NL8101887A - Televisie-opneeminrichting voorzien van een vaste-stof beeldopneempaneel. - Google Patents

Description

* t t f EHN 10.000 1 N.V. Philips' Gloeilanpenfabrieken te Eindhoven.

Televisie-cpneeminrichting voorzien van een vasten tof beeldopneempaneel.

De uitvinding heeft betrekking op een televi^ie-opneeminrich-ting voorzien van een vaste-stof beeldopneenpaneel uitgevoerd met een tweedimensionaal patroon van in rijen en kolommen in een halfgeleider-lichaam gerangschikte beeldopneemelementen en van twee uitgangsschuifre-5 gisters van het parallel-in, serie-uit type, waarbij parallelingangen van de twee uitgangsschuifregisters zijn gekoppeld met rijen beeldopneemelementen en de serie-uitgangen zijn gekoppeld met ingangen van een superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang voor afgifte van een superpositiesignaal bij een tegelijkertijd uitlezen van de uit-10 gangsschuifregisters.

Een dergelijke inrichting is beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage no. 7701540. Hierbij wrdt de opneeminformatie behorend bij een rij van beeldopneemelementen die na een infarmatie-integratie-tijd is verkregen, cpgeslagen in een der uitgangsschuifregisters. Na in 15 de initiale referentietoestand te zijn getracht wordt dezelfde rij van beeldopneemelementen direkt nog eens uitgelezen en de dan aanwezige nul-informatie (de integratietijd is verwaarloosbaar klein) wordt opgeslagen in het andere uitgangsschuifregister. Daarop aansluitend worden de registers simultaan in serie uitgelezen naar de als een verschilvormer 20 uitgevoerde superpositieschakeling. Hierbij wordt de nul-infontatie met alleen signaalstoringen, zoals bijvoorbeeld veroorzaakt door klokpulssig-nalen, afgetrokken van de opneeminformatie met dezelfde signaalstoringen, zodat de uitgang van de superpositieschakeling een signaal met alleen de opneeminformatie afgeeft.

25 De uitvinding beoogt de toepassing van een dergelijke qpneem- inrichting voorzien van een vaste-stof beeldopneempaneel en twee daarmee gekoppelde uitgangsschuifregisters voor een ander doel dan de beschreven stoorsignaalkanpensatie en wel voor een contoursignaalkorrektie, dat wil zeggen een horizontale en vertikale apertuurs ignaalkorrekt ie. Door 30 een dergelijke, bij de inrichting eenvoudig uit te voeren korréktie kernen contouren in het weergegeven beeld die overeenkomen met s ignaalovergangen in het beeldsignaal, verscherpt tot uiting, hetgeen de beeldkwaliteit verbetert. Een televisie-opneeminrichting volgens de uitvinding vertoont 81 01 887 EHN 10.000 2 1 f * > daartoe het kenmerk, dat bij het uitlezen van de uitgangsschuif registers deze als beeldsignalen cpneeminformatie afgeven behorend bij steeds tweetallen van naast elkaar gelegen rijen van beeldopneemelementen, waarbij de uitgang van de genoemde superpositieschakeling met als super-5 positiesignaal de met dezelfde polariteit samengevoegde beeldsignalen, is gekoppeld met een ingang van een horizontale apertuurkorrektieschakeling en de uitgangen van de twee uitgangsschuifregisters elk zijn gekoppeld met een ingang van een vertikale apertuurkorrektieschakeling, waarbij een uitgang van de horizontale respektievelijk vertikale aper-10 tuurkorréktieschakeling voor het voeren van een in horizontale respektievelijk vertikale apertuur gekorrigeerd beeldsignaal is gekoppeld met een ingang van een tweede superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang voor het voeren van-het in horizontale en vertikale apertuur gekorrigeerde beeldsignaal.

