NL8006361A

NL8006361A - QUICK FASTENING DEVICE FOR MANUALLY DETACHABLE FITTING OF FURNITURE IN THE TRANSPORT ROOM OF A TRANSPORT VEHICLE.

Info

Publication number: NL8006361A
Application number: NL8006361A
Authority: NL
Original assignee: Kick Wilhelm
Priority date: 1979-11-23
Filing date: 1980-11-21
Publication date: 1981-06-16
Also published as: FR2470026A1; DE2947315C2; BE886023A; GB2066166A; DE2947315B1

Description

L tL t

Snelbevestigingsinrichting voor het met de hand losneembaar vastleggen van meubelstukken in de transportruimte van een transportvoertuig.Quick fastening device for manually detachable furniture pieces in the transport space of a transport vehicle.

De uitvinding heeft betrekking op een snelbevestigingsinrichting voor het met de hand losneembaar vastleggen van meubelstukken in de transportruimte van een als voer-tuigaanhanger of in het bijzonder motorvoertuig uitg.evoerd transport-5 voertuig, in het bijzonder een kleine bus, woonauto of werk- plaatswagen, met tenminste twee kleminrichtingen welke op afstand van elkaar opgesteld zijn en telkens voorzien zijn van twee in elkaar grijpende, met elkaar klembare klemdelen waarvan het ene klemdeel aan het meubelstuk en het andere klemdeel aan een bodem-10 plaat of begrenzingswand van de transportruimte aangebracht is.The invention relates to a quick-mounting device for manually detachable fixing of furniture in the transport space of a transport vehicle designed as a vehicle trailer or, in particular, a motor vehicle, in particular a small bus, caravan or workshop car. , with at least two clamping devices which are arranged at a distance from each other and each time are provided with two mutually interlocking clamping parts, one clamping part of which is arranged on the piece of furniture and the other clamping part on a bottom plate or boundary wall of the transport space .

Dergelijke, als woonvoertuig of werkvoertuig uitgevoerde transportvoertuigen zijn in hun voor het werken en/of bewonen begaanbare transportruimte of leefruimte voorzien van een meubelinrichting zoals een werkbank en kasten of andere bewaar-15 meubels in een werkplaatswagen, of kasten, een tafel en stoelen en dergelijke meubelstukken in een kampeervoertuig. Dergelijke min of meer kastvormige meubelstukken zijn meestal langs de begren-zingswanden van de transportruimte verdeeld aangebracht en aan de vloerplaat en de bijbehorende begrenzingswand vastgelegd zodat 20 zij door de bij het rijden optredende versnellingskrachten en schokken niet door elkaar kunnen vallen.Such transport vehicles, which are designed as residential vehicles or work vehicles, are provided in their transport space or living space, which is passable for working and / or living, with a furniture arrangement such as a workbench and cabinets or other storage furniture in a workshop trolley, or cabinets, a table and chairs and the like. pieces of furniture in a camping vehicle. Such more or less box-shaped furniture pieces are usually arranged distributed along the boundary walls of the transport space and fixed to the floor plate and the associated boundary wall, so that they cannot fall apart due to the acceleration forces and shocks occurring during driving.

Dikwijls bestaat echter de behoefte een als leefvoertuig, zoals een met een wooninrichting uitgeruste kleine bus of een woonvoertuig, uitgerust voertuig in korte tijd als 25 transportvoertuig (en omgekeerd) te kunnen ombouwen, zodat een zo eenvoudig en kortstondig mogelijke uitbouw respectievelijk inbouw van de meubelinrichting gewenst is. Echter worden voor het vastleggen van de meubelstukken in dergelijke voertuigen in het algemeen schroeven en dergelijke bevestigingsmiddelen toegepast.There is often a need, however, to be able to convert a vehicle equipped as a living vehicle, such as a small bus equipped with a home furnishings or a residential vehicle, as a transport vehicle (and vice versa) in a short time, so that the removal and installation of the furniture arrangement is as simple and short as possible. is desired. However, screws and the like fasteners are generally used for fixing the furniture pieces in such vehicles.

30 Dergelijke bevestigingsmiddelen zijn weliswaar losneembaar, waartoe echter een bruikbaar werktuig, zoals een schroefsleutel en der- r η n fi xfi i Λ » 2 gelijke noodzakelijk zijn.Such fasteners are admittedly detachable, however, for this purpose a usable tool such as a spanner and the like are necessary.

Bekend zijn reeds voorstellen voor een snel inbouwen en uitbouwen of voor een veranderen van de bevestigings-plaats van de meubelstukken snelle bevestigingsin-richtingen toe 5 te passen waardoor het met de hand losneembaar vastleggen van meubelstukken bereikt dient te worden. Als snelbevestigingsmiddelen worden in elkaar grijpende haken en klemdelen, als vleugelschroe-ven uitgevoerde schroeven en bevestigingsrails toegepast (Duits gebruiksmodel 7.240.117. Duits gebruiksmodel 1.982.837, Frans 10 octrooischrift 1.182.691 en Frans octrooischrift 1.322.332). Deze bevestigingsinrichtingen welke telkens voorzien zijn van twee in elkaar grijpende bevestigingselementen, werken echter steeds slechts plaatselijk aan hun aanbrengplaatsen op het meubelstuk in. Aangezien voor een onberispelijk en betrouwbaar vastleggen van de 15 meubelstukken in de transportruimte van het voertuig ook tijdens de rit, waarbij aanzienlijke schokken en versnellingskrachten kunnen optreden, elk meubelstuk op zijn minst op twee of meer op afstand van elkaar gelegen plaatsen vast aan het voertuig verankerd dient te zijn, dienen door het inbouwen en uitbouwen van meubelstukken 20 overeenkomstig veel bevestigingsinrichtingen afzonderlijk aangetrokken respectievelijk losgenomen worden. Hiermee is nog altijd een betrekkelijk hoge mate aan tijd en kracht verbonden.It is already known to propose quick mounting devices for quick installation and removal or for changing the fixing position of the furniture pieces, so that the fixing of furniture pieces by hand can be achieved in a detachable manner. Interlocking hooks and clamping parts, winged screws and mounting rails are used as quick fasteners (German utility model 7,240,117. German utility model 1,982,837, French patent 1,182,691 and French patent 1,322,332). However, these fastening devices, which are each provided with two interlocking fastening elements, always act only locally at their places of application on the piece of furniture. Since for an impeccable and reliable fixation of the 15 pieces of furniture in the transport space of the vehicle, even during the journey, with considerable shock and acceleration forces, each piece of furniture is anchored to the vehicle at least in two or more spaced locations must be tightened or removed separately in accordance with many fastening devices by installing and removing furniture pieces 20. This still involves a relatively high degree of time and strength.

Een snellere inbouw en uitbouw van meubelstukken ka-n weliswaar volgens een ander bekend voorstel bereikt worden, 25 waarbij de naast elkaar aangebrachte meubelstukken door tussen hen ingezette opblaasbare persluchtkussens aan de tegenover elkaar gelegen wanden van de transportruimte gespannen gehouden worden (Duits gebruiksmodel 1.867.769). Een dergelijke oplossing voldoet echter niet aan de veiligheidseisen, namelijk een zelfstandig 30 losraken van de meubelstukken tijdens de rit of bij een ongeluk betrouwbaar te verhinderen. Hiertoe is veel meer noodzakelijk om de bevestigingsinrichtingen met twee aan het meubelstuk respectievelijk aan de vloer of een begrenzingswand van de transportruimte vastgelegde, in de vergrendelstand in elkaar grijpende en met elkaar 35 klemmende bevestigingselementen te voorzien.Faster installation and removal of furniture can be achieved according to another known proposal, whereby the juxtaposed furniture pieces are kept stretched by inflatable compressed air cushions inserted between them on the opposite walls of the transport space (German utility model 1,867,769 ). However, such a solution does not meet the safety requirements, namely to reliably prevent an independent loosening of the furniture pieces during the journey or in the event of an accident. To this end, it is much more necessary to provide the fastening devices with two fastening elements which interlock in the locking position and which clamp together with one another, fixed to the piece of furniture or to the floor or a boundary wall of the transport space.

80 06 36 180 06 36 1

* T* T

33

Door de uitvinding wordt het probleem opgelost om een snelbevestigingsinrichting van de bovengenoemde soort zodanig uit te voeren dat de meubelstukken enerzijds in de transport-ruimte voor de rit veilig vastgelegd zijn, anderzijds echter een 5 eenvoudig en snel anders uitrusten van het voertuig door zeer eenvoudig en bijzonder snel inbouwen respectievelijk uitbouwen van de meubelinrichting mogelijk is.The invention solves the problem of designing a quick-fastening device of the above-mentioned type in such a way that the furniture pieces on the one hand are securely fixed in the transport space for the ride, but on the other hand a simple and quick rest of the vehicle by very simple and it is possible to install or remove the furniture interior very quickly.

De uitgevonden snelkleminrichtingen zijn telkens voorzien van twee tenminste met kracht in elkaar grijpende 10 klemdelen waarvan het ene aan het meubelstuk en het andere aan de vloer of de begrenzingswand aangebracht is. Hoewel het voor een onberispelijk vastleggen van het meubelstuk reeds voldoende kan zijn dat de klemdelen van tenminste één van de kleminrichtingen in de richting loodrecht op de wand (vloerplaat respectievelijk be-15 grenzingswand), waarop zij aangrijpen, slechts met kracht in elkaar grijpen, zoals bijvoorbeeld een in zijn boring door een wig vastgezette bout, verdient het de voorkeur om de klemdelen haakvormig in elkaar te laten grijpen, zodat in deze richting loodrecht op die wand van het meubelstuk waaraan de kleminrichting bevestigd 20 is, een vormaansluiting aanwezig is, daarentegen de krachtaanslui- ting evenwijdig aan deze wand is gelegen, zodat de in elkaar gehaakte klemdelen zich bij schokken en als gevolg van versnellingskrachten niet zelfstandig van elkaar los kunnen raken.The invented quick clamping devices are in each case provided with two clamping parts at least with force interlocking, one of which is arranged on the piece of furniture and the other on the floor or the boundary wall. Although for an impeccable fixing of the piece of furniture it may suffice that the clamping parts of at least one of the clamping devices in the direction perpendicular to the wall (floor plate or boundary wall) on which they engage, only interlock with force, such as for example, a bolt fixed in its bore by a wedge, it is preferable to have the clamping parts interlock with each other in a hook-shaped manner, so that in this direction there is a form connection perpendicular to that wall of the piece of furniture to which the clamping device is attached, on the other hand the force connection is parallel to this wall, so that the clamped parts cannot be detached independently of each other in the event of impact and acceleration forces.

Deze kleminrichtingen zijn zodanig uitgevoerd 25 en aan het meubelstuk verdeeld aangebracht, dat de klemkracht van de ene, met de hand bedienbare kleminrichting voor het opwekken en/of versterken van de klemkracht van de andere kleminrichting door het meubelstuk overgedragen wordt. Hierdoor wordt het mogelijk om met betrekkelijk weinig kleminrichtingen voor het betrokken meubel-30 stuk te volstaan, terwijl daardoor het meubelstuk aan de vloerplaat en/of omgrenzingswand gespannen wordt. In het bijzonder is daardoor bij handig uitvoeren en opstellen van de kleminrichtingen mogelijk om slechts twee kleminrichtingen voor elk meubelstuk toe te passen, want met het verminderen van het aantal kleminrichtingen vermindert 35 overeenkomstig ook de tijd nodig voor het vergrendelen respectievelijk 8 0 06 36 1 » *These clamping devices are designed and distributed on the piece of furniture in such a way that the clamping force of one manually operable clamping device for generating and / or amplifying the clamping force of the other clamping device is transferred by the piece of furniture. This makes it possible to suffice with relatively few clamping devices for the piece of furniture in question, while thereby tensioning the piece of furniture on the floor plate and / or boundary wall. In particular, when carrying out and setting up the clamping devices, this makes it possible to use only two clamping devices for each piece of furniture, because with the reduction of the number of clamping devices 35 also correspondingly reduces the time required for locking, respectively 8 0 06 36 1 » *

Aa

losnemen van de inrichtingen en daardoor voor het inbouwen en uitbouwen van het meubelstuk zelve.detaching from the devices and thereby for the installation and removal of the piece of furniture itself.

Voor de overdracht van de klemkracht van de ene snelkleminrichting op de andere kunnen deze zodanig opgesteld 5 en uitgevoerd zijn, dat de werkingslijn van de klemkracht van de ene inrichting in hoofdzaak in hetzelfde vlak is gelegen waarin ook de voor het vergrendelen van de andere kleminrichting noodzakelijke klemkracht van de laatstgenoemde kleminrichting met zijn werkingslijn verloopt. Op deze wijze kan het meubelstuk bijvoor-10 beeld slechts aan de vloerplaat of slechts aan de begrenzingswand bevestigd zijn, zodat onder de klemkracht van de ene kleminrichting de klemdelen van de andere klemkracht in hun in elkaar grijpende stand gedrukt respectievelijk getrokken worden. Bij voorkeur zijn de kleminrichtingen echter zodanig uitgevoerd en aan het meubel-15 stuk aangrijpend opgesteld, dat de klemkracht van de ene kleminrichting voor de andere kleminrichting een krachtmoment opwekt welke door het meubelstuk overgedragen wordt.For the transfer of the clamping force from one quick clamping device to the other, these can be arranged and designed such that the operating line of the clamping force of the one device is substantially in the same plane in which also the necessary for locking the other clamping device clamping force of the latter clamping device with its operating line expires. In this way, the piece of furniture can for instance be attached only to the floor plate or only to the boundary wall, so that under the clamping force of one clamping device the clamping parts of the other clamping force are pressed or pulled into their interlocking position. Preferably, however, the clamping devices are designed and arranged in a gripping manner on the piece of furniture such that the clamping force of one clamping device for the other clamping device generates a moment of force which is transferred by the piece of furniture.

Hiertoe kan bij een voorkeursuitvoering van de uitvinding een kleminrichting een aan het meubelstuk uitgevoerde 20 klemhefboom bezitten, waarvan de hefboomas door een het meubelstuk op de vloerplaat respectievelijk omgrenzingswand steunende steun-kant uitgevoerd is, waarentegen de andere kleminrichting voor het opwekken van een op de klemhefboom overdragend kipmoment om de steunkant op afstand hiervan opgesteld is. De klemhefboom vormt het 25 ene klemdeel van de hierbij behorende kleminrichting waarvan het andere klemdeel een aan de vloerplaat respectievelijk begrenzingswand in het bijzonder evenwijdig hieraan uitstekende haakvormige aanzetdeel, uitsteeksel, beugel of dergelijke is, welke onder of achter de klemhefboom grijpt, zodat deze samenwerkende klemdelen 30 als gevolg van de door het meubelstuk overgedragen krachtmoment klemmend in elkaar gedrukt worden. Deze uitvoeringsvorm is in het bijzonder bruikbaar voor het tot stand brengen van een kleminrichting waarbij de klemhefboom en het hiermee samenwerkende klemgedeel-te aan het meubelstuk respectievelijk aan de vloerplaat of de om-35 grenzingswand vaststaand zodanig aangebracht zijn dat een in elkaar 80 06 36 1 5 i * grijpen door kippen, verdraaien of verschuiven van het meubelstuk tot stand gebracht wordt respectievelijk van elkaar losgenomen kunnen worden, zolang de andere kleminrichting nog niet losgenomen is.For this purpose, in a preferred embodiment of the invention, a clamping device can have a clamping lever designed on the furniture, the lever shaft of which is formed by a supporting side supporting the furniture on the floor plate or the partition wall, on the other hand, the other clamping device for generating a clamping lever on the clamping lever. transferring tipping torque around the support side is spaced therefrom. The clamping lever forms the one clamping part of the associated clamping device, the other clamping part of which is a hook-shaped projection, projection, bracket or the like, which protrudes parallel to the floor plate or boundary wall in particular, and which engages clamping parts below or behind the clamping lever. 30 due to the moment of force transmitted by the piece of furniture being clamped together. This embodiment is particularly useful for creating a clamping device in which the clamping lever and the clamping part co-operating therewith are fixedly mounted on the piece of furniture or on the floor plate or the boundary wall in such a way that an interlocking 80 06 36 1 5 i * gripping, twisting or shifting of the piece of furniture is effected or can be detached from one another, as long as the other clamping device has not yet been detached.

5 Bij voorkeur zijn de ene kleminrichting in de buurt van een onderkant en de andere kleminrichting in de buurt van een bovenkant van het meubelstuk op dit meubelstuk aangrijpend aangebracht, omdat daardoor eventueel een betrekkelijk lange hef-boomarm voor het aanklemmen van een kleminrichting als gevolg vein 10 de kracht van de andere kleminrichting ter beschikking staat. De onderkant en de bovenkant van het meubelstuk waaraan de betrokken kleminrichting aangrijpt, verlopen bij voorkeur in een vlak welke diagonaal door het kastvormige meubelstuk verloopt. Bij voorkeur verlopen deze hoekkanten van het meubelstuk evenwijdig aan elkaar, 15 zodat de ene kleminrichting bijvoorbeeld aan de voorste onderkant van het meubelstuk en de bodenplaat aangebracht is, terwijl daarentegen de andere kleminrichting aan de achterste bovenkant van het meubelstuk en de begrenzingswand aangebracht is. Eventueel is het echter ook mogelijk om twee loodrecht ten opzichte van elkaar 20 verlopende hoekkanten van het meubelstuk voor het aanbrengen van de kleminrichtingen te kiezen, bijvoorbeeld de achterste bovenkant van het meubelstuk en een onderste zijkant hiervan. Dit kan bijvoorbeeld doelmatig zijn wanneer het meubelstuk in een hoek van de transportruimte van het voertuig vastgezet dient te worden.Preferably, one clamping device near a bottom and the other clamping device near a top of the piece of furniture are engaged on this piece of furniture because it may result in a relatively long lever arm for clamping a clamping device 10 the power of the other clamping device is available. The bottom and top of the piece of furniture to which the clamping device concerned engages preferably run in a plane which runs diagonally through the box-shaped piece of furniture. Preferably, these corner edges of the piece of furniture run parallel to each other, so that one clamping device is arranged, for example, at the front bottom of the piece of furniture and the base plate, while, on the other hand, the other clamping device is arranged at the rear top of the piece of furniture and the boundary wall. Optionally, however, it is also possible to choose two corner edges of the piece of furniture extending at right angles to each other for mounting the clamping devices, for example the rear top of the piece of furniture and a bottom side thereof. This can be effective, for example, when the piece of furniture is to be secured in a corner of the transport space of the vehicle.

