BE1007122A3 - Zaaimat en werkwijze voor het vervaardigen van zulke zaaimat. - Google Patents

Abstract

Zaaimat, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit minstens drie lagen, namelijk een natuurlijke draagstruktuur (2), een laag zaad (3) en een afdeklaag (4), die uit biologisch volledig afbreekbare materialen bestaan en die door vernaalding aan elkaar zijn bevestigd.

Description

Zaaimat en werkwijze voor het vervaardigen van zulke zaaimat.

Deze uitvinding heeft betrekking op een zaaimat, alsook op een werkwijze voor het vervaardigen van deze zaaimat.

Meer speciaal heeft de uitvinding betrekking op een zaaimat die kan worden toegepast in de land- en tuinbouw voor het inzaaien van allerlei gewassen, bijvoorbeeld gras, bloemen, groenten, enzovoort.

Bij de gebruikelijke zaaimethodes worden de zaden rechtstreeks op de grond arngebracht om te ontkiemen, wortel te schieten en te groeien. Doordat deze zaden zich vrij op de grond bevinden zijn zij onderhevig aan allerlei uitwendige en klimatologische invloeden die het ontkiemen van de zaden kunnen verhinderen of het verankeren van de wortels beletten.

Specifiek voor gras kan dit probleem omzeild worden door graszoden aan te wenden, maar deze zijn meestal zwaar en daardoor moeilijk te vervoeren, te behandelen en te plaatsen.

Een oplossing voor de voornoemde problemen bestaat in het gebruik van zaaimatten.

De reeds bestaande zaaimatten, die als alternatief voor de gebruikelijke zaaimethodes worden toegepast, vertonen echter verschillende nadelen. In de samenstelling van deze gekende zaaimatten komen synthetische komponenten voor die niet biologisch afbreekbaar zijn, zoals bindweefsels uit nylon en/of polypropyleen, zodat het milieu belast wordt door de residu's die deze matten na afbraak nalaten. Het gebruik van synthetische matten wordt daarom beperkt door de steeds strenger wordende milieuwetgeving. Bovendien vertonen deze matten een tamelijk open struktuur die de groei van onkruid niet kan verhinderen zodat selektieve onkruidverdelgers dienen te worden aangewend om overwoekering met onkruid te vermijden. Evenmin kunnen deze synthetische matten voorkomen dat de zaden onder invloed van erosie weggespoeld worden wanneer de matten bijvoorbeeld op een helling worden aangebracht.

De huidige uitvinding beoogt een zaaimat waarbij de voornoemde nadelen worden uitgesloten.

Daartoe beoogt deze uitvinding in de eerste plaats een zaaimat die volledig uit biologisch 100 % afbreekbare materialen kan worden verwezenlijkt en zodoende 100 % milieuvriendelijk is.

Verder heeft de uitvinding een zaaimat tot doel die kan toegepast worden als bescherming tegen erosie op moeilijk inzaaibare plaatsen zoals wandelwegen, wegbermen, brugflanken, enzovoort.

Daar landbouwgebieden in de derde wereld ook in stijgende mate gekonfronteerd worden met verlies van vruchtbare landbouwgronden door erosie, namelijk erosie door neerslag en vooral door winderosie, is ook de aanwending van een dergelijke mat in bepaalde gevallen uitermate geschikt.

De mat kan ook aangewend worden voor ce/erver sterking en voor toepassingen onder water. Zo o.a. kan de kolonisatie door waterplanten in grotere vijvers (vijvers op golfterreinen bijvoorbeeld) in de hand gewerkt worden. Ook kunnen oevers met een gepaste o&rervegetatie bekomen worden.

Nog een andere doelstelling van deze zaaimat is het vergemakkelijken van het herinzaaien van bepaalde gewassen, bijvoorbeeld het terug inzaaien van kale plekken in een grasperk.

Hiertoe betreft de uitvinding een zaaimat die uit minstens drie lagen bestaat, namelijk een natuurlijke draagstruktuur, een laag zaad en een af deklaag, die uit biologisch volledig afbreekbare materialen bestaan en die door vernaalding aan elkaar zijn bevestigd.

De zaaimat wordt uitsluitend met natuurlijke materialen vervaardigd die door de voornoemde vernaalding zodanig met elkaar verbonden worden dat een kompakte textuur wordt verkregen.

De dichte textuur van deze zaaimat belet het doorspoelen van de zaden en maakt de zaaimat uitermate geschikt voor toepassingen op hellende oppervlakken.

Een ander voordeel van zulk een zaaimat volgens de uitvinding is dat door haar kompaktheid de groei van onkruid beperkt wordt en aldus het gebruik van selektieve herbiciden wordt vermeden.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn aan de laag zaad waterabsorberende stoffen toegevoegd, bijvoorbeeld turf, om de vochtretentie te optimaliseren.

