NL8702827A - Zaklantaarn met verstelbare lamphuis. - Google Patents

Description

* N.0*34.890 1

V

Zaklantaarn met verstelbare lamphuis.

Achtergrond van de uitvinding

Lampen met batterijvoeidng, zoals zaklantaarns en lantaarns, waar-5 van de richting van de lichtstraal kan worden versteld ten opzichte van de as van een huis, zijn bekend. Zo worden bijvoorbeeld zaklantaarns met een buigzame "zwanehals"-arm waardoorheen draden lopen naar een lamp aan het einde daarvan (gelijk aan de gewone zwanhelas-bureaulamp) op algemeen verspreide wijze verkocht. Eveneens zijn er lantaarns welke 10 een draaiend lamphuis bezitten welke met elektrische draden is verbonden met een grote batterij.

Met het Amerikaanse octrooi nr. 1.832.563 (1931) is voorgesteld om een verstelbare zaklantaarn te vervaardigen door twee afgeknotte cilin-droidische huizen met hun einden met elkaar te verbinden waarbij hun 15 afgeknotte einden, die cirkel vormig zijn, elkaar ontmoeten. Twee batterijen worden met hun einden tegen elkaar gedragen in een huis terwijl de lamp wordt aangebracht in het andere huis. Door het lamphuis te draaien om een bevestigingsorgaan waarmede de twee huizen met elkaar zijn verbonden, kan de richting van de straal vanuit de lamp, ten op-20 zichte van de as van het batterijhuis, worden gevarieerd vanaf coaxiaal met de as van het batterijhuis tot een hoek van 90° ten opzichte van de as van het batterijhuis. De huizen bestaan uit metaal, waarbij een tak van het elektrische circuit tussen de batterijen en de lamp gaat door de huizen, welke elkaar met de randen ontmoeten aan de afgeknotte ein-25 den voor het handhaven van een elektrisch contact in alle standen van het lamphuis. De andere tak van het elektrische circuit is samengesteld uit contactorganen die zijn bevestigd aan platen van elektrisch isolerend materiaal welke zijn gemonteerd in de huizen aan de afgeknotte einden daarvan. Zowel mechanische verbinding van de huissamenstellen 30 als elektrische verbindingen van de contactorganen van de laatstgenoemde circuit-tak worden verschaft door een bevestigingsorgaan bij het midden van de isolerende schijven.

De zaklantaarn volgens het Amerikaanse octrooischrift nr.

1.832.563 vereist vele kostbare vervaardig!ngs- en montagestappen, zo-35 als het vormen van de metalen huizen en de isolatieplaten, het monteren van de circuitcontacten en de isolerende schijven, en het krimpen van de schijven in de einden van de huizen. De laatste stap geeft een bijzondere moeilijkheid, voorzover zo glad mogelijke contactoppervlakken, waar de naar binnen gebogen einden van de huizen elkaar ontmoeten, no-40 dig zijn voor het gemakkelijk verstellen van de lamp en het handhaven 8702827 2 van een goed elektrisch contact. Omdat de omtrekken van deze oppervlakken kleiner zijn dan die van de huiswanden, zijn gewenste gladde oppervlakken niet bereikbaar, omdat radiale segmentering langs de naar binnen gebogen randen van wezenlijk belang schijnt ter voorkoming van 5 knikken.

Een technologisch doel van de uitvinding is de vervaardigings- en montageprocedures te vereenvoudigen die nodig zijn voor het vervaardigen van een verstelbare zaklantaarn. Verder is een doel een zaklantaarn te verschaffen met een relatief laag zwaartepunt voor het verkrijgen 10 van een betere stabiliteit als een zaklantaarn op zijn einde wordt geplaatst. Nog een ander doel is te zorgen voor een gemakkelijke en gelijkmatig draaiende verstelling van het lamphuis en het handhaven van een goed elektrisch contact tussen contactorganen die ten opzichte van elkaar bewegen.

