NL8303908A - Werkwijze en inrichting voor het volumetrisch doseren van viskeuze produkten. - Google Patents

Description

- 1 - Q 7004 (R)

Werkwijze en inrichting voor het volumetrisch doseren van viskeuze produkten.

5 De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het volumetrisch doseren van produkten, waarbij het betreffende produkt in een volumetrische doseerkamer wordt gebracht en daaruit door een daarmee verbindbaar afgifte-kanaal wordt afgegeven. Een dergelijke werkwijze is 10 bekend uit het Franse octrooischrift 1 350 069, dat betrekking heeft op het doseren van brijachtig materiaal, fer zoals een worstmengsel, in houders. Wanneer een derge lijke werkwijze wordt toegepast voor het volumetrisch doseren van gasbevattende produkten, bestaat het gevaar 15 dat de in het afgiftekanaal achtergebleven hoeveelheid produkt expandeert daar de transportdruk gewoonlijk hoger is dan de atmosferische druk, zodat in de periode waarin de doseerkamer weer gevuld wordt en gewoonlijk de te vullen houders worden verwisseld een onbekende hoeveel-20 heid produkt uit het afgiftekanaal komt en in of naast een van de houders valt.

Ten einde dit bezwaar te voorkomen wordt volgens de uitvinding, nadat het gewenste volume produkt door het * 25 afgiftekanaal is afgegeven en de verbinding tussen dat kanaal en de doseerkamer afgesloten is, ten minste een deel van het zich nog in het kanaal bevindende produkt daaruit gezogen.

30 De hoeveelheid uit het kanaal te zuigen produkt is vanzelfsprekend afhankelijk van het produkten, de omstandigheden waaronder gedoseerd wordt en kan op eenvoudige wijze worden bepaald. 1 8303908 _4

Hoewel het uit het kanaal gezogen produkt bij de volgende doseerhandeling kan worden afgegeven door het afgiftekanaal is het in verband met de doseer-nauwkeurigheid i jpT» - 2 - Q 7004 (R) aan te bevelen dat het uit het kanaal gezogen produkt wordt teruggevoerd naar de voorraad produkt waaruit de doseerkamer gevuld wordt.

5 De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het volumetrisch doseren van viskeuze produkten, welke inrichting is voorzien van een volumetrische doseerkamer die afwisselend verbindbaar is met een voor-raadhouder voor het te doseren produkt en met een 10 afgiftekanaal. Een dergelijke inrichting is uit het eerder genoemde Franse octrooischrift bekend. Ten einde de werkwijze volgens de uitvinding te kunnen toepassen is deze inrichting voorzien van een zuiginrichting die verbindbaar is met het afgiftekanaal. Om de eerder 15 genoemde redenen is het aanbevelenswaardig dat de zuiginrichting afwisselend verbindbaar is met de voorraad-houder en met het afgiftekanaal.

In een zeer aantrekkelijke uitvoeringsvorm is de zuig-20 inrichting door middel van een driewegkraan verbindbaar met de voorraadhouder en met het afgiftekanaal. Deze driewegkraan is in het bijzonder ter vereenvoudiging van de besturing gekoppeld met een driewegkraan tussen de . doseerkamer, de voorraadhouder en het afgiftekanaal.

^ 25

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm worden de beide driewegkranen gevormd door een gemeenschapelijk huis met vier poorten/ waarin een plug met twee kanalen draaibaar is.

30

Ten einde een plug van voldoende sterkte te verkrijgen, drukveranderingen in het te doseren produkt zoveel mogelijk te vermijden en een zo gering mogelijk volume terug te voeren produkt in de inrichting te houden is bij 35 voorkeur de doortocht van het kanaal voor de doseerkamer groter dan die van het kanaal voor de zuiginrichting.

8303908 - 3 - Q 7004 (R)

De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin enige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn weergegeven.

5 Figuur 1 toont schematisch een inrichting volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont schematisch een gewijzigde uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding.

10

Figuur 3 toont een dubbele driewegkraan voor een voorts keursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.

15 Figuur 4 toont een detail van de kraan volgen figuur 3 in een andere stand.

De in figuur 1 schematisch weergegeven inrichting bestaat uit een aanvoer 1 van te doseren materiaal, een toevoer-20 leiding 2 met een kraan 3 welke naar een cilindrische doseerkamer 4 leidt, een in die doseerkamer beweegbare zuiger 5, een van de doseerkamer 4 via een kraan 6 naar een afgifteopening 8 leidend afgiftekanaal 7 en een ^ met dat afgiftekanaal 7 verbonden zuiginrichting, 25 bestaande uit een cilinder 9 waarin een zuiger 10 verplaatsbaar is.

