakteaandeel van de kruissectie (C) met betrekking tot de volledige oppervlakte van het absorberende artikel (A) van 25 tot 55% bedraagt.
11. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin de kruissectie (C) minstens 12% van de oppervlakte van de voorste buiksectie (F) en minstens 20% van de oppervlakte van de achterste rugsectie (R) overlapt bij een uitgestrekte toestand van het absorberende artikel.
12. Absorberend artikel volgens om het even van een of meer van de voorafgaande conclusies, waarin het absorberend lichaam (4) minstens 5% van de oppervlakte van de voorste buiksectie (F) en/of minstens 10% van de oppervlakte van de achterste rugsectie (R) overlapt.
13. Een wegwerpbaar absorberend artikel (A), geschikt om rond de lagere torso van een drager te worden gedragen, omvattende een voorste buiksectie (F) en een achterste rugsectie (R), elk van bovengenoemde secties voorzien van longitudinale randen (13, 14, 15, 16) en een transversale rand (17, 18); het bovengenoemde artikel (A) verder omvattende een kruissectie (C) die zich tussen de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) uitstrekt en permanent vastgehecht is aan de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R), waarbij bovengenoemde kruissectie (C) een absorberend lichaam (4) omvat en zich uitstrekt in de richting van een longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A) uit; waarbij de kruissectie (C), de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) beenopeningen (19) bepalen van het absorberende artikel (A) en waarbij de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) een randcontour (10, 11) hebben die zich uitstrekt startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar een transversale centrum as (12) van de kruissectie (c); waarin de bovengenoemde voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) eerste elastificatiemiddelen omvatten (6, 28), en, in een gebied (20, 21) van de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen (19), voorzien zijn van tweede elastificatiemiddelen (22, 23), bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen (22, 23) zich uitstrekkende startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar de longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A) in een gebogen vorm, waarin de voorste buiksectie (F) en/of de achterste rugsectie (R) verder een geëlastificeerd materiaal (28) omvatten, voorzien op minstens 1% tot 65% van de oppervlakte van bovengenoemde voorste buiksectie (F) en/of de achterste rugsectie (R).
14. Een wegwerpbaar absorberend artikel (A), geschikt om rond de lagere torso van een drager te worden gedragen, omvattende een voorste buiksectie (F) en een achterste rugsectie (R), elk van bovengenoemde secties voorzien van longitudinale randen (13, 14, 15, 16) en een transversale rand (17, 18); het bovengenoemde artikel (A) verder omvattende een kruissectie (C) die zich tussen de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) uitstrekt en permanent vastgehecht is aan de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R), waarbij bovengenoemde kruissectie (C) een absorberend lichaam (4) omvat en zich uitstrekt in de richting van een longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A) uit; waarbij de kruissectie (C), de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) beenopeningen (19) bepalen van het absorberende artikel (A) en waarbij de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) een randcontour (10, 11) hebben die zich uitstrekt startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar een transversale centrum as (12) van de kruissecte (c); waarin de bovengenoemde voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) eerste elastificatiemiddelen omvatten (6, 28), en, in een gebied (20, 21) van de voorste buiksectie (F) en de achterste rugsectie (R) aan de kruiskant gekeerd naar de beenopeningen (19), voorzien zijn van tweede elastificatiemiddelen (22, 23), bovengenoemde tweede elastificatiemiddelen (22, 23) zich uitstrekkende startende vanaf de longitudinale randen (13, 14, 15, 16) naar de longitudinale centrum as (9) van het absorberende artikel (A) in een gebogen vorm, waarin het oppervlakte-aandeel van de kruissectie (C) met betrekking tot de gehele oppervlakte het absorberende artikel (A) van 25 tot 55 % is, waarbij de kruissectie minstens 12 % van de oppervlakte van de voorste buiksectie (F) en minstens 20% van de oppervlakte van de achterste rugsectie (R) overlapt in een uitgestrekte toestand van het absorberende artikel en waarin het absorberende lichaam (4) minstens 5% van de oppervlakte van de voorste buiksectie (F) en/of minstens 10% van de oppervlakte van de achterste rugsectie (R) overlapt.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2014/0253A BE1021294B1 (nl) | 2014-04-11 | 2014-04-11 | Absorberend artikel met elastificatiemiddelen |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2014/0253A BE1021294B1 (nl) | 2014-04-11 | 2014-04-11 | Absorberend artikel met elastificatiemiddelen |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1021294B1 true BE1021294B1 (nl) | 2015-10-23 |
Family
ID=50982731
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2014/0253A BE1021294B1 (nl) | 2014-04-11 | 2014-04-11 | Absorberend artikel met elastificatiemiddelen |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1021294B1 (nl) |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JP2000014700A (ja) * | 1998-07-03 | 2000-01-18 | Oji Paper Co Ltd | パンツ型使いすておむつ |
JP2001258931A (ja) * | 2001-02-06 | 2001-09-25 | Kao Corp | 使い捨てパンツ型おむつ |
JP2003126148A (ja) * | 2001-10-24 | 2003-05-07 | Uni Charm Corp | パンツ型の使い捨て着用物品 |
US20090187157A1 (en) * | 2007-11-21 | 2009-07-23 | Fridmann Hornung | Incontinence article in the form of pants |
EP2799052A1 (en) * | 2013-05-02 | 2014-11-05 | Ontex BVBA | Absorbent article |
-
2014
- 2014-04-11 BE BE2014/0253A patent/BE1021294B1/nl active
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JP2000014700A (ja) * | 1998-07-03 | 2000-01-18 | Oji Paper Co Ltd | パンツ型使いすておむつ |
JP2001258931A (ja) * | 2001-02-06 | 2001-09-25 | Kao Corp | 使い捨てパンツ型おむつ |
JP2003126148A (ja) * | 2001-10-24 | 2003-05-07 | Uni Charm Corp | パンツ型の使い捨て着用物品 |
US20090187157A1 (en) * | 2007-11-21 | 2009-07-23 | Fridmann Hornung | Incontinence article in the form of pants |
EP2799052A1 (en) * | 2013-05-02 | 2014-11-05 | Ontex BVBA | Absorbent article |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JP4647667B2 (ja) | 吸収用品 | |
JP5039040B2 (ja) | 二軸方向伸張可能な内側層を有する使い棄て衣類 | |
CA2561521C (en) | Absorbent article configured for controlled deformation and method of making the same | |
JP4791362B2 (ja) | 使い捨て着用物品 | |
TWI597055B (zh) | Absorbent article | |
JP4494412B2 (ja) | 使い捨てプルオン衣類 | |
RU2478361C2 (ru) | Поглощающее изделие с эластичными боковыми панелями, содержащими средства индикации | |
JP5889541B2 (ja) | 使い捨て吸収性物品 | |
JP4975811B2 (ja) | ベルト付吸収性衣類 | |
JP2008521481A (ja) | 吸収用品 | |
RU2682791C1 (ru) | Трусы-подгузники, имеющие пояс, который обеспечивает мягкость и комфорт для кожи | |
JP2011504124A (ja) | パンツ型の失禁用品 | |
RU2756540C1 (ru) | Впитывающие трусы, содержащие поясную ленту с задним карманом | |
KR20010101296A (ko) | 기저귀에 대한 재고정가능하고 조절가능한 시스템 | |
JPH10192338A (ja) | 使い捨て着用吸収性物品 | |
CN102970952A (zh) | 一次性尿布 | |
BE1026588B1 (nl) | Elastisch gemaakt absorberend artikel | |
BRPI0520376B1 (pt) | um artigo absorvente tipo calça possuindo cós elástico | |
KR102580058B1 (ko) | 일회용 착용 물품 | |
JP2009501055A (ja) | 吸収用品 | |
JP2008525148A (ja) | パンツ型吸収用品 | |
JP5764358B2 (ja) | 吸収性物品 | |
TWI235650B (en) | Open type disposable diaper | |
RU2395265C1 (ru) | Поглощающий предмет одежды с поясом | |
BE1021294B1 (nl) | Absorberend artikel met elastificatiemiddelen |