15

Samenvatting van de uitvinding

Een verstelbare zaklantaarn volgens de onderhavige uitvinding bevat verscheidene aspecten die op zichzelf bekend zijn, met inbegrip van een uit een batterijhuis bestaand onderdeel en een afzonderlijk een 20 lamphuis vormend onderdeel, een lamp bevestigd in het lamphuisonderdeel, tenminste twee batterijen die zijn ondergebracht in het batteri jhuis-onderdeel, en geleidende en een elektrisch circuit vormende elementen die worden ontvangen door de huisonderdelen voor het vormen van een elektrisch circuit tussen de batterijen en de lamp. De huisonderdelen 25 bezitten cilindroidische omtrekswanden met dezelfde grote en kleine diameters respectievelijk en die aan een einde respectievelijk eindigen in een afgeknotte rand die cirkel vormig is en ligt in een vlak dat schuin ligt ten opzichte van de as van de cilindroidische wand onder een gekozen hoek A en welke een grote diametrische koorde van de ellips van 30 de wanden omvat. De kleine diameter van de ellips van de omtrekswanden van elk onderdeel is gelijk aan de cosinus van de hoek A maal de grote diameter. De huisonderdelen worden met elkaar verbonden zodanig dat hun cirkel vormige randen elkaar ontmoeten op een wijze welke draaiing van het lamphuisonderdeel aan het batterijhuisonderdeel mogelijk maakt om 35 een as die loodrecht staat op het genoemde vlak en die samenvalt met de geometrische middelpunten van de cirkel vormige randen.

De onderhavige uitvinding is gekenmerkt doordat de huisonderdelen zijn gevormd van een stijf polymeermateriaal, doordat het batterijhuisonderdeel twee identieke cilindrische batterijen bevat die naast elkaar 40 zijn gerangschikt waarbij een batterij is omgekeerd ten opzichte van de .870282? 3 % andere zodat tegengestelde elektrische aansluitklemmen van de batterijen zijn geplaatst in de nabijheid van de respectieve einden van het battenjhuisonderdeel, terwijl de circuit vormende elementen een eerste geleidend contactelement bevatten dat is bevestigd aan het batterij-5 huisonderdeel in de nabijheid van de cirkel vormige rand daarvan waarbij een deel daarvan in elektrisch contact staat met de elektrische aan-sluitklem van een van de batterijen en een tweede geleidend contactelement dat is bevestigd aan het lamphuisonderdeel dat in voortdurende aangrijping staat met het eerste contactelement over het gehele draai-10 traject van het lamphuisonderdeel en welke een deel bezit dat in elektrisch contact staat met een aansluitklem van de lamp.

Bij voorkeursuitvoeringsvormen van een verstelbare zaklantaarn volgens de uitvinding bevatten de hiervoor genoemde eerste en tweede contactelementen ringvormige ringdelen die zijn bestemd om in aanraking 15 met elkaar te staan langs hun omtrek in alle draaiingsposities van het lamphuisonderdeel. Bovendien bevatten de circuit vormende elementen bij voorkeur een derde geleidend contact element dat is verbonden met het battenjhuisonderdeel en dat een eerste deel bezit dat in hoofdzaak in het genoemde vlak is geplaatst en bij het geometrische middelpunt van 20 de cirkel vormige rand en een tweede deel dat in elektrisch contact staat met de elektrische aansluiting van de andere batterij. Een in hoofdzaak bol vormig vierde elektrisch contactelement is bevestigd aan het lamphuis in elektrisch geleidende verbinding met een contact van de lamp en het derde contactelement, waarbij het bol vormige vierde contact-25 element een elektrische verbinding handhaaft tussen het lampcontact en het derde contactelement over het gehele draaitraject van het lamphuisonderdeel .

Andere voorkeurseigenschappen van de uitvinding omvatten het volgende: 30 de huisonderdelen bezitten ringvormige eindwanden die zich naar binnen toe uitstrekken vanaf de respectieve cirkelvormige randen, waarvan er een een cirkel vormig gat bezit dat concentrisch is met de cirkelvormige rand terwijl de andere daarvan een aantal flenzen bevat welke worden ontvangen door het gat in schuivende aanraking met de omtrek, 35 waarbij de flenzen zich naar buiten toe uitstrekkende lippen bezitten welke in aangrijping staan met de onderzijde van de eindwand in de nabijheid van het gat; een van de eindwanden heeft een ringvormige uitsparing in het vlak daarvan terwijl de eerste en tweede contactelementen ringvormige ring-40 delen bevatten die worden ontvangen in de uitsparing en die zijn be- .8702827 h 4 stemd om met elkaar in aangrijping te staan langs hun omtrek in alle draaiposities van het lamphuisonderdeel; en een schuifschakelaar is gemonteerd aan een eindwand van het batte-rijhuisonderdeel tegenover en op afstand van het genoemde ene einde, 5 waarbij de schakelaar geleidende contactelementen bevat die zodanig zijn ingericht dat zij een elektrisch circuit tot stand brengen en onderbreken tussen de batterijaansluitklemmen die zijn geplaatst in de nabijheid van de genoemde eindwand.

