NL8202701A

NL8202701A - Crop mower rotating horizontal blade carrier - has pin for swivel blade located by forked leaf spring end engaging annular groove in pin

Info

Publication number: NL8202701A
Application number: NL8202701A
Authority: NL
Original assignee: Zweegers P
Priority date: 1982-07-06
Filing date: 1982-07-06
Publication date: 1984-02-01
Also published as: NL184452C; NL184452B

Abstract

The mowing unit comprises a blade carrier (2,3,6 etc.) rotated about a vertical axis and provided with a vertical pivot pin (15) near its periphery which is held in position by one end of a (leaf) spring (17;18,19). The blade (5) is freely swivelable about this pin. The (forked) end of the spring engages a recess (annular groove 16) in the pin (15) whilst its radially inner end (18,19) is located by engagement with portions (10,12,3) of the carrier and may be U-shaped. The upper end of the pin and the corresponding outer end of the spring may be arranged in a recessed depression (8) in the truncated conical peripheral upper wall of the carrier. FL.

Description

___ f* -1- 2259n/cv/tl___ f * -1- 2259n / cv / tl

Korte Aanduiding: Maaimesbevestiging.Short indication: Cutting blade attachment.

De uitvinding heeft betrekking op een maaimesbevestiging voor de bevestiging van een maaimes aan een om een draaiingsas 5 draaibaar maaiorgaan,waarbij ieder mes om een zich althans nagenoeg evenwijdig aan de draaiingsas van het maaiorgaan uitstrekkende pen ten opzichte van het maaiorgaan vrij verzwenkbaar is.The invention relates to a mowing blade attachment for the attachment of a mowing blade to a mowing member rotatable about an axis of rotation, wherein each blade is freely pivotable relative to the mowing member about a pin extending substantially parallel to the axis of rotation of the mowing element.

Bij maalinrichtingen voorzien van om zich omhoog uitstrekkende draaiingsassen draaibare maaiorganen is het algemeen gebruikelijk om de 10 maaimessen met behulp van zich althans nagenoeg evenwijdig aan de draai- ingsassen van de maaiorganen uitstrekkende pennen zwenkbaar met de maai- * organen te koppelen. Enerzijds is het daarbij een vereiste,dat een veilige en solide bevestiging van de maaimessen wordt verkregen,zodanig,dat de maaimessen niet op onbeoogde wijze van het maaiorgaan kunnen los-15 raken,terwijl het anderzijds gewenst is,dat de maaimessen op eenvoudige en snelle wijze kunnen worden verwisseld. Daarnaast is het gewenst, dat de middelen voor het bevestigen van de maaimessen aan de maaiorganen zo licht en compact mogelijk zijn uitgevoerd. Vele van de tot nu toe bekende constructies op dit gebied kunnen niet aan bovengenoemde eisen voldoen.In grinding devices provided with mowing members rotatable about upwardly extending rotary axes, it is generally customary to pivotally couple the mowing blades to the mowing members by means of pins extending substantially parallel to the rotary axes of the mowing members. On the one hand it is a requirement that a safe and solid attachment of the mower blades is obtained, such that the mower blades cannot inadvertently become detached from the mowing member, while on the other hand it is desirable that the mower blades are easily and quickly can be changed way. In addition, it is desirable that the means for attaching the mower blades to the mowing members be as light and compact as possible. Many of the hitherto known structures in this field cannot meet the above requirements.

20 Met de uitvinding wordt beoogd een constructie van bovengenoemde soort te verkrijgen,waarbij althans in verregaande mate aan de diverse, veelal met elkaar in conflikt zijnde eisen met betrekking tot de bevesti-^ ging van de maaimessen aan de maaiorganen kan worden voldaan.The object of the invention is to obtain a construction of the above-mentioned type, in which the various, often conflicting requirements with regard to the attachment of the mower blades to the mowing members can be met at least to a large extent.

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt,doordat tussen de pen 25 en een boven de pen gelegen aanslag een drukveer is aangebracht tegen de veerkracht waarvan de pen omhoog te drukken is,terwijl middelen zijn aangebracht ter begrenzing van een naar beneden gerichte beweging van de pen.According to the invention this can be achieved in that a compression spring is arranged between the pin 25 and a stop located above the pin against the spring force of which the pin can be pressed up, while means are provided for limiting a downward movement of the pin .

