BE1008409A6 - Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. - Google Patents
Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1008409A6 BE1008409A6 BE9400543A BE9400543A BE1008409A6 BE 1008409 A6 BE1008409 A6 BE 1008409A6 BE 9400543 A BE9400543 A BE 9400543A BE 9400543 A BE9400543 A BE 9400543A BE 1008409 A6 BE1008409 A6 BE 1008409A6
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- measurement
- volume
- flow rate
- indicators
- flow
- Prior art date
Links
- 238000000034 method Methods 0.000 title claims abstract description 27
- 239000012530 fluid Substances 0.000 title abstract description 5
- 230000008569 process Effects 0.000 title abstract description 3
- 238000005259 measurement Methods 0.000 claims abstract description 26
- 239000007788 liquid Substances 0.000 claims description 24
- 230000007423 decrease Effects 0.000 claims description 8
- 230000009471 action Effects 0.000 claims description 5
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 16
- 230000006870 function Effects 0.000 description 11
- 230000009467 reduction Effects 0.000 description 7
- 238000010586 diagram Methods 0.000 description 3
- 230000009182 swimming Effects 0.000 description 3
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 2
- 230000002159 abnormal effect Effects 0.000 description 1
- 230000006978 adaptation Effects 0.000 description 1
- 230000008859 change Effects 0.000 description 1
- 238000005352 clarification Methods 0.000 description 1
- 230000003247 decreasing effect Effects 0.000 description 1
- 230000007547 defect Effects 0.000 description 1
- 238000007689 inspection Methods 0.000 description 1
- 238000009434 installation Methods 0.000 description 1
- 230000035945 sensitivity Effects 0.000 description 1
- 239000008399 tap water Substances 0.000 description 1
- 235000020679 tap water Nutrition 0.000 description 1
- 230000001960 triggered effect Effects 0.000 description 1
- 238000005406 washing Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E03—WATER SUPPLY; SEWERAGE
- E03B—INSTALLATIONS OR METHODS FOR OBTAINING, COLLECTING, OR DISTRIBUTING WATER
- E03B7/00—Water main or service pipe systems
- E03B7/07—Arrangement of devices, e.g. filters, flow controls, measuring devices, siphons or valves, in the pipe systems
- E03B7/071—Arrangement of safety devices in domestic pipe systems, e.g. devices for automatic shut-off
-
- G—PHYSICS
- G01—MEASURING; TESTING
- G01M—TESTING STATIC OR DYNAMIC BALANCE OF MACHINES OR STRUCTURES; TESTING OF STRUCTURES OR APPARATUS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- G01M3/00—Investigating fluid-tightness of structures
- G01M3/02—Investigating fluid-tightness of structures by using fluid or vacuum
- G01M3/26—Investigating fluid-tightness of structures by using fluid or vacuum by measuring rate of loss or gain of fluid, e.g. by pressure-responsive devices, by flow detectors
- G01M3/28—Investigating fluid-tightness of structures by using fluid or vacuum by measuring rate of loss or gain of fluid, e.g. by pressure-responsive devices, by flow detectors for pipes, cables or tubes; for pipe joints or seals; for valves ; for welds
- G01M3/2807—Investigating fluid-tightness of structures by using fluid or vacuum by measuring rate of loss or gain of fluid, e.g. by pressure-responsive devices, by flow detectors for pipes, cables or tubes; for pipe joints or seals; for valves ; for welds for pipes
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Hydrology & Water Resources (AREA)
- Public Health (AREA)
- Water Supply & Treatment (AREA)
- Measuring Volume Flow (AREA)
Abstract
Werkwijze voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen, waarbij een meting in funktie van het vloeistofverbruik wordt uitgevoerd en waarbij in funktie van de resultaten van deze meting een ingreep plaats vindt wanneer een vooropgestelde grens wordt bereikt, daardoor gekenmerkt dat bij de meting rekening wordt gehouden met indikatoren die een onderscheid maken tussen normale verbruikerssituaties en onregelmatigheden in het verbruik, en dat meetwaarden die volgens de indikatoren op normale verbruikssituaties gebaseerd zijn buiten rekening worden gebracht.