25 Bij voorkeur is tenminste één van de kleminrich tingen voorzien van een verstelbare regel welke door met de hand verstellen met het hierbij behorende klemdeel in aangrijping komt.Preferably, at least one of the clamping devices is provided with an adjustable rule which engages by hand adjustment with the associated clamping part.

Bij deze voorkeursuitvoering is een snelkleminrichting met een dergelijke verstelbare regel met een aan het meubelstuk respectieve-30 lijk de vloerplaat of begrenzingswand vaststaand aangebracht klemdeel uitgeruste kleminrichting gecombineerd doordat voor het losnemen van het meubelstuk slechts één kleminrichting bediend dient te worden en daardoor ook de klemdruk tussen de klemdelen van de andere kleminrichting opgeheven wordt.In this preferred embodiment, a quick clamping device with such an adjustable rule is combined with a clamping device provided fixedly to the furniture piece or the floor plate or boundary wall, clamping device equipped in that only one clamping device has to be operated for releasing the piece of furniture and therefore also the clamping pressure between the clamping parts of the other clamping device are lifted.

35 Hoewel de verstelbare regel aan de vloerplaat 80 06 36 1 6 of in het bijzonder de begrenzingswand verstelbaar aangebracht kan zijn, verdient het de voorkeur de regel aan het meubelstuk, en wel bij voorkeur in het inwendige van het meubelstuk aan te brengen. De verstelbare regel kan als schuif, draainok of zwenk-5 hefboom uitgevoerd zijn. De regel kan in de richting waarin de klemstukdelen op elkaar geperst worden, elastisch meegevend zijn, bijvoorbeeld uit een éénzijdig vastgelegde rubbersnoer gevormd zijn die aan zijn vrije einde voorzien is van een verdikking of een dwarsstuk of dergelijke waarmee deze achter de randen van een 10 in het bijbehorende klemstuk aangebrachte spleet gehangen wordt.Although the adjustable rule can be arranged on the floor plate 80 06 36 1 6 or in particular the boundary wall, it is preferable to arrange the rule on the piece of furniture, preferably in the interior of the piece of furniture. The adjustable rule can be designed as a slide, rotary cam or swivel-5 lever. The rule may be elastically compliant in the direction in which the clamping piece parts are pressed together, for instance formed of a rubber cord fixed on one side which is provided at its free end with a thickening or a cross piece or the like, with which it is behind the edges of a 10 in. the associated clamping piece provided is hung.

De regel kan ook bestaan uit een schuifhuls die over een tegenhaak geschoven en hieraan eventueel door middel van een handschroef of dergelijke vastgetrokken kan worden. Bruikbaar zijn ook verende roosters of dergelijke. Wanneer (zoals tegenwoordig de voorkeur 15 verdient) de regel in die richting waarin de in elkaar grijpende klemdelen tegen elkaar gedrukt zijn, in hoofdzaak niet meegevend uitgevoerd is, is aan de ene of het andere klemdeel bij voorkeur een scheef vlak zodanig aangebracht, dat zijn klemkracht bij toenemend ingrijpen versterkt wordt. Hiertoe is het met de verstelbare 20 regelsamenwerkende klemdeel bij voorkeur als ronde stang uitgevoerd waarbij door deze ronding een dergelijk als scheve glijhelling werkend leidvlak geleverd wordt.The rule can also consist of a sliding sleeve which is slid over a counter-hook and which can optionally be tightened by means of a hand screw or the like. Spring grids or the like can also be used. When (as is currently preferred) the line in that direction in which the interlocking clamping parts are pressed against each other is substantially not yielding, the one or the other clamping part is preferably provided with a skewed surface such that its clamping force is increased with increasing intervention. For this purpose, the adjustable clamping part co-operating with the adjustable rule is preferably designed as a round rod, whereby such a guide surface acting as a skewed sliding slope is provided by this rounding.

De uitvinding wordt aan de hand van uitvoerings-voorbeelden die in de tekening schematisch zijn aangegeven, nader 25 verduidelijkt.The invention is further elucidated on the basis of exemplary embodiments which are schematically indicated in the drawing.

Figuur 1 toont een transportvoertuig in de soort van een kleine bus met een weggenomen zijaanzicht.Figure 1 shows a small bus type transport vehicle with a side view taken away.

Figuur 2 toont een uitvoeringsvorm van twee klem-inrichtingen aan een meubelstuk welke aan een begrenzingswand en 30 de vloerplaat van de leefruimte van het voertuig volgens figuur 1 vastgezet is.Figure 2 shows an embodiment of two clamping devices on a piece of furniture which is fastened to a boundary wall and the floor plate of the living space of the vehicle according to Figure 1.

Figuur 3 toont een uitvoeringsvorm waarbij een kastvormig meubelstuk aan zijn bovenste achterkant en zijn benedenste zijkant vastgelegd is.Figure 3 shows an embodiment in which a box-shaped piece of furniture is fixed at its upper back and its lower side.

35 Figuur 4 toont een uitvoeringsvorm voor het 80 06 36 1 7 * * vastleggen van een bank of een stoel.Figure 4 shows an embodiment for fixing a sofa or chair 80 06 36 1 7 * *.

Figuur 5 toont een gewijzigde uitvoeringsvorm voor het vastleggen van een kast aan de vloerplaat en een begren-zingswand.Figure 5 shows a modified embodiment for fixing a box to the floor plate and a boundary wall.

5 Figuur 6 toont een uitvoeringsvorm voor het vastleggen van een kastvormig meubelstuk slechts aan de vloerplaat.Figure 6 shows an embodiment for fixing a box-shaped piece of furniture to the floor plate only.

Figuur 7 toont een langsaanzicht van een beslag met een dubbele zwenkregel.Figure 7 shows a longitudinal view of a fitting with a double swivel bar.

10 Figuur 8 toont een vooraanzicht van het beslag volgens figuur 7 bij het samenwerken met een ronde stang aan een begrenzingswand van de leefruimte van het voertuig.Figure 8 shows a front view of the fitting according to Figure 7 when cooperating with a round rod on a boundary wall of the living space of the vehicle.

Figuur 9 en 10 zijn een zijaanzicht en een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm voor het vastleggen van een 15 tafel aan de vloerplaat.Figures 9 and 10 are a side view and a top view of an embodiment for securing a table to the floor plate.

Figuur 11 toont een ten opzichte van figuur 2 gewijzigde uitvoeringsvorm.Figure 11 shows an embodiment modified from Figure 2.

Zoals blijkt uit figuur 1 is een transportvoertuig 1 voorzien van een door wanden 3 begrensde begaanbare 20 transportruimte 4 waarin een meubelinrichting uit aan de vloerplaat 4 door middel van telkens twee kleminrichtingen 2 en 7 vastgelegde meubelstukken 6 vastgelegd is.As can be seen from Figure 1, a transport vehicle 1 is provided with a walk-in transport space 4 bounded by walls 3, in which a furniture device is fixed from furniture pieces 6 fixed to the floor plate 4 by means of two clamping devices 2 and 7 each.

Een voorkeursuitvoeringsvorm van de kleminrichtingen 2 en 7 is in figuur 2 aangegeven. De ene kleminrichting 2 25 is in de buurt van de achterste bovenkant van het kastvormige meubelstuk 6 aangebracht en bestaat uit een evenwijdig op afstand van de begrenzingswand 3 hieraan door middel van bruikbaar beslag aangebrachte ronde stang 19 en een achter deze stang klemmend grijpende haakvormige regel 18 welke aan een evenwijdig aan de ronde 30 stang 19 binnen het meubelstuk aangebrachte zwenkas 27 in de richting van de dubbele pijl door overeenkomstig bedienen van de aan de zwenkas 27 aangebrachte handhefboom 28 in en uit ingreep met de rondstang 19 gezwenkt kan worden. De zwenkas 27 is ten opzichte van de ronde stang 19 zodanig aangebracht dat de tussen de klemdelen 35 18 en 19 werkende klemkracht 29 met zijn werkingslijn op afstand 8 0 06 36 1 8 i ' van de zwenkas 27 verloopt, zodat deze op de regel 18 een moment uitoefent, waardoor deze in de ingrijpende stand gehouden wordt.A preferred embodiment of the clamping devices 2 and 7 is shown in figure 2. The one clamping device 2 is arranged in the vicinity of the rear top of the box-shaped piece of furniture 6 and consists of a round rod 19 arranged parallel to this by means of usable fittings and a hook-shaped bar 18 clamping behind this rod. which can be pivoted in and out of operation with the round bar 19 on a pivot shaft 27 arranged parallel to the round rod 19 within the piece of furniture in the direction of the double arrow by correspondingly actuating the hand lever 28 arranged on the pivot shaft 27. The pivot shaft 27 is arranged with respect to the round rod 19 such that the clamping force 29 acting between the clamping parts 35 and 19 extends with its operating line at a distance 8 0 06 36 1 8 i 'from the pivot shaft 27, so that it runs on the line 18 exercise for a moment, keeping it in the sweeping position.