Deze inrichting wordt als volgt gebruikt: in de uitgangsstand wordt de zuiger 5 in de rechter stand 30 en de zuiger 10 in de linker stand geplaatst, terwijl de kraan 3 geopend en de kraan 6 gesloten wordt. Vervolgens wordt de zuiger 5 van de doseerkamer 4 naar links bewogen, zodat deze kamer gevuld wordt met te doeseren materiaal.

Indien het gewenste volume in deze kamer is gebracht 35 wordt de kraan 3 gesloten en de kraan 6 geopend, waarna de zuiger 5 naar rechts wordt bewogen en het te doseren materiaal door het afgiftekanaal 7 bij de afgifteopening 8 wordt afgegeven, bijvoorbeeld in een geschikte houder.

83 03 90 8 __,4 f - » - 4 - Q 7004 (R)

Zodra de zuiger 5 de uiterste rechter stand heeft bereikt wordt de kraan 6 gesloten en de kraan 3 weer geopend/ waarna het proces zich herhaalr. Ten einde te voorkomen dat, ten gevolge van expansie van het materiaal dat zich 5 in het afgiftekanaal voorbij de gesloten kraan 6 bevindt, een gedeelte daarvan vertraagd uit de afgifteopening tevoorschijn komt, wordt nu zuiger 10 van de zuiginrichting zover naar rechts bewogen, dat een voldoende hoeveelheid van het materiaal in de cilinder 9 gezogen wordt. Deze 10 hoeveelheid kan voordat de kraan 6 geopend wordt in de volgende te vullen houder worden gebracht door zuiger 10 Vj? weer naar links te bewegen.

Figuur 2 toont een verbeterde uitvoeringsvorm van de in 15 figuur 1 weergegeven inrichting.

Van de aanvoer 11 loopt een toevoerleiding 12, 13 naar een driewegkraan 14, die in de getekende stand produkt doorlaat naar een leiding 15 die uitmondt in de doseér-20 kamer 16 waarin een zuiger 17 verplaatsbaar is. Bij beweging naar links in de tekening wordt de kamer met het van de aanvoer 11 afkomstige, te doseren produkt gevuld.

Zodra het gewenste volume is afgezonderd wordt de driewegkraan 14 zodanig verdraaid, dat het produkt uit de w 25 doseerkamer 16 door de leiding 15, de driewegkraan 14 en de leiding 18 naar het afgiftekanaal 19 kan worden geperst door de zuiger 17 weer naar rechts te verplaatsen. Zodra de doseerkamer 16 leeg is wordt de driewegkraan 14 weer in de oorspronkelijke stand gezet ten einde de doseer-30 kamer weer te kunnen vullen en het hele proces te herhalen.

Het zich nog in de leiding 18 en het afvoerkanaal 19 bevindende produkt wordt ten dele door de zuigleiding 20 en de in getekende stand staande driewegkraan 21 via de 35 leiding 22 in de uit een cilinder 23 en een daarin beweegbare zuiger 24 bestaande zuiginrichting gezogen.

8303908 r' , » - 5 - Q 7004 (R)

In de periode dat het produkt uit de doseerkamer 16 door het afgiftekannal 19 wordt afgegeven wordt het zich in de zuiginrichting 23, 24 bevindende produkt door de leiding 22 en de op geschikte wijze verdraaide driewegkraan 21, 5 de retourleiding 25 en de toevoerleiding 12 teruggevoerd naar de aanvoer 11 door de zuiger 24 weer naar links te verplaatsen. Hiervoor is het aanbevelenswaardig de drie-wegkranen 14 en 21 te koppelen, en wel zodanig dat wanneer de toevoerleiding 12 met de doseerkamer 16 10 verbonden is het afgiftekanaaal 19 met de zuiginrichting 23 is verbonden en wanneer de zuiginrichting 24 met de toevoerleiding 12 verbonden is het afgiftekanaal 19 met de doseerkamer verbonden is.

15 In figuur 3 en 4 is een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding weergegeven, welke het voordeel heeft van een eenvoudige en compacte constructie, terwijl tevens een zeer goede reinigingsmogelijkheid bestaat. De beide in figuur 2 schematisch weergegeven 20 driewegkranen 14 en 21 zijn in deze uitvoeringsvorm gecombineerd in één constructie, bestaande uit een gemeenschappelijk huis 26 met een boring 27 waarin een plug 28 verdraaibaar is. Het huis is voorzien van vier radiaal ten opzichte van de boring aangebrachte poorten, ^ 25 die ongeveer telkens 90° versprongen zijn aangebracht.