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren schematisch weergegeven uitvoeringsvoorbeeld 30 van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to an illustrative embodiment 30 of the construction according to the invention schematically shown in the accompanying figures.

Fig.1 toont een bovenaanzicht op een deel van een maaiorgaan waaraan een mes is gekoppeld onder gebruikmaking van de maaimesbevestiging volgens de uitvinding.Fig. 1 shows a top view of a part of a mowing member to which a knife is coupled using the mowing blade attachment according to the invention.

Fig. 2 toont een doorsnede over fig.1,gezien volgens de lijn II -35 II in fig.1.Fig. 2 is a sectional view of FIG. 1, taken along line II -35 II in FIG. 1.

8202701 -2- 22590/CV/tl8202701 -2- 22590 / CV / tl

*· V* · V

» 1»1

Fig. 3 toont een aanzicht op fig.1,gezien volgens de pijl III, waarbij het mes in doorsnede is afgebeeld.Fig. 3 is a view of FIG. 1, taken in the direction of arrow III, with the blade shown in section.

Fig. 4 toont een zijaanzicht op een sleutel,welke gebruikt kan worden bij het uitwisselen vanen mes.Fig. 4 shows a side view of a key that can be used when exchanging a knife.

5 Fig. 5 toont een bovenaanzicht op fig.4.FIG. 5 shows a top view of FIG. 4.

Het in fig.1 slechts gedeeltelijk weergegeven maaiorgaan omvat een schotelvormig orgaan l,dat is voorzien van een althans in hoofdzaak horizontaal verlopend middengedeelte 2 en een min of meer de vorm van een afgeknotte kegel bezittende omtreksrand 3. Daarbij zal het schotel-10 vormige orgaan veelal ovaal of min of meer ellipsvormig zijn uitgevoerd.The mowing member shown only partially in Figure 1 comprises a saucer-shaped member 1, which is provided with an at least substantially horizontally extending central portion 2 and a peripheral edge 3 having more or less the shape of a truncated cone. often oval or more or less elliptical.

In twee diametraal tegenover elkaar gelegen punten van het maaiorgaan 1 is het schotelvormige orgaan doorgedrukt,zodanig,dat een nabij de buitenomtrek gelegen horizontale begrenzingswand 4 is gevormd, op de uiteinden waarvan zich naar beneden toe tot aan het onderste begrenzings-15 vlak van de schijf 1 uitstrekkende benen 5 en 6 aansluiten. De door deze delen 4- 6 van het schotelvormige orgaan 1 begrensde ruimte 7 is aan de onderzijde afgesloten door een horizontaal verlopend gedeelte 8 van een aan het schotelvormige orgaan gelast plaatvormig orgaan,dat verder is voorzien van een op de binnenrand van het gedeelte 8 aansluitend schuin 20 omhoog uitstrekkend deel 9. Tegen de onderzijde van het gedeelte 4 van het schotelvormige orgaan is verder een zich ten opzichte van de draaiingsas van het schotelvormige orgaan althans in hoofdzaak in radiale richting uitstrekkende strip 10 gelast,waarvan het binneneinde tevens aan het plaatvormige orgaan 8, 9 is gelast.At two diametrically opposite points of the mowing member 1, the saucer-shaped member is pushed through such that a horizontal boundary wall 4 located near the outer circumference is formed, at the ends of which extend downwards to the bottom boundary surface of the disc 1 connect legs 5 and 6 extending. The space 7 bounded by these parts 4-6 of the dish-shaped member 1 is closed at the underside by a horizontally extending part 8 of a plate-shaped member welded to the dish-shaped member, which is further provided with a connecting part on the inner edge of the part 8 Part 9 extending at an angle upwardly is further welded to the underside of the part 4 of the dish-shaped member, at least substantially radially extending with respect to the axis of rotation of the dish-shaped member, the inner end of which is also welded to the plate-shaped member 8, 9 is welded.