Description
Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze, alsmede een inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. In de eerste plaats is de uitvinding bedoeld om een huishoudelijk waterleidingnet te beveiligen, om waterschade die kan optreden in het geval van een lek, het laten open staan van een kraan en dergelijke uit te sluiten, of minstens te beperken. In het algemeen echter kan de uitvinding in elk soort leidingnet worden aangewend, zowel voor water als voor andere vloeistoffen, alsook in andere toepassingen dan voor huishoudelijk gebruik, bijvoorbeeld in industriële installaties. Meer speciaal heeft zij betrekking op een werkwijze en een inrichting voor het beveiligen van een vloeistofnet, van het type waarbij een meting in funktie van het vloeistofverbruik wordt uitgevoerd en waarbij in funktie van de resultaten van deze meting een ingreep plaats vindt wanneer een vooropgestelde grens wordt bereikt, hetzij door het afsluiten van de vloeistoftoevoer aan het vloeistofnet, hetzij door het geven van een alarmsignaal, hetzij op enige andere wijze. Inrichtingen van het voornoemde type zijn reeds in verschillende vormen bekend. De werking van de bekende inrichtingen is gebaseerd op globale metingen met betrekking tot het vloeistofverbruik, waarbij gedurende iedere ononderbroken periode van vloeistofafname ofwel het totale verbruik gemeten wordt ofwel de duurtijd van deze periode doorlopend gemeten wordt en vervolgens bij het over-schrijden van een vooropgestelde grens er wordt ingegrepen door de vloeistoftoevoer af te sluiten. Hierdoor kennen de bekende inrichtingen verschillende nadelen. Een eerste nadeel bestaat erin dat de vloeistoftoevoer onnodig zal worden afgesloten in het geval dat gedurende langere tijd aaneensluitend vloeistof wordt afgenomen door verschillende verbruikseenheden, zoals bad, WC, wasmachine, enzovoort. Om dit eerste nadeel te beperken, zal de grenswaarde relatief hoog gelegd worden. Dit resulteert echter in een tweede nadeel, namelijk dat in het geval van een leidingbreuk of dergelijke toch nog relatief veel vloeistof kan ontsnappen vooraleer wordt ingegrepen en de schade die dan kan ontstaan nog groot kan zijn. Nog een nadeel van de bekende inrichtingen bestaat erin dat zij weinig flexibel zijn, waarmee bedoeld wordt dat zij buiten de basisfunkties geen andere regelmogelijkheden toelaten. De huidige uitvinding beoogt dan ook een oplossing te bieden aan één of meer van de voornoemde nadelen. Hiertoe heeft de uitvinding in de eerste plaats een werkwijze als voorwerp, voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen, waarbij een meting in funktie van het vloeistofverbruik wordt uitgevoerd en waarbij in funktie van de resultaten van deze meting een ingreep plaats vindt wanneer een vooropgestelde grens wordt bereikt, daardoor gekenmerkt dat bij de meting rekening wordt gehouden met indikatoren die een onderscheid maken tussen normale verbruikssituaties en onregelmatigheden in het verbruik, en dat meetwaarden die volgens de indikatoren op normale verbruikssituaties gebaseerd zijn buiten rekening worden gebracht. Het is duidelijk dat hierdoor de voornoemde nadelen worden uitgesloten. Bij voorkeur wordt een volumemeting van het verbruik uitgevoerd, waarbij telkens de verbruikte volumes waarvan blijkt dat zij het gevolg zijn van een regelmatige afname, van de meetwaarde wordt afgetrokken. Voor de indikatoren wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van zich voordoende debietwijzigingen die gemeten worden. De uitvinding heeft eveneens betrekking op inrichtingen om de voornoemde werkwijze te realiseren, zoals hierna nog beschreven. Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een inrichting volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 de werkwijze van de uitvinding in een diagram weergeeft; figuur 3 schematisch een variante van de inrichting volgens de uitvinding weergeeft. Zoals weergegeven in figuur 1 heeft de uitvinding betrekking op een inrichting 1 voor het beveiligen van een leidingnet 2 voor vloeistoffen. Bij wijze van voorbeeld is in figuur 1 een leidingnet 2 weergegeven voor de verdeling van leidingwater voor huishoudelijk gebruik, waarbij dit leidingnet 2 via een klassieke aansluiting, gevormd door een hoofdkraan 3 en een waterteller 4, aan het openbaar verdeelnet 5 is aangesloten. Het leidingnet 2 voorziet in de toelevering van water aan verschillende verbruikseenheden, die schematisch door middel van blokken 6, 7 en 8 zijn weergegeven en die in werkelijkheid bijvoorbeeld bestaan uit een bad, een WC-spoeling, en een aftapkraan of dergelijke. Het bijzondere van de uitvinding bestaat erin dat gebruik wordt gemaakt van een inrichting 1 die voorziet in de in de inleiding genoemde en hierna aan de hand van figuren 2 en 3 uiteengezette werkwijze. De inrichting 1 zelf kan van verschillende aard zijn, doch bestaat bij voorkeur in de kombinatie van een meter 9 die aan de ingang van het leidingnet 2 is geplaatst en de hoeveelheid voorbij stromende vloeistof detekteert; een elektronische stuureenheid 10 die een rekeneenheid bevat en die de signalen 11 afkomstig van de meter 9 verwerkt en een stuursignaal 12 aflevert; en middelen die door het stuursignaal 12 worden aangestuurd welke een ingreep kunnen uitvoeren, die in figuur 1 bestaan uit een stuurbaar ventiel 13 waarmee de toevoer van vloeistof aan het leidingnet 2 kan worden onderbroken. De inrichting 1 voert aldus, zoals genoemd in de inleiding, een meting in funktie van het vloeistofverbruik uit, waarbij in funktie van de resultaten van deze meting een ingreep plaats vindt wanneer een vooropgestelde grens wordt bereikt, met als bijzonder kenmerk dat bij de meting rekening wordt gehouden met indikatoren die op een onderscheid wijzen tussen normale verbruikssituaties en onregelmatigheden in het verbruik, waarbij de meetwaarden die volgens de voornoemde indikatoren op normale verbruikssituaties berusten buiten rekening worden gebracht, met andere woorden deze meetwaarden buiten beschouwing komen bij het nazicht of de vooropgestelde grenswaarde reeds bereikt is. Bij voorkeur wordt voorzien in een volumemeting van het verbruik, waarbij de gemeten verbruikte volumes die, rekening houdend met de voornoemde indikatoren, op normale verbruikssituaties gebaseerd zijn, buiten rekening worden gebracht. Als grenswaarde is dan ook een welbepaalde volumewaarde vooropgesteld. Verder worden bij voorkeur de zich voordoende debietwijzigingen als indikatoren aangewend. Meer speciaal zullen alle debietverminderingen waargenomen worden en zal het doorgestroomd volume dat veroorzaakt is door de hogere debieten die de betreffende debietsverminderingen direkt voorafgingen van het totale volume worden afgetrokken. Ten einde dit toe te lichten, wordt verwezen naar figuur 2 die een diagram weergeeft waarin een theoretische situatie is afgebeeld. In het diagram is het debiet Q uitgezet in de ordinaat, terwijl de abscis het verloop van de tijd t weergeeft. Het oppervlak onder de kurve 14 geeft dus het verbruikt vloeistofvolume vanaf ogenblik to weer. De voornoemde volumemeting gebeurt bij voorkeur stapsgewijs door middel van het tellen van volume-eenheden van vooropgestelde grootte. In de praktijk geeft de meter 9 telkens een signaal 11 door aan de stuureenheid 10 wanneer zulke volume-eenheid is voorbijgestroomd. In figuur 2 zijn enkele van deze volume-eenheden afgebeeld als oppervlakken A, welke uiteraard onderling even groot zijn. De debietwijzigingen worden bij voorkeur stapsgewijs opgevolgd, waarmee bedoeld wordt dat een wijziging pas in rekening wordt gebracht wanneer