NL8403057A - Gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteerinrichting voor een meervoudige kettingformulierenbaan. - Google Patents

Description

Η . VO 6565

Gecombineerde separatie^-, scheidings- en sorteer inrichting voor een meervoudige kettingformulierenbaan.

De uitvinding heeft betrekking op een gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteerinrichting voor een meervoudige kettingformulierenbaan met door perforatielijnen vastgelegde velverdelingen, voorzien van een scheidingsinrichting voor het onderverdelen van de kettingformulie-5 renbaan langs de perforatielijnen, van een transportbaan voor het gesepareerd transporteren van de kettingformulierenbaan, en van een sorteerinrichting bestaande uit een aantal opvanghouders voor gesepareerde en gescheiden vellen van de kettingformulierenbaan, waarbij de scheidingsinrichting bestaat uit een invoer, een scheidingsmesrug en een 10 af voer, die voorzien is van een paar afvoerrollen, en de transportbaan voor het gesepareerd transporteren zich in transportrichting gezien vanaf een plaats vdór de scheidingsmesrug uitstrekt tot telkens een op-vanghouder.

Een dergelijke gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteer-15 inrichting is bekend uit het D.A.S. 26 18 476. De meervoudige kettingformulierenbaan wordt hierbij in de inrichting laagsgewijs gesepareerd toegevoerd aan een aantal onder elkaar opgestelde scheidings inrichtingen, waarbij voor elke te behandelen laag een scheidingsinrichting aanwezig dient te zijn. Dit maakt de inrichting niet alleen duur, doch ook gecom-20 pliceerd en omvangrijk van opbouw alsmede tijdrovend voor wat betreft het invoeren vam een meervoudige kettingformulierenbaan ten gevolge van de op afstand van elkaar geplaatste scheidingsinrichtingen. De gecompliceerdheid en omvang van de inrichting wordt nog vergroot, doordat elke scheidingsinrichting aanpasbaar moet zijn aan de te verwerken vel-25 lengte. De afvoerrollen zijn daartoe verplaatsbaar en instelbaar aangebracht. Daarbij dient de maximale afstand tussen afvoerrollen en scheidingsmesrug gelijk te zijn aan de maximaal te verwerken vellengte. Het verwerken van elkaar opvolgende vellen met verschillende lengte is bij deze inrichting niet mogelijk.

30 Met de uitvinding wordt beoogd deze nadelen te elimineren door te voorzien in een inrichting die aanmerkelijk goedkoper is te realiseren, gemakkelijker te bedienen en een aanzienlijk geringere opstel-ruimte in beslag neemt.

4 C 3 0 5 7 $ » -2-

Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bij een gecombineerde separatie», scheidings- en sorteer inrichting van de in de aanhef bedoelde soort bereikt, doordat de transportbaan voor het gesepareerd transporteren begint bij een separatie-inrichting met een aantal in- 5 voerelementen en voorzien is van geleidingsmiddelen in de vorm van één . of een aantal op elk invoerelement aansluitende, langgerekte lei-elementen, waarbij, althans het paar afvoerrollen is voorzien van omtreks-uitsparingen of -onderbrekingen voor het bundelgewijs onbeïnvloed doorlaten van de lei-elementen. Door deze maatregelen is het mogelijk de 10 meervoudige kettingformulierenbaan pakketvormig met behulp van één enkele scheidingsinrichtïng onder te verdelen in een aantal vellen, die zich elk reeds in hun eigen transportbaan bevinden.

Een extra verkregen voordeel is de relatief eenvoudige wijze waarop de inrichting bedrijfsgereed is te maken. De kettingformulieren-15 baan hoeft niet laag voor laag stapsgewijs transporterend te worden ingevoerd op vaak op aanmerkelijke afstand van elkaar gelegen inrich-tingsonderdelen, doch hoeft slechts op één plaats bij de separatie-inrichting op gesepareerde wijze te worden ingevoerd, d.w.z. telkens een laag plaatsen tussen telkens twee invoerelementen. Dit is op bij-20 zonder eenvoudige, doch uiterst efficiënte wijze mogelijk, als overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de invoerelementen bestaan uit dunne, buigbare, op elkaar gelegen, plaatvormige elementen, die voor het tussenvoegen van telkens een laag van de meervoudige kettingformulierenbaan van elkaar af buig- of zwenkbaar zijn en 25 onder tussenvoeging van dunne afstandplaatjes in de zijrandgebieden ter weerszijden van de transportbaan tot een pakket zijn samengevoegd.