15 Een televisie-opneeminrichting volgens de uitvinding met ten opzichte van bekende inrichtingen een eenvoudigere uitvoering van de vertikale apertuurkorrektieschakeling vertoont het kenmerk, dat de vertikale apertuurkorrektieschakeling is uitgevoerd met slechts één sig-naalvertragingsinrichting met een vertragingstijd gelijk aan eau 20 televisie lijnperiode, waarbij de ingang van de signaalvertragingsin-richting is gekoppeld met de uitgang van dat uitgangsschuifregister dat bij het uitlezen gedurende een lijnperiode vroeger, behoort bij de naastliggende rij van beeldopneemelementen ten opzichte van de genoemde twee bij elkaar gelegen rijen van beeldelementen, waarbij de uitgang 25 van het laatstgenoemde uitgangsschuifregister en de uitgang van de sig-naal ver tr agings inrichting elk zijn gekoppeld met een ingang van een derde superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang, waarbij de uitgang van de derde superpositieschakeling en de uitgang van het andere dan het laatstgenoemde uitgangsschuifregister elk via een ver-3D sterkerschakeling zijn gekoppeld met een ingang van een vierde super-pos itieschakeling die is voorzien van een uitgang voor het voeren van het in vertikale apertuur gekorrigeerde beeldsignaal.

Een televisie-opneeminrichting volgens de uitvinding waarbij de apertuurkorrektie wordt toegepast op. die signaalkanponenten die tot 35 een optimale beeldkwaliteitsverbetering leiden, vertoont het kenmerk, dat in serie met de vertikale respektievelijk horizontale apertuurkorrektieschakeling een laagdoorlaat- respektievelijk hoogdoorlaatfilter is aangebracht, welke filters komplementair zijn.

8101887 EBN 10*000 3

c I

t

Een televisie-opneeminri^ting volgens de uitvinding waarbij door een dichte pakking van de beeldopneemelementen in het halfgeleider-lichaam. een optimale kcntourkorrektie mogelijk is, vertoont het kenmerk, dat het vast-stof beeldopneempaneel is uitgevoerd als een type 5 waarbij de rijen van beeldopneemelementen afwisselend opeenvolgend voor teeldinformatieopname werkzaam zijn met door fotonen veroorzaakte beeldinformtie-integratie door tegelijkertijd elektronen en gaten in het halfgeleiderlichaam.

Hierbij wordt een in de rijrichting verbeterde beeldkwaliteit 10 bij weergave verkregen met een televisie-opneeminrichting die het kenmerk vertoont, dat in elk tweetal van naast elkaar- gelegen rijen van beeldopneemelementen, de beeldopneemelementen in de ene rij in de rijrichting tot in de tussenpositie verschoven zijn ten opzichte van die in de andere rij.

15 Een televisie-opneeminrichting volgens de uitvinding heeft verder het voordeel dat deze tenminste in hoofdzaak in een halfgeleiderlichaam geïntegreerd kan zijn uitgevoerd.

De uitvinding zal aan de hand van de volgende figuren als voorbeeld nader worden toegelicht, waarbij 20 fig. 1 in een blokschema een uitvoering van een televisie- opneeminrichting volgens de uitvinding geeft, en fig. 2 een aanzicht geeft van een vaste-stof baeldcpneempaneel dat met voordeel kan worden benut in een cpneeminrichting volgens de uitvinding.

25 In de televisie-opneeminrichting volgens fig. 1 is met 1 een vaste-stof beeldopneempaneel en zijn met 2 en 3 twee ermee verbonden parallel-in, serie-uit uitgangsschuifregisters aangeduid. Afgezien van een bij fig. 2 te beschrijven uitvoering van het paneel 1 die met voordeel kan warden toegepast, is de specifieke uitvoering van het paneel 30 1 van fig. 1 niet essentieel voor de uitvinding. Het paneel 1 van fig. 1 kan bijvoorbeeld met een kruisstangensysteem zijn uitgevoerd of zijn uitgevoerd als een ladingsdocrschuifinrichting. Van belang is slechts dat de informatie omtrent een opgencmen scène die aanwezig is in net 4 tot en met 11 aangeduide rijen van heeldopneem- respektievelijk 35 -géheugenelementen van het paneel 1 achtereenvolgens met tweetallen van rijen met de rijvolgorde (4, 5), (6, 7), (8, 9) en (10, 11) enzovoort aanwezig is in de parallel-in, serie-uit uitgangsschuifregisters 2 en 3.

