NL8402291A - Verbeteringen met betrekking tot rookartikelen. - Google Patents

Description

* 'l""' m- 0 Ν032656 1

Verbeteringen met betrekking tot rookartikelen. ^

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op het aanbrengen van een metallische versiering op rookartikelen, zoals sigaretten.

5 Het is reeds lang bekend om’ een metallisch effect op het mondstuk- materiaal van van mondstuk voorziene sigaretten aan te brengen. Een bekende werkwijze voor het voorzien in een dergelijk effect is opbrengen van metallische inkt op het mondstukmateriaal. Het gebied van het mond-stukmateriaal waarop de inkt opgebracht wordt heeft een enigszins matte 10 afwerking in plaats van een zeer spiegelende.

Andere voorgestelde werkwijzen voor het voorzien in een metallisch effect op het mondstukmateriaal zijn door vacuümmetaliseren, het opbrengen van metallisch poeder, zoals brons, op een hechtend opdruksel gedrukt op het mondstukmateriaal, en het lamineren van een metallisch 15 foelie en het mondstukmateriaal. Enkele van deze laatste werkwijzen worden gebruikt door de vervaardigers van mondstukmateriaal, om typisch een geheel metallisch effect te geven of om in een lijn van metaal te voorzien, die zich over de lengte van de baan mondstukmateriaal uitstrekt en die zich bijgevolg in de samengevoegde sigaret langs de onr* 20 trek van het mondstukmateriaal uitstrekt.

Het is een doeleinde van de onderhavige uitvinding om in een werkwijze te voorzien voor het opbrengen van een versiering met metaalfolie op mondstukmateriaal, die een zeer spiegelende afwerking tot gevolg heeft en die in staat is om in een versiering op een vereiste plaats te 25 voorzien op het mondstukmateriaal ten opzichte van de einden daarvan die in het samengevoegde rookartikel een overlappende afdichtnaad vormen.

De onderhavige uitvinding voorziet in een werkwijze voor het op een rookartikel opbrengen van een versiering van metaalfoelie op het 30 mondstukmateriaal, waarbij het mondstukmateriaal en metaalfolie in aanraking met elkaar gebracht worden, druk opgebracht wordt op het in aanraking zijnde mondstukmateriaal en de folie door middel van een vormor-gaan, waarbij het opbrengen van druk uitgevoerd wordt bij verhoogde temperatuur en waarbij het vormorgaan dient om het metaalfoelie te 35 hechten aan het mondstukmateriaal met een gedaante die overeenkomt met de gedaante van het vormorgaan. De onderhavige uitvinding voorziet eveneens in mondstukmateriaal dat aan een dergelijke werkwijze onderworpen is en een sigaret of rookartikel dat een mondstukmateriaal omvat, dat aan een dergelijke werkwijze onderworpen is.

40 Bij voorkeur dient het vormorgaan om een indrukking in het mond- 8402291 ' ·» · '*· 2 stuk voor te brengen en. het metaalfolie te doen hechten aan het mondstuk binnen de indrukking, en bij voorkeur uitsluitend in de indrukr king.

Bij voorkeur worden tijdens het opbrengen van druk het mondstuk en 5 de folie tussen het vormorgaan en een lichaam met veerkrachtig materiaal aangebracht.

Indien het vormorgaan dient om een indrukking te vormen, is het van nadeel, hoewel niet onmogelijk, om het mondstukmateriaal opnieuw op te wikkelen, aangezien de ingedrukte delen afstaan van het achteropper-10 vlak van het mondstukmateriaal en bijgevolg een onregelmatig opnieuw opwikkelen het gevolg is. Bijgevolg is het, in het bijzonder indien het vormorgaan dient om indrukkingen voort te brengen, aanbevelenswaardig om de werkwijze volgens de uitvinding uit te voeren met het mondstukmateriaal in een baan die zich uitstrekt naar een plaats waar het mond-15 stukmateriaal in discrete delen daarvan, samengevoegd wordt met stangen rookmateriaal en mondstukken van rookartikelen.

Indien het vormorgaan dient om een indrukking voort te brengen, moet het mondstukmateriaal door warmte te deformeren zijn.