De afstandplaatjes zorgen daarbij voor voldoende speelruimte om een gesepareerd ingevoerd kettingformulier verder te kunnen duwen of trekken tot een transportorgaan.

30 Het verdient de voorkeur de kettingformulierenbaan ondanks de tussengevoegde separatie- en leimiddelen ten behoeve van het voeren door de scheidingsinrichting zo dun mogelijk te houden. Deze doelstelling wordt op bevredigende wijze benaderd, indien overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de invoerelementen bestaan 35 uit flexibele kunststofplaten die in het in de transportrichting gezien stroomafwaarts gelegen deel van de zijrandgebieden zijn voorzien van middelen voor het aangrijpen van spanelementen, die de platen dwars op 8403057 9 * -3- transportrichting kunnen spannen, en dat: de leielementen bestaan uit stroken die zich in de transportrichting uitstrekken vanaf en één ge-’ heel vormen met telkens een kunststof plaat, waarbij de stroomafwaarts gelegen uiteinden van de stroken voorzien zijn van middelen voor het 5 aangrijpen van spanelementen, die de stroken in de transportrichting kunnen spannen. Op deze wijze kan gewerkt worden met zeer dun materiaal, dat weliswaar onvoldoende eigen stijfheid heeft om als geleiding dienst te kunnen doen, doch die eigenschap ontleent aan de daarin opgewekte spanning. Het in dwarsrichting spannen van het stroomafwaarts gelegen 10 deel van de separatie-inrichting waarborgt niet alleen een ongestoord transport van de kettingformulierehbaan door de separatie-inrichting, doch maakt het tevens mogelijk de stroomopwaarts gelegen plaatdelen van de separatie-inrichting gezamenlijk of afzonderlijk uit het trans-portvlak om te buigen ten behoeve van het gesepareerd inbrengen van 15 het vooreinde van een in te voeren kettingformulierehbaan.

Ten einde in een dergelijke geleidingsinrichting onder spanning zo gering mogelijke wrijvingskrachten op te roepen, verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de voorkeur, dat de separatie-inrichting, de scheidingsinrichting en de geleidings-20 middelen zodanig zijn opgesteld, dat de transportrichting daarin in hoofdzaak rechtlijnig is tot aan een afbuiging bij een opvanghouder, welke afbuiging verwezenlijkt is door een dienovereenkomstig leiden van één of een aantal naast elkaar geplaatste leielementen, waarbij een doorgaande geleidingsfunctie van het leielement of de leielementen -25 wordt overgenomen door een zich vanaf de afbuiging tot de volgende afbuiging, en deze volgend, uitstrekkende leiplaat uit een stijf materiaal, die de transportbaan aam de ene zijde begrenst, waarbij de transportbaan aan de andere zijde wordt gevormd door bandvormige transportmiddelen. Over het aldus gecreëerde rechtlijnige traject is de op-30 geroepen wrijving minimaal, terwijl bij plaatsen waar van die rechtlijnige baan moet worden afgeweken voor het overwinnen van de wrijving voorzien is in een aamgedreven transportrol, die overigens in samen- j werking met de, de andere zijde van de transportbaan vormende bandvormige transportmiddelen verder zorgdraagt voor een vlekkeloos transport 35 in de rechtlijnige hoofdtransportrichting, bij welk transport een voorbij het afbuigende leielement rechtdoorlopend vel tot zijn afbuiging uit de rechtlijnige hoofdtransportrichting verder mede wordt geleid 34 ö 3 0 5 7 i • 4 -4- \ door de leiplaat, die dit vel met nog eventueel verdere tussen lei-elementen opgenomen vellen pakketgewijs in aanraking houdt met de bandvormige transportmiddelen.