Bij het uitlezen van de registers 2 en 3 kanen van telkens twee rijen 81 01 887 * «V ? * PHN 10.000 4 . aan de registeruitgangen achtereenvolgens de informaties ter beschikking afkomstig van beeldcpneemr respektievelijk -geheugenelementen aanwezig in met 12 tot en met 15 aangeduide kolommen. Hierbij liggen de eerste beeldopneem- respektievelijk -geheugenelementen in de rijen 5 4 tot en met 11 in de kolom 12, waarbij de laatste van elke rij in de kolon 15 ligt. Het eerste element in de rij 4 dat in de kolom 12 ligt,_ korrespondeert hierbij met het begin van de bij televisie gebruikelijke lijn- en r astecgewijze aftasting van bijvoorbeeld een weergeef scherm. Deze aftasting begint normaliter, bij interliniëring eenmaal in twee raster-10 perioden, in de linker bovenhoek van het weergeef scherm, zodat in de beschreven uitvoering van het paneel 1 de informatie aanwezig links boven in een qp te nemen scène verwerkt wordt rechts onder (kolom 12, rij 4) in het paneel 1. Hiertoe kan tussen de scène en het paneel 1 een niet-getekend cmkeeroptiek worden aangebracht. In fig. 1 zijn enkele rijen 15 en kolommen van beeldopneemelementen getekend die in de praktijk in enige honderdtallen aanwezig zullen zijn, leidend tot enige honderdduizenden in rijen en kolommen gerangschikte elementen.

Verder is het mogelijk het paneel 1 naar de registers 2 en 3 uit te lezen volgens de bekende "inter line" of "frame transfer" uitlees-20 methode. Hierbij zijn de elementen van het paneel 1 gesplitst, in beeldopneemelementen (bij bijvoorbeeld de "frame transfer" rijen 8 tot en met 11) en geheugenelementen (rijen 4 tot en met 7), waarbij de geheugenelementen worden uitgelezen, terwijl de scène-informatie wordt opgencmen in de beeldopneemelementen. Nadat alle geheugenelementen in een uitlees-25 tijd zijn uitgelezen wordt in een relatief korte tijd de informatie vanuit de beeldopneemelementen overgedragen naar bijbehorende geheugenelementen.. Welke uitleesmethode wordt toegepast, is irrelevant voor de j uitvinding. Essentieel is slechts dat bij het uitlezen van de uitgangs-schuifregisters 2 en 3 deze via de parallel-ingangen opgencmen opneem-30 informatie bevatten behorend bij steeds twee naast elkaar gelegen rijen van beeldopneemelementen, zoals bijvoorbeeld in de vogorde (4, 5), (6, 7), (8, 9), (10, 11). Hierbij komt de cpneeminformatie in de vorm van in fig. 1 getekende beeldsignalen SI en S2 ter beschikking aan de uitgangen van de registers 2 en 3. Met de uitgangen van de registers 2 en 3 kunnen 35 kcmpensatieschakelingen zijn verbonden voor het kcmpenseren van mogelijke verschillen in opneemgevoeligheid of van mogelijke faseverschuivingen tussen de signalen S1 en S2 ten opzichte van de originele plaatsafhankelijkheid van de informatie. De signalen S1 en S2. zijn in fig. 1 net een- 81018 87 EHN 10.000 5 w zelfde polariteit getekend en woeden hierbij elk toegevoerd aan een (+) ingang van een superpositieschakeling 6 waarvan de uitgang hierdoor een signaal (S1+S2) als superpositiesignaal voert.