Eén poort 29 is verbonden met een toevoerleiding 30, een volgende poort 31 is verbonden met een doseerkamer 32 waaring een zuiger 33 verplaatsbaar is, een daarop volgende poort 34 is verbonden met een afgiftekanaal 35 30 en de daar weer opvolgende poort 36 is verbonden met een zuiginrichting, bestaande uit een cilinder 37 waarin een zuiger 38 verplaatsbaar is. De in de boring 27 verdraaibare plug 28 is voorzien van ongeveer segmentvormige kanalen 39, 40, die zodanig zijn aangebracht, dat ze 35 telkens twee opeenvolgende poorten met elkaar kunnen verbinden. Het kanaal 39 voor het verbinden van de poorten 29 en 31 (figuur 3} respectievelijk de poorten 31 ---4 8303908 - 6 - Q 7004 (R) en 34 (figuur 4) heeft bij voorbeur de grootste doortocht en is zodanig gevormd dat een vloeiende doorgang van de poort 29 naar poort 31 wordt gevormd. Het andere kanaaal 40 kan een kleinere doortocht hebben, op deze wijze kan 5 voldoende materiaal in de plug gehandhaafd blijven voor de verreiste sterkte.

In de in figuur 3 getekende situatie wordt door verplaatsing van de zuiger 33 in de doseerkamer 32 naar 10 rechts in de richting van de pijl 41 de doseerkamer met produkt gevuld, terwijl tegelijkertijd door verplaatsing naar links in de richting van de pijl 42 van de zuiger 38 in de zuigcilinder 37 het in het afgiftekanaal 35 achtergebleven produkt wordt weggezogen. Door verdraaiing van 15 de plug naar de in figuur 4 getekende stand kan het produkt uit de doseercilinder door de poort 31, het kanaal 39 en de poort 34 via het afgiftekanaal 35 worden afgegeven in de richting van de pijlen 43 en 44. Dit vindt plaats onder invloed van de verplaatsing van de 20 zuiger 33 naar links. Tegelijkertijd wordt door verplaatsing van de zuiger 38 naar rechts het uit het afgiftekanaal weggezogen produkt uit de zuigcilinder 37 door de poort 36, het kleinste kanaal 40 en de poort 29 naar de toevoerleiding 30 geperst in de richting van de jL,j 25 pijlen 45 en 46. Na verdraaiing van de plug 28 naar de in figuur 3 getekende kan de hiervoor beschreven cyclus worden herhaald.

8303908

Claims (8)

1. 7. Q 7004 (R)
2. 1. Werkwijze voor het volumetrisch doseren van vis keuze produkten, waarbij het betreffende produkt in een volumetrische doseerkaraer wordt gebracht en daaruit door een daarmee verbindbaar afgiftekanaal wordt afgegeven, met het kenmerk, dat, nadat het gewenste volume produkt door het afgiftekanaal is afgegeven en de verbinding tussen dat kanaal en de doseerkamer afgesloten is, ten minste een deel van het zich nog in het kanaal bevindende produkt daaruit gezogen wordt. φ 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het uit het kanaal gezogen produkt teruggevoerd wordt naar het produkt waarmee daarna de doseerkamer gevuld wordt.
3. 3. Inrichting voor het volumetrisch doseren van viskeuze produkten, voorzien van een volumetrische doseerkamer, die afwisselend verbindbaar is met een toe-voerleiding voor het te doseren produkt en met een afgiftekanaal, met het kenmerk, dat het afgiftekanaal (7) verbindbaar is met een zuiginrichting (9, 10).
4. 4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, ^ dat de zuiginrichting (23, 22) afwisselend verbindbaar is met de toevoerleiding (12) en met het afgiftekanaal (19). •
5. 5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de zuiginrichting (23, 24) door middel van een drie-wegkraan (21) verbindbaar is met de toevoerleiding (12) en met het afgiftekanaal (19).
6. 6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de driewegkraan (21) tussen de zuiginrichting (23, 24), de toevoerleiding (12) en het afgiftekanaal (19) gekoppeld is met een driewegkraan (14) tussen de doseerkamer (16, 17), de toevoerleiding (12) en het afgiftekanaal (19). 8303908 __d f - 8 - Q 7004 (R)
7. 7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de beide driewegkranen worden gevormd door een gemeenschappelijk, van een boring (27) voorzien huis (26) met vier poorten (29, 31, 34, 36) in welke boring een plug (28) met twee kanalen (39, 40) draaibaar is.
8. 8. Inrichitng volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de doortocht van het kanaal (39) voor de doseerkamer (32, 33) groter is dan die van het kanaal (40) voor de zuiginrichting (37, 38). krj ï w 8303908