Het afbuigen en onder spanning houden van een leielement zonder 5 dat dit problemen kan opleveren voor het afgeven van een vel aan een opvanghouder is overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding op voordeelbiedende wijze te verwezenlijken, als het afbuigen van een leielement plaatsvindt door dit eerst te leiden over het de afbuiging volgende deel van de leiplaat en vervolgens om een neus ge-10 vormd aan de opvolgende leiplaat, waarbij over althans het traject waarover het leielement aanligt tegen de leiplaat een naastgelegen aangedreven transportrol werkzaam kan zijn.

Als daarbij bovendien de bandvormige transportmiddelen als een geheel wegneembaar of wegzwenkbaar zijn en de leiplaten om de as van de 15 aangedreven transportrol zwenkbaar zijn, is het geleidingssysteem op eenvoudige wijze bereikbaar door wegzwenken of wegnemen van de bandvormige transportmiddelen, waarbij de spanning van de leielëmenten is af te halen door zwenking van de leielementen. Bij storingen, bijvoorbeeld door opeenhoping of stremming van papier tussen de leielementen, 20 is de inrichting zodoende op eenvoudige wijze effectief toegankelijk te maken voor het opheffen van die storing.

Verder verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de voorkeur, dat het uiteinde van elk leielement verend is bevestigd. Op deze wijze zijn de leielementen goed onder span-25 ning te houden en tevens na openklappen van het geleidingssysteem weer * - automatisch onder de gewenste spanning te brengen.

Voor het bevorderen van een juist af lever en van een vel aan een opvanghouder bij het verlaten van het geleidingssysteem, verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de voor-30 keur, dat de aangedreven transportrol met een onderrol samenwerkt op een plaats waar een leielement door het spannen over de neus zijn baan rond de omtrek van de transportrol heeft verlaten.

Ten einde ook een enkele scheidingsinrichting, waarvan de invoer is voorzien van een paar invoerrollen, en zodoende de totale 35 inrichting, zo compact mogelijk uit te voeren, verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de voorkeur, 8403057 •· * -5- dat beide paren rollen van dé scheidingsinrichting met dezelfde snelheid aandrijfbaar zijn en er middelen aanwezig zijn voor het arreteren van het paar invoerrollen. Door deze maatregelen is niet alleen de lengte van de scheidingsinrichting gering te houden omdat de afstand tussen 5 beide paren rollen onafhankelijk is van de lengte van een af te scheiden vel, doch is het ook mogelijk te volstaan met slechts één aandrijving voor het gehele transport- en scheidingssysteem. Tevens is door een geschikte sturing van de arretering vein het paar invoerrollen het verwerken van elkaar opvolgende vellen met verschillende lengten mogelijk.

10' Doordat de scheidingsinrichting gebruik maakt van een paar stil te zetten invoerrollen ten behoeve van het in vellen onderverdelen van het kettingformulier, is de inrichting volgens de uitvinding bij uitstek geschikt om in combinatie met verdere, zowel voor- als nageschakelde apparatuur te gebruiken, en wel in het bijzonder als overeenkom-15 stig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de middelen voor het arreteren van het paar invoerrollen stuurbaar zijn door een stroomopwaarts opgestelde inrichting, bijvoorbeeld een drukinrichting, en/of een stroomafwaarts opgestelde inrichting, bijvoorbeeld een vouw- en/of vul-inrichting. Door deze maatregelen kan het separeren, scheiden en sor-20 teren automatisch en gestuurd door de snelheid van de, het verwerkingsproces bepalende apparatuur plaatsvinden.

Onder verwijzing naar in de tekening weergegeven uitvoerings-voorbeelden zal de gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteer-inrichting volgens de uitvinding thans nader worden besproken en toe-25 gelicht. Daarbij toont: - fig. 1 in vooraanzicht een separatieinrichting met aansluitende geleidingsmiddelen in niet-gemonteerde toestand; fig. 2 een zijaanzicht van fig. 1; fig. 3 op schematische wijze een uitvoering van de gecombineer-30 de separatie-, scheidings- en sorteerinrichting volgers de uitvinding; fig. 4 op schematische wijze een tweede uitvoering; fig. 5 in doorsnede een deel van een sorteerinrichting met gemonteerde geleidingsmiddelen; en fig. 6 een doorsnede volgens de lijn VI-VI in fig. 5.

35 In de fig. 1 en 2 is een separatieinrichting 1 weergegeven be- j staande uit een zestal plaatvormige elementen 2-7, die vervaardigd zijn uit dun flexibel kunststofmateriaal, dat uit duidelijkheidsoverwegingen j 340 305 7 * * -6- { sterk vergroot is weergegeven, en elk zijn voorzien van een lipvormig i ? ! uitstekend deel 8-13, rtaarbij die delen ten opzichte van elkaar versprongen zijn aangebracht. De plaatvormige elementen zijn pakketgewijs samengesteld onder tussenvoeging van telkens twee afstandplaatjes 14-18 | 5 tussen telkens twee plaatvormige elementen in de zijrandgebieden daarvan.

Ter plaatse van de afstandplaatjes is in elk zijrandgebied een tweetal i door het gehele pakket lopende boringen 19, 20 aangebracht. Deze boringen dienen voor Hét opnemen van middelen .waarmee het pakket-zowel.-kan·-worden- ----- , samengedrukt als onder spanning loodrecht op de zijranden gebracht.

,10 Uitgaande van elk plaatvórmig element 8-13 en één geheel daarmee vormend zijn geleidingsmiddelen in de vorm van leielementen 21-26, telkens vijf per plaatvormig element, aanwezig. De vijf van elk plaatvormig element uitgaande leielementen hebben alle eenzelfde lengte en zijn aan hun vrije uiteinden voorzien van een boring of opening 27 voor het aan-15 brengen van spanelementen voor het in de langsrichting spannen van de leielementen. De lengte van de leielementen 21-26 is afhankelijk van de lengte van de te bepalen transportbaan naar een opvanghouder. In het algemeen zal de lengte van het vijftal leielementen 21 afwijken van die van de overige vijftallen léidementen 22-26, welke vijftallen ook onderling 20 weer verschillende lengten zullen hebben. Dit is in fig. 2 aangéduid door het aanbrengen van verschillende aantallen onderbrekingen in de leielementen.

Voor het separeren van een meervoudig kettingformulier dient dit ; in het vlak van de separatieinrichting 1 te wórden toegevoerd aan de 25 zijde waar zich de lipvormig uitstekende delen 8-13 bevinden..Door het » - deel 12 aan te grijpen, eri middels dit het plaatvormige element 6 .volgens pijl 27 in fig. 2 in de richting van de plaatvormige elementen 2-5 om te buigen, wordt de opening tussen de plaatvormige elementen 6 en 7 gecreëerd door afstandplaatjes 18, toegankelijk voor het'aldaar onder-30 brengen van een baan van het meervoudige kettingformulier. Na de overige banen van het meervoudige kettingformulier uit de transportbaan te hebben omgebogen, wordt eerstbedoelde baan in vlakke zin tussen de plaatvormige elementen 6 en 7 opgenomen door het loslaten van het lipvormig uitstekende deel 12, waardoor dit in zijn uitgangsstand terugveert onder het vast-35 houden van het lipvormig uitstekende deel 11,.waardoor de transportbaan voor de volgende baan van het meervoudige kettingformulier toegankelijk _ . wordt. Door herhaling van de bovenomschreven· handelingen kunnen achter- 84 0 34)-5 7.---......- ---------------------------- -7- " 'a j eenvolgens de banen op hun plaats worden gebracht, waarna het aldus gesepareerde meervoudige kettingformulier verder wordt ingevoerd totdat : . het bij een transportorgaan komt en door dit wordt aangegrêpen. Een ; dergelijk transportorgaan kan een stel aangedreven, samenwerkende rollen: 5 zijn, welke róllen voorzien -zijn van uitsparingen voor.het onbeinvloed laten van de gebieden waarin zichide stationaire leielementen bevinden.

In fig. 3 is op schematische wijze een eerste uitvoeringsvariant * van de gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteerinriehting volgens de uitvinding weergegeven. Deze gecombineerde inrichting 30 is 10 voorzien van een scheidings inrichting 31 met eenpaar invoerr oliën 32, een scheidingsmesrug 33 en een paar a£voerrollen 34.' De rollenparen 32 en 34 worden met dezelfde snelheid aangedreven tot het moment waarop een perforatielijn van een meervoudig kettingformulier 35 zich ter hoogte van de scheidingsmesrug 33 bevindt. Op dat moment, dat bepaald wordt door 15 niet verder weergegeven detectiemiddelen, wordt met behulp van een eveneens niet-weergegeven koppel-rem-mechaniek het invoerrollenpaar 32 gearreteerd, terwijl het afvoerrollenpaar 34 door blijft draaien. Dit heeft bij de scheidingsmesrug 33 een scheiding van het meervoudige kettingformulier langs de perforatielijn tot gevolg. De aldus gescheiden 20 vellen waren al gesepareerd door het invoeren in een separatieinrichting 36 met aansluitend, niet-weergegeven leielementen van de bovenomschreven soort. Ten einde de leielementen onbeinvloed door te laten zijn de paren rollen 32 en 34 voorzien van uitsparingen, dan wel elk samengesteld uit een aantal afzonderlijke, op een as gemonteerde rollen, waarbij 25 de onderlinge afstand tussen twee rollen iets groter is dan de breedte van een leielement.

Na het aldus separeren en scheiden wordt elk vel afzonderlijk j verder getransporteerd naar zijn bestemmingsplaats. Zo bestaat in. het uitvoeringsvoofbeeld volgens fig. 3 het meervoudige kettingformulier j 30 35 uit twee banen, waarvan telkens een ondergelegen vel 35a middels een met één der rollen van het afvoerrollenpaar 34 samenwerkende rol 37, eventuele niet-weergegeven hulpgeleidingsmiddelen en een verder rollen-paar 38 afgelegd in een opvanghouder 39. Het bovengelegen vel 35b wordt afgevoêrd naar een verdere, niet-weergegeven verwerkingsinrichting, 35 bijvoorbeeld een vouw- en/of vulmachine. De werkcyclüs van dit apparaat kan bepalend zijn en.-gebruikt worden voor het afgeven van een signaal voor het wederom starten van het invoerrollenpaar 32 ten einde een volgende scheidingsbewerking in gang te zetten. Een dergelijk signaal kan 84 ÖTQT7 " ......

i -8- ook afkomstig zijn van een eventueel voor de inrichting 30 opgestelde, niet-weergegeven drukinrichting of printer. Zijn zowel vóór als achter de inrichting 30 apparaten opgesteld, dan kan een vrijgeefsignaal voor het invoerrollënpaar 32 wórden afgegeven na ontvangst van èen vrijgeef-5 signaal van een van elk der andere apparaten.

De inrichting 30 is verder nog voorzien van een invoer- en richtorgaan 40 waarop snij- of scheidmiddelen 41 voor de veelal langs kettingfonmilieren aangebrachte penleiranden volgen. Afgescheiden randstroken 42 worden verzameld op bijvoorbeeld wikkelspoelen 43.

10 In fig. 4 is een tweede uitvoeringsvariant van de gecombineerde separatie-, scheidings- en sorteerinrichting volgens de uitvinding weergegeven. In deze inrichting 44 is een soortgelijke invoer, separatie-en scheidingsinrichting toegepast als bij de inrichting 30 volgens fig.

3. Bedoelde onderdelen zijn dan ook met dezelfde verwijzingscijfers aan-15 geduid.

Bij de inrichting 44 volgens fig. 4 wprdt een vijfvoudig ket-tingformulier 45 toegevoerd aan het invoer- en richtorgaan 40, waarna de geperforeerde randstroken 42 bij het rollenpaar 41 worden afgescheiden en weggeleid. Na het in de separatieinrichting 36 invoeren van het 20 vijfvoudige kettingformülier worden de vijf banen met daartussen de lei-elèmenten door het invoerrollënpaar 32, over de scheidingsmesrug 33 en door het afvoerrollenpaar 34 geleid. Door het als boven omschreven arreteren van het invoerrollënpaar 32·zijn met behulp van de scheidingsinrichting 31 vijf gesepareerde vellen af te scheiden van het vijfvou-25 dige kettingformülier 45. Na het verlaten van het afvoerrollenpaar 34 worden de vellen 45a-45e middels de lei-elementen en daarmee samenwerkende transportorganen getransporteerd en af gelegd in een vijftal op-vanghouders 46-50. Het geleidings- en transportsysteem volgend op het afvoerrollenpaar 34 zal onderstaand onder verwijzing naar fig. 5 nader 30 worden toegelicht. Alvorens daartoe over te gaan wordt nog opgemerkt, dat het ook bij deze inrichting mogelijk is met behulp van een rol 37, die samenwerkt met één der afvoerrollen 34, een vel horizontaal volgens pijl 51 af te voeren naar een verder apparaat, zoals een vouw- en/of vulinrichting.

35 In fig. 5 is het onderste deel van de sorteerinrichting volgens fig. 4 op vergrote schaal en gedetailleerder weergegeven, d.w.z. de af giften van 'de vellen 45c, 45d en 45e. Wat betreft de aanwezige lei- 84 0 3 0 5 7 ψ * -9- elementen is gerefereerd aan de fig. 1 en 2j dit met de opmerking, dat de lei-elementen 26 zijn ingekort en vervangen door bandvormige, transportmiddelen, die, zoals uit fig. 6 blijkt, bestaan uit een aantal transportriemen 52, die lopen over een aantal leirollen 53, die verend 5 zijn opgesteld.

De transportriemen 52 bepalen de ene zijde van een zich in het verlengde van de scheidingsinrichting 31 uitstrekkende, rechtlijnige transportbaan. Zo lang een vel zich in die transportbaan bevindt, ondervindt het slechts een geringe weerstand tussen zijn lei-elementen, 10 welke weerstand door onder meer de transportriemen 52 gemakkelijk is te overwinnen zonder dat dit aanleiding geeft tot verplaatsingen tussen vellen en transportorgaan.

Zodra een vel uit de rechtlijnige transportbaan moet afbuigen om te kunnen worden af gelegd in een opvanghouder, betekent dit een aan-15 merkelijke vergroting van de ondervonden wrijving, hetgeen wordt opgevangen door het bij telkens een baanafbuiging opstellen van een aangedreven rol 54, die samenwerkt met verend opgestelde rollen 53 en 55.

Elk lei-element dient voor althans een aanmerkelijk deel eenzelfde afgebogen baan te volgen. Om daarbij het lei-element buiten contact te 20 houden met de aangedreven rol 54 is deze laatste voorzien van uitsparingen of onderbrekingen, waarin een de rolomtrek volgend, gebogen deel 56 van een leiplaat 57 is onder gebracht, waarbij het stilstaande gebogen deel 56 een ondersteuning vormt voor het eveneens stilstaande lei-element. De leiplaat 57 strekt zich vanaf het gebogen deel 56 omhoog 25 uit tot nabij het gebogen deel 56 van een opvolgende leiplaat 57 en is aldaar voorzien van een neus 58, waaromheen een lei-element, bijvoorbeeld. 24 of 25 in fig. 5, komende vanaf een ondersteuning op een bovengelegen gebogen deel 56 heen loopt, welk lei-element middels een veer 59 aan de leiplaat 57 is bevestigd.

30 Door het afbuigen van een lei-element op de beschreven wijze zou een voorbij die afbuiging rechtdoorlopend vel tot zijn afbuiging uit de rechtlijnige baan aan één zijde niet geleid worden. Dit nu is voorkomen door het op de geschetste wij ze . aanbrengen van de leiplaten 57, die over bedoeld traject de geleidingsfunctie van een afgebogen lei-35 element ovememen en zodoende de andere begrenzing van de rechtlijnige transportbaan vormen, waarvan de ene zijde, zoals vermeld, bestaat uit de transportriemen 52, die middels samenwerking van de rollen 53 en 54 84 0 3 G 3 ?