vooropgestelde waarden QO, <EMI ID=1.1> zijn bij voorkeur bepaald door intervallen QA, QB en QC van gelijke grootte, met andere woorden in figuur 2 is QO = 0, Q2 = 2 x Ql, Q3 = 3 x Ql, enzovoort. De kurve 14 geeft een verbruikssituatie weer waarbij op het ogenblik t0 een eerste verbruiker 6 wordt ingeschakeld, bijvoorbeeld het openen van een kraan om een bad te laten vollopen; op het ogenblik tl een tweede verbruiker 7 water afneemt, in dit geval doordat het waterreservoir van een WC-spoeling terug volloopt; op het ogenblik t2 de kraan van het bad gedeeltelijk wordt toegedraaid; op het ogenblik t6 de WC-spoeling begint af te sluiten; op het ogenblik t8 de derde gebruiker 8 water afneemt, bijvoorbeeld een aftapkraan die geopend wordt; op het ogenblik t9 deze kraan <EMI ID=2.1> het bad toegedraaid wordt. Wanneer deze kraan dan volledig toe is, namelijk op het ogenblik til, is het debiet Q normalerwijze terug gelijk aan nul. Volgens de uitvinding wordt nu elke debietvermindering waargenomen, bijvoorbeeld per debietsinterval QA, QB, enzovoort, en wordt dan telkens het doorgestroomd volume dat veroorzaakt is door alle hogere debieten die de debietsvermindering voorafgingen van het totale volume afgetrokken, met andere woorden op het ogenblik t3 stemt het totale gemeten volume theoretisch overeen met het oppervlak B-C-D-E-F-G-H en wordt hiervan het deelvolume dat overeenstemt met het oppervlak E-F-G-I afgetrokken. Dit deelvolume vormt het doorgestroomd volume dat veroorzaakt is door de hogere debieten die de debietsvermindering direkt voorafgingen. Op het ogenbik t5 wordt hier verder een deelvolume afgetrokken dat overeenstemt met het oppervlak I-G-J-K. Op het ogenblik t7 wordt het deelvolume afgetrokken dat overeenstemt met het oppervlak K-L-M-N, enzovoort. In figuur 2 is ter verduidelijking ook nog een kurve 15 afgebeeld die de situatie weergeeft van een abnormaal verbruik. Hierbij wordt op het ogenblik tX bijvoorbeeld een kraan geopend waarvan men vervolgens vergeet deze te sluiten, met alle mogelijke schadelijke gevolgen vandien, zoals het overlopen van water in de woning en dergelijke. <EMI ID=3.1> wordt verdergeteld, zonder dat de invloed van het normale verbruik hierbij aanwezig is, en dat na het bereiken van een grenswaarde automatisch wordt ingegrepen, in dit geval het ventiel 13 wordt gesloten. Het is duidelijk dat figuur 2 slechts een theoretische voorstelling is om de uitvinding te verduidelijken. In werkelijkheid wordt in een relatief groot aantal intervallen QA, QB, enzovoort voorzien en worden kleine volume-eenheden gekozen. Bij voorkeur bedragen deze intervallen 150 liter per uur en bestaan de voornoemde volume-eenheden A telkens uit 1 centiliter, met ander woorden de meter 9 geeft bij het passeren van elke hoeveelheid van 1 centiliter een puls aan de stuur- eenheid 10. Bovendien is het duidelijk dat in werkelijkheid de horizontale gedeelten van de kurve 14 meestal niet samen vallen met de waarden Ql, Q2, enzovoort, doch doorgaans ergens tussenin zijn gelegen. Bij de telling van het totale volume kunnen dan afhankelijk van de wijze van tellen fouten optreden die echter te verwaarlozen zijn. De grootste fouten kunnen optreden wanneer de kurve 14 door fluctuaties ten gevolge van drukverschillen in het toevoernet, veroorzaakt aan de toevoerzijde, rond een waarde Ql, Q2, enzovoort blijft schommelen. Om deze fouten uit te sluiten, wordt bij het in rekening brengen van de debietwijzigingen bij het overschrijden van de voornoemde waarden in een hysteresiswerking voorzien, die bij voorkeur alleen plaats vindt bij een debietvermindering. Hiermee wordt bedoeld dat bij de berekening pas een overgang naar een lager debiet wordt in rekening genomen wanneer de kurve 14 gedaald is tot op een bepaalde waarde W onder de betreffende overgang. In de