parameter
Uiterlijk
- Andere uitspraakvarianten zijn besproken in Onze Taal.
- pa·ra·me·ter
- Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘onbepaalde of veranderlijke grootheid’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [2]
- afgeleid van het Griekse 'metron' (maat) met het voorvoegsel para- [3] [4]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | parameter | parameters |
verkleinwoord | parametertje | parametertjes |
de parameter m
- willekeurig in te stellen grootheid of variabele
- (informatica) meer in het bijzonder een variabele die aan een (sub)routine wordt overgedragen
- (wikitaal) nog meer in het bijzonder een variabele in een sjabloon
- (wiskunde) (natuurkunde) kenmerkende grootheid in een wiskundige of natuurkundige functie
- Het woord parameter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "parameter" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ “Uitspraakwoordenboek” (2000), Het Spectrum , ISBN 902744482X
- ↑ "parameter" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ etymologiebank.nl
- ↑ onzetaal.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Voorvoegsel para- in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Wikitaal in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %