NL8602258A - Scheidingswand bestaande uit een aantal panelen. - Google Patents

Description

Y

- 1 - é

Scheidingswand bestaande uit een aantal panelen.

De uitvinding heeft betrekking op een scheidingswand bestaande uit een aantal losneembaar met elkaar verbonden, vertikaal staande rechthoekige panelen.

Dergelijke scheidingswanden worden op grote schaal 5 toegepast in het bijzonder wel in kantoren om een werkruimte op flexibele wijze in compartimenten te kunnen verdelen.

Bij de bekende scheidingswanden wordt er meestal van uitgegaan, dat na het opstellen ervan de panelen niet 10 te gemakkelijk ten opzichte van elkaar moeten kunnen worden verzwenkt om een verkregen stabiele opstelling niet in gevaar te brengen. Dit brengt echter het nadeel met zich mee, dat voor het wijzigen van de opstelling van de scheidingswand en van de panelen onderling meer personen 10 noodzakelijk zijn en de panelen eventueel van elkaar moeten worden losgemaakt. Dit kan een belemmering zijn voor het op grote schaal toepassen van dergelijke scheidingswanden .

Verder is het gewenst dat de panelen van een 15 dergelijke scheidingswand een zo gering mogelijk gewicht bezitten maar toch een voldoende stijfheid om aan de in dat opzicht gestelde eisen te kunnen voldoen.

Volgens de uitvinding worden nu deze doeleinden bereikt, doordat elk paneel van een scheidingswand een 20 uit metalen profielen gevormd raamwerk omvat, over welke metalen profielen heen in hoofdzaak U-vormige veerkrachtige profielen uit kunststof zijn aangebracht, welke profielen bij de hoeken van het raamwerk met elkaar zijn gekoppeld door hoekstukken waarvan delen klempassend in holten in 25 de kunststofprofielen zijn opgenomen, van welke hoekstukken één poot is voorzien van een zich over nagenoeg 180° uitstrekkende vertanding zodanig dat de vertandingen van twee vertikale randen van naast elkaar te plaatsen panelen, in elkaar kunnen grijpen en de panelen ten op-30 zichte van elkaar over een hoek van 360° kunnen worden verdraaid, waarbij elk hoekstuk is voorzien van een pen die coaxiaal loopt met de vertanding en die aan beide zijden 8602258 * - 2 -

A

wordt begrensd door een zich radiaal buiten de pen uitstrekkend deel zodanig dat de pennen van twee zich naast elkaar bevindende hoekstukken met elkaar kunnen worden gekoppeld door ten minste één vlakke, in hoofdzaak C-vormige 5 strip die de vertandingen van de beide hoekstukken in elkaar trekt.

Op deze wijze wordt een stevige verbinding tussen twee panelen verkregen, waarbij de panelen toch zeer gemakkelijk ten opzichte van elkaar verdraaibaar zijn en dus 10 gemakkelijk in andere standen ten opzichte van elkaar kunnen worden geplaatst.

Doordat het paneel een raamwerk uit metaalprofielen omvat, welke profielen bij voorkeur aan elkaar zullen zijn vastgelast, wordt een stijve constructie verkregen. De 15 metalen profielen en de verbindingsplaatsen daarvan worden echter afgedekt door de kunststofprofielen en de hen verbindende hoekstukken waardoor toch een fraai uiterlijk wordt verkregen, zodat na-'bewerking van lassen en van de metaalprofielen overbodig is.

20 Volgens de uitvinding zal er daarbij in het bij zonder in worden voorzien, dat de beide zijden van het raamwerk van een paneel zijn bekleed met een flexibel materiaal, zoals textiel, met in de ruimte tussen de beide lagen in een vulling uit kunststofschuim, waarbij de randen 25 van de lagen uit het flexibele materiaal aan hét raamwerk zijn vastgekleefd en delen van de kunststofprofielen over deze randen heen vallen.

De randen van het flexibele materiaal behoeven dan dus niet te worden afgewerkt, wat weer bijdraagt tot een eco-30 nomische produktie en een aangenaam uiterlijk van de scheidingswand.

Bij voorkeur zal er daarbij in worden voorzien, dat het flexibele materiaal is gecacheerd met een laag schuimstof, die door het kunststofprofiel is samengedrukt, zodanig dat het in het zicht zijnde buitenoppervlak van het 35 textielmateriaal nagenoeg samenvalt met het buitenvlak van het kunststofprofiel.

Bij voorkeur zal de lengte van een pen zodanig zijn, dat er twee C-vormige strippen op kunnen worden aangebracht. Op deze wijze wordt bereikt, dat in één hoekpunt 40 meer dan twee, bijv. vier panelen bij elkaar kunnen komen en 860 9 ’*8 V* - 3 - met elkaar kunnen worden verbonden.

Om steeds een fraai uiterlijk van de wand te verkrijgen, kan er in worden voorzien, dat op de pennen van de hoekstukken die zich aan het einde van een wand 5 bevinden, eindplaatjes worden aangebracht.

Bij voorkeur zal de pen van een zich aan de bovenzijde van een paneel bevindend hoekstuk zijn opgenomen in een in het hoekstuk aangebrachte sleuf, terwijl de pen van een zich aan de onderzijde van een paneel bevindend 10 hoekstuk aan zijn ondereinde zal zijn voorzien van een schijfvormige kraag, waarbij axiaal in de kraag en de pen een draadgat is aangebracht voor het daarin opnemen van een draadeind dat deel uitmaakt van een in hoogte verstelbare justeervoet.

15 Op deze wijze wordt niet slechts een fraai uiter lijk van de wand verkregen, maar met behulp van de in hoogte verstelbare justeêrvoeten kunnen de panelen in de onderling juiste stand worden gebracht, zodat oneffenheden in de vloer waarop de wand wordt neergezet kunnen 20 worden opgevangen. Hierdoor kunnen de bovenranden van alle opeenvolgende panelen in één lijn met elkaar worden gebracht, wat het uiterlijk en de stabiliteit van de scheidingswand als geheel ten goede komt.

Het is duidelijk dat wanneer een aantal panelen 25 in ëën vlak naast elkaar worden geplaatst deze panelen tegen omvallen zullen moeten worden ondersteund.

Om hierin te voorzien dient nu een op een vloer te plaatsen paneelvoet, omvattende twee vertikaal omhoog stekende poten die op zodanige afstand van elkaar staan 30 dat er tussen een paneel kan worden geplaatst en door middel van ten minste ëën door een poot gaande bout tussen de poten kan worden vastgeklemd, welke poten aan hun ondereinde zijn verbonden met het middelste deel van een horizontale ligger, die zich haaks op een tussen de 35 poten geplaatst paneel uitstrekt.

Door gebruik te maken van dergelijke paneelvoeten is men niet gedwongen om een haaks op een wand van een gebouw staand paneel aan de wand vast te zetten, wanneer het betreffende paneel niet direkt of via een ander 40 paneel wordt ondersteund door een paneel dat ongeveer haaks 8602258 - 4 - op het betreffende paneel staat.

Alvorens een paneel in een dergelijke paneelvoet aan te brengen kan de betreffende justeervoet yan het paneel worden verwijderd, waardoor een stabiele ondersteuning 5 van het paneel door de voet en een fraai uiterlijk wordt verkregen.

De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, waarin: 10 fig. 1 een aanzicht toont van een paneel volgens de onderhavige uitvinding; fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont van de met elkaar verbonden eindranden van twee panelen; fig. 3 een doorsnede toont over een rand van een 15 paneel volgens de lijn III-III van fig. 1; fig. 4 een aanzicht toont van een C-vormige strip, zoals deze volgens fig. 2 wordt toegepast; fig. 5 een zijaanzicht toont van een bovenste en een onderste hoekstuk van een paneel met in streeplijnen 20 de kunststofprofielen die daarop kunnen worden aangebracht; fig. 6 een zijaanzicht toont van het bovenste hoekstuk van fig. 5; fig. 7 een dwarsdoorsnede toont over een kunststof-profiel, dat op een hoekstuk kan worden aangebracht; i 25 fig. 8 een perspectivisch aanzicht toont van een bovenhoek van een paneel met daarbij een in de sleuf van het hoekstuk aan te brengen eindplaatje; en fig. 9 een perspectivisch aanzicht toont van een paneelvoet met een deel van een daarin geplaatst paneel.

30 Het in fig. 1 weergegeven paneel 1 is samengesteld uit een raamwerk 2 bestaande uit vier metalen kokerprofielen 3, die bij de hoeken van het raamwerk aan elkaar zijn vastgelast.

Op de beide zijden van het raamwerk 2 is een flexibel 35 materiaalvel 4, in het bijzonder uit textiel, aangebracht, welk materiaal is gecacheerd met een laag schuimstof 5.

Het vastzetten van de randen 6 van het flexibele materiaal aan het raamwerk 2 geschiedt bijvoorbeeld door middel van lijmen. De tussen de vellen 4 en het raamwerk 2 40 verkregen ruimte 7 is gevuld met kunststofschuim 8. Het 8602258 - 5 - * ά kunststofschuim is in de ruimte 7 aangebracht door een geschikt vloeibaar materiaal, via een niet in de tekening weergegeven opening, in de ruimte 7 te doen vloeien en tot opschuiming te brengen. Xn ëên of meer metaalprofielen 5 zijn niet weergegeven ontluchtingsopeningen aangebracht.

Vervolgens worden over de metalen profielen in hoofdzaak U-vormige kunststofprofielen 9 aangebracht, die een holte 10, poten 11 en een sleuf 12 omvatten, zoals in het bijzonder blijkt uit de fig. 3 en 7. De poten 11 10 dienen daarbij voor het omklemmen van het metaalprofiel tezamen met de daarop aangebrachte randen 6 van het flexibele materiaal 4, 5. Het buitenvlak V van het flexibele materiaal 4 valt dan nagenoeg samen met het buitenvlak van de poten 11 zoals rechts in fig. 3 is aan-15 gegeven.

De sleuf 12 dient om bijvoorbeeld door middel van een haak een voorwerp aan het bovenste profiel van een paneel 1 op te hangen.

Zoals in het bijzonder blijkt uit fig. 5 wordt 20 een vertikaal kunststofprofiel 9 door middel van een bovenste hoekstuk 13 en door middel van een onderste hoekstuk 14 verbonden met de daar aanwezige horizontale kunststofprofielen. Elk van de poten 15 en 16 van de hoekstukken 13 en 14 is voorzien van een pen 17, die klem-25 passend kan worden opgenomen in de holte 10 van het kunststofprofiel 9. Om dit gemakkelijk mogelijk te maken zijn de pennen 17 voorzien van iets taps toelopende, niet nader aangeduide, uiteinden.

De vertikale poot 16 van elk hoekstuk 13 en 14 is 30 voorzien van een, zich over ongeveer 180° uitstrekkende, vertanding 18, zoals dit in het bijzonder ook blijkt uit fig. 2. De poot 15 van het bovenste hoekstuk 13 is voorzien van een uitstekend deel 19, zodanig dat tussen dit uitsteeksel 19 en de poot 16 een sleuf 20 wordt gevormd, 35 in welke sleuf zich een pen 21 uitstrekt. De poot 16 van het onderste hoekstuk 14 draagt een pen 22 met aan het ondereinde daarvan een kraag 23. De pennen 21 en 22 lopen coaxiaal met de vertandingen 18. In de kraag 23 en de pen 22 is een draadgat 24 aangebracht, waarin een draad-40 eind 25 kan worden geschroefd, dat deel uitmaakt van een 8602258 - 6 - % justeervoet 26, die dus in hoogte verstelbaar is.

Zoals in het bijzonder blijkt uit fig. 2 kunnen de vertandingen 18 van twee panelen 1 in aangrijping met elkaar worden gebracht. Door een juiste keuze van de 5 afmetingen van de tanden kan bij de montage direkt worden vastgesteld of de juiste tanden met elkaar in aangrijping zijn. Wanneer dit namelijk niet het geval is en de panelen in één vlak met elkaar moeten worden gebracht blijkt dat dit niet mogelijk is. Wanneer een te fijne vertanding 10 wordt gekozen is het moeilijk de juiste tanden met elkaar in aangrijping te brengen.

De vertandingen 18 van de twee panelen kunnen in aangrijping met elkaar worden gehouden en stevig in elkaar worden gedrukt door middel van C-vormige strippen 27 15 waarvan er in fig. 4 één in detail is weergegeven. Elke poot 28 van een strip 27 sluit met het verbindingsdeel 29 een holte 30 in, in welke holte 30 de pennen 21 of 22 van twee naast elkaar staande panelen 1 kunnen worden opgenomen.

De lengte van de pennen 21, 22 en de dikte van de 20 strippen 27 is zodanig gekozen, dat op een enkele pen twee strippen kunnen worden aangebracht, zoals dit blijkt uit fig. 2. Voor het met elkaar verbinden van twee panelen 1 kan in het algemeen worden volstaan met het aanbrengen van één enkele strip 27, maar door de mogelijkheid van het 25 aanbrengen van twee strippen op een enkele pen kunnen in een hoekpunt ook drie of vier panelen met elkaar worden gekoppeld.

Voor een eenvoudige demontage is de C-vormige strip 27 voorzien van vertandingen 36, waarachter bijvoorbeeld 30 een schroevendraaier kan worden gehaakt teneinde de poot 28 gemakkelijk van de pen 21 of 22 af te kunnen wippen.

Zoals weergegeven in fig. 8 kan op een pen van een hoekstuk 13 een eindplaatje 31 worden aangebracht, zodat de sleuf 20 nagenoeg niet meer zichtbaar is. De vrije rand van 35 het laatste paneel van een scheidingswand krijgt hierdoor een fraaier uiterlijk. Een dergelijk eindplaatje 31 kan uiteraard ook op de pen 22 van een onderste hoekstuk 14 worden aangebracht, hoewel dit in het algemeen minder noodzakelijk zal zijn.

40 Fig. 9 toont een paneelvoet 32, bestaande uit een 8602258 - 7 - % horizontale ligger 33 en vertikaal daarvan afstekende poten 34. Tussen de poten 34 kan een paneel 1 worden geplaatst en tussen de poten vastgeklemd door middel van een schroef 35, die wordt gedraaid in een poot 34.

5 Zoals weergegeven in fig. 9 wordt bij het plaatsen van een paneel in een voet 32 de justëervoet 26 van het paneel verwijderd.

Het is ook mogelijk een paneelvoet 32 aan te brengen tussen twee in één vlak staande panelen.

10 Door het gebruik van paneelvoeten 32 wordt kantelen van de panelen tegengegaan en steeds een stabiele ondersteuning van de panelen verkregen.

Het zal duidelijk zijn, dat slechts een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding in de tekening is weer-15 gegeven en in het bovenstaande beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindingsgedachte te vallen.