Voor het overige zijn de regel 18 en de ronde stang 19 met wrijving tegen elkaar gedrukt. De klemkracht wordt enerzijds versterkt 5 door aan het meubelstuk aangebrachte verende buffers 24 welke aan de van de regel 18 afgewende zijde van de ronde stang 19 aangrijpen. anderzijds blijft de klemkracht 29 aan de kleminrichting 2 behouden omdat het meubelstuk 6 door middel van de kleminrichting 7 ook aan de vloerplaat 5 verankerd is.For the rest, the rail 18 and the round rod 19 are pressed together with friction. On the one hand, the clamping force is increased by resilient buffers 24 arranged on the piece of furniture, which engage on the side of the round rod 19 facing away from the rule 18. on the other hand, the clamping force 29 is retained on the clamping device 2 because the piece of furniture 6 is also anchored to the floor plate 5 by means of the clamping device 7.

10 Ter hoogte van de ronde stang 19 is het meubel stuk 6 aan zijn achterzijde voorzien van een uitsparing 20 waarin de aan weerszijde buiten het meubelstuk uitstekende ronde stang 19 opgenomen is, zodat het meubelstuk 6 zo dicht mogelijk bij de om-grenzingswand gedrukt kan worden.10 At the height of the round bar 19, the piece of furniture 6 is provided at its rear with a recess 20 in which the round bar 19 protruding on either side outside the piece of furniture is received, so that the piece of furniture 6 can be pressed as close as possible to the boundary wall .

15 De kleminrichting 7 bestaat uit een aan de onder ste voorkant van het meubelstuk 6 schuin naar voren en naar beneden in een in de vloerplaat 5 aangebrachte groef 16, waarvan een groef-rand in het verlengde is gelegen van de voorzijde van het meubelstuk, uitstekende klemhefboom 8 en een voorbij de andere groefrand 20 uitstekende klemplaat 15 welke aan de bodemplaat 5 vastgeschroefd is, zodat het bovenste, scheve kleurvlak 13 van de klemhefboom aan de vrije onderkant 14 van de klemplaat in vorm en in kracht aansluit.The clamping device 7 consists of a groove 16 arranged at the bottom front of the piece of furniture 6 forward and downwards in a groove 16 in the floor plate 5, a groove edge of which is in line with the front of the piece of furniture, clamping lever 8 and a clamping plate 15 projecting beyond the other groove edge 20 which is screwed to the bottom plate 5, so that the upper, skewed color plane 13 of the clamping lever connects to the free bottom 14 of the clamping plate in shape and in force.

De aansluiting in kracht komt enerzijds tot stand doordat tussen de onderkant van het meubelstuk 6 en de bodemplaat 5 een lijstvormige, 25 verende buffer 25 ingeklemd is, waardoor zodoende het meubelstuk 6 aan zijn voorzijde verend naar boven gedrukt wordt. Anderzijds werkt de door de onderste voorhoekkant van het meubelstuk 6 gevormde steunkant 9 voor de klemhefboom 8 als hefboomas welke loodrecht op de werkingslijn van de klemkracht 29 van de eerste kleminrichting 30 2 op afstand van deze werkingslijn verloopt, zodat door de klemkracht 29 een door het meubelstuk 6 overgedragen kipmoment om de steunkant 9 opgewekt wordt, waardoor de klemhefboom 8 onder de klemkant 14 van de klemplaat 15 geklemd wordt.On the one hand, the connection is effected because a frame-shaped, resilient buffer 25 is clamped between the bottom of the piece of furniture 6 and the bottom plate 5, so that the piece of furniture 6 is thus pushed upwards at its front. On the other hand, the support side 9 for the clamping lever 8 formed by the lower front corner side of the piece of furniture 6 acts as a lever shaft which extends perpendicular to the operating line of the clamping force 29 of the first clamping device 30 at a distance from this operating line, so that the clamping force 29 produces a piece of furniture 6 transferred tipping moment is generated around the supporting side 9, whereby the clamping lever 8 is clamped under the clamping side 14 of the clamping plate 15.

Het meubelstuk 6 is aan zijn onderste, achter-35 rand gesteund op een andere aan de bodemplaat 5 bevestigde verende 80 06 36 1 > · 9 lijst 26 die door de vanuit het meubelstuk 6 overgedragen klem-krachten tussen het meubelstuk 6 en de vloerplaat 5 ingeklemd wordt.The piece of furniture 6 is supported on its lower, rear edge, on another resilient 80 06 36 1> 9 frame 26, which is attached to the bottom plate 5 and which, due to the clamping forces transferred from the piece of furniture 6, between the piece of furniture 6 and the floor plate 5. clamped.

Na het losnemen van de kleminrichting 2 door middel van de handhefboom 28 kan het meubelstuk 6 om zijn voor-5 ste onderkant 9 over een kleine hoek gekipt worden, zodat dan de steunhefboom 8 van de klemkant 14 van de klemplaat 15 vrijkomt en het meubelstuk 6 uit de groef 16 geschoven kan worden. Het blijkt dat hiertoe slechts eenvoudige handgrepen noodzakelijk zijn welke voor het uitbouwen van het meubelstuk 6 snel uitgevoerd kunnen 10 worden. Overeenkomstig eenvoudig en snel kan de inbouw van het meubelstuk 6 uitgevoerd worden, waarbij het meubelstuk na het inhangen van de klemhefboom 8 in de groef 16 naar de wand 3 toe gekipt en daar door middel van de kleminrichting 2 betrouwbaar vergrendeld wordt.After the clamping device 2 has been released by means of the hand lever 28, the piece of furniture 6 can be tipped over its front bottom 9 by a small angle, so that the support lever 8 is released from the clamping side 14 of the clamping plate 15 and the piece of furniture 6 can be slid out of the groove 16. It has been found that for this purpose only simple handles are required which can be quickly carried out for the removal of the piece of furniture. The furniture piece 6 can be installed in a correspondingly simple and rapid manner, the furniture piece being tipped towards the wall 3 in the groove 16 after the clamping lever 8 has been hooked in and is reliably locked there by means of the clamping device 2.

15 De klemplaat 15 kan langs een overeenkomstig lange groef 16 aan de voorkant van het meubelstuk 6 langs verlopend uitgevoerd zijn, zodat de bevestigingsplaats van het meubelstuk 6 langs de railvormige klemplaat 15 en de overeenkomstig lange ronde stang 19 gevarieerd kan worden. Een aan de kleminrichting 7 volgens 20 figuur 2 ten aanzien van de opbouw overeenkomstige kleminrichting 7 kan ook zoals blijkt uit figuur 3 uitgevoerd zijn, waarbij de railvormige klemplaat 15 langs een onderzijkant van het meubelstuk 6 verloopt, waaraan de klemhefboom 8 in de vorm van een aangeslagen las nabij de onderkant aangebracht is. Bij deze uitvoeringsvorm 25 werkt de langs de achteronderhoekkant van het meubelstuk 6 verlopende steunkant 10 als as voor de klemhefboom 8 ten opzichte waarvan het door de klemkrachten 19 van de aan de bovenachterrand van het meubelstuk 6 aangrijpende kleminrichting 2 opgewekte en door het meubelstuk 6 voor het optillen van de klemplaat 8 en daarmee tot het 30 aanklemmen aan de klemplaat 15 van de andere klemplaat 7 overdragende moment werkt.The clamping plate 15 can be formed along a correspondingly long groove 16 at the front of the piece of furniture 6, so that the fixing point of the piece of furniture 6 can be varied along the rail-shaped clamping plate 15 and the correspondingly long round rod 19. As can be seen from Figure 3, a clamping device 7 corresponding to the construction on the clamping device 7 according to Figure 2 can also be designed, wherein the rail-shaped clamping plate 15 runs along a bottom side of the piece of furniture 6, to which the clamping lever 8 in the form of a excited weld is placed near the bottom. In this embodiment 25, the supporting side 10 running along the rear bottom corner side of the piece of furniture 6 acts as a shaft for the clamping lever 8 with respect to which the clamping device 2 generated on the top rear edge of the piece of furniture 6 engages by the clamping forces and through the piece of furniture 6 for lifting of the clamping plate 8 and therewith acting until the clamping on the clamping plate 15 of the other clamping plate 7 is transmitting.

Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 3 kan het meubelstuk 6 na het losnemen van de kleminrichting 2 om zijn langs de rail verlopende onderste zijkant enigszins gekipt worden tot de 35 klemhefboom 8 met zijn schuine deel ongeveer vertikaal staat, waar- 8 0 06 36 1 10 na het meubelstuk voor het uittillen van de klemhefboom 8 uit de groef 16 een weinig opgetild wordt. In plaats van een rails 15 slechts aan de ene zijkant van het meubelstuk 6, kan aan de andere zijkant van het meubelstuk ook een tweede rail toegepast worden 5 waaronder een tweede, aan de klemhefboom 8 overeenkomstige klemhefboom grijpt. Voor het uittillen van de klemhefboom kunnen dan de beide rails op afstand van de klemplaatsen voorzien zijn van een overeenkomstige uitsparing waardoorheen de klemhefbomen uitgetrokken kunnen worden, zodat dan het meubelstuk 6 na het losnemen 10 van de kleminrichting 2 enigszins naar voren getrokken en om zijn achterkant gekipt kan worden totdat de klemhefbomen uitgenomen zijn.In the embodiment according to figure 3, after the clamping device 2 has been removed, the piece of furniture 6 can be tipped slightly around its lower side running along the rail until the clamping lever 8 with its oblique part is approximately vertical, after which 8 0 06 36 1 10 the piece of furniture for lifting the clamping lever 8 out of the groove 16 is lifted slightly. Instead of a rails 15 only on one side of the piece of furniture 6, a second rail can also be used on the other side of the piece of furniture, under which a second clamping lever corresponding to the clamping lever 8 engages. For lifting out the clamping lever, the two rails can be provided at a distance from the clamping places with a corresponding recess through which the clamping levers can be pulled out, so that after removing the clamping device 2 the piece of furniture 6 is pulled slightly forward and around its rear side. can be tipped until the clamping levers have been removed.

Een soortgelijke uitvoeringsvorm als volgens figuur 2 blijkt ook uit figuur 4, waarbij het uitgevonden beves-15 tigingsprincipe voor het vastklemmen van een meubelstuk 6 in de vorm van een stoel of een bank aan een begrenzingswand 3 en een vloerplaat 5 toegepast wordt. In afwijking tot figuur 2 is echter volgens figuur 4 de zwenkbare regel 18 van de kleminrichting 2 om een loodrecht ten opzichte van de ronde stang 19 verlopende zwenk-20 as 27 verstelbaar, zodat de klemkracht 27 evenwijdig aan·de zwenk-as 27 en daarmee loodrecht op de zwenkrichting van de zwenkregel 18 verloopt en deze daarom niet verstellen kan. Ook de kleminrichting 7 volgens figuur 4 is ten opzichte van de kleminrichting volgens figuur 2 enigszins gewijzigd. Volgens figuur 4 is de klemhef-25 boom 8 in een, beneden aan het meubelstuk 6 aangebracht beslag waarbij de klemhefboom op de bovenrand van dit beslag met een schouder steunt, om een vertikale as draaibaar, zodat de klemhefboom aan een aan zijn boveneinde omgebogen handhefboom 28 in en buiten ingreep met de klemkant van de klemplaat 15 boven de in de vloerplaat 30 15 aangebrachte groef gedraaid kan worden.A similar embodiment as according to figure 2 is also apparent from figure 4, wherein the invented fastening principle for clamping a piece of furniture 6 in the form of a chair or a sofa to a boundary wall 3 and a floor plate 5 is applied. Contrary to figure 2, however, according to figure 4, the pivotable rule 18 of the clamping device 2 is adjustable about a pivot axis 20 extending perpendicular to the round rod 19, so that the clamping force 27 is parallel to the pivot axis 27 and thus runs perpendicular to the pivoting direction of the pivoting rail 18 and can therefore not be adjusted. The clamping device 7 according to Figure 4 has also been slightly modified compared to the clamping device according to Figure 2. According to figure 4, the clamping lever boom 8 is rotatable about a vertical axis in a fitting arranged at the bottom of the furniture piece 6, the clamping lever resting on the top edge of this fitting with one shoulder, so that the clamping lever is bent at a top lever at its top end 28 in and outside intervention with the clamping side of the clamping plate 15 can be rotated above the groove provided in the floor plate 15.

Ook de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 komt principieel overeen met de uitvoeringsvormen volgens figuur 2 respectievelijk 4. In plaats van de ronde stang 19 volgens figuur 2 is echter bij de kleminrichting 2 aan de begrenzingswand 3 een hoek-35 rail 31 aangebracht. Aan de achterste vrije onderkant van de hoek- 8 0 06 36 1 * * 11 rail 31 grijpt de schuin naar beneden omgebogen regel aan, welke om een ten opzichte van de hoekrail 31 loodrechte zwenkas 27 in de achterwand van het meubelstuk 6 gelagerd en door middel van de handhefboom 28 met dc hoekrail 31 vergrendeld of van deze losgeno-5 men kan worden. De tegenzijdige klemdruk wordt ook volgens figuur 5 door aan de bovenrand van het meubelstuk hieraan bevestigde verende buffers 27 versterkt waarbij de buffers aan de buitenzijde van de hoekrail 31 ondersteund zijn.The embodiment according to Figure 5 also corresponds in principle to the embodiments according to Figures 2 and 4. However, instead of the round rod 19 according to Figure 2, an angle rail 31 is arranged on the boundary wall 3 at the clamping device 2. At the rear free bottom of the corner rail 8 0 06 36 1 * * 11 rail 31 engages the obliquely bent downwardly, which pivots about a pivot axis 27 perpendicular to the corner rail 31 in the rear wall of the piece of furniture 6 and through locked by means of the hand lever 28 with the corner rail 31 or can be detached from these. The opposite side clamping pressure is also reinforced according to Figure 5 by resilient buffers 27 attached to the top edge of the piece of furniture, the buffers being supported on the outside of the corner rail 31.

De kleminrichting 7 aan de voorste onderste hoek-10 kant van het meubelstuk 6 komt overeen met de kleminrichting volgens figuur 2. Volgens figuur 5 is het meubelstuk 6 echter om een steunkant 11 kipbaar aan de bodemplaat 5 gesteund, welke evenwijdig aan de voorzijde en de achterzijde van het meubelstuk 6 ongeveer in het midden van zijn ondervlak verloopt en in de vorm van een op 15 de vloerplaat 5 gelegde zwakke lijst, die uit verend elastisch materiaal zijn kan, of een aan het meubelstuk 6 zelve gevormd, klein uitsteeksel of dergelijke gevormd kan zijn. Overeenkomstig de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 wordt daarom het meubelstuk 6 onder de klemkracht 29 van de kleminrichting 2 om de steunkant 11 gekipt, 20 zodat de klemhefboom 8 van de kleminrichting 7 aan de voorste onderkant van het meubelstuk 6 door het op deze wijze om de steunkant 11 werkende kipmoment voor het tot stand brengen van de klemkracht 30 tegen de onderkant van de klemplaat 15 van de vloerplaat 5 gedrukt.The clamping device 7 on the front bottom corner-10 side of the furniture piece 6 corresponds to the clamping device according to figure 2. According to figure 5, however, the furniture piece 6 is supported on the base plate 5 about a support side 11, which is parallel to the front and the rear side of the piece of furniture 6 runs approximately in the middle of its bottom surface and is formed in the form of a weak strip laid on the floor plate 5, which may be of resilient elastic material, or a small projection or the like formed on the piece of furniture 6 itself could be. According to the embodiment according to figure 2, the furniture piece 6 is therefore tipped under the clamping force 29 of the clamping device 2 around the support side 11, so that the clamping lever 8 of the clamping device 7 at the front underside of the furniture piece 6 by this way around the support side 11 working tipping moment for effecting the clamping force 30 pressed against the bottom of the clamping plate 15 of the floor plate 5.