In een zaklantaarn waarin de onderhavige uitvinding is toegepast 10 wordt, als het lamphuis wordt gedraaid naar een positie waarin de as daarvan in lijn ligt met de as van het batterijhuis, de lichtstraal van de lamp op dezelfde wijze in lijn gebracht met de as van het batterijhuis. Als het lamphuis in toenemende mate wordt weggedraaid van de in lijn liggende positie, wordt de lichtstraal in toenemende mate van de 15 as van het batterijhuis af gericht totdat, bij de positie die 180° afwijkt van de in lijn liggende positie, de straal wordt gericht onder een hoek die gelijk is aan tweemaal de hoek A van de vlakken van de cirkel vormige randen. Aldus is de zaklantaarn zeer bruikbaar, omdat deze op een einde ervan of op zijn zijde op een vloer, tafel of ander 20 oppervlak kan worden geplaatst, terwijl het lamphuis kan worden versteld zodanig dat de straal wordt gericht in een gewenste richting.

De elektrische circuitelementen van de zaklantaarn zijn verbonden met subsamenstellen van de zaklantaarn, hetgeen de vervaardiging en de uiteindelijke montage vergemakkelijkt. De huisonderdelen bestaan be-25 trekkelijk eenvoudig uit kunststof vormstukken die bij voorkeursvormen, samenklikken. Het batterijhuisonderdeel vereist geen elektrisch circuit-element in lengterichting, voorzover de batterijen in lengterichting lopende circuitbanen vormen. Het plaatsen van de schakelaar in de bodem van het huis vereenvoudigt de vervaardiging en maakt het in een uitspa-30 ring plaatsen van de schakelaar mogelijk, waardoor het per ongeluk omzetten van de schakelaar onwaarschijnlijk wordt gemaakt. De zijdelingse rangschikking van de batterijen maakt de zaklantaarn compact met een laag zwaartepunt voor het bereiken van stabiliteit als de lantaarn op een einde staat.

35 Voor een beter begrip van de uitvinding kan worden verwezen naar de volgende beschrijving van een bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm, in combinatie met de figuren van de bijgaande tekeningen.

Beschrijving van de tekeningen.

40 Fig. 1 geeft een perspectivisch aanzicht van de uitvoeringsvorm ,8702827 5 * weer met uiteengenomen delen.

Fig. 2 geeft een axiale dwarsdoorsnede weer van de uitvoeringsvorm genomen langs de kleine diameters van de huisonderdelen.

Fig. 3 geeft een axiale dwarsdoorsnede weer van de uitvoeringsvorm 5 genomen langs de grote diamaters van de huisonderdelen.

Beschrijving van een uitvoeringsvorm.

De uitvoeringsvorm omvat een batterijhuisonderdeel 10 en een lamp-huisonderdeel 12, die beide cilindroide zijn met dezelfde grote respec-10 tievelijk kleine diameters. Een einde 14, 16 van elk huisonderdeel wordt begrensd door de cirkelvormige rand die ligt in een vlak die onder een hoek van 45 graden is gericht ten opzichte van de as van de respectieve cilindroide en bevat een grote diametrale koorde van de ellips van de cilindroide. Om ervoor te zorgen dat de cirkelvormige 15 rand zal worden gevormd door het onder een hoek van 45 graden schuin-liggend vlak, moet de ellips van de cilindroide voldoen aan de betrekking (kleine diameter) = (grote diameter) x (cosinus 45 graden). In de gemonteerde zaklantaarn zijn het batterijhuisonderdeel en het lamphuis-onderdeel met elkaar verbonden waarbij de cirkelvormige einden elkaar 20 ontmoeten op een zodanige wijze dat de lamphouder kan worden gedraaid om een as loodrecht op de onder een hoek van 45 graden liggende vlakken van de einden 14, 16 en die samenvalt met het geometrische middelpunt van de cirkelvormige rand. Deze inrichting maakt het mogelijk dat de lichtstraal wordt gericht onder alle hoeken tussen 0 graden en 90 gra-25 den ten opzichte van de as van het batterijhuisonderdeel.