Het mondstukmateriaal kan een papiersoort zijn, omvattende een 20 deel thermoplastisch materiaal, waarvan de aanwezigheid de warmte deformerende aard van het mondstukmateriaal verbetert, welke eigenschap noodzakelijk is voor het verkrijgen van scherp begrensde randen van een met metaal folie beklede indrukking. Het thermoplastische materiaal is bij voorkeur in vezelachtige vorm aanwezig in de voorziening waaruit 25 het papier vervaardigd wordt. Alternatief kan het thermoplastische mar-teriaal op het papier bekleed worden of in velvorm daaraan gehecht worden. Een verder alternatief voor het mondstukmateriaal is het aanwezig zijn in de vorm van een vel thermoplastich materiaal. Onder de thermoplastische materialen· die bij elk van deze alternatieven gebruikt kuir-30 nen worden, zijn celluloseacetaat, viskose, polyetheen, polypropeen, nylon en polyethyleentereftalaat.

De noodzakelijke warmte kan toegevoerd worden door het op een verhoogde temperatuur houden van het vormorgaan, al hoewel alternatief of bovendien het mondstukmateriaal verwarmd kan worden voor de vorming van 35 de indrukking.

De metaalfolie omvat op passende wijze goud of een goudlegering, hoewel alle andere folies, zoals aluminium of aluminiumfolie gebruikt kunnen worden.

De versiering van metaalfolie kan de vorm van bijvoorbeeld een 40 handelsmerk, warenmark, embleem of andere aanduiding hebben, en/of de 8402291 & 3 vorm van een patroon of decoratie aannemen, die zich uitstrekt of herhaald om de omtrek van het gerede rookartikel.

Bij voorkeur wordt het vormorgaan aangebracht op een machine voor het samenvoegen van filtermondstukken, d.w.z. een machine ontworpen om 5 filtermondstukken met sigarettenstangen samen te voegen door middel van mondstukomhulsels, normaliter een filterelement met dubbele lengte samengevoegd met twee filterstangen, een bij elke einde van het filter-element. Op deze wijze kan gemakkelijk en betrouwbaar worden voorzien in het aanbrengen van de versiering die op enige gewenste plaat ten op-10 zichte van de overlapnaad gevormd moet worden, welke overlapnaad tijdens de samenvoeghandeling vervaardigd wordt.

De uitvinding zal nu aan de hand van een voorbeeld met verwijzing naar de bijgaande schetsmatige tekeningen beschreven worden, waarin figuur 1 en 2 respectievelijk verschillende vormen van een inrichting 15 voor het opbrengen van een versiering van metaalfolie tonen.

In figuur 1 heeft verwijzingscijfer 1 betrekking op een haspel door warmte te vervormen mondstukmateriaal, van waar zich een baan 2 mondstukmateriaal uitstrekt. De baan 2 strekt zich door de plaats van een eenheid voor versierend metaalfolie uit, in het geheel aangegeven 20 door 3, alsmede een paar aandrijfrollen 4, 5 werkzaam om de baan 2 intermitterend aan te drijven. Van de rollen 4, 5 strekt de baan 2 zich via een houderkast 6 naar een paar voortdurend aangedreven aandrijfrollen 7,8 uit, die deel uitmaken van een samenvoegmachine voor filtermondstukken, die niet verder afgeheeld is. Bij voorkeur zijn hapsel 1, 25 eenheid 3, rollen 4, 5 en houderkast 6 allen op de samenvoegmachine voor filtermondstukken aangebracht.

De eenheid 3 omvat een verticaal heen en weer bewegend vormorgaan 9, dat bij een benedenvlak daarvan voorzien is van een verheven indrukr king, die zoals aangegeven bij 10 van een woord voorzien is. Het vornr-30 orgaan 9 is eveneens voorzien van elektrische verwarmingselementmidder len (niet afgebeeld) werkzaam om de verheven indrukking 10 op een verhoogde temperatuur te houden, een temperatuur die bijvoorbeeld in het bereik tussen 50eC en 150°C ligt. Onder het vormorgaan bevindt zich een vast veerkrachtig blok 11. De eenheid 3 omvat eveneens aandrijfrollen 35 12, 13, die werkzaam zijn om intermitterend harmonisch met de intermit terende aandrijving van rollen 4, 5 een strook 14 metaalfolie die zich uitstrekt van een cassette 15 aan te drijven.