25 Uit figuur 6 blijkt een voorbeeld van een uit voeringsvorm voor het vastleggen van een kastvormig meubelstuk 6 aan slechts de vloerplaat 5. Aan de ene zijdelingse onderkant van het meubelstuk 6 grijpt een kleminrichting 7 overeenkomstig de kleminrichting volgens figuur 2 aan, waar een tegen aan de hieraan 30 evenwijdige zijdelingse onderkant van het meubelstuk 6 een kleminrichting 2 met een verstelbare regel aangebracht is. De regel is evenals de klemhefboom 8 uitgevoerd en steekt in een groef 16 in de bodemplaat 5 en grijpt daardoor onder een van de groefrand uitstekende klemplaat 15 aan de onderste klemkant daarvan loodrecht ten 35 opzichte van de bodemplaat 5 wat zijn vorm betreft. Deze klemhef- 8 0 06 36 1 12 boom 8 is echter om een evenwijdig aan de klemkant van de klemplaat 15 aan de bijbehorende onderkant van het meubelstuk 6 verlopende zwenkas 32 zwenkbaar aan het meubelstuk 6 bevestigd en als hefboom met dubbele arm uitgevoerd· Aan zijn bovenste hefboomarm grijpt 5 een handschroef 33 aan, zodat de klemhefboom 8 om de zwenkas 32 tegen de klemkant van de klemplaat 15 door verstellen van de handschroef 33 geklemd kan worden.Figure 6 shows an example of an embodiment for fixing a box-shaped piece of furniture 6 to only the floor plate 5. On one side underside of the piece of furniture 6 a clamping device 7 engages in accordance with the clamping device according to Figure 2, against which the clamping device 2 with an adjustable rule is arranged on the parallel lateral bottom side of the piece of furniture 6. The rule, like the clamping lever 8, is embodied and projects into a groove 16 in the base plate 5 and therefore grips under a clamping plate 15 projecting from the groove edge at the bottom clamping side thereof perpendicular to the base plate 5 in terms of its shape. However, this clamping lever 8 0 06 36 1 12 boom 8 is pivotally mounted on furniture 6 extending parallel to the clamping side of the clamping plate 15 on the associated underside of the piece of furniture 6 and designed as a double arm lever. upper lever arm 5 engages a hand screw 33, so that the clamping lever 8 can be clamped about the pivot axis 32 against the clamping side of the clamping plate 15 by adjusting the hand screw 33.

Bovendien is bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 6 evenwijdig aan de onderste hoekkant van het meubelstuk 10 6 met de kleminrichting 7, op afstand van deze hoekkant een voor de klemhefboom 8 van deze kleminrichting 7 als hefboomas werkende steunkant 12 aan de onderzijde van het meubelstuk 6 uitgevoerd, waarentegen het meubelstuk aan zijn andere onderkant, waaraan de kleminrichting 2 aangebracht is, op een in de bodemplaat ingelaten, 15 slechts weinig boven deze bodemplaat naar boven uitstekende lijst-vormige verende buffer 25 enigszins verend ondersteund wordt. Daardoor wordt het meubelstuk 6 onder de klemkracht van de klemhefboom 8 van de kleminrichting 2 enigszins om de steunkant 12 gekipt, waardoor de klemhefboom 8 van de andere kleminrichting tegen 20 de klemkant van de bijbehorende klemplaat 15 gedrukt wordt, zodat nu het meubelstuk 6 aan de bodemplaat 5 vast vergrendeld is.In addition, in the embodiment according to Figure 6, parallel to the lower corner side of the furniture piece 6 with the clamping device 7, at a distance from this corner side a supporting side 12 acting as lever shaft 12 for the clamping lever 8 of this clamping device 7 is formed on the underside of the furniture piece 6 on the other hand, the piece of furniture on its other underside, to which the clamping device 2 is arranged, is supported somewhat resiliently above a frame-shaped resilient buffer 25 projected into the bottom plate, which protrudes slightly above this bottom plate. As a result, under the clamping force of the clamping lever 8 of the clamping device 2, the piece of furniture 6 is tipped slightly around the supporting side 12, whereby the clamping lever 8 of the other clamping device is pressed against the clamping side of the associated clamping plate 15, so that the piece of furniture 6 now base plate 5 is securely locked.

Een voorkeursuitvoeringsvorm van de kleminrich-ting 2 volgens de figuren 3 of 4 blijkt uit de figuren 7 en 8. De regel 18 is hier als dubbele zwenkregel uitgevoerd, waarvan de 25 beide aan elkaar evenwijdige regelbenen 21 en 22 aan een gemeenschappelijke hoeklijst 34 scharnierend bevestigd zijn en via een evenwijdig aan de verbindingslijn van de zwenkbare bevestigings-plaatsen van de regelbenen verlopende koppelstang 23 welke aan beide einden aan de regelbenen 21 en 22 zwenkbaar bevestigd is, voor 30 hun gemeenschappelijke verstelling op de wijze van een parallellogramvormige vierhoek met elkaar gekoppeld zijn. De ene regelbeen 21 is voorbij de scharnierende verbindingsplaats van de koppelstang 23 verlengd, zodat de handhefboom 28 ontstaat. Door de winkellijst 34 waarmee het beslag op het bijbehorende meubelstuk bevestigd kan 35 worden, zijn in de hoogte van de scharnierende bevestigingsplaatsen 80 06 36 1 3 4 13 van de regelbenen 21 en 22 naar boven uitstekende lassen 35 aangevormd, waaraan aan hun naar de regelbenen 21 en 22 toegekeerde zijden plaatvormige verende buffers 34 aangekleefd zijn, welke overeenkomstig figuur 8 aan de tegenover de regel 18 gelegen 5 zijde van de overeenkomstig figuur 2 aan de omgrenzingswand 3 aangebrachte ronde stang 19 aangedrukt zijn, waarmee de regel 18 als tegenklemstuk samenwerkt.A preferred embodiment of the clamping device 2 according to Figures 3 or 4 can be seen from Figures 7 and 8. The line 18 is here designed as a double pivoting rule, the two parallel legs 21 and 22 of which are mutually parallel to each other hingedly attached to a common corner frame 34. and are pivotally connected to the control legs 21 and 22 via a coupling rod 23 extending parallel to the connecting line of the pivotal fixing points of the control legs, for their common adjustment in the manner of a parallelogram-shaped quadrilateral . One control leg 21 is extended beyond the hinged connection location of the coupling rod 23, so that the hand lever 28 is created. The shop frame 34 with which the fittings can be fastened to the associated piece of furniture has formed welds 35 protruding upwards in the height of the hinged mounting locations 80 06 36 1 3 4 13 of the control legs 21 and 22, to which they adhere to the control legs 21 and 22 faces the plate-shaped resilient buffers 34, which, according to Figure 8, are pressed on the side opposite the line 18 of the round rod 19 arranged in accordance with Figure 2 on the wall 3, with which the line 18 cooperates as a counter-clamping piece.

Bij voorkeur wordt voor alle uitvoeringsvormen een vloerplaat 5 toegepast welke over de vloer van het voertuig 10 heen slechts los hierop gelegd is, aangezien de vloerplaat onder inwerking van de aan de afzonderlijke meubelstukken van de meubel-inrichting aangrijpende vertikale krachten en klemkrachten aan de bodem van het voertuig vastgelegd is.Preferably, for all embodiments, a floor plate 5 is used, which is laid loosely over the floor of the vehicle 10, since the floor plate under the action of the vertical forces and clamping forces acting on the individual furniture pieces of the furniture device the vehicle has been captured.

Hoewel in de getekende uitvoeringsvormen de 15 regel 18 steeds van beneden uit achter de ronde stang 19 respectievelijk de hoeklijst 31 gezwenkt wordt, kan de regel ook voor het van boven aangrijpen van de ronde stang opgesteld zijn. Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 3 kan eventueel een extra naar beneden werkende vertikale druk van de ronde stang op de regel 18 uitge-20 oefend worden, zodat daardoor het meubelstuk 6 extra met zijn onder ste achterkant, door welke de steunkant 10 gevormd wordt, tegen de bodemplaat 5 gedrukt wordt. De ronde stang 19 kan uit een enigszins verend meegevend of verbuigbaar materiaal zijn.Although in the illustrated embodiments the rule 18 is always pivoted from below behind the round rod 19 or the corner frame 31, respectively, the rule can also be arranged for engaging the round rod from above. In the embodiment according to figure 3, an additional downwardly acting vertical pressure of the round rod can optionally be exerted on the rail 18, so that the piece of furniture 6 with its lower rear side, through which the support side 10 is formed, is thereby counteracted. the bottom plate 5 is pressed. The round rod 19 may be of a slightly resiliently yielding or bendable material.

Het slechts aan de bodemplaat vastleggen van 25 het meubelstuk 6 kan ook zodanig plaatshebben, dat het meubelstuk om een vertikale as, bijvoorbeeld om een in het bijzonder aan een hoekkant naar beneden in een gat van de vloerplaat reikende bout verdraaibaar ondersteund wordt en aan zijn beide, aan deze hoekkant naburige hoekkanten telkens een kleminrichting aangrijpt, waarvan 30 de ene met een horizontale krachtcomponent aan het meubelstuk aangrijpt en daardoor om de as een draaimoment opwekt als gevolg waarvan het meubelstuk of een daaraan aangebracht beslag in de klem-ingreep met de andere kleminrichting gedrukt of getrokken wordt, waarbij de beide kleminrichtingen elkaar wat vorm betreft van bene-35 den grijpende klemdelen bezitten waardoor het meubelstuk op de 8 0 06 36 1 14 vloerplaat gedrukt wordt.Fixing the piece of furniture 6 only to the bottom plate can also take place in such a way that the piece of furniture is supported rotatably about a vertical axis, for example about a bolt extending downwards in a hole in the floor plate, in particular at an angle, and on both , adjacent corner edges always engage a clamping device, one of which engages the piece of furniture with a horizontal force component and thereby generates a torque about the axis, as a result of which the piece of furniture or an attached fitting engages with the other clamping device pressed or drawn, the two clamping devices having each other in terms of the form of clamping clamping parts, whereby the piece of furniture is pressed onto the floor plate.