Het kunnen beschikken over steeds twee beeldsignalen S1 en S2 5 die achtereenvolgens behoren bij steeds twee naast elkaar gelegen rijen (4, 5), (6, 7) enzovoort van beeldopneemelementen, biedt de mogelijkheid een eenvoudige en goedkope vertikale apertuurkorrektie uit te voeren. Voor deze korrektie is slechts êên, met 17 aangeduide signaal-vertragingsinrichting vereist, met een vertragingstijd gelijk aan een 10 televisie lijnperiode T, waarbij bijvoorbeeld geldt T = 64 ^us. De ingang van de vertragingsinrichting 17 is verbonden met de uitgang van het uitgangsschuifregister 3, waarbij de inrichtingsuitgang die een êên lijnperiode vertraagd beeldsignaal S2 voert, is verbonden met een (+) ingang van een superpositieschakeling 18. Een verdere (+) ingang van 15 de schakeling 18 is verbonden met de uitgang van het register 3. De schakeling 18 is voorzien van een uitgang die via een versterker schakeling 19 met een versterkingsfaktor 2a is verbonden met een (-) ingang van een superpositieschakeling 20. Een (+) ingang van de schakeling 20 ligt aan de uitgang van een versterkerschakeling 21 waarvan de ingang 20 met de uitgang van het schuifregister 2 is verbonden. De schakeling 21 heeft een versterkingsfaktor 2 (1+2a), waarbij de uitgang van de schakeling 20 een signaal voert gelijk aan 2S1+2a(2S1-(S2+S2)) = 2S1+2VC, waarbij VC een vertikaal apertuurkorrektiesignaal en S1+VC een in vertikale apertuur gekerrigeerü beeldsignaal is dat aldus geleverd wordt 25 door een vertikale apertuurkorrektieschakeling (17-21). Ten opzichte van bekende inrichtingen waarin een vertikale apertuurkorrektie wordt toegepast, zoals bijvoorbeeld bij de inrichting volgens het Amerikaanse octrooischrift Re29570, heeft de onderhavige inrichting het voordeel dat slechts êên vertragingsinrichting met een êên lijnperiode vertra-30 gingstijd (17) vereist is. Hierbij is het nodig dat het signaal S2 aan de vertragingsinrichting 17 en de superpositieschakeling 18 wordt toegevoerd. Immers voor de vertikale apertuurkorrektie van een beeldsignaal optredend in een bepaalde lijnperiode, wordt informatie gebruikt van een ander- en bovenliggende lijn in het televisiebeeld, zodat 35 wanneer de informatie afkanstig van bijvoorbeeld de rijen 6 en 7 van beeldcpneemelementen uit de respektieve schuifregisters 2 en 3 wordt uitgelezen de informatie afkanstig van de voorafgaande rij 5 van beeldopneemelementen ter beschikking moet staan. Bij het uitlezen 8101887

« *' I

EHN 10.000 6 van de registers 2 en 3 waarbij dè informatie afkomstig van de rijen 8 en 9 ter beschikking kont, geeft de vertragingsinrichting 17 de informatie afkomstig van de voorafgaande rij 7 van beeldqpneemelementen af.

Het door de superpositieschakeling 16 af gegeven superpositie-5 signaal S1+S2 kan met voordeel worden benut bij het uitvoeren, van een horizontale apertuurkorrektie. Daartoe wordt het signaal S1+S2 via een hoogdoorlaatfiler 22 toegevoerd aan een nader te beschrijven horizontale apertuurkorrektieschakeling (23-29). Het filter 22 geeft een signaal (S1+S2)" af aan twee in serie aangebrachte signaalvertragingsin-10 richtingen 23 en 24 en aan een (+) ingang van een superpositieschakeling 25 waaraan een andere (+) ingang is verbonden met de uitgang van de inrichting 24. De inrichtingen 23 en 24 hebben een vertragingstijd T - 100 ns, welke als voorbeeld gegeven tijd behoort bij de beeldele- mentaftasttijd. De uitgang van de schakeling 25 ligt via een versterker-26 15 schakeling/met een versterkingsfaktor gelijk aan % aan een (-) ingang van een superpositieschakeling 27, waarvan een (+) ingang is verbonden met de uitgang van de inrichting 23. De uitgang van de schakeling 27 is via een versterkerschakeling 2.8 met een versterkingsfaktor 2b verbonden met een (+) ingang van een superpositieschakeling 29 waarvan een verdere 20 (+) ingang met de uitgang van de inrichting 23 is verbonden. In de schakeling 29 wordt een vertraagd,, door de inrichting 23 af gegeven signaal (S1+S2)" gekambineerd met een door de schakeling 28 afgegeven horizontaal apertuurkorréktiesignaal 2HC hetgeen aan de uitgang van de schakeling 29 een in horizontale apertuur gekorrigeerd signaal. (S1+S2)" + 2HC 25 oplevert.