Het is niet vereist dat de huisonderdelen de geometrie bezitten van de onderhavige uitvoeringsvorm. Voor elke cilindroide is er een vlak dat schuin ligt ten opzichte van de cilinderas en dat een grote diametrische koorde bevat die het cilinderoppervlak onder een cirkel 30 snijdt. Als dat vlak ligt onder een hoek van A ten opzichte van de cilinderas kan het lamphuisonderdeel worden gedraaid aan het batterijhuisonderdeel om de lichtstraal te richten onder elke hoek tussen 0 graden en tweemaal de hoek A. De hoek A bedraagt bij voorkeur 45 graden, omdat dat het maximale verstellingstraject van de lichtstraal ver-35 schaft. Niettemin kunnen andere hoeken voor de cirkelvormige randen van de onderdelen worden gebruikt waarbij natuurlijk ellipsen voor de cilinders voldoen aan de betrekking (kleine diameter) = (grote diameter) x (cosinus van de hoek A).

In de uitvoeringsvorm bezit het cirkelvormige afgeknotte einde 14 40 van het batterijhuisonderdeel 10 een ringvormig wandgedeelte 18 met een .8702827 6 gat 20 dat concentrisch is met de cirkelvormige buitenrand. Op dezelfde wijze bezit het einde 16 van het lamphuis 12 een ringvormig wandgedeel-te 22 met een concentrisch gat 24. Een reeks flenzen 26 strekt zich uit vanaf de wand 22 bij de rand van het gat 24 welke worden ontvangen, in 5 schuivende omtreksaanraking door het gat 20 in de wand 18 van het onderdeel 10. De flenzen 26 bezitten naar buiten uitstekende lippen 28 die liggen onder de wand 18 en die het lamphuisonderdeel 12 vasthouden op het batterijhuisonderdeel 10. De flenzen 26 zijn veerkrachtig om montage van de onderdelen 10 en 12 mogelijk te maken door de flenzen 26 10 passend aan te brengen in het gat 20 en de onderdelen 12 en 14 samen te drukken, waarna het onderdeel 12 op zijn plaats klikt op het onderdeel 10 en daarna blijvend door de lippen 28 wordt vastgehouden. (In fig. 3 zijn de delen van de wanden 18 en 22 achter het vlak van de dwarsdoorsnede niet weergegeven om de tekening te vereenvoudigen en te verduide-15 lijken).

Het lamphuisonderdeel 12 ontvangt een komachtige lamphouder 28 die een ontvanggedeelte 30 bezit dat de basis van een gebruikelijke zaklan-taarnlamp L ontvangt. Een lens 32 (fig. 1) past in het open bovenste einde van het onderdeel 12.

20 Een bovenste batterijondersteuningsplaat 34 is ondergebracht in het bovenste deel van het batterijhuisonderdeel en wordt in de juiste axiale positie stilgehouden door de voeg 35 tussen de omtrekswand en de eindwand 18 en door ribben 36 die zijn geperst in de binnenzijde van de omtrekswand. Een paar zijflenzen 38 strekken zich naar beneden toe 25 uit vanaf de ondersteuningsplaat 34 en stabiliseren de positie van de plaat tegen kantelen en beweging gedurende het monteren en als de batterijen ter vervanging worden verwijderd. Het ondereinde van het batte-rijhuis is gesloten door een eindkap 40 die op zijn plaats klikt maar die ter vervanging van de batterijen kan worden verwijderd door het 30 steken van een schroevedraaier of dergelijk werktuig in een groef 42 (fig. 1) aan de rand en waarmede de afsluiting naar buiten wordt gewipt.

De huisonderdelen 10 en 12, de batterijondersteuningsplaat 34, de lamphouder 28, de bodemafsluiting 40 en de lens 32 zijn op voordelige 35 wijze vervaardigd door injectiespuiten uit geschikte stijve polymere materialen. De gegoten onderdelen zijn goedkoop te vervaardigen en geschikt voor met de hand uit te voeren met perspassing werkende montagetechnieken.