Uit de figuren 9 en 10 is een verdere uitvoeringsvorm als voorbeeld voor het vastleggen van een het meubelstuk 6 vormende tafel aan de bodemplaat 5 aangegeven. De voet van 5 de tafel is voorzien van een op de bodemplaat 5, loodrecht op de begrenzings.wand 3 gelegen oplegstrook 36 welke met zijn ene einde nabij de begrenzingswand 3 opgesteld is, terwijl aan zijn andere einde een dwarsstrook 42 aangebracht is. Aan het einde nabij de wand van de oplegstrook 36 grijpt een kleminrichting 7 aan welke 10 uit een de rand van de bodemplaat 5 omgrijpende, C-vormige hoek-rail 37 welke met zijn onderste C-vormige been onder de onderzijde van de bodemplaat 5 grijpt en met zijn bovenste, van de wand 3 afstaande C-vormige been evenwijdig op afstand van de bovenzijde van de vloerplaat 5 verloopt, en uit een klemhefboom 38 bestaat 15 welke aan een onderste, kopuitsteeksel 43 van het einde nabij de wand van de oplegstrook 36 gevormd wordt, welke in de spleet tussen het bovenste C-been en de bodemplaat 5 grijpt.From Figs. 9 and 10, a further embodiment is shown as an example for fixing a table forming the piece of furniture to the bottom plate 5. The base of the table is provided with a bearing strip 36 perpendicular to the boundary wall 3, which is disposed near the boundary wall 3 at one end, while a transverse strip 42 is arranged at its other end. At the end near the wall of the supporting strip 36, a clamping device 7 engages which of a C-shaped corner rail 37 which engages the edge of the base plate 5 and which grips with its bottom C-shaped leg under the underside of the base plate 5 and with its upper C-shaped leg projecting from the wall 3 extending parallel to the top side of the floor plate 5, and consisting of a clamping lever 38 which is attached to a lower, head projection 43 from the end near the wall of the supporting strip 36 which engages in the gap between the top C-leg and the bottom plate 5.

Het kopdeel 43 is aan zijn onderzijde afgeschuind, zodat op afstand van het einde van het kopdeel aan de onderzijde 20 daarvan een loodrecht op de oplegstrook 36 verlopende steunkant 12 gevormd is, waarmee de oplegstrook 36 op de bodemplaat 5 ligt. De klemhefboom 38 heeft de vorm van een tussen de steunkant 12 en het kopvlak van het kopdeel 43 boven de bovenzijde daarvan uitstekende klemuitsteeksel, zodat de hefboomas van de klemhefboom 38 door de 25 steunkant 12 gevormd is. De hoogte tussen de bovenzijde van het klemuitsteeksel 38 en de onderzijde van de oplegstrook is enigszins groter dan de lichte hoogte van de spleet tussen het bovenste C-been van de hoekrail 37 en de bovenzijde van de vloerplaat 5, zodat het klemuitsteeksel klemmend aan de onderzijde van het bovenste C-been 30 aanligt, wanneer de oplegstrook 36 over zijn lengte op de vloerplaat ligt. Op grond van de schuine zijde aan de onderzijde van het kopdeel 43 en de vorm van de klemhefboom 38 als naar boven, boven de bovenzijde van het kopdeel uitstekende smalle uitsteeksel kan zodoende de scheef gehouden oplegstrook 36 in de spleet tussen de 35 hoekrail 37 en de bodemplaat geschoven worden en vervolgens om de 80 06 36 f *- c 15 steunkant 12 tegen de vloerplaat gezwenkt worden, zodat dan een klemmend sluiten tussen de klemhefboom 35 en de hoekrails 37 voor handen is.The head part 43 is chamfered on its underside, so that a support side 12 extending perpendicular to the bearing strip 36 is formed at a distance from the end of the head part on the underside thereof, with which the bearing strip 36 rests on the base plate 5. The clamping lever 38 is in the form of a clamping projection projecting between the supporting side 12 and the end face of the head part 43 above its top side, so that the lever shaft of the clamping lever 38 is formed by the supporting side 12. The height between the top of the clamping projection 38 and the underside of the supporting strip is slightly greater than the light height of the gap between the upper C-leg of the corner rail 37 and the top of the floor plate 5, so that the clamping projection is clamped at the bottom of the upper C-leg 30 when the bearing strip 36 rests on the floor plate along its length. Because of the sloping side on the underside of the head part 43 and the shape of the clamping lever 38 as upwardly projecting above the top side of the head part, the protruding supporting strip 36 slanted in the gap between the corner rail 37 and the bottom plate and then pivoted every 80 06 36 f * - c 15 support side 12 against the floor plate, so that a clamping closing between the clamping lever 35 and the corner rails 37 is then available.

Dit klemmend sluiten wordt in stand gehouden door 5 de kleminrichting 2 welke op afstand van het vrije einde van de oplegstrook 36 hierop aangrijpt en deze strook tegen de bovenzijde van de vloerplaat 5 drukt. De kleminrichting 2 bestaat uit een over de oplegstrook 36 grijpende beugel 39 waarvan de beide beugel-benen aan weerszijde van de oplegstrook 36 naar beneden uitsteken.This clamping closing is maintained by the clamping device 2 which engages this at a distance from the free end of the supporting strip 36 and presses this strip against the top side of the floor plate 5. The clamping device 2 consists of a bracket 39 engaging over the support strip 36, the two bracket legs of which protrude downwards on either side of the support strip 36.

10 Aan de ondereinden van de beugelbenen is telkens een schuin afgebogen klemhefboom 8 gevormd welke overeenkomen met de klemhefboom volgens figuur 2 en in een evenwijdig aan de wand 3 verlopende groef 16 grijpen, zodat de klemhefbomen grijpen onder de aan een groefwand aangebrachte klemplaat 15. Door het lijf van de beugel is 15 een handschroef 33 geschroefd welke met zijn ondereinde op de bovenzijde van de oplegstrook 36 grijpt en daardoor de schuine vlakken van de klemhefboom 8 onder neerdrukken van de oplegstrook 36 in klemmende greep met de klemkant aan de onderzijde van de klemplaat 15 werkt.An obliquely bent clamping lever 8 is formed at the lower ends of the stirrup legs, corresponding to the clamping lever according to figure 2 and engaging in a groove 16 extending parallel to the wall 3, so that the clamping levers engage under the clamping plate 15 arranged on a groove wall. the body of the bracket is screwed a hand screw 33, which grips with its lower end on the top of the bearing strip 36 and thereby the oblique surfaces of the clamping lever 8 while pressing the bearing strip 36 in clamping grip with the clamping side at the bottom of the clamping plate 15 works.

20 In het uitvoeringsvoorbeeld is in tenminste één been van de beugel een vertikaal verlopend langwerpig gat 40 aangebracht, waarin een aan de bijbehorende zijde van de oplegstrook 36 uitstekende tap 41 steekt, zodat de beugel 39 vertikaal geleid wordt en na het losnemen van de handschroef 33 om de tap 41 gezwenkt 25 kan worden totdat de klemhefboom van de klemplaat 15 vrijkomt.In the exemplary embodiment, a vertically extending elongated hole 40 is arranged in at least one leg of the bracket, into which a tap 41 protruding on the associated side of the supporting strip 36 projects, so that the bracket 39 is guided vertically and after loosening the hand screw 33 can be pivoted about the pin 41 until the clamping lever of the clamping plate 15 is released.

Aangeduid is dat in plaats van de geleiding met het langwerpige gat 40, 41 de beugel 39 ook bijvoorbeeld om de pen 41 zwenkbaar gelagerd kan zijn en dat de handschroef 33 aan een bijbehorende hefboom-arm met betrekking tot de zwenkas kan aangrijpen, zodat dan de klem-30 hefboom 8 overeenkomstig de uitvoeringsvorm van de kleminrichting 2 volgens figuur 6 door zwenken in plaats van verschuiven in de klemmende greep met de klemplaat 15 terecht komt.It has been indicated that instead of the guide with the elongated hole 40, 41, the bracket 39 can also be pivotably mounted around the pin 41 and that the hand screw 33 can engage on an associated lever arm with respect to the pivot shaft, so that the clamping lever 8 according to the embodiment of the clamping device 2 according to figure 6 ends up in the clamping handle with the clamping plate 15 by pivoting instead of sliding.