De uitgang van de schakeling 29 is verbonden met een (+) ingang van een superpositieschakeling 30. Een verdere (+) ingang van de schakeling 30 ligt aan de uitgang van een signaalvertragingsinrichting 31 met een vertragingstijd gelijk aan T = 100 ns. De ingang van de inrich-30 ting 31 ligt aan de uitgang van een laagdoorlaatfilter 32 waarvan de ingang met de uitgang van de schakeling 20 is verbonden. De filterkarak-teristieken van het hoogdoorlaatfilter 22 en het laagdoorlaatfiler 32 zijn kcmplementair, waarbij geacht wordt eenzelfde vertragingstijd aanwezig te zijn. De uitgang van het filter 32 voert hierdoor een signaal 35 2S11+2VC1 dat aansluit bij het. signaal: (S1+S2)" afgegeven door het filter 22. De inrichting 31 is voorzien ter kampensatie van de werking van de inrichting 23 zodat een door de inrichting 31 afgegeven signaal 2S1 '+2VC* aansluit bij het signaal (S1+S2)" + 2HC, waarbij het eerstge- 8101887 ΡΗΝ 10.000 7 noende signaal een laagfrekwsnt, in vertikale apertuur gekorrigeerd beeldsignaal en liet daarna genoemde signaal, een aansluitend hoogfrekwent, in horizontale apertuur gekorrigeerd beeldsignaal is. Beide genoemde signalen geven aan de uitgang van de schakeling 30 een in contour gekor-5 rigeerd dat wil zeggen in vertikale en horizontale apertuur gekorrigeerd beeldsignaal SHV dat aan een uitgangsklem 33 ter beschikking komt voor verdere verwerking in een televisiekamera. De toepassing van de kcmple-mentaire filters 32 en 22 geeft dat de vertikale respektievelijk horizontale apertuurkorrektie die een laag respektievelijk hoogfrekwent karak-10 ter heeft, wordt uitgevoerd bij laag respektievelijk hoogfrekwente beeldsignaalkanponenten hetgeen tot een optimale beeldkwaliteitsverbete-ring leidt.

In fig. 2 is een aanzicht gegeven van een uitvoering van het paneel 1 dat met voordeel kan warden benut.in een inrichting volgens de 15 uitvinding in fig. 1. In fig. 2 zijn slechts die kamponenten op schematische wijze gegeven die nuttig zijn voor de verklaring van het voordeel. Voor een gedetailleerde beschrijving van de uitvoering van het paneel 1 en van de uitgangsschuifregisters 2 en 3 die te zamen in een halfgeleiderlichaam geïntegreerd kunnen zijn uitgevoerd, wordt verwezen 20 naar de Nederlandse octrooiaanvrage nr. (H3N 9999) van aan vraagster die dezelfde indieningsdatum heeft als de onderhavige aanvrage.

In fig. 2 zijn de in fig. 1 met de verwijzingscijfers 1 tot en met 7 aangeduide kcmpcnenten in het aanzicht weergegeven. In een p-type halfgeleiderlichaam zijn in de kolanrichting doorlopende ge-25 bieden van n-type halfgeleidermateriaal gevormd die kamvormig aansluiten op een gebied van n-type halfgeleidermateriaal dat aanwezig is bij het register 3. In de gebieden van het n-type halfgeleidermateriaal gelegen in de kolcmrichting en de tussengelegen gebieden van p-type halfgeleider-materiaal zijn met n en p aangeduide gebieden gevormd van hoger gedo-30 teerd halfgeleidermateriaal. Het register 2 wordt gevormd door een gebied van p-type halfgeleidermateriaal van het lichaam' waarlangs gebieden van het n-type liggen. Over de in het halfgeleiderlichaam getekende gebieden zijn elektrisch geleidbare, van het lichaam geïsoleerde sporen aangebracht waarvan enige met 40 tot. en met 50 zijn aangeduid.

35 Onder de doorzichtige sporen 40, 41, 42 en 43 bevinden zich de respek-tieve rijen 4, 5, 6 en 7 van beeldopneenelansnten. voor de werking van het paneel 1 geldt dat afhankelijk van de toevoer aan een spoor van een negatieve spanning -UI (sporen 40 en 42) of een positieve spanning 81 01 887 y. » * - > EHN 10*000 8 +01 (sporen 41 en 43) een ladingsakkumulatie plaatsvindt in een gebied Η* * ^ p respektievelijk n veroorzaakt door gaten h respektievelijk elektronen e* Een gat h en een elektron e worden veroorzaakt door een foton van qp het halfgeleiderlidnaam vallend licht dat afkomstig is van een op 5 te nemen scène. Door de spanningen -U1 en +02 wordt het door het foton vrijgemaaktegat h respektievelijk elektron e naar het (gearceerd getekende) hoger gedoteerde gebied p+ respektievelijk n+ getrokken en vastgehouderUjjOpmerkelijk ten opzichte van bekende opneempanelen is hierbij dat/foton leidt tot een gat h en een elektron e die nu dooreen 10 gaans beide/informatiebijdrage leveren en niet alleen één van beide. Hierbij is een dichtere pakking van de beeldopneemelementen mogelijk.

Een beeldopneemelement onvat hierbij rondcm een hoger gedoteerd gebied ongeveer de helft van de boven en onder in de kolom en van de ernaast in de rij gelegen gebieden en ongeveer een kwart van de links— ei 15 rechts-, boven en onderliggende gebieden. Hierbij kan overlapping aanwezig zijn.

Na een bepaalde lichtintegratietijd, waarbij de registers 2 en 3 geheel geledigd/kandoor een cmpoling van de spanning U1 een ladings-doorschuiving van de elementen van de rijen 7r 6 en 5 naar de rijen 20 6, 5 en 4 gaan gebeuren, waarbij de elementen van de rij 4 hun eigen lading doorschuiven naar de gearceerde gebieden in het register 2, waarbij voor een doorschuiving vanuit de rij 4 de spanning op het spoor 40 groter kan. zijn dan +U1. Hierna warden de vanuit de rij 5 afkomstige ladingen van onder het spoor 40 doorgeschoven naar de gearceerde ge-25 bieden in het register 3. Vervolgens worden in een drie-fasenstruk-tuur als voorbeeld klokpulsspanningen U2, U3 en U4 toegevoerd aan de respektieve sporen (44, 47), (45, 48) en (46, 49). Hierbij worden eerst de ladingen in de gearceerde p gebieden in het register 2 doorgeschoven (van onder sporen 44 en 47 naar sporen 45 en 48) en daarna 30 de ladingen in de gearceerde n gebieden (van onder sporen 46 en 49 naar sporen 47 en 50). Deze cyclus wordt herhaald en het resultaat is dat aan de in fig. 2 niet-getekende uitgang van het register 2 het getekende signaal S1 ter beschikking kant en dat aan de uitgang van het register 3, met tegengestelde polariteit, het getekende signaal -S2 optreedt.

35 Voor een gedetailleerde beschrijving van het uitleesmechnisme dat ook in een andere fasenstruktuur kan gebeuren wordt verwezen naar de genoemde octrooiaanvrage van aanvraagster.

Bij fig. 2 is beschreven dat de sporen 40, 41, 42 en 43 81018 87 EHN 10.000 9 doorzichtig zijn zodat de elemental in de rijen 4, 5, 6 en 7 als beeld-cpneemelementen werkzaam zijn. Wanneer de "frame transfer" uitleesmethode zou warden toegepast, kan over de rijen 4, 5, 6 en 7 een lichtondccr-laatbare laag warden aangebracht, waarbij in fig. 2 niet en fig. 1 wel 5 getekende rijen 8, 9, 10 en 11 met beeHcpneemelementen werkzaam zijn.

De toepassing van de in fig. 2 gegeven uitvoering van het paneel 1 is voordelig voor de bij fig. 1 beschreven horizontale apertuur korrektie . Het in de superpositieschakeling 16 met dezelfde polariteit samenvoegen van de signalen S1 en S2 geeft dat in het signaal 10 (S1+S2) zowel de informatie vanuit de p+ gebieden in de ene rij (4, 6 enzovoort) als die vanuit de n+ gebieden in de andere rij (5, 7 enzovoort) voorkomt. Doordat in elk tweetal van naast elkaar gelegen rijen (4, 5), (6, 7) enzovoort van beeldqpneemelementen, deze in de ene rij in de rijrichting tot in de tussenpositie verschoven zijn ten opzichte 15 van die in de andere rij is door de optelling de horizontale resolutie met een faktor twee verbeterd, hetgeen gunstig is bij de horizontale apertuurkorrektie die leidt tot een in de rijrichting verbeterde beeld- i kwaliteit.

De in fig. 1 gegeven uitvoering van een televisie-opneem-20 inrichting volgens de uitvinding is geschikt cm in een halfgeleider-lichaam geïntegreerd uit te warden gevoerd, hetgeen een voordeel is. Hierbij kunnen niet-getekende klokpulsschakelingen zijn meegeïntegreerd in het halfgeleiderlichaam, waarbij door schuif signalen worden toegevoerd aan het paneel 1, de uitgangsschuifregisters 2 en 3 en de eveneens als 25 analoge schuifregisters uitgevoerde vertragingsinrichtingen 17, 23, 24 en 31. Voor verdere niet-getekende schakelingen kunnen bemonster- en houdsignalen uit de klakpulssignalen warden afgeleid.

