NL8304391A

NL8304391A - Frame for door or window opening - comprises U=section metal profiles clamped around wall edge by gutter profile clamp jaws

Info

Publication number: NL8304391A
Application number: NL8304391A
Authority: NL
Original assignee: Polynorm Nv
Priority date: 1983-10-13
Filing date: 1983-12-21
Publication date: 1985-05-01

Abstract

A U-shape cross-sections profile has a flange rim (6,7) to clamp around the wall (1) surrounding a door or window opening. The jaws are connected via a fastening (27). EAch clamp jaw (9,10) comprises a steel sheet bent over longitudinally and profiled over its length as a gutter profile, with flanges adjoining the gutter sides. The curved profile allows the jaw to have a rigid form despite the small thickness of material. The jaws are drawn together by bolts (20). The flange rims may be welded to the clamp jaws. Hooks can also be provided between the jaw halves, so that they move as one even before tightening.

Description

4 » * > -1- M kon/MF, 3Polynorm4 * * -1 -1 M kon / MF, 3Polynorm

KOZIJNELEMENTFRAME ELEMENT

De uitvinding betreft een kozijnelement, zoals beschreven in de aanhef van conclusie 1.The invention relates to a frame element, as described in the preamble of claim 1.

Een dergelijk kozijnelement is bekend uit het DE 3046780. Bij dit kozijnelement is het naar de bouwplaats 5 transporteren en het spannen van de kleminrichting lastig, vooral omdat de kleminrichting verschuifbaar is in axiale richting van het profiel.Such a frame element is known from DE 3046780. With this frame element, transporting to the construction site 5 and clamping the clamping device is difficult, especially because the clamping device is slidable in the axial direction of the profile.

De uitvinding verschaft een kozijnelement volgens conclusie 1, waarbij het spannen van de kleminrichting gemak-10 kelijk is.The invention provides a frame element according to claim 1, wherein the clamping of the clamping device is easy.

Bij het kozijnelement volgens de uitvinding staan de flensranden van het profiel bij voorkeur dwars op de muur, hetgeen profielmateriaal bespaart. De klembekken zijn met de flensranden aan het profiel te verbinden met klinknagels of 15 blinde klinknagels, schroeven etc., doch bij voorkeur door lassen, in het bijzonder projectielassen of puntlassen.In the frame element according to the invention, the flange edges of the profile are preferably transverse to the wall, which saves profile material. The clamping jaws can be connected with the flange edges to the profile with rivets or blind rivets, screws, etc., but preferably by welding, in particular projection welding or spot welding.

De genoemde en andere kenmerken van de uitvinding zijn in de hierna volgende beschrijving aan de hand van een tekening verduidelijkt.The mentioned and other features of the invention are elucidated in the description below with reference to a drawing.

20 In de tekening stellen schematisch voor:20 The drawing schematically shows:

Fig. 1 een dwarsdoorsnede van een in een muurope-ning gemonteerd kozijnelement volgens de uitvinding,Fig. 1 is a cross-section of a frame element according to the invention mounted in a wall opening,

Fig. 2 een bovenaanzicht van een kleminrichting van het kozijnelement van fig. 1, 25 Fig. 3 een aanzicht van een klerabek van de klem inrichting van fig. 2, gezien in de richting van de pijlen III-III van fig. 2,Fig. 2 shows a top view of a clamping device of the frame element of FIG. 1, FIG. 3 is a view of a girdle of the clamping device of FIG. 2, viewed in the direction of arrows III-III of FIG. 2,

Fig. 4 een aanzicht van een andere klerabek van de kleminrichting van fig. 2, gezien in de richting van de pij-30 len IV-IV van fig. 2,Fig. 4 is a view of another clamp of the clamping device of FIG. 2, viewed in the direction of arrows IV-IV of FIG. 2,

