falla
Uiterlijk
falla
stamtijd | |||
---|---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd | voltooid deelwoord (supinum) | |
3e pers enk. | 1e pers mv. | ||
falla | féll | féllum | fallið |
sterke verbuiging |
volledig |
falla
- fa·lla
enkelvoud | meervoud |
---|---|
falla | fallas |
falla v
- falla in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
vervoeging van |
---|
fallar |
falla
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fallar
- gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fallar
- fal·la
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
supinum |
falla |
föll |
fallit |
volledig |
falla
Categorieën:
- Woorden in het Faeröers
- Woorden in het Faeröers van lengte 5
- Werkwoord in het Faeröers
- Woorden in het IJslands
- Woorden in het IJslands van lengte 5
- Sterk werkwoord in het IJslands
- Werkwoord in het IJslands
- Woorden in het Spaans
- Woorden in het Spaans van lengte 5
- Woorden in het Spaans met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Spaans
- Werkwoordsvorm in het Spaans
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 5
- Woorden in het Zweeds met audioweergave
- Werkwoord in het Zweeds