praktijk betekent dit dat de eerste vermindering van het in rekening gebrachte totale volume niet plaatsvindt op het ogenblik t3, doch op het ogenblik t4. Het is duidelijk dat de afwijkingen tussen het getelde volume en het werkelijke volume kleiner kunnen gemaakt worden door het aantal debietintervallen te vergroten. Het is eveneens duidelijk dat de telling van het volume en het aftrekken van de deelvolumes een integraalberekening is die door middel van een elektronische schakeling kan worden uitgevoerd in funktie van de pulsen die door de teller 9 worden geleverd, waarbij al dan niet benaderingstechnieken worden toegepast. Om te verhinderen dat de optredende fouten resulteren in het sluiten van het ventiel 13, vindt een automatische <EMI ID=4.1> Verder kan, zoals hierna beschreven, in verschillende bijkomende funkties en regelmogelijkheden worden voorzien. Het door de stuureenheid 10 getelde volume waarbij het ventiel 13 wordt gesloten, is bij voorkeur instelbaar, bijvoorbeeld tussen 25 en 250 liter. Volgens een belangrijk kenmerk van de uitvinding wordt ook in een lekbeveiliging voorzien. Hiermee wordt bedoeld dat bij kleine debieten, bij voorkeur kleiner dan 50 liter per uur, in een aparte regeling wordt voorzien. Bovendien wordt bij voorkeur een onderscheid gemaakt tussen wat met kan noemen "ongekontroleerde lekken" en "lekken onder kontrole". Volgens de uitvinding wordt dit onderscheid respektievelijk gemaakt op basis van het feit of de lekken plots uit het niets zijn ontstaan, of ontstaan zijn onmiddellijk na het afnemen van een debiet. Ongekontroleerde lekken zijn bijvoorbeeld een lek in een leiding in de muur, een kraan die door overdruk aanvangt te lekken, en dergelijke. Lekken onder kontrole zijn bijvoorbeeld een tuinslang die lekt, het waterreservoirvan een WC waarbij de watertoevoer aan het einde van het vullen nog slechts druppelsgewijs gebeurt, en dergelijke. Bij het in werking treden van de lekbeveiliging wordt geen volumetelling uitgevoerd, doch wordt ingegrepen na het verstrijken van perioden van vooropgestelde duurtijden, waarbij deze duurtijd bij ongekontroleerde lekken bij voorkeur korter is dan deze bij lekken onder kontrole. Deze tijden bedragen bijvoorbeeld respektievelijk 15 en 30 minuten. Bij het waarnemen van een ongekontroleerde lek wordt bij voorkeur een zekerheid ingebouwd dat het lek konstant bestaat en dit bijvoorbeeld niet het gevolg is van het éénmalig druppelen van een kraan. Dit kan gebeuren door de voornoemde 15 minuten in perioden op te delen, bijvoorbeeld vijf perioden van drie minuten, waarin telkens een kontrole wordt uitgevoerd en pas te reageren wanneer vijf maal achter elkaar een lek werd vastgesteld boven de ingestelde grenswaarde. Bij een "lek onder kontrole" wordt de meting bij voorkeur pas gestart op een bepaalde tijd, bijvoorbeeld 15 minuten, na het beëindigen van de volume-afname. De stuureenheid 10 kan worden voorzien van instelmiddelen waarmee verschillende lekniveaus kunnen worden ingesteld, bijvoorbeeld "High", "Medium" en "Low", waardoor een aanpassing aan de noden van de gebruiker mogelijk is. Hierdoor is het mogelijk, in het geval men een gekend lek heeft, bijvoorbeeld een WC-spoeling die permanent blijft druppen, de gevoeligheid te verminderen en dus te verhinderen dat het leidingnet 2 uitsluitend als een gevolg van deze lek zou worden afgesloten. Bij voorkeur laat de stuureenheid 10 ook toe dat de verschillende funkties gedurende een welbepaalde periode kunnen worden uitgeschakeld, waarbij deze periode bijvoorbeeld instelbaar is van 1 tot 99 uren in stappen van 1 uur, waarbij na het verstrijken van deze periode terug in de normale mode wordt overgeschakeld. Dit laat toe dat gedurende deze periode, ongeacht wat gebeurt, steeds water ter beschikking is. Dit kan van belang zijn in het geval