NL8301452A - Hamerplug. - Google Patents

Description

- 1 - N.0. 3174-6

Hamerplug

De uitvinding heeft betrekking op een hamerplug, bestaande uit een door spuitgieten vervaardigde kunststofplug en een metalen inslagnagel, welke over een deel van haar lengte in de plug is voorgemonteerd, waarbij de plug be-5 staat uit een schacht, die bestemd is om opgenomen te worden in passende voorgeboorde gaten in een ondergrond, zoals een muur of dergelijke en in een tegen de ondergrond te bevestigen onderdeel, zoals een lat of dergelijke en uit een kraag, die bestemd is om in ingeslagen toestand van de hamer-10 plug het onderdeel met voorspanning aan te drukken tegen de ondergrond en waarbij de inslagnagel bestaat uit een kop, een steel en een punt, welke steel over althans een deel van haar lengte voorzien is van vertandingen bij voorkeur zaagtandvormige schroefdraad, waarbij de kraag en de schacht 15 van de plug voorzien is van een in hoofdzaak cilindrische boring tot een inslagbeveiliging voor de inslagnagel, terwijl de schacht voorbij de inslag-beveiliging tot aan het vrije einde van de schacht van langssleuven is voorzien voor het vormen van spreidbenen, alsmede van een in hoofdzaak 20 cilindrische boring met een kleinere diameter dan de diameter va$?cilindrische boring vóór de inslagbeveiliging.

Een dergelijke hamerplug is bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 7907036. Hierbij wordt de inslagbeveiliging gevormd door een dwarswand van de plugschacht, waartegen 25 de punt van de inslagnagel in voorgemonteerde stand aanligt.

Deze hamerplug bestaat uit de kunststofplug en uit de inslagnagel die reeds tot aan de dwarswand in de plug is gestoken. Plug en nagel vormen dus een eenheid.

Om een onderdeel zoals een tengel tegen een ondergrond 30 zoals een muur te bevestigen, wordt een doorlopend gat geboord in tengel en muur, waarvan de diameter is aangepast aan de buitendiameter van de schacht van de plug. De hamerplug wordt dan met de hand zover mogelijk in de boring gedrukt. In het algemeen ligt de onderzijde van de kraag van 35 de plug dan nog niet aan tegen het onderdeel en/of het onderdeel ligt nog niet aan tegen de muur, omdat soms bij het insteken van de hamerplug in de boring een aanzienlijke 8301452

* V

- 2 - wrijving te overwinnen is, bijvoorbeeld door aanwezigheid van boorresten in de boring in de muur.

Wanneer nu met een hamer of dergelijke op de kop van de inslagnagel wordt geslagen zal eerst de plug geheel in de 5 boring worden geslagen, waardoor de kraag aanligt tegen het onderdeel en het onderdeel aanligt tegen de muur. Pas daarna mag de inslagbevestiging buiten werking worden gesteld, waardoor de inslagnagel geheel in de plug wordt geslagen en de spreidbenen zich vastklemmen tegen de wand van de 10 boring in de muur.

Wanneer de vertanding op een steel van de inslagnagel wordt gevormd door schroefdraad en in de kop een rechte snede, kruissnede of inwendige zeskant aanwezig is, is het eventueel mogelijk de inslagnagel weer uit de plug te schroe-15 ven. Dit is echter niet essentieel, omdat demontage slechts zelden nodig is.

Het voordeel van een hamerplug is echter, dat één doorlopend gat geboord kan worden en dat het bevestigen plaatsheeft door inslaan in plaats van door inschroeven.

20 Bij de bekende hamerplug bestaat het bezwaar, dat de punt van de inslagnagel de dwarswand in de plug kan openscheuren, voordat de plug zijn eindstand in de boring van de muur heeft bereikt. Dit zal gebeuren, wanneer de weerstand in de boring in de muur groot is.

25 In dat geval zal de plug ter plaatse van de dwarswand expanderen en zich vastklemmen in de muurboring, voordat de kraag van de plug het te bevestigen onderdeel onder voor-spanning aandrukt tegen de ondergrond. De hamerplug kan dan niet functioneren.