Een deel van de foliestrook 14 tussen de rollen 12, 13 strekt tussen het vormorgaan 9 en het blok 11 uit en ligt boven de baan 2 mond-40 stukmateriaal.

8402291

* * > ‘V

4

Tijdens bedrijf van de inrichting afgebeeld in de tekening voeren de rollen 7, 8 de baan 2 mondstukmateriaal op continue wijze toe aan de samenvoegmachine voor filtermondstukken. De aandrijving van de rollen 4, 5 en 12, 13 wordt regelmatig onderbroken gedurende een korte periode 5 die voldoende is om het vormorgaan 9 naar beneden te doen bewegen in samenwerking met het veerkrachtig blok 11 om een indrukking voort te brengen, met de vorm van een verheven indrukking 10, in het mondstukr materiaal en om terug naar boven bewogen te worden uit aangrijping met het blok 11. De strook 14 metaalfolie wordt aan een dragerstrook ger 10 hecht, die zich bevindt aan de zijde van de foeliestrook 14, die gericht is naar de baan 2 mondstukmateriaal. De dragerstrook omvat bij het buitenvlak daarvan een bekleding van door warmte geactiveerd kleef-middel, hetgeen de dragerstrook in staat stelt te dienen om een deel van de strook 14 metaalfolie aan de baan 2 te doen hechten binnen de 15 indrukking gevormd in de baan 2 mondstukmateriaal om de indrukking volledig te bekleden. De dragerstrook dient verder om de overblijvende delen van de foliestrook 14 terug naar de cassette 15 te brengen. Op deze wijze wordt de baan 2 mondstukmateriaal versierd met een reeks op regelmatige afstand liggende, zeer spiegelende woorden in metaalfolie· 20 Indien zoals gebruikelijk is, de samenvoegmachine voor filtermond stukken werkt met het samenvoegen van sigaretten met dubbele lengte, zal de baan 2 mondstukmateriaal een dubbele breedte hebben. In een der-gelijk geval zal het vormorgaan 9 voorzien zijn van twee gelijke verheven indrukkingen, waardoor de baan mondstukmateriaal versierd zal wor-25 den met paren zijdelings op afstand liggende woorden symmetrisch aangebracht ten opzichte van de langshartlijn van de baan 2.

Op passende wijze zijn de rollen 4, 5 en 7, 8 en alle verdere rollen van de machine voor het samenvoegen, die op de baan 2 mondstukmateriaal rusten, ringvormig ontlast teneinde de mogelijkheid te vermij-30 den dat de rollen een afplatten van de ingedrukte delen van de baan 2 mondstukmateriaal veroorzaken.

Een alternatieve inrichting voor het opbrengen van een versiering van metaalfolie op de baan mondstukmateriaal is schetsmatig in figuur 2 getoond. De inrichting omvat een veelheid van verwarmde vormorganen 16, 35 die met gelijke hoek op afstand liggen om een draaiende trommel 17, werkzaam om de vormorganen achtereenvolgens in aanraking te brengen met de metaalfolie 18 die samen met een baan 19 mondstukmateriaal toegevoerd wordt tussen de trommel 17 en een draaiende trommel 20, die een veerkrachtig steunoppervlak 21 omvat.

40 Een andere alternatieve inrichting omvat een gegroefde trommel, 8 4 0 2 2 9 t • r 5 werkzaam om sigaretten te dragen in de groeven, bij voorkeur sigarettensamenstellen met dubbele lengte, welke soort trommel algemeen bekend is in de tabaksindustrie, en een reciprocerend verwarmd vormorgaan, aangebracht nabij de trommel en werkzaam om delen metaalfolie te hectr-5 ten aan mondstukmateriaal van sigaretten of sigaretsamenstellen. Het reciprocerende vormorgaan kan deel uitmaken van een eenheid, die overeenkomstig is aan de hierboven beschreven eenheid 3. De trommel kan deel uitmaken van een samenvoegmachine voor filtermondstukken»

Hoewel zoals hierboven beschreven het vormorgaan dient om een in-10 drukking in het uitwendige oppervlak van het mondstukmateriaal voort te brengen, kan er in voorzien worden dat het vormorgaan dient om een inr drukking in het inwendige vlak daarvan voort te brengen. Dit effect kan verkregen worden met gebruik van een inrichting zoals afgebeeld in de tekening door het eenvoudig plaatsen van het vormorgaan 9, met de in-15 drukking 10 helemaal naar boven onder de baan 2 en het plaatsen van het blok 11 boven de baan 2.