De draagstruktuur bestaat bij voorkeur uit een juten weefsel, maar kan ook uit een katoenen weefsel of een afbreekbaar "non-woven" vlies bestaan. Voor de afdeklaag wordt bij voorkeur vlas aangewend.

De zaaimat wordt volgens de uitvinding vervaardigd door opeenvolgend het aanbrengen van zaad op een draagstruktuur; het vervaardigen van een afdeklaag die boven op het zaad wordt geplaatst en tenslotte het samenbrengen van deze lagen tot een zaaimat, door het geheel te vernaalden.

Het vernaalden van de verschillende lagen tot een kompakt geheel gebeurt bij voorkeur in een vernaaldingsmachine waar een groot aantal naalden de verschillende lagen in elkaar drukken zodanig dat de lagen aan elkaar worden gehecht en het geheel samengedrukt wordt tot een dunne zaaimat.

Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 in perspektief een zaaimat volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 een doorsnede volgens lijn II-II in figuur 1 weergeeft; figuur 3 schematisch een werkwijze voor het vervaardigen van een zaaimat volgens de uitvinding weergeeft.

Zoals weergegeven in de figuren 1 en 2 bestaat de zaaimat 1 volgens de uitvinding uit minstens drie verschillende lagen, namelijk een natuurlijke draagstruktuur 2 die de onderzijde vormt van de zaaimat 1, een op deze draagstruktuur 2 aangebrachte laag zaad 3 en, bovenaan, een afdeklaag 4.

Bij voorkeur wordt de zaaimat 1 vervaardigd uit natuurlijke vezels die biologisch volledig afbreekbaar zijn zodat na afbraak er geen sporen in het milieu worden nagelaten.

De draagstruktuur 2 bestaat bij voorkeur uit jute, maar kan ook uit katoen of een afbreekbaar "non-woven" vlies vervaardigd worden, of nog worden samengesteld uit een kombinatie van verschillende materialen.

Het zaad 3 kan afkomstig zijn van grassen, bloemen, groenten, graansoorten of dergelijke, en wordt bij voorkeur vermengd met turf. Aan het zaad 3 kunnen eventueel nog andere additieven worden toegevoegd zoals voedingsstoffen, ontsmettingsstoffen of dergelijke, al naargelang de vereisten van het zaad en de bodem waarop de zaaimat wordt aangebracht.

De afdeklaag 4 bestaat bij voorkeur uit een opeenstapeling van verschillende zeer dunne vlieslagen 5 die een isolerende laag vormen, waardoor de onderliggende laag, bestaande uit het zaad 3 met eventuele additieven, afgeschermd wordt tegen uitwendige invloeden. Voor deze vlieslagen 5 kan vlas worden aangewend zodat een dunne vlasmat wordt bekomen.

De afdeklaag 4 is volgens de uitvinding door vernaalding verbonden met de draagstruktuur 2. Deze vernaalding, die niet zichtbaar is in de figuren, bestaat erin dat het geheel samengedrukt en doorprikt is door middel van naalden of stiften, zodanig dat de lagen ter plaatse van de naalden in elkaar gedrukt worden.

Bij voorkeur gebeurt de vernaalding over het totale oppervlak.

De opeenvolgende lagen zijn zodanig boven elkaar geplaatst en met elkaar verbonden dat de vezels een gesloten textuur vormen waardoor geen onkruid kan groeien zodat selektieve onkruidverdelgers overbodig zijn en het doorspoelen van de zaden belet wordt door de kompakte samenstelling waarin deze zich bevinden.

Door de aanwezigheid van turf kan er een grote hoeveelheid vocht worden weerhouden, waardoor in kombinatie met de isolerende werking van de bovenliggende lagen optimale omstandigheden worden gekreëerd voor het ontkiemen van de zaden, De wortels van de ontkiemende zaden kunnen met deze zaaimat 1 snel verankeren in de bodem en zodoende een snelle "groenwording" verzekeren.

Zoals weergegeven in figuur 3 bestaat de werkwijze voor het vervaardigen van de zaaimat 1 uit verschillende opeenvolgende bewerkingen.

In een eerste stap wordt het zaad 3 eventueel met turf en/of andere additieven vermengd 'tot een mengsel 6 dat in een trechter 7 van een strooiinrichting 8 wordt aangebracht. Deze bewerkingen kunnen zowel manueel als machinaal uitgevoerd worden.

Vervolgens wordt het mengsel 6 via de trechter 7 van de strooiinrichting 8 op de draagstruktuur 2 gestrooid. Deze draagstruktuur 2, bijvoorbeeld jute, wordt bij voorkeur kontinu van een rol 9 aangevoerd en onder de trechter 7 voortbewogen.