30 Een ander bezwaar heeft te maken met de vervaardiging van de plug. Dergelijke pluggen worden nl. door spuitgieten vervaardigd met een axiale centrale doorn in de spuitgiet-vorm, die zorgt voor de vorming van de diverse cilindrische boringen. Door de aanwezigheid van de dwarswand is het niet 35 mogelijk één doorlopende doorn toe te passen, hetgeen de vervaardiging bemoeilijkt en duur maakt.

8301452 ·* '* ' - 3 -

De uitvinding beoogt de bekende hamerplug te verbeteren en dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de inslagbeveiliging wordt gevormd door een sehachtdeel van de plug met een in hoofdzaak cilindrische boring, waarvan de 5 diameter kleiner is dan de diameter van de eerstgenoemde en groter is dan de diameter van de tweede genoemde cilindrische boring, welke cilindrische boring eindigt bij het begin van de langssleuven, waarna de cilindrische boring geleidelijk overgaat in de kleinere cilindrische boring en 10 doordat de buitendiameter van het genoemde sehachtdeel kleiner is dan de buitendiameter van de rest van de schacht.

Op deze wijze kan een doorlopende doorn worden toegepast, terwijl toch een toereikende inslagbeveiliging wordt verkregen en wel door de inwendige en uitwendige diameter-15 verkleining.

Zelfs wanneer het vernauwde sehachtdeel te vroeg zou expanderen, wordt verhinderd dat de plug zich vastklemt in de boring.

Om te verhinderen dat de inslagnagel in voorgemonteerde 20 stand uit de plug verwijderd wordt zijn in de grotere cilindrische boring’ vóór de inslagbeveiliging naar binnen gerichte uitsteeksels, zoals langsribben aanwezig zijn om de inslagnagel in voorgemonteerde toestand vast te houden met de punt gedeeltelijk opgenomen in het vernauwde schacht-25 deel.

Opgemerkt wordt dat uit de Nederlandse octrooiaanvrage 7700568 een hamerplug bekend is, waarbij eveneens een geheel doorlopende axiale boring aanwezig is.

De inslagbeveiliging wordt gevormd door een konische 30 boring in het spreiddeel van de plug en een kraalvormige insnoering in de nagel, waarin een kraalrand van de plug in voorgemonteerde toestand grijpt. Dit vereist dus een extra bewerking van de inslagnagel, waardoor deze duurder wordt.

35 De uitvinding zal aan de hand van de tekening nader worden toegelicht, waarin langsdoorsneden zijn getoond van de hamerplug volgens de uitvinding en wel in fig. 1 na het met de hand aanbrengen in het boorgat en in fig. 2 na het 8301452 - ή· - .

inslaan van de inslagnagel.

In de tekening is de ondergrond, in het algemeen een stenen of betonnen muur aangegeven met 1. Het te bevestigen onderdeel, b.v. een tengel voor het later aan· 5 brengen van een schrootjeswand of dergelijke is aangegeven met 2. In het onderdeel 2 en in de muur 1 is een doorlopende cilindrische boring 3 op conventionele wijze geboord.

De hamerplug volgens de uitvinding bestaat in de eerste plaats uit een conventionele metalen inslagnagel.

10 De steel daarvan is aangegeven met 4, de kop met 5, de zaagsnede in de kop met 6, de zaagtandvormige schroefdraad met 7 ein de punt met 8. Vanzelfsprekend kan in de kop 5 in plaats van een rechte zaagsnede 6 ook een kruissnede of een inwendig zeskant zijn aangebracht.

15 De door spuitgieten uit een hoogwaardige kunststof vervaardigde plug omvat een schacht 9 en een kraag 10.

De schacht bestaat in feite uit drie delen, te weten het deel dat aansluit op de kraag 10 en dat is aangegeven met 9a, een vernauwd deel 9b, dat de inslagbeveiliging vormt 20 en een spreiddeel 9c.

In het deel 9a.van de schacht 9 is een axiale cilindrische boring 11 gevormd, met langs de omtrek een aantal, b.v. drie of vier langsribben 12. Deze langsribben 12 dienen om aan te grijpen op het schroefdraaddeel 7 van de inslag-25 nagel in de voorgemonteerde stand daarvan, zoals getoond in fig. 1.

In deze voorgemontee.rde stand steekt de punt 8 van de inslagnagel in het deel 9b van de schacht 9 van de plug. Dit deel 9b is voorzien van een cilindrische boring 13, 30 met een diameter die kleiner is dan de diameter van de boring 11. De overgang tussen de boring 11 en de boring 13 wordt gevormd door een konsiche wand 14.