Fig. 5 een detail van de kleminrichting van fig. 2, dat de samenwerking laat zien tussen de beide klembekken,Fig. 5 shows a detail of the clamping device of FIG. 2, which shows the cooperation between the two clamping jaws,

Fig. 6 op grote schaal een aanzicht van het einddeel van een klembek, die is verbonden met een flensrand van 35 het profiel,Fig. 6 a large-scale view of the end part of a clamping jaw, which is connected to a flange edge of the profile,

Fig. 7 een doorsnede volgens de lijn VII-VII van fig. 6, 8304391 __._ :-' I « -2-Fig. 7 is a sectional view taken on the line VII-VII of FIG. 6, 8304391.

Fig. 8 en 9 twee verschillende perspectivische aanzichten van het in fig. 7 getekende kozijnelement volgens de uitvinding.Fig. 8 and 9 show two different perspective views of the frame element according to the invention drawn in Fig. 7.

Fig. 10 een met fig. 9 overeenkomend aanzicht, waarbij een paumelle aan de kleminrichting is aangebracht, en 5 Fig. 11-13 elk een met fig. 10 overeenkomend aan zicht van een telkens ander kozijnelement volgens de uitvinding.Fig. 10 is a view corresponding with FIG. 9, with a hinge mounted on the clamping device, and FIG. 11-13 each show a view corresponding with fig. 10 of an in each case different frame element according to the invention.

Fig. 1 toont een muurrand 1, waarop een kozijnelement 40, bijvoorbeeld een stijl of bovendorpel van een deur, 1° is gemonteerd, welk kozijnelement 40 bestaat uit een profiel 2 met een in hoofdzaak U-vormige dwarsdoorsnede. De bodem 3 van de ü vormt de dagkant van het profiel 2, terwijl de benen van de Ü flenzen 4 en 5 vormen, waarvan de flensranden 6 en 7 een muurrand 1 tussen zich inklemmen. De flensranden 6, 7 en 15 de flenzen 4, 5 zijn naar binnen toe omgezet en staan dwars, liefst loodrecht op het vlak 32 van de muur. Binnen het profiel 2 is een kleminrichting 8 aangebracht, die twee samenwerkende klembekken 9 en 10 omvat. De beide klembekken 9 en 10 hebben elk een omgezette eindrand 11 resp. 12 die, fa-20 brieksmatig althans vóór montage van het kozijnelement 40 aan een muurrand 1, is vastgelast aan de flensrand 6 resp. 7 van het profiel 2.Fig. 1 shows a wall edge 1 on which a frame element 40, for example a post or lintel of a door, is mounted 1 °, which frame element 40 consists of a profile 2 with a substantially U-shaped cross section. The bottom 3 of the ü forms the reveal of the profile 2, while the legs of the Ü form flanges 4 and 5, the flange edges 6 and 7 of which clamp a wall edge 1 between them. The flange edges 6, 7 and 15 the flanges 4, 5 are turned inwards and are transverse, preferably perpendicular to the plane 32 of the wall. A clamping device 8 is provided within the profile 2, which comprises two co-acting clamping jaws 9 and 10. Both clamping jaws 9 and 10 each have a bent end edge 11 and 10, respectively. 12, which is factory-welded at least before mounting the frame element 40 to a wall edge 1, to the flange edge 6 resp. 7 of the profile 2.

De klembek 9 strekt zich vanaf de eindrand 11 met een deel 13 uit langs de flens 4 en zet zich vervolgens voort 25 in een zich in de richting van de bodem 3 van het profiel 2 uitstrekkend deel 14, dat vervolgd wordt door een deel 15, dat nagenoeg evenwijdig loopt aan het deel 13 en zich weer voortzet in een nagenoeg evenwijdig met de bodem 3 van het profiel lopend deel 16.The clamping jaw 9 extends from the end edge 11 with a part 13 along the flange 4 and then continues 25 in a part 14 extending in the direction of the bottom 3 of the profile 2, which is continued by a part 15, which runs substantially parallel to the part 13 and continues again in a part 16 running substantially parallel to the bottom 3 of the profile.