30 1 81 01 887

Claims (6)

1. Televisie^neainiirichting voorzien van een vaste-stof beeld- qpneempaneel uitgevoerd met een tweedimensionaal patroon van in rijen en kolomen, in een halfgeleiderlichaam gerangschikte beeldopneemele-5 menten en van twee uitgangsschuifregisters van het parallel-in, serie-uit type, waarbij parallelingangen van de twee uitgangsschuifregisters zijn gekoppeld met rijen beeldcpneemelementen en de serie-uitgangen zijn gekoppeld met ingangen van een superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang voor afgifte, van een superpositiesignaal bij een 10 tegelijkertijd uitlezen van de uitgangsschuifregisters, met het kenmerk, dat bij het uitlezen van de uitgangsschuifregisters deze als beeld-signalen ppneerainformatie afgeven behorend bij steeds tweetallen van naast elkaar gelegen rijen van beeldcpneemelementen, waarbij de uitgang van de genoemde superpositieschakeling met als superpositiesignaal 15 de met dezelfde polariteit samengevoegde beeldsignalen, is gekoppeld met een ingang van een horizontale apertuurkorrektieschakeling en de uitgangen van de twee uitgangsschuifregisters elk zijn gekoppeld met een ingang van een vertikale apertuurkorrektieschakeling, waarbij een uitgang van de horizontale respektievelijk vertikale apertuurkorrëktie-20 schakeling voor het voeren van een in horizontale respektievelijk ver— tikale apertuur gekorrigeerd beeldsignaal is gekoppeld met een ingang van een tweede superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang voor het voeren van het in horizontale en vertikale apertuur gekorri-geerde beeldsignaal.

2. Televisie-opneeminrichting volgens kohklusie 1, met het ken- ^ merk, dat de vertikale apertuurkorrektieschakeling is uitgevoerd met slechts êên signaalvertragingsinrichting met een vertragingstijd gelijk aan een televisie lijnperiode, waarbij de ingang van de signaalvertragingsinrichting is gekoppeld met de uitgang van dat uitgangs-30 schuifregister dat bij het uitlezen gedurende een lijnperiode vroeger, behoort bij de naastliggende rij van beeldcpneemelementen ten cpzichte van de genoemde twee bij elkaar gelegen rijen van beeldelementen, waarbij de uitgang van het laatstgenoemde uitgangsschuifregister en de uitgang van de signaalvertragingsinrichting elk zijn gekoppeld met een 35 ingang van een derde superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang, waarbij de uitgang van de derde superpositieschakeling en de uitgang van het andere dan het laatstgenoemde uitgangsschuifregister elk via een versterkerschakeling zijn gekoppeld met een ingang van een 81 01887 Ir '* ^ PHN 10.000 11 vierde superpositieschakeling die is voorzien van een uitgang voor het voeren van het in vertikale apertuur gecorrigeerde beeldsignaal.

3. Televisie-^^aieetidiirichting volgens kcnklusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in serie met de vertikale respectievelijk hori-5 zontale apertuurkorreJcfcieschakelixKj een laagdoorlaat- respektievelijk - hoogdoorlaatfilter is aangebracht, welke filters kcmplementair zijn.

4. Televisie-qpneeiainrichting volgens een der voorafgaande kon-klusies, met het kenmerk, dat het vaste-stof beeldcpneempaneel is uitgevoerd als een type waarbij de rijen van beeldcpneemelanenten afwis- 10 selend opeenvolgend voor beeldinformatie-opname werkzaam zijn met door fotonen veroorzaakte beeldfinfooaatie-integratie door tegelijkertijd elektronen en gaten in het halfgeleiderlichaam.

5. Televisie-opneeminrichting volgens konklusie 4, met het kenmerk, dat in elk tweetal van naast elkaar gelegen rijen van beeld- 15 opneemelsnenten, de beeldqpneemelementen in de ene rij in de rijrichting tot in de tussenpositie verschoven zijn ten opzichte van die in de andere rij.

6. Televisie-cp^eamnrichting volgens een der voorafgaande konklusies, die tenminste in hoofdzaak in een hal fgpi p>i dt*rl i nhaam 20 geïntegreerd is uitgevoerd. 25 i 30 1 8101887