Het is ook mogelijk om langs de beugel 39 de oplegstrook 36 vrij verschuifbaar te leiden, zodat de verstelling 35 daarvan overeenkomstig de afstand van de klemplaat 15 van de begren- ön nfi 36 1 16 zingswand 3 toegelaten is. Verder blijkt, dat de in figuur 9 en 10 als voorbeeld van een tafel voorgestelde uitvoeringsvorm overeenkomstig ook bruikbaar is voor kastvormige meubelstukken, welke aan hun bodem voorzien zijn van een oplegstrook welke overeenkomt 5 met de oplegstrook 36. Verder kan de uitvoeringsvorm volgens de figuren 9 en 10 overeenkomstig ook toegepast worden voor het vastleggen van een meubelstuk aan de begrenzingswand 3 in plaats aan de vloerplaat 5.It is also possible to guide the supporting strip 36 freely along the bracket 39, so that the adjustment 35 thereof is permitted according to the distance from the clamping plate 15 of the boundary wall 3. It further appears that the embodiment shown in figures 9 and 10 as an example of a table is correspondingly also usable for box-shaped furniture pieces which are provided on their bottom with a supporting strip corresponding to the supporting strip 36. Furthermore, the embodiment according to figures 9 and 10 are correspondingly also used for fixing a piece of furniture to the boundary wall 3 instead of to the floor plate 5.

Verder kunnen bij de uitvoeringsvorm volgens de 10 figuren 9 en 10 verende buffers overeenkomstig de verende lijsten 25 en 26 volgens figuur 2 of 11 volgens figuur 5 toegepast worden.Furthermore, in the embodiment according to the figures 9 and 10, resilient buffers according to the resilient strips 25 and 26 according to figure 2 or 11 according to figure 5 can be used.

Een dergelijke verende buffer kan ook aan de onderzijde van het bovenste C-been van de hoekrails 37 aanwezig zijn of de klemmende uitsteeksel 38 kan verend vervormbaar uitgevoerd zijn.Such a resilient buffer may also be present on the underside of the top C-leg of the corner rails 37 or the clamping projection 38 may be resiliently deformable.

15 De uitvoeringsvorm volgens figuur 11 komt over een met de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 met uitzondering van het ontbreken van de verende buffers 25 en 26 en hun verandering in de buurt van de achterbovenkant van het meubelstuk welke evenwijdig aan de begrenzingswand 3 verloopt, aangebrachte kleminrichting 2.The embodiment according to figure 11 corresponds to a clamping device 2 arranged with the embodiment according to figure 2 with the exception of the absence of the resilient buffers 25 and 26 and their change in the vicinity of the rear top of the piece of furniture which runs parallel to the boundary wall 3 .

20 Volgens figuur 11 bestaat de kleminrichting 2 uit een klemlijst 40 in de vorm van een ronde stang welke evenwijdig aan de begrenzingswand 3 op afstand hiervan verloopt en aan de begrenzingswand 3 bevestigd is, en een twee-armige klemhefboom 41, 42 welke om een evenwijdig aan de klemlijst 40 verlopende zwenkas 27 zwenkbaar aan 25 het meubelstuk 6 bevestigd is. De met de klemlijst 40 samenwerkende hefboomarm 41 is haakvormig omgebogen, zodat deze met zijn naar boven uitstekende vrije haakbeen achter de klemlijst 40 gezwenkt kan worden totdat de hefboomarm 41 aan de onderzijde van de klemlijst 40 aanligt. De andere hefboomarm 42 van de klemhefboom kan enigszins 30 verend uitgebogen onder een aan het meubelstuk 6 bevestigde aanslag 43 vergrendeld worden. Daardoor wordt de klemhefboom met zijn hefboomarm 42 tegen de onderzijde van de klemlijst 40 gedrukt. De reactiekracht 44, welke door de klemlijst 40 op de aan de aanslag 43 bevestigde klemhefboom 41, 42 uitgeoefend wordt, wordt door deze 35 via de zwenkas 27, welke zo dicht mogelijk bij de achterzijde van 8 0 06 36 1 17 het meubelstuk 6 hieraan draaibaar bevestigd is, overeenkomstig de pijl 45 op het meubelstuk 6 overgedragen, zodat deze met zijn achteronderkant 47 naar beneden op de vloerplaat 5 gedrukt wordt. Door de kracht 29, waarmee de klemlijst 40 op het vrije hoekbeen van 5 de hefboomarm 41 en daarmee via de zwenkas 27 op het meubelstuk .6 werkt, en door de kracht 46 waarmee de hefboomarm 42 beneden de aan het meubelstuk bevestigde aanslag 43 gedrukt wordt, ontstaat een kipmoment om de achteronderkant 47 van het meubelstuk 6 die daardoor als hefboomarm voor het klemmen van de aan de voorste onder-10 kant van het meubelstuk 6 aangebrachte andere kleminrichting 7 werkt.According to figure 11, the clamping device 2 consists of a clamping bar 40 in the form of a round rod which runs parallel to the boundary wall 3 at a distance therefrom and is attached to the boundary wall 3, and a two-armed clamping lever 41, 42 which is arranged around a parallel pivot shaft 27 extending on the clamping strip 40 is pivotally attached to the piece of furniture 6. The lever arm 41 cooperating with the clamping strip 40 is bent in a hook-shaped manner, so that it can be pivoted with its upwardly projecting free hook leg behind the clamping strip 40 until the lever arm 41 rests on the underside of the clamping strip 40. The other lever arm 42 of the clamping lever can be slightly resiliently bent under a lock 43 fixed to the piece of furniture 6. As a result, the clamping lever with its lever arm 42 is pressed against the underside of the clamping strip 40. The reaction force 44, which is exerted by the clamping strip 40 on the clamping lever 41, 42 attached to the stop 43, is transmitted by it via the pivot axis 27, which is as close as possible to the rear of the piece of furniture 6 attached thereto. rotatably fastened to the piece of furniture 6 in accordance with the arrow 45, so that it is pressed down onto the floor plate 5 with its rear underside 47. By the force 29, with which the clamping strip 40 acts on the free angle leg of the lever arm 41 and thus on the piece of furniture via the pivot axis 27, and by the force 46 with which the lever arm 42 is pressed below the stop 43 fixed to the piece of furniture , a tipping moment arises around the rear underside 47 of the piece of furniture 6, which thereby acts as a lever arm for clamping the other clamping device 7 arranged on the front bottom side of the piece of furniture 6.

De aanslag 43 is een uitsteeksel, waaraan de hefboomarm 42 bij het vergrendelen van de kleminrichting 2 door verend zijwaarts uitbuigen van de hefboomarm 42 aan de kopzijde voorbij geleid kan worden, waarna de hefboomarm 42 onder de aanslag 43 15 gehaakt wordt. Op de zwenkas 27 zit onmiddellijk naast de klemhef-boom 41, 42 een verende buffer in de vorm van een ringplaat 48 welke onder de klemkracht 29 verend aan de voorzijde van de klemlijst 40 aanligt.The stop 43 is a projection, to which the lever arm 42 can be passed when locking the clamping device 2 by resiliently bending the lever arm 42 at the front side, after which the lever arm 42 is hooked under the stop 43. Immediately adjacent to the clamping lever 41, 42 there is a resilient buffer in the form of an annular plate 48 on the pivot shaft 27, which resides resiliently at the front of the clamping strip 40 under the clamping force 29.

Extra of alternatief bij de verende uitvoering 20 van de klemhefboom 41, 42 kan de klemlijst 40 en/of de zwenkas 27 verend meegevend uitgevoerd zijn om de het meubelstuk 6 naar beneden drukkende kracht 45 te kunnen opwekken. De kleminrichting 2 is nabij een zijwand van het meubelstuk 6 opgesteld. Aan de andere zijwand van het meubelstuk is een tweede kleminrichting 2 aangebracht 25 waarvan de klemhefboom bevestigd is aan de over de breedte van het meubelstuk 6 reikende zwenkas 27, zodat de beide kleminrichtingen 2 via de zwenkas 27 gekoppeld zijn en gemeenschappelijk vergrendeld en ontgrendeld worden. Bij de ene kleminrichting 2 kunnen eventueel de hefboomarmen 42 van de klemhefboom en de aanslag 43 ontbreken.Additionally or alternatively in the resilient embodiment 20 of the clamping lever 41, 42, the clamping strip 40 and / or the pivot shaft 27 can be resiliently resilient in order to be able to generate the force 45 pressing down the piece of furniture. The clamping device 2 is arranged near a side wall of the piece of furniture 6. A second clamping device 2 is mounted on the other side wall of the piece of furniture, the clamping lever of which is attached to the pivot shaft 27 extending over the width of the piece of furniture 6, so that the two clamping devices 2 are coupled via the pivot shaft 27 and are jointly locked and unlocked. In one clamping device 2, the lever arms 42 of the clamping lever and the stop 43 may possibly be missing.

8 0 06 36 18 0 06 36 1

Claims

1. Quick-mounting device for manually detachable fixing of furniture pieces in the transport space of a transport vehicle, in particular a small bus, residential vehicle or workshop vehicle, with at least two clamping devices which are arranged at a distance from each other and which are each provided with two interlocking clamping parts of which one clamping part is arranged on the piece of furniture and the other clamping part on a floor plate or boundary wall of the transport space, characterized in that the clamping devices (2, 7) for clamping the clamping parts relative to each other (8, 5) of one clamping device (7) cooperate under the clamping force transferred to it by the