Veerkrachtige elektrische contacten 44 en 46 worden gemonteerd aan 40 de binnenzijde van de afsluiting 40 door deze te drukken op kleine ver- _ 8 7 0 2 8 2 7

•J

7 t dikkingen 48 en 50 die met vastgrijptanden worden ontvangen in gaten (bijvoorbeeld 52) in de respectieve aansluitklemmen. Een kolom 54 aan een schakel knop 56 strekt zich schuifbaar uit door rechthoekig gat 58 in de eindkap 40 en is door middel van een verdikking 60 en een getand 5 gat 61 bevestigd aan een beweegbaar schakelcontact 62. In de in fig. 3 weergegeven positie is de schakelaar gesloten doordat de contacten 44 en 46 zijn overbrugd; als de schakel knop van links naar rechts (fig. 3) wordt bewogen, beweegt het linkerdeel van het schakel contact 62 buiten aangrijping met de aansluitklem 44, waardoor de schakelaar wordt ge-10 opend.

De battenjondersteuningsplaat 34 ontvangt een veerkrachtig elektrisch contactelement 64 door het contact 64 met de rand te schuiven in een spleet 66 totdat deze wordt ondersteund binnen een verdikking 68.

Aan een einde van het contact 64 bevindt zich een schijfvormig deel 70 15 dat in de geassembleerde zaklantaarn in hoofdzaak bij het geometrische middelpunt van het cirkelvormige einde 16 van het battenjhuisonderdeel 10 blijft en in het vlak van het wandgedeelte 20. In die positie wordt het gegrepen door een bol vormig contactorgaan 72 welke is aangebracht op de lamphouder 28. De eindaansluitklem 74 aan de lamp L, het contact-20 orgaan 72 en het schijfvormige deel 70 grijpen onderling in elkaar bij alle draaiposities van het lamphuis, waarbij een dergelijke ineengrij-ping tot stand wordt gebracht door een kracht die wordt opgewekt door veerkrachtige vervorming van het contact 64. Aan het andere einde van ht contact 64 bevindt zich een been 76 dat naar buiten is gebogen onder 25 de plaat 34 en die wordt gegrepen door de min-aansluitklem van een batterij BI.

De wand 18 van het battenjhuisonderdeel 10 heeft een ondiepe ringvormige groef 80 welke twee elektrische contactelementen in de vorm van ringen 82 en 84 van een geleidend materiaal ontvangt. De contact-30 ring 82 welke dichter bij het batterijhuis ligt heeft een been 86 dat zich naar beneden toe uitstrekt door een spleet 88 in de wand 18 en een spleet 90 in de plaat 34 en naar binnen buigt zodat deze in anngrijping komt met de negatieve aansluitklem van de batterij B2. De contactring 84 bezit een been 85 dat zich naar boven toe uitstrekt door een spleet 35 92 in de wand 22 van het lamphuisonderdeel 12, naar binnen wordt gekeerd en loopt door de spleet 94 in de lampvoet 30 en naar beneden wordt gekeerd binnen de voet om in aangrijping te komen met de omtreks-aansluitklem van de lamp L. Het met de vlakken tegen elkaar aanliggen van de contactring 82 en 84 zorgt voor het handhaven van een elektri-40 sche circuitverbinding bij de verbinding tussen het batterijhuisonder- 8702827 8 deel en het lamphuisonderdeel over het hele draaitraject van de lamp. Het zal duidelijk zijn dat een van de ringen zou kunnen worden vervangen door een contactschoen; het verdient echter de voorkeur om twee ringen te gebruiken om te zorgen voor geleidend contact, opdat er geen 5 dode plek zal zijn om een of andere reden tussen de schoen en de ring. Samengevat is de circuitbaan van de uitvoeringsvorm als volgt: basisaansluitklem 74 van de lamp L; bolvormig contact 72; contact-element 64; plus-aansluitklem van de batterij BI; min-aansluitklem van de batterij BI; contact 44; schakel contact 62; contact 46; 10 plus-aansluitklem van de batterij B2; min-aansluitklem van de batterij B2; contactring 82; contactring 84; omtreksaansluitklem van de lamp L.