- conclusies - 8602258

Claims (7)

1. Scheidingswand bestaande uit een aantal losneem-baar met elkaar verbonden, vertikaal staande rechthoekige panelen, met het kenmerk, dat elk paneel (1) van een scheidingswand een uit metalen profielen (3) 5 gevormd raamwerk (2) omvat, over welke metalen profielen heen in hoofdzaak U-vormige veerkrachtige profielen (9) uit kunststof zijn aangebracht, welke profielen bij de hoeken van het raamwerk (2) met elkaar zijn gekoppeld door hoekstukken (13,14) waarvan delen (17) klempassend in 10 holten (10) in de kunststofprofielen (9) zijn opgenomen, van welke hoekstukken (13,14) één poot (16) is voorzien van een zich over nagenoeg 180° uitstrekkende vertanding (18) zodanig dat de vertandingen van twee vertikale randen van naast elkaar te plaatsen panelen (1), in elkaar 15 kunnen grijpen en de panelen (1) ten opzichte van elkaar over een hoek van 360° kunnen worden verdraaid, waarbij elk hoekstuk (13,14) is voorzien van een pen (21,22) die coaxiaal loopt met de vertanding (18) en die aan beide zijden wordt begrensd door een zich radiaal buiten de 20 pen (21,22) uitstrekkend deel (19,23) zodanig dat de pennen (21,22) van twee zich naast elkaar bevindende hoekstukken (13,14) met elkaar kunnen worden gekoppeld door ten minste één vlakke, in hoofdzaak C-vormige strip (27) die de vertandingen (18) van de beide hoekstukken (13,14) 25 in elkaar trekt.

2. Scheidingswand volgens conclusie l,met het kenmerk, dat de beide zijden van het raamwerk (2) van een paneel (1) zijn bekleed met een flexibel materiaal (4), zoals textiel, met in de ruimte (7) tussen de beide 30 lagen (4) in een vulling uit kunststofschuim (8),waarbij de randen (6) van de lagen (4) uit het flexibele materiaal aan het raamwerk (2) zijn vastgekleefd en delen (11) van de kunststofprofielen (9) over deze randen (6) heen vallen.

3. Scheidingswand volgens conclusie 2,met het 35 kenmerk, dat het flexibele materiaal (4) is gecacheerd met een laag schuimstof (5), die door het kunststofprofiel 8602258 - 9 - T? (9) is samengedrukt, zodanig dat het in het zicht zijnde buitenoppervlak (V) van het textielmateriaal nagenoeg samenvalt met het buitenvlak van het kunststofprofiel (9).

4. Scheidingswand volgens één der voorgaande 5 conclusies, met het kenmerk, dat de lengte van een pen (21,22) zodanig is, dat er twee C-vormige strippen (27) op kunnen worden aangebracht.

5. Scheidingswand volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat op de pennen 10 (21,22) van de hoekstukken (13,14) die zich aan het einde van een wand bevinden, eindplaatjes (31) worden aangebracht.

6. Scheidingswand volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de pen (21) 15 van een zich aan de bovenzijde van een paneel (1) bevindend hoekstuk (13) is opgenomen in een in het hoekstuk aangebrachte sleuf (20), terwijl de pen (22) van een zich aan de onderzijde van een paneel (1) bevindend hoekstuk (14) aan zijn ondereinde is voorzien 20 van een schijfvormige kraag (23), waarbij axiaal in de kraag (23) en de pen (22) een draadgat (24) is aangebracht voor het daarin opnemen van een draadeind (25) dat deel uitmaakt van een in hoogte verstelbare justeervoet (26).

7. Scheidingswand volgens één der voorgaande 25 conclusies, met het kenmerk, dat is voorzien in een op een vloer te plaatsen paneelvoet (32), omvattende twee vertikaal omhoog stekende poten (341 die op zodanige afstand van elkaar staan dat er tussen een paneel (1) kan worden geplaatst en door middel van ten minste 30 één door een poot (34) gaande bout (35) tussen de poten kan worden vastgeklemd, welke poten (34) aan hun ondereinde zijn verbonden met het middelste deel van een horizontale ligger (33) , die zich haaks op een tussen de poten (34) geplaatst paneel (1) uitstrekt. 8602258