dat een tuinman over water moet kunnen beschikken bij afwezigheid van de bewoners van de woning. Dit is ook van belang in het geval dat de inrichting 1 bepaalde defekten vertoont en op de komst van een reparateur moet gewacht worden, en men gedurende deze wachtperiode toch over water zou kunnen beschikken. Tevens laat de stuureenheid 10 bij voorkeur ook toe dat zonder onderbreking een éénmalig groot volume kan worden afgenomen, bijvoorbeeld voor het vullen van een zwembad. Bij voorkeur is het volume hierbij instelbaar tussen 100 en 20.000 liter in stappen van 100 liter. Na het bereiken van het ingestelde volume wordt het ventiel 13 gesloten. Indien de afname echter nul wordt, door het manueel sluiten van de kraan, voor het bereiken van de limietwaarde, wordt terug overgeschakeld naar de normale mode. Hierin kan een extra beveiliging worden ingebouwd dat na een bepaalde tijd, bijvoorbeeld 24 uren, het ventiel 13 gesloten wordt, wanneer het ingestelde volume dan nog niet bereikt is. Om te verwittigen dat het einde van het ingestelde volume bereikt is, bijvoorbeeld dat het zwembad vol is, kan de stuureenheid 10 voorzien zijn van een auditief alarm, zodat bij het horen van dit alarm de toevoer van het water aan het zwembad kan worden afgesloten. Het is duidelijk dat de inrichting 1 nog kan voorzien zijn van een alarm of dergelijke dat verschillende zaken meldt en al dan niet uitschakelbaar is. Dit alarm voorziet bijvoorbeeld in een auditief signaal dat erop wijst dat kort daarna de toevoer van het water wordt afgesloten. Dit signaal wordt bijvoorbeeld gegeven 5 liter voordat het stopvolume is bereikt. De stuureenheid 10 kan eventueel ook voorzien in de mogelijkheid tot een lektest, zodat een installateur het bestaan van lekken kan nagaan en eventueel de grootte ervan kan vaststellen. Hierbij worden alle gemeten volumes opgeteld en weergegeven, bijvoorbeeld in centiliter, op een display 16. Verder kan in een testfunktie worden voorzien om de werking van de inrichting 1 te testen, waarbij een welbepaalde testcyclus doorlopen wordt. In figuur 3 is schematisch een variante weergegeven, met een opstelling die zowel geschikt is voor grote als kleine debieten. Hierbij stelt zich immers het probleem dat meters die gebruikt worden bij grote debieten alleen een goede nauwkeurigheid hebben bij zulke grote debieten. Zij stellen dan ook het probleem dat het meten van lekken uitgesloten is daar zij pas reageren vanaf een te hoog minimumaanloopdebiet, bijvoorbeeld 20 liter per uur. Volgens de opstelling van figuur 4 wordt dit opgelost door een meer gevoelige meter 9A, met een kleiner maximum debiet, in parallel te plaatsen met een meter 9B voor grote debieten, waarbij de meters 9A en 9B overeenstemmende ventielen 13A en 13B aansturen. In rusttoestand en bij afname van kleine debieten, bijvoorbeeld tot 1.000 liter per uur, is het ventiel 13A open en het ventiel 13B gesloten. Bij een grote afname, bijvoorbeeld meer dan 1.000 liter per uur, gemeten aan de meter 9A, gaat het ventiel 13B open en sluit het ventiel 13A. Van zodra de meter 9B een debiet waarneemt dat beneden een bepaalde waarde komt, bijvoorbeeld 200 liter per uur, gaat het ventiel 13A terug open en 13B sluit. Het is duidelijk dat stuureenheid 10 van de nodige displays en bedieningstoetsen is voorzien. Zij wordt bij voorkeur elektrisch gevoed door middel van een netaansluiting 17. Bij voorkeur is de inrichting 1 voorzien van een geheugen dat in het geval van een elektrische onderbreking de laatste gegevens bewaart, waarbij, nadat terug een spanning voorhanden is, verder wordt geteld alsof er geen onderbreking is geweest. De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijke werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen kan in verschillende vormen en afmetingen worden verwezenlijkt.