Aan het einde van de cilindrische boring 13 beginnen de langssleuven, waardoor op bekende wijze de beide spreid-35 benen 9c worden gevormd.

830 1 45 2 - 5 - **· ♦

De cilindrische boring 13 gaat via een konische boring 15, die zich uitstrekt in het bovenste deel van de spreid-benen 9c over in een cilindrische boring lé van nog kleinere diameter.

5 Het schachtdeel 9b heeft een uitwendige diameter 17, die kleiner is dan de diameter van de rest van de schacht 9.

In fig. 1 is de stand van de hamerplug getoond, nadat deze met de hand in de boring 3 is geplaatst. Het te bevestigen onderdeel 2 ligt dan nog niet aan tegen de muur 1, 10 en/of de kraag 10 ligt nog niet aan tegen Het onderdeel 2.

Wanneer vervolgens op de kop 5 van de inslagnagel wordt geslagen, dan wordt de nagel naar binnen gedreven tot de stand volgens fig. 2. In deze stand zijn de spreidbenen 9c op bekende wijze geklemd tegen de binnenwand van de boring 3.

15 Bij het inslaan oefent de punt 8 van de nagel een trekkende werking uit op de plug, waardoor de plug zover in de boring 3 wordt getrokken, dat het onderdeel 2 onder voorspanning aanligt tegen de muur 1. Zelfs wanneer door een te grote wrijvingsweerstand in de boring 3 de inslagbeveiliging te 20 vroeg buiten werking gesteld zou worden, dan wordt door de uitwendige vernauwing van het schachtdeel 9b verhinderd, dat dit schachtdeel zich te vroeg vastklemt in de boring 3, waardoor de plug zijn eindstand in de boring 3 niet zou bereiken.

De boring 11, IA·, 13, 15, ló in de plug vormt een door-25 lopende boring, zodat tijdens het spuitgieten één doorn gebruikt kan worden, die bovendien zelflossend is.

830 1 45 2

Claims (2)

1. Hamerplug, bestaande uit een door spuitgieten vervaardigde kunststofplug en een metalen inslagnagel, welke over een deel van haar lengte in de plug is voorgemonteerd, waarbij de plug bestaat uit een schacht, die besteród is om 5 opgenomen te worden in passende voorgeboorde gaten in een ondergrond, zoals een muur of dergelijke en in een tegen de ondergrond te bevestigen onderdeel, zoals een lat of dergelijke en uit een kraag, die bestemd is om in ingeslagen toestand van de hamerplug het onderdeel met voorspanning aan te 10 drukken tegen de ondergrond en waarbij de inslagnagel bestaat uit een kop, een steel en een punt, welke steel over althans een deel van haar lengte voorzien is van vertandingen bij voorkeur zaagtandvormige schroefdraad, waarbij de kraag en de schacht van de plug voorzien is van een in hoofdzaak 15 cilindrische boring tot een inslagbeveiliging voor de inslagnagel, terwijl de schacht voorbij de inslagbeveiliging tot aan het vrije einde van de schacht van langssleuven is voorzien voor het vormen van spreidbenen, alsmede van een in hoofdzaak cilindrische boring met een kleinere diameter 20 dan de diameter va$^cilindrische boring vóór de inslagbe-veiliging, met het kenmerk, dat de inslag-beveiliging wordt gevormd door een schachtdeel.' van de plug met een in hoofdzaak cilindrische boring, waarvan de diameter kleiner is dan de diameter van de eerstgenoemde en 25 groter is dan de diameter van de tweede genoemde cilindrische boring, welke cilindrische boring eindigt bij het begin van de langssleuven, waarna de cilindrische boring geleidelijk overgaat in de kleinere cilindrische boring en dat de buitendiameter van het genoemde schachtdeel.kleiner is dan die 30 buitendiameter van de rest van de schacht.

2. Hamerplug volgens conclusie 1,· met het k e n m er k , dat in de grotere cilindrische boring vóór de inslagbeveiliging naar binnengerichte uitsteeksels, zoals langsribben aanwezig zijn om de inslagnagel in 35 voorgemonteerde toestand vast te houden met de punt gedeeltelijk opgenomen in het vernauwde schachtdeel. 8301452