30 De klembek 10 strekt zich vanaf zijn eindrand 12 uit langs nagenoeg de gehele flens 5, en is voorzien van een verzonken stuk 17, waaraan een moer 18 is bevestigd, bijvoorbeeld gelast. In plaats van een moer 27 kan in de klembek 10 een doorgetrokken gat aanwezig zijn, waarin schroefdraad is 33 aangebracht. De klembek 9 is in het deel 15 voorzien van een opening 19, waardoor een inbusbout 20 is gestoken, die in de inpersmoer 18 is geschroefd en deel uit maakt van spanmiddelen, die de beide klembekken 9 en 10 naar elkaar toe trekken.The clamping jaw 10 extends from its end edge 12 along substantially the entire flange 5, and is provided with a countersunk piece 17, to which a nut 18 is attached, for example welded. Instead of a nut 27, there can be a through hole in the clamping jaw 10, in which screw thread 33 is arranged. The clamping jaw 9 is provided in the part 15 with an opening 19 through which an Allen screw 20 is inserted, which is screwed into the pressing-in nut 18 and forms part of clamping means, which pull the two clamping jaws 9 and 10 together.

33 0 4 3 9 t -3- « «33 0 4 3 9 t -3- ««

Het vrije einde van het deel 16 van de klembek 9 is voorzien van een lip 21 die in hoofdzaak in het verlengde ligt van het deel 16 en met ruime speling grijpt in een nabij het vrije einde van de klembek 10 aangebrachte opening 22.The free end of the part 16 of the clamping jaw 9 is provided with a lip 21 which is substantially an extension of the part 16 and engages with ample play in an opening 22 arranged near the free end of the clamping jaw 10.

5 Door deze speling is de lip 21 in een dwars op het deel 16 | staande richting in de opening 22 verplaatsbaar, terwijl de klembekken 9 en 10 t.o.v. elkaar kunnen scharnieren.Due to this play, the lip 21 is in a transverse position on the part 16 | vertically in the opening 22, while the clamping jaws 9 and 10 can pivot relative to each other.

De beide klembekken 9 en 10 zijn elk langs hun beide zijranden voorzien van zich in hoofdzaak over hun gehele 10 lengten uitstrekkende verstijvingsruggen 23, 24 resp. 25 en IThe two clamping jaws 9 and 10 are each provided along their two side edges with stiffening ridges 23, 24 and 10 extending substantially over their entire lengths. 25 and I.

26. Deze verstijvingsruggen zetten zich ook voort over de I26. These stiffening ridges also continue across the I

omgezette eindranden 11 en 12 van de beide klembekken 9 en 10 Ibent end edges 11 and 12 of the two clamping jaws 9 and 10 I.

en zijn in deze eindranden 11 en 12 voorzien van uitstulpin- Iand are provided with protuberance I in these end edges 11 and 12

gen 28 die dienen als projecties bij het projectielassen voor Igen 28 which serve as projections in the projection welding for I.

15 het maken van de lasverbinding van deze eindranden met de I15 making the welded connection of these end edges to the I.

bijbehorende flensrand 6 en 7 van het profiel 2. Icorresponding flange edges 6 and 7 of profile 2. I

Pig. 5 toont schematisch een detail van de klemin- IPig. 5 schematically shows a detail of the clamping I

richting 8 die de bewegingsmogelijkheid van de beide klembek- Idirection 8 which indicates the possibility of movement of the two clamping jaws

ken 9 en 10 ten opzichte van elkaar weergeeft. De met getrok- I9 and 10 relative to each other. The with drawn I

20 ken lijnen weergegeven stand van de klembekken 9 en 10 wordt I20, the lines of the clamping jaws 9 and 10 become I.

ingenomen wanneer de inbusbout 20 is aangedraaid. De klembek- Iwhen the Allen screw 20 is tightened. The clamp jaw I

ken 9 en 10 draaien dan om de tegen de klembek 10 aanstaande 19 and 10 then rotate around the 1 which is against the clamping jaw 10

eindrand 33 van het deel 16 naar elkaar toe. De beide flenzen Iend edge 33 of part 16 towards each other. Both flanges I

4 en 5 worden dan door de beide klembekken 9 en 10 meegenomen I4 and 5 are then carried along by the two clamping jaws 9 and 10 I.

25 en met hun flensranden 6 resp. 7 stevig tegen de zijvlakken j25 and with their flange edges 6 resp. 7 firmly against the side surfaces j

32 van de muurrand 1 gedrukt, zodat een goede bevestiging van I32 from the wall edge 1, so that a good fixation of I

het kozijnelement 40 wordt verkregen. 1 Vóór de montage van het kozijnelement 40 op de j muurrand 1 is de bout 20 los in de moer 18 geschroefd en kun- jthe frame element 40 is obtained. 1 Before mounting the frame element 40 on the wall edge 1, the bolt 20 is screwed loosely into the nut 18 and you can

30 nen de beide klembekken 9 en 10 ten opzichte van elkaar bewe- IThe two clamping jaws 9 and 10 move relative to each other

gen. Indien bijvoorbeeld de muurrand enigszins dikker is, Igene. For example, if the wall edge is slightly thicker, I

zullen de flenzen 4 en 5 van het profiel 2 uit elkaar moeten Iflanges 4 and 5 of profile 2 will have to be separated. I

worden gedrukt om dit profiel 2 om de muurrand 1 te kunnen Ibe pressed around this profile 2 to be able to wall edge 1 I

schuiven. Tijdens dit uit elkaar drukken van de flenzen 4, 5 Islide. During this pressing of the flanges 4, 5 I.

35 zal de klembek 9 een rotatie uitvoeren om de plaats, waar de I35, the clamping jaw 9 will rotate about the location where the I

bout 20 met speling door de opening 19 is gevoerd. Het deel Ibolt 20 has been passed through the opening 19 with clearance. The part I

16 van de klembek 9 zal zich dan volgens de pijl R verplaatsen naar de met getrokken lijnen weergegeven stand. Deze be- I16 of the clamping jaw 9 will then move according to the arrow R to the position shown with solid lines. This I

wegingsmogelijkheid van de klembek 9 ten opzichte van depossibility of weighing the clamping jaw 9 relative to the

s. Is. I

8304391 ft » -4- kleinbek 10 wordt begrensd door de opening 22, waarin de lip 21 grijpt. De beide klembekken 9 en 10 kunnen zodoende gemakkelijk ten opzichte van elkaar bewegen, waardoor het kozijnelement 40 met ruime speling en met weinig vervormingskracht 5 om de muurrand 1 kan worden aangebracht. De inbusbout 20 kan gemakkelijk worden bediend via een opening 29 die is aangebracht in een sponning 34 van het profiel 2 en die door middel van een rubberen dop 30 of een deksel van kunststof kan worden afgesloten.8304391 ft-4-small jaw 10 is delimited by the opening 22 into which the lip 21 engages. The two clamping jaws 9 and 10 can thus easily move relative to each other, so that the frame element 40 can be fitted around the wall edge 1 with ample play and with little deformation force 5. The Allen screw 20 can be easily operated via an opening 29 which is arranged in a groove 34 of the profile 2 and which can be closed by means of a rubber cap 30 or a cover made of plastic.

10 De fig. 6 en 7 tonen een kozijnelement 40 volgens de uitvinding dat bijzonder doelmatig is bij gladde en/of aan krimp onderhevige wanden. De eindranden 11, 12 van de beide klembekken 9 en 10 zijn hier tussen de door de verstijvings-ruggen 25 en 26 gevormde ruimten 46 voorzien van een veranke-15 ringsplaat 31 die in gemonteerde toestand een weinig buiten de omgezette eindranden 6, 7 van de flenzen 6 resp. 7 uitsteken. De buiten de eindranden 6, 7 uitstekende rand 47 van de verankeringsplaten 31 kunnen scherp zijn of gekarteld. Eventueel kunnen deze verankeringsplaten 31 van hard staal zijn 20 vervaardigd en los in de genoemde ruimten worden geschoven, waarbij zij in gemonteerde toestand een weinig in de muurrand 1 grijpen en op deze wijze een extra verankering geven van het kozijnelement 40.Figures 6 and 7 show a frame element 40 according to the invention which is particularly effective with smooth and / or shrinkable walls. The end edges 11, 12 of the two clamping jaws 9 and 10 are here provided between the spaces 46 formed by the stiffening backs 25 and 26 with an anchoring plate 31 which, when mounted, is slightly outside the bent end edges 6, 7 of the flanges 6 resp. 7 stick out. The edge 47 of the anchoring plates 31 protruding outside the end edges 6, 7 may be sharp or serrated. Optionally, these anchoring plates 31 can be made of hard steel and can be slid loosely into the said spaces, while in the mounted state they engage a little in the wall edge 1 and in this way provide an additional anchoring of the frame element 40.

Tussen de beide verstijvingsruggen 23 en 24 is in 25 het deel 14 van de klembek 9 een moer 27 bevestigd. Voor de in fig. 8 en 9 getoonde toepassing is de moer 27 niet benut. Toch is zo'n moer 27 bij voorkeur aanwezig om de kleminrich-ting 8 universeel toepasbaar te maken, namelijk ook voor het hierna aan de hand van fig. 10 beschreven doel.A nut 27 is fastened in the part 14 of the clamping jaw 9 between the two stiffening ridges 23 and 24. The nut 27 is not used for the application shown in Figs. 8 and 9. Nevertheless, such a nut 27 is preferably present in order to make the clamping device 8 universally applicable, namely also for the purpose described below with reference to Fig. 10.

30 De moer 27 vormt paumelle-bevestigingsmiddelen en dient voor het ermee bevestigen van de vlag 42 van een pau-melle 43. Een rug 50 van de vlag 42 van de paumelle 43 is hierbij opgesloten tussen de beide verstijvingsruggen 23 en 24 en kan vanwege een sleufgat 41 dat in de vlag 42 van een 33 paumelle 43 is aangebracht, in de lengterichting van deze verstijvingsruggen instelbaar worden vastgezet door middel van een inbusbout 45 die door een in het profiel 2 aangebracht gat 48 met behulp van een inbussleutel bereikbaar is.The nut 27 forms hinge fasteners and serves to fasten the flag 42 of a pau melle 43 therewith. A back 50 of the flag 42 of the hinge 43 is hereby enclosed between the two stiffening ridges 23 and 24 and can be folded because of a slotted hole 41, which is provided in the flag 42 of a 33 hinge 43, is adjustable in the longitudinal direction of these stiffening ridges by means of an Allen screw 45 which is accessible through a hole 48 made in the profile 2 with the aid of an Allen key.

De paumelle 43 is zodoende bevestigd aan de stevi-40 ge, zich aan de muurrand 1 vastklemmende kleminrichting 8 en 8304391 -5- niet aan het betrekkelijk slap metaal van het profiel 2, waardoor de op de paumelle 43 werkende krachten via de klem-inrichting 8 worden overgedragen naar de muurrand 1, zodat het profiel 2 wordt ontlast en derhalve eventueel uit dunner 5 plaatmateriaal kan worden vervaardigd. De op de paumelle 43 werkende krachten worden via de lip 21 en de bout 20 van de klembek 9 overgedragen naar de klembek 10. De lip 21 verzekert hierbij, dat de beide klembekken 9 en 10 steeds de juiste positie ten opzichte van elkaar innemen.The hinge 43 is thus attached to the sturdy clamping device 8 and 8304391-5 which clings to the wall edge 1, not to the relatively slack metal of the profile 2, so that the forces acting on the hinge 43 via the clamping device 8 are transferred to the wall edge 1, so that the profile 2 is relieved and can therefore possibly be manufactured from thinner sheet material. The forces acting on the hinge 43 are transferred via the lip 21 and the bolt 20 from the clamping jaw 9 to the clamping jaw 10. The lip 21 hereby ensures that the two clamping jaws 9 and 10 always occupy the correct position relative to each other.

10 Het gat 48 kan met een deksel van kunststof 49 wor den afgesloten.The hole 48 can be closed with a lid of plastic 49.

De doorgezette rug 50 in het midden van de vlag 42 van de paumelle maakt deze vlag 42 stevig. Bovendien wordt door de aanpassing van deze rugvorm van de vlag 42 aan de 15 gootvorm van het profiel 2 van het deel 14 van de klembek 9 een in elkaar grijpende stevige verbinding tussen paumelle 43 en klembek 9 gerealiseerd.The extended back 50 in the center of the flag 42 of the hinge makes this flag 42 sturdy. Moreover, by adapting this back shape of the flag 42 to the trough shape of the profile 2 of the part 14 of the clamping jaw 9, an interlocking firm connection between hinge 43 and clamping jaw 9 is realized.

De vlag 42 van de paumelle 43 passeert een in de flens 4 uitgespaarde passeeropening 51 die aan de rotatie-20 a-symmetrische doorsnede van de vlag 42 is aangepast. Dat wil zeggen dat de opening 51 het van buitenaf insteken van de vlag 42 in slechts één stand toelaat, waarbij een nok 52 in groef 53 grijpt, die aan de tegenover de rug 50 gelegen zijde in de vlag 42 aanwezig is.The flag 42 of the hinge 43 passes a passing opening 51 recessed in the flange 4, which is adapted to the rotation-asymmetrical cross-section of the flag 42. That is, the opening 51 allows insertion of the flag 42 from the outside in only one position, with a cam 52 engaging groove 53, which is present in the flag 42 on the opposite side 50.

25 Hierdoor wordt verzekerd, dat de paumelle 43 altijd in de vereiste stand aan de kleminrichting 8 wordt bevestigd, zodat een deur 53 met zijn scharnieren 54 dan meteen goed aan de paumelle 43 kan worden opgehangen.This ensures that the hinge 43 is always attached to the clamping device 8 in the required position, so that a door 53 with its hinges 54 can then immediately be properly suspended from the hinge 43.

Pig. 11 komt overeen met fig. 10, met dien verstan-30 de dat de klembekken 60 en 61 met hun delen 62 en 63 telescopisch onderling verschuifbaar zijn. Daarbij is een moer 64 aan het deel 63 van klembek 61 vastgelast, terwijl de inbus-bout 20 daarin is vastgeschroefd om de beide klembekken 60 en 61 bij het spannen van de kleminrichting 65 verder in elkaar 35 te doen schuiven. Deze klembekken 60 en 61 zijn van staalplaat gebogen tot buigstijve, in elkaar grijpende elementen.Pig. 11 corresponds to FIG. 10, with the proviso that the clamping jaws 60 and 61 with their parts 62 and 63 are telescopically displaceable. In addition, a nut 64 is welded to the part 63 of clamping jaw 61, while the Allen screw 20 is screwed therein in order to cause the two clamping jaws 60 and 61 to slide further together when clamping device 65. These clamping jaws 60 and 61 are bent from steel sheet into bending-rigid, interlocking elements.