Claims (14)
1.- Werkwijze voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen, waarbij een meting in funktie van het vloeistofverbruik wordt uitgevoerd en waarbij in funktie van de resultaten van deze meting een ingreep plaats vindt wanneer een vooropgestelde grens wordt bereikt, daardoor gekenmerkt dat bij de meting rekening wordt gehouden met indikatoren die een onderscheid maken tussen normale verbruikssituaties en onregelmatigheden in het verbruik, en dat meetwaarden die volgens de indikatoren op normale verbruikerssituaties gebaseerd zijn buiten rekening worden gebracht.
2.- Werkwijze volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat zij voorziet in een volumemeting van het verbruik, waarbij de gemeten verbruikte volumes die, rekening houdend met de voornoemde indikatoren, op normale verbruikssituaties gebaseerd zijn, buiten rekening worden gebracht, en dat als grens een welbepaalde volumewaarde is vooropgesteld.
3.- Werkwijze volgens konklusie 2, daardoor gekenmerkt dat de volumemeting stapsgewijs door middel van volume-eenheden
(A) van vooropgestelde grootte gebeurt.
4.- Werkwijze volgens konklusie 1, 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat als indikatoren de zich voordoende debietwijzigingen worden aangewend.
5.- Werkwijze volgens konklusies 2 of 3 en 4, daardoor gekenmerkt dat de debietverminderingen worden waargenomen en dat het doorgestroomd volume dat veroorzaakt is door alle hogere debieten die de debietsverminderingen vooraf gingen van het totale volume worden afgetrokken.
6.- Werkwijze volgens konklusie 4 of 5, daardoor gekenmerkt dat bij het in rekening brengen van de debietwijzigingen in een hysteresiswerking wordt voorzien.
7.- Werkwijze volgens konklusies 2 of 3 en 4, 5 en 6 daardoor gekenmerkt dat de debietwijzigingen worden afgeleid uit de resultaten van de volumemeting.
8.- Werkwijze volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat een automatische reset plaats vindt telkens wanneer het gemeten debiet "0" wordt.
(9) verwerkt volgens de voornoemde werkwijze; en een elektrisch bedienbaar ventiel (13) waarmee de toevoer van vloeistof aan de ingang van het leidingnet (2) kan worden afgesloten, in funktie van signalen (12) afkomstig van de stuureenheid (10).
9.- Werkwijze volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat een onderscheid wordt gemaakt tussen een lekmeting en een volumemeting, waarbij dit onderscheid gebaseerd is op de meting van debieten, respektievelijk onder en boven een vooropgestelde waarde.
10.- Werkwijze volgens konklusie 9, daardoor gekenmerkt dat een onderscheid wordt gemaakt tussen ongekontroleerde lekken en lekken onder kontrole en dat in het eerste geval vlugger wordt ingegrepen dan in het laatste geval.
11.- Werkwijze volgens konklusie 10, daardoor gekenmerkt dat het onderscheid wordt gemaakt door na te gaan of de lekken plots uit het niets ontstaan of ontstaan na de afname van een debiet, waarbij dit in het eerste geval geïnterpreteerd wordt als een ongekontroleerde lek en in het tweede geval als een lek onder kontrole.