25 In de wand 4, de strip 10 en het plaatvormige deel 8 zijn in eikaars verlengde gelegen gaten aangebracht voor het opnemen van een pen 11. De pen 11 is voorzien van een uitstekende kraag 12,welke op het bovenvlak van het wanddeel _ 4 rust en verder van een op enige afstand boven de kraag 12 gelegen kraag 13,zodanig,dat de beide kragen 12 30 en 13 een rondlopende groef 14 begrenzen.In the wall 4, the strip 10 and the plate-shaped part 8, holes are arranged in line with each other to accommodate a pin 11. The pin 11 is provided with a protruding collar 12, which rests on the top surface of the wall part 4. and further from a collar 13 located some distance above the collar 12, such that the two collars 12, 30 and 13 define a circumferential groove 14.

De diameter van dat gedeelte van de pen H jdat gelegen is 7 ter hoogte van de tussenruimte/tussen de onderzijde van de strip 10 en de bovenzijde van het plaatvormige deel 8 is met een kleinere diameter uitgevoerd dan het overige deel van de Pen 11 en dit dunner uitgevoerde 35 gedeelte van de pen H is gelegen in een boring 15,welke is aangebracht in een uiteinde van een maaimes 16, zodanig,dat dit maaimes 16 vrij ver- 8202701 V *5· 1 ’ -3- 22590/CV/tl zwenkbaar is om de pen 11. Tijdens normaal bedrijf zal het maaimes de in de figuren met getrokken lijnen weergegeven stand innemen,maar daarbij kan het maaimes onder invloed van op dit maaimes uitgeoefende krachten eventueel terugzwenken in de ruimte 7,zoals met stippellijnen in fig.1 is 5 aangeduid.The diameter of that part of the pin Hj that is located 7 at the height of the space between the bottom of the strip 10 and the top of the plate-shaped part 8 is made of a smaller diameter than the rest of the Pin 11 and this thinned portion of the pin H is located in a bore 15, which is arranged in one end of a cutting blade 16, such that this cutting blade 16 is freely 8202701 V * 5 · 1 '-3- 22590 / CV / tl is pivotable about the pin 11. During normal operation, the mowing blade will assume the position shown in the solid lines in the figures, but the mowing blade can possibly swing back into space 7 under the influence of forces exerted on this mowing blade, such as with dotted lines in fig. 1 is indicated 5.

Zoals verder uit fig.2 blijkt is de pen 11 voorzien van een trapsgewijs uitgevoerde blinde boring 17. In het onderste ,de kleinste diameter bezittende gedeelte van de blinde boring 17 is het uiteinde van een zich omhoog uitstrekkende stift 18 geperst. Deze stift 18 is omgeven door een 10 spiraalvormige drukveer 19 waarvan het onderste gedeelte is opgenomen in het bovenste gedeelte van de blinde boring 17. Het boveneinde van de drukveer 19 rust tegen een veerschotel 20,welke is voorzien van een uitstekende kraag 21.As further shown in Fig. 2, the pin 11 is provided with a stepped blind bore 17. The end of an upwardly extending pin 18 is pressed into the lower, smallest diameter portion of the blind bore 17. This pin 18 is surrounded by a spiral-shaped compression spring 19, the lower part of which is received in the upper part of the blind bore 17. The upper end of the compression spring 19 rests against a spring plate 20, which is provided with a protruding collar 21.

De veerschotel 20 is opgenomen in een trapvormig uitgevoerd gat 22, 15 dat is aangebracht in een aan het schotelvormige orgaan bevestigde af-schermkap 23. Doordat de boring 22 trapvormig is uitgevoerd is een borst verkregen,waartegen de kraag 21 aanrust,zodanig,dat een omhoog gerichte» beweging van de veerschotel 20 onder invloed van de veerkracht van de veer 19 vanuit de in fig.2 weergegeven stand wordt verhinderd.The spring disc 20 is accommodated in a stepped hole 22, 15 which is arranged in a protective cap 23 attached to the dish-shaped member. Because the bore 22 is stepped, a breast is obtained, against which the collar 21 rests, such that a upward movement of the spring cup 20 under the influence of the spring force of the spring 19 from the position shown in fig. 2 is prevented.