ν' “C

: ' -ιο- . aangedreven worden, waardoor de transportriemen 52 en de leirollen 53 en verdere onderdelen op eenvoudige wijze zonder bijzondere problemen wegneembaar of wegzwenkbaar in de inrichting 44 zijn aan te brengen, zodat ingeval van storing, in het bijzonder stremming, het geleidings-5 systeem op relatief eenvoudige wijze toegankelijk is. Deze mogelijkheid is nog te verbeteren door de leiplaten 57 zodanig'te monteren, dat deze na het lossen van een vergrendeling om de hartlijn van een rol 54, d.w.z. van een gebogen deel 56, zwenkbaar zijn in de richting van de weggenomen of weggezwenkte transportriemen 52. Door bedoelde zwenking 10 van de leiplaten 57, en in het bijzonder de neuzen 58 daarvan, wordt de spanning van de léi-elementen weggenomen, hetgeen de toegankelijkheid van de transportbanen voor de diverse vellen aanzienlijk verbetert.

Het spreekt vanzelf, dat er binnen het kader van de uitvinding vele wijzigingen en varianten mogelijk zijn. Zo kan een lei-element in 15 plaats van uit een strook ook uit een aantal naast elkaar aangebrachte draden bestaan, waarbij de draden van een boven- of onderliggend lei-element versprongen ten opzichte van die van het eerstbedoelde lei-element kunnen zijn aangebracht. Ook is de weergegeven en besproken wijze van bevestiging van de uiteinden van de lei-elementen slechts één, 20 zij het een voordeelbiedende wat betreft constructie en werking, van een aantal mogelijkheden. Een lei-element kan ook verder om een gebogen deel 56 worden geleid en boven de rol 54 zijn bevestigd. Het af te leggen vel bevindt zich dan aan de andere zijde van het lei-element dan bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 5 en dient middels een aan 25 te brengen leiorgaan uit zijn rechtlijnige baan te worden af gebogen v naar de opvanghouder. Uiteraard is het ook mogelijk de rechtlijnige baan een andere dan een verticale richting te geven, bijvoorbeeld horizontaal, waarbij de vellen aan bijvoorbeeld in de transportrichting schuin omlaag hellende opvanghouders zijn toe te voeren. Verder zijn de trans-30 portriemen 52 in bepaalde gevallen weg te laten, waarbij hun functie wordt overgenomen door de transportrollen 53, of te vervangen door een transportband. Dienen twee exemplaren, bijvoorbeeld het origineel en een kopie, bij elkaar te blijven, dan is dit te realiseren door die twee exemplaren bij het invoeren in de separatieinrichting niet te 35 separeren doch gezamenlijk tussen twee lei-elementen te transporteren en af te leggen in een opvanghouder of toe te voeren aan een vouw-en/of vulmachine.

8403057

Claims (11)

1. Gecombineerde separatie'-, seheidings- en sorteerinrichting voor een meervoudige kettingformulierenbaan met door . perforatieli jnen vastgelegde velverdelingen, voorzien van een scheidingsinrichting voor het onderverdelen van de kettingformulierenbaan langs de perforatielijnen, 5 van een transportbaan voor het gesepareerd transporteren van de kettingformulierenbaan, en van een sorteerinrichting bestaande uit een aantal opvanghouders voor gesepareerde gescheiden vellen van de kettingformulierenbaan, waarbij de scheidingsinrichting bestaat uit een invoer, een scheidingsmesrug en een af voer, die voorzien is van een 10 paar afvoerrollen, en de transportbaan voor het gesepareerd transporteren zich in transportrichting gezien vanaf een plaats vóór de scheidingsmesrug uitstrekt tot telkens een opvanghouder, met het kenmerk, dat de transportbaan voor het gesepareerd transporteren begint bij een separatieinrichting met een aantal invoerelementen en voorzien is van 15 geleidingsmiddelen in de vorm van één of een aantal op elk invoerelement aansluitende, langgerekte lei-elementen, waarbij althans het paar afvoerrollen is voorzien van omtreksuitsparingen of -onderbrekingen voor het bundelgewijs onbelnvloed doorlaten van de lei-elementen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de invoer-20 elementen bestaan uit dunne, buigbare, op elkaar gelegen, plaatvormige elementen, die voor het tussenvoegen van telkens een laag van de meervoudige kettingformulierenbaan van elkaar af buig- of zwenkbaar zijn en onder tussenvoeging van dunne af standplaat j es in de zijrandgebieden ter ' ! i weerszijden van de transportbaan tot een pakket zijn samengevoegd. !