Deze twee lagen worden vervolgens naar een vlieslegger 10 gebracht waar dunne vlieslagen 5, bij voorkeur uit vlas, boven op het mengsel 6 worden geplaatst. De produktie van de vlieslagen 5 verloopt parallel met de aktiviteit van de strooiinrichting 8 en gebeurt via een toevoermechanisme 11 om vlasvezels of een ander voor dit doel geschikt materiaal naar een kaarde 12 te brengen waar de vezels van elkaar gescheiden worden en evenwijdig naast elkaar gelegd om als een dun vlies naar de vlieslegger 10 te worden gevoerd. In deze vlieslegger 10 worden meerdere van deze vlieslagen 5 boven elkaar op het mengsel 6 gestapeld tot een laag van een bepaalde dikte wordt bekomen. Dit pakket is nog vrij dik en de verschillende lagen liggen los op elkaar.

Vervolgens wordt het pakket naar een vernaaldingsmachine 13 gevoerd waar de verschillende lagen door een groot aantal naalden 14 over de totale oppervlakte van het pakket worden samengedrukt. Deze vernaaldingsmachine 13, ook wel vernadelingsmachine genoemd, bezit een naalddichtheid van 7 tot 14 naalden per vierkante cm die de verschillende lagen doorboren en zodoende de vezels van deze lagen in elkaar drukken tot een kompakte zaaimat 1.

De aldus bekomen zaaimat 1 wordt door zijdelings geplaatste messen 15 of een aangepaste snij-inrichting op de gewenste breedte gesneden en verder naar een oprolmechanisme 16 gebracht dat de zaaimat 1 oprolt. Op deze manier kan de zaaimat 1 gemakkelijk gestockeerd, getransporteerd en op de te behandelen bodem aangebracht worden.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeelden beschreven en in de bijgaande tekst weergegeven uitvoering, doch zulke zaaimat en werkwijze voor het vervaardigen van deze zaaimat kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (18)

1. Zaaimat, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit minstens drie lagen, namelijk een natuurlijke draagstruktuur (2), een laag zaad (3) en een afdeklaag (4), die uit biologisch volledig afbreekbare materialen bestaan en die door vernaalding aan elkaar zijn bevestigd.

2. Zaaimat volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat de afdeklaag (4) bestaat uit verschillende vlieslagen (5).

3. Zaaimat volgens konklusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de draagstruktuur (2) bestaat uit jute.

4. Zaaimat volgens konklusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de draagstruktuur (2) bestaat uit katoen.

5. Zaaimat volgens konklusie 1 of 2. daardoor gekenmerkt dat de draagstruktuur (2) bestaat uit een afbreekbaar "non-woven" materiaal.

6. Zaaimat volgens konklusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de draagstruktuur (2) bestaat uit een afbreekbaar weefsel.

7. Zaaimat volgens één der vorige konklusies, daardoor gekenmerkt dat het zaad (3) gemengd is met turf.

8. Zaaimat volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat het zaad (3) gemengd is met additieven zoals meststoffen en dergelijke.

9. Zaaimat volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de afdeklaag (4) bestaat uit vlas.

10. Zaaimat volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat zij een gesloten textuur bezit.

11. Zaaimat volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de verschillende lagen over hun totale oppervlakte vernaald zijn.

12. Werkwijze voor het vervaardigen van een zaaimat volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat in opeenvolgend het aanbrengen van een laag zaad (3) op een draagstruktuur (2) ; het vervaardigen van een afdeklaag (4) die boven op het zaad (3) wordt gelegd; en tenslotte het samenbrengen van de draagstruktuur (2) , het zaad (3) en de af deklaag (4) tot een zaaimat (1) , door het geheel te vernaalden.

13. Werkwijze volgens konklusie 12, daardoor gekenmerkt dat het zaad (3) gemengd wordt met één of meerdere additieven.

14. Werkwijze volgens konklusie 13, daardoor gekenmerkt dat als additief minstens turf wordt toegevoegd.

15. Werkwijze volgens konklusie 12, 13 of 14, daardoor gekenmerkt dat de afdeklaag (4) wordt samengesteld uit verschillende vlieslagen (5) die bekomen worden met behulp van een kaarde (11) .

16. Werkwijze volgens één der konklusies 11 tot 15, daardoor gekenmerkt dat de afdeklaag (4) op de onderliggende lagen wordt aangebracht door middel van een vlieslegger (10).

17. Werkwijze volgens één der konklusies 11 tot 16, daardoor gekenmerkt dat het zaad (3), al dan niet vermengd met een additief, op de draagstruktuur (2) wordt aangebracht door middel van een strooiinrichting (8).

18. Werkwijze volgens één der konklusies 11 tot 17, daardoor gekenmerkt dat de zaaimat (1) door messen (15) zijdelings wordt afgesneden.