Indien het mondstukmateriaal een bekleding van een thermoplastisch materiaal aan het inwendige oppervlak daarvan bevat, kan het mogelijk zijn om van een klevende bedekking op de draagstrip voor folie af te 20 zien.

Hoewel zoals hierboven beschreven de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding toegepast wordt op mondstukmateriaal, kan deze eveneens toegepast worden op sigarettepapier. Vanwege deze reden moet de uitdrukking "mondstukmateriaal" in de onderstaande conclusies begrepen 25 worden eveneens sigarettepapier te omvatten.

8402291

Claims (14)

1. Werkwijze voor het op het mondstukmateriaal van een rookartikel opbrengen van een versiering van metaalfolie, waarbij mondstukmateriaal 5 en metaalfolie in aanraking met elkaar gebracht worden, met het kenmerk, dat druk opgebracht wordt op het in aanraking gebrachte mondstukr materiaal (2, 19) en de folie (14, 18) door middel van een vormorgaan (9, 16), waarbij het opbrengen van druk bij een verhoogde temperatuur uitgevoerd wordt en het vormorgaan (9, 16) dient om het metaalfolie 10 (14, 18) te doen hechten aan het mondstukmateriaal (2, 19) in een ger- daante die overeenkomt met de gedaante van het vormorgan (9, 16).

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tijdens het opbrengen van druk de folie (14, 18) tussen het vormorgaan (9, 16) en het mondstukmateriaal (2, 19) aangebracht is.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tijdens het opbrengen van de druk het mondstukmateriaal (2, 19) aangebracht is tussen het vormorgaan (9, 16) en de folie (14, 18).

4. Werkwijze volgens éên van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het vormorgaan (9, 16) dient om een indrukking in het 20 mondstukmateriaal (2, 19) voort te brengen en de folie (14, 18) te doen hechten aan het mondstukmateriaal (2, 19) binnen de indrukking.

5. Werkwijze volgens êên van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tijdens het opbrengen van druk het mondstukmateriaal (2, 19) en de folie (14, 18) aangebracht zijn tussen het vormorgaan (9, 16) 25 en een lichaam (11, 21) veerkrachtig materiaal.

6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het mondstukmateriaal (2, 19) een papiersoort is, omvattende een thermoplastisch materiaal.

7. Werkwijze volgens êên van de voorgaande conclusies, met het 30 kenmerk, dat het vormorgaan (9, 16) op een verhoogde temperatuur gehouden wordt.

8. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het vormorgaan (9, 16) op een samenvoegmachine voor fil-termondstukken aangebracht is.

9. Werkwijze volgens éên van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de folie (14, 18) gehecht is aan een draagstrook.

10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de draagstrook zich aan de zijde van de folie (14, 18) verwijderd van het mondstukmateriaal (2, 19) bevindt.

11. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het 84 0 2 2 9 f ^ -r· kenmerk, dat de folie (14, 18) een bekleding van een door warmte geactiveerd kleefmiddel draagt aan de rijde van de folie (14, 18) die gericht is naar het mondstukmateriaal (2, 19).

12. Werkwijze volgens éin van de voorgaande conclusies, met het 5 kenmerk, dat het mondstukmateriaal (2, 19) op het moment van het daaraan hechten van de folie (14, 18) in een sigaret opgenomen wordt.

13. Mondstukmateriaal dat versiering van metaalfolie draagt opgebracht op de folie door een werkwijze volgens êen van de voorgaande conclusies.

14. Sigaret omvattende een omhulsel van mondstukmateriaal dat een versiering van metaalfolie draagt opgebracht op de folie met een werkwijze volgens êên van de conclusies 1 tot 12. sssaaassass 8402291