.8702827

Claims (6)

9 ,

1. Zaklantaarn met een verstelbaar lamphuis welke een batten j-huisonderdeel bezit en een afzonderlijk lamphuisonderdeel, een lamp be-5 vestigd in het lamphuisonderdeel, tenminste twee batterijen die zijn ondergebracht in het batterijhuisonderdeel en geleidende elektrisch circuit-vormende elementen die zijn ondergebracht in de huisonderdelen voor het vormen van een elektrisch circuit tussen de batterijen en de lamp, waarbij de huisonderdelen cilindroidische omtrekswanden bezitten 10 met dezelfde grote en kleine diameters respectievelijk, en die respectievelijk aan een einde eindigen in een afgeknotte cirkel vormige rand die ligt in een vlak dat schuin ligt ten opzichte van de as van de cilindrische wand onder een gekozen hoek A en welke een grote diametrale koorde van de ellips van de wanden bevat, waarbij de kleine diameter 15 van de ellips van de omtrekswanden van elk onderdeel gelijk is aan de cosinus van de hoek A maal de grote diameter, terwijl de huisonderdelen met elkaar zijn verbonden zodanig dat hun cirkel vormige randen elkaar ontmoeten voor draaiing van het lamphuisonderdeel aan het batterijhuis-onderdeel om een as loodrecht op het genoemde vlak en samenvallend met 20 de geometrische middelpunten van de cirkelvormige randen, met het kenmerk, dat de huisonderdelen zijn gegoten van een stijf polymeer materiaal, dat het batterijhuisonderdeel twee identieke cilindrische batterijen bevat die naast elkaar zijn gerangschikt waarbij de ene batterij ten opzichte van de andere is omgekeerd zodat tegengestelde elektrische 25 aansluitklemmen van de batterijen zijn geplaatst in de nabijheid van de respectieve einden van het batterijhuisonderdeel, terwijl de genoemde circuit-vormende elementen een eerste geleidend contactelement bevatten dat is bevestigd aan het batterijhuisonderdeel in de nabijheid van de cirkelvormige rand daarvan en welk een deel bezit dat in elektrisch 30 contact staat met de elektrische aansTuitklem van een van de batterijen en een tweede geleidend contactelement dat is bevestigd aan het lamphuisonderdeel en dat ononderbroken in aanraking staat met het eerste contactelement over het gehele draaitraject van het lamphuisonderdeel en dat een deel bezit dat in elektrisch contact staat met een aansluit-35 klem van de lamp.

2. Zaklantaarn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde eerste en tweede contactelementen ringvormige ringdelen bevatten die zijn bestemd om met elkaar in aanraking te staan langs hun omtrek in alle draaiposities van het lamphuisonderdeel. 8702827 *

3. Zaklantaarn volgens conclsuie 1, met het kenmerk, dat de circuit-vormende elementen een derde geleidend contactelement bevatten verbonden met het batterijhuisonderdeel en dat een eerste deel bezit dat in hoofdzaak in het genoemde vlak en in het geometrische middelpunt 5 van de cirkelvormige rand is geplaatst en een tweede deel dat in elektrisch contact staat met de elektrische aansluitklem van de andere batterij terwijl een in hoofdzaak bolvormig vierde elektrisch contactelement is gemonteerd aan het lamphuis dat in elektrisch geleidende betrekking staat met een contact van de lamp en het derde contact- 10 element, waarbij het bol vormige vierde contactelement een elektrische verbinding handhaaft tussen het genoemde ene lampcontact en het derde contactelement over het gehele draaitraject van het lamphuisonderdeel.

4. Zaklantaarn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de huis-onderdelen ringvormige eindwanden bezitten die zich naar binnen toe 15 uitstrekken vanaf de respectieve cirkelvormige randen, waarvan een component een cirkel vormig gat bezit concentrisch met de cirkel vormige rand en het andere een aantal flenzen bezit welke zijn aangebracht door het gat in schuivende omtreksaanraking daarmee, waarbij de flenzen zich naar buiten uitstrekkende lippen bezitten die in aangrijping staan met 20 de onderzijde van de eindwand in de nabijheid van het gat.

5. Zaklantaarn volgens conclsuie 4, met het kenmerk, dat een van de eindwanden een ringvormige uitsparing in het vlak daarvan bezit terwijl de eerste en tweede contactelementen ringvormige ringdelen bevatten die worden ontvangen in de uitsparing en die zijn bestemd om in 25 alle draaiposities van het lamphuisonderdeel langs hun omtrek met elkaar in aanraking te staan.

6. Zaklantaarn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een schuifschakelaar is gemonteerd aan een eindwand van het batterijhuis-onderdeel tegenover en op afstand van het genoemde ene einde, waarbij 30 de schakelaar geleidende contactelementen bevat die zodanig zijn ingericht dat deze een elektrisch circuit tussen de batterijaansluitklemmen die zijn geplaatst in de nabijhheid van de genoemde eindwand tot stand brengen en onderbreken. ********** .8702827