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de invoer elementen bestaan uit flexibele kunststofplaten die in het in de transportrichting gezien stroomafwaarts gelegen deel van de zijrandgebieden zijn voorzien van middelen voor het aangrijpen van spanelementen, die de platen dwars op de transportrichting kunnen spannen, en dat de lei-30 elementen bestaan uit stroken, die zich in de transportrichting uitstrekken vanaf en één geheel vormen met telkens een kunststofplaat, waarbij de stroomafwaarts gelegen uiteinden van de stroken voorzien zijn van middelen voor het aangrijpen van spanelementen, die de stroken in de transportrichting kunnen spannen. 8403057 r ' -12-

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de separatieinrichting, de scheidingsinrichting en de geleidingsmiddelen zodanig zijn opgesteld, dat de transportrichting daarin in hoofdzaak rechtlijnig is tot aan een afbuiging bij een opvanghouder, welke af- 5 buiging verwezenlijkt is door een dienovereenkomstig leiden van één of een aantal naast elkaar geplaatste lei-elementen, waarbij een doorgaande geleidingsfunctie van het lei-element of de lei-elementen worden overgenomen door een zich vanaf de afbuiging tot de volgende afbuiging, en deze volgend, uitstrekkende leiplaat uit een stijf materiaal,, die de 10 transportbaan aan de ene zijde begrenst, waarbij de transportbaan aan de andere zijde wordt gevormd.door bandvormige transportmiddelen of door transportrollen.

5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het afbuigen van een lei-element plaatsvindt door dit eerste te leiden over 15 het de afbuiging volgende deel van de leiplaat en vervolgens om een neus gevormd aan de opvolgende leiplaat, waarbij over althans het traject waarover het lei-element aanligt tegen de leiplaat een naastgele- / gen aangedreven transportrol werkzaam kan zijn.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de band-20 vormige transportmiddelen als een geheel wegneembaar of wegzwenkbaar zijn en de leiplaten om de as van de aangedreven transportrol zwenk-baar zijn.

7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het uiteinde van elk lei-element verend is bevestigd.

8. Inrichting volgens één der conclusies 5-7, met het kenmerk, dat de aangedreven transportrol naast een plaats waar een lei-element de in hoofdzaak rechte transportbaan verlaat samenwerkt met een tegen-drukrol die fungeert als transportrol of als geleidingsrol voor de bandvormige transportmiddelen.

9. Inrichting volgens één der conclusies 5-8, met het kenmerk, dat de aangedreven transportrol met een onderrol samenwerkt naast een plaats waar een lei-êlement door het spannen om de neus zijn baan rond de omtrek van de transportrol heeft verlaten.

10. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 35 invoer van de scheidingsinrichting voorzien is van een paar invoer- rollen, met het kenmerk, dat beide paren rollen van de scheidingsinrichting met dezelfde Snelheid aandrijfbaar zijn en er middelen aanwezig 8403057 f- * -13- zijn voor het arreteren van het paar invoerrollen.

11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de middelen voer het arreteren van het paar invoerrollen stuurbaar zijn door een stroomopwaarts opgestelde inrichting, bijvoorbeeld een drukinrich-5 ting, en/of een stroomafwaarts opgestelde inrichting, bijvoorbeeld een vouw en/of vulinrichting. / ·» - 8403057