Het kozijnelement 69 van fig. 12 komt overeen met dat van fig. 10, met dien verstande dat een klembek 71 met zijn vrije einde 72 scharnierbaar tegen een middenstuk 73 van 8304391 -6- een klembek 74 steunt en met een haakvormige lip 75 door een opening 76 van het middenstuk 73 steekt. Aan de klembek 71 is een console 78 gelast, waaraan de moer 18 is gelast. De moer 18 vormt met de inbusbout 20 de spanmiddelen voor het spannen 5 van deze kleminrichting 80, waarbij de inbusbout 20 tegen het vrije einde 77 van de klembek 74 steunt.The frame element 69 of fig. 12 is similar to that of fig. 10, with the exception that a clamping jaw 71 with its free end 72 hinges against a middle piece 73 of 8304391-6- with a clamping jaw 74 and with a hook-shaped lip 75 through a opening 76 of the center piece 73. A bracket 78 is welded to the clamp jaw 71, to which the nut 18 is welded. The nut 18 forms with the Allen screw 20 the tensioning means for tensioning this clamping device 80, the Allen screw 20 resting against the free end 77 of the clamping jaw 74.

Het kozijnelement 85 van fig. 13 komt overeen met dat van fig. 12, met dien verstande dat de klembek 81 uit twee plaatstukken 82 en 83 bestaat, die na doorzetting tot 10 stijve elementen met hun vrije einden 84 aan elkaar zijn gelast ter vorming van een console 86, waaraan de moer 18 is vastgelast.The frame element 85 of Fig. 13 corresponds to that of Fig. 12, with the exception that the clamping jaw 81 consists of two plate pieces 82 and 83, which are welded together with their free ends 84 after forming up to 10 rigid elements to form a bracket 86 to which the nut 18 is welded.

83043918304391

Claims

Frame element (40, 69, 85) comprising a profile (2) with a substantially U-shaped cross section, whose flange edges (6, 7) can clamp a wall edge (1) I bounding between them, and at least one through means of clamping jaws (9, 10) clamping device (8) engaging the flange edges (6, 7), the clamping jaws (9, 10) being mutually connected by means of clamping means (27), characterized by connecting means connect the clamping jaws to the flange edges (6, 7.).

Frame element (40, 69, 85) according to claim 1, characterized in that the flange edges (6, 7) of the profile I (2) are transverse to the wall edge (1).

Frame element (40, 69, 85) according to claim 1 I or 2, characterized in that the connecting means connecting the clamping jaws to the flange edges comprise welds. |

Frame element (40, 69, 85) according to one of the preceding claims, characterized in that two clamping jaws (9 I, 10) hook together in a movable manner. I

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that at least one of I the clamping jaws (9, 10) consists of a longitudinally bent steel sheet I, which extends in the longitudinal direction. reinforcement ridges (23-26). I

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that at least one of the clamping jaws (9, 10) is provided with hinge fasteners (21).

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that the clamping jaws (9, 50, 10) have end edges (11, 12) extending transversely to the wall edge (1), which flange edges (6, 7) positioned parallel thereto are attached.

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that the clamping device 35 (8) is provided with anchoring means that can be pressed into at least one wall surface (32) of the wall edge (1).

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that the anchoring 8304391 * -8 means comprise an anchoring plate (31), which is received between a flange edge (6, 7) of the profile (2) and an end edge (11, 12) of a clamping jaw (9, 10).

Frame element (40, 69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that the clamping means, for example comprising a bolt (20), are accessible via an opening (29) recessed in the profile (2).

Frame element (69, 85) according to any one of the preceding claims, characterized in that one (71) of the two clamping jaws (71, 85) against a support part (73) situated between the ends of the other clamping jaw (74). ) of the other clamping jaw (74) and has a bracket (78) on which engages a bolt (20) which settles against the free end (77) of the other clamping jaw (74) (Figures 12 and 13).

Frame element (85) according to one of the preceding claims, characterized in that the one clamping jaw (81) consists of two sheet branches (82, 83), which are mutually fastened at the location of the bracket (86) (fig.

13). 83 0 4 3 S 1