12.- Werkwijze volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat zij een lektest toelaat, waarbij alle volumes minstens gedurende een bepaalde tijd opgeteld worden en afleesbaar worden gemaakt.
13.- Inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen, voor het realiseren van de werkwijze volgens één der konklusies 1 tot 12, daardoor gekenmerkt dat zij hoofdzakelijk bestaat uit minstens één meter (9) die aan de ingang van het leidingnet (2) is geplaatst en de hoeveelheid verbruikte vloeistof detekteert; een elektronische stuureenheid (10) die de signalen afkomstig van de meter
14.- Inrichting volgens konklusie 13, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (1) twee meters (9A-9B) bevat, alsmede respektievelijk hiermee samenwerkende ventielen (13A-13B) die respektievelijk geëigend zijn voor het meten van kleine en grote debieten en waarbij afhankelijk van het debiet de ene of andere meter (9A-9B) in gebruik genomen wordt.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9400543A BE1008409A6 (nl) | 1994-05-31 | 1994-05-31 | Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9400543A BE1008409A6 (nl) | 1994-05-31 | 1994-05-31 | Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1008409A6 true BE1008409A6 (nl) | 1996-05-07 |
Family
ID=3888182
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE9400543A BE1008409A6 (nl) | 1994-05-31 | 1994-05-31 | Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1008409A6 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
IT202200024165A1 (it) * | 2022-11-24 | 2024-05-24 | Climamico Di Paloschi Alberto | Sistema di controllo perdite all’interno di un impianto idraulico |
-
1994
- 1994-05-31 BE BE9400543A patent/BE1008409A6/nl not_active IP Right Cessation
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
IT202200024165A1 (it) * | 2022-11-24 | 2024-05-24 | Climamico Di Paloschi Alberto | Sistema di controllo perdite all’interno di un impianto idraulico |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5294916A (en) | Water treatment controller for an evaporative condenser | |
US20080266125A1 (en) | Method for Actively Monitoring Pipelines | |
US9695577B2 (en) | Method and device for automatic flushing | |
US5086806A (en) | Automatic flow control system and flood protector | |
JP5680543B2 (ja) | 水の流れを検出する方法と装置 | |
JP5460938B2 (ja) | 分配量を感知および制御する浄水システム | |
JPH02248834A (ja) | 流体導管系の漏れモニター方法及び装置 | |
US20060260691A1 (en) | Systems and methods for detecting and preventing fluid leaks | |
WO2001004596A2 (en) | Flood control device | |
EP3244183A1 (en) | Fluid leak and microleak detector and method of detecting leaks and microleaks | |
JP2012510049A5 (nl) | ||
KR102210644B1 (ko) | 지능형 상수관망 자동 드레인 시스템 | |
US20150059074A1 (en) | Overflow warning device dye clip | |
US7549322B2 (en) | System and method for detecting a leak in a piping system | |
DK172784B1 (da) | Fremgangsmåde til detektering af eventuelle utætheder og/eller utilsigtet forbrug af fluid i en rørledning og apparat til brug ved fremgangmåden | |
US10150145B1 (en) | Automatic, volumetric flushing apparatus for reducing contaminants in a plumbing system | |
AU2010258511A1 (en) | Device for detecting a water leak | |
WO2015175393A1 (en) | Toilet water damage protection kit and method | |
WO2006133504A1 (en) | A fluid flow monitor | |
EP0937968A2 (en) | Water management system | |
US9528904B1 (en) | Positive displacement metering system | |
JP3685707B2 (ja) | 水道メータシステム | |
BE1008409A6 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het beveiligen van een leidingnet voor vloeistoffen. | |
KR20180067813A (ko) | 배관용 자동 클리닝 필터 장치 | |
CN109932199B (zh) | 一种用于净水器测试的方法 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE20 | Patent expired |
Owner name: S.A. IXIA N.V. Effective date: 20000531 |