20 Zoals in het bijzonder uit fig.3 blijkt heeft het kapvormige or gaan 23 een zich boven de stift 11 uitstrekkend horizontaal gedeelte 24 en een tweetal zich vanaf de begrenzingsranden van dit gedeelte 24 naar beneden toe uitstrekkende gedeelten 25 en 26,welke met hun onderranden aan de bovenzijde van het prlaatvormige deel 4 zijn gelast. Zoals in het 25 bijzonder uit fig.1 blijkt strekken deze delen 25 en 26 zich vanaf de begrenzingsranden van het deel 24 in de draairichting resp. tegen de draairichting uit en hebben zij een min of meer driehoekige vorm,zodanig, dat deze delen 25 en 26 vanaf hun nabij de buitenomtrek van het schotétvormige orgaan gelegen basis in de richting van de draaiingsas geleidelijk 30 spits toelopen.As can be seen in particular from Fig. 3, the cap-shaped member 23 has a horizontal section 24 extending above the pin 11 and two sections 25 and 26 extending downward from the boundary edges of this section 24, which are with their lower edges are welded to the top of the plate-shaped part 4. As can be seen in particular from Fig. 1, these parts 25 and 26 extend from the boundary edges of the part 24 in the direction of rotation, respectively. against the direction of rotation and they have a more or less triangular shape, such that these parts 25 and 26 gradually taper 30 from their base located near the outer circumference of the strut-shaped member in the direction of the axis of rotation.

Het zal duidelijk zijn,dat de pen 11 onder invloed van de veerkracht van de veer 19 in de in fig.2 weergegeven stand zal worden gehouden, waardoor een ongewenst omhoog bewegen van de pen 11 en dientengevolge een onbeoogd losraken van het maaimes 16 zal worden voorkomen.It will be understood that the pin 11 will be held under the influence of the spring force of the spring 19 in the position shown in fig. 2, whereby an undesired upward movement of the pin 11 and consequently an unintentional loosening of the cutting blade 16 will become appearance.

35 Daardoor wordt nog bijgedragen door het feit,dat het mes 16 draaibaar is om een gedeelte van de pen 11,dat dunner is uitgevoerd dan de overige 8202701 * ft -4- 22590/CV/tl gedeelten van de pen 11,zodat het tijdens bedrijf onder invloed van de centrifugaalkracht tegen de pen 11 aanliggende deel van het maaimes tevens als een soort aanslag zal dienen,dat een omhoog gerichte beweging van het mes zal tegengaan.35 This is further contributed by the fact that the blade 16 is rotatable about a portion of the pin 11, which is thinner than the other 8202701 * ft -4-22590 / CV / tl portions of the pin 11, so that during operation under the influence of the centrifugal force against the part of the cutting blade which abuts against the pin 11 will also serve as a kind of stop, which will counteract an upward movement of the knife.

5 De afschermkap 23 geeft verder niet alleen een goede afscherming van de pen 11 en de de pen 11 op zijn plaatsihoudende middelen,zodat ongewenste beschadiging van deze middelen wordt voorkomen,maar dient tevens als effectief hulpmiddel voor het verplaatsen van het afgemaaide gewas met behulp van het roterende maaiorgaan. Dergelijke uitstekende delen zijn 10 veelal vereist om een effectieve verplaatsing van het gewas te verkrijgen en worden bij de constructie volgens onderhavige uitvinding tevens op doelmatige wijze benut als afschermorgaan en ondersteuning voor de mesbevestiging.The shielding cap 23 furthermore not only provides good shielding of the pin 11 and the pin 11 in its holding means, so that undesired damage to these means is prevented, but also serves as an effective aid for moving the mown crop with the aid of the rotary cutting unit. Such protruding parts are often required to obtain an effective displacement of the crop and are also efficiently used in the construction according to the present invention as a shielding member and support for the blade attachment.

Voor het uitwisselen van een maaimes kan gebruik worden gemaakt 15 van de in fig.4 en 5 weergegeven sleutel,welke is voorzien van een slechts gedeeltelijk weergegeven handgreep 27 aan een uiteinde waarvan een min of meer U-vormige beugel 28 is bevestigd.Aan de uiteinden van de benen van de beugel 28 zijn stiften 29 bevestigd. Het zal duidelijk zijn,dat de stiften 29 in de rondlopende groef 14 kunnen worden geschoven,terwijl 20 daarbij de beugel 28 althans gedeeltelijk op het bovenvlak van het plaatvormige deel 4 zal komen te rusten. Indien vervolgens een naar beneden gerichte kracht op de handgreep 27 wordt uitgeoefend zal de pen 11 tegen de werking van de veer 19 omhoog worden gedrukt tot in een stand,waarin het maaimes 16 vrij is van het ondereinde van de pen 11,in welke stand 25 het desbetreffende maaimes kan worden verwijderd en een nieuw maaimes kan worden aangebracht.For the exchange of a mowing blade, use can be made of the key shown in fig. 4 and 5, which is provided with a handle 27 only partially shown, on one end of which a more or less U-shaped bracket 28 is attached. pins 29 are attached to the ends of the legs of the bracket 28. It will be clear that the pins 29 can be slid into the circumferential groove 14, while the bracket 28 will come to rest at least partly on the top surface of the plate-shaped part 4. Then, if a downward force is applied to the handle 27, the pin 11 will be pushed up against the action of the spring 19 into a position in which the cutting blade 16 is free from the lower end of the pin 11, in which position the respective cutting blade can be removed and a new cutting blade can be fitted.

Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding is een eenvoudige,lichte en weinig plaats in beslag nemende bevestiging voor een maaimes verkregen,welke bevestiging tevens bijzonder betrouwbaar is 30 en een gemakkelijke uitwisseling van de maaimessen mogelijk maakt.By using the construction according to the invention a simple, light and space-consuming attachment for a cutting blade has been obtained, which mounting is also particularly reliable and allows an easy exchange of the cutting blades.

Uiteraard kunnen binnen de geest en beschermingsomvang van de uitvinding wijzigingen op het hierboven beschreven en in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld worden aangebracht. Zo kunnen bijvoorbeeld in plaats van de weergegeven schroefveer 19 ook schotelveren worden 35 toegepast.Naturally, within the spirit and scope of the invention, modifications can be made to the exemplary embodiment described above and shown in the accompanying figures. For example, disc springs can also be used instead of the coil spring 19 shown.

82027018202701

Claims

1. Cutting blade attachment for attaching a cutting blade to a mowing member rotatable about an axis of rotation, each blade being freely pivotable relative to the mowing member about a pin extending substantially parallel to the axis of rotation of the mowing member characterized in that a compression spring is arranged between the pin and a stop located above the pin against the spring force of which the pin can be pushed upwards, while means are provided for limiting a downward movement of the pin.

2. Mowing blade attachment according to claim 1, wherein the mowing member is provided with a dish-shaped member carrying the knife, characterized in that the stop forms part of a carrier member projecting at least partly above the dish-shaped member and fixed to the dish-shaped member.

Cutting blade attachment according to claim 2, characterized in that the carrying member is formed by a cap with a center section extending approximately perpendicular to the axis of rotation and parts extending obliquely downwards from this center section in the direction of the dish-shaped member.

Mowing blade attachment according to claim 3, characterized in that the obliquely downwardly-extending parts connecting to the central part of the hood gradually decrease in width in the direction of the axis of rotation.

Mowing blade attachment according to any one of the preceding claims 2-4, characterized in that the carrying member is provided with a recess in which a spring disc serving as a stop is located.

Blade attachment according to any one of the preceding claims, characterized in that in the pin. the end of an upwardly extending pin is secured, which pin is surrounded by a compression spring.

7. Cutting blade attachment according to claim 6, characterized in that the lower end of the compression spring is situated in a bore arranged in the upper end of the pin.

Cutter blade attachment according to any one of the preceding claims, characterized in that the pin is provided with a protruding collar, which rests on top of a part of the cutting member.

Cutting blade attachment according to claim 8, characterized in that a second collar is arranged at some distance above the collar, such that both 8202701 "6-22590 / CV / tl + · τ 4 t · collars define a circumferential groove.

10. Cutting blade attachment according to one of the preceding claims, characterized in that the pin is located in two spaced apart plate-shaped parts and the part of the pin situated between these plate-shaped parts, around which the cutting knife is freely pivotable, is thinner is executed than the rest of the pen. .

11. Cutting blade attachment at least substantially as described above and / or shown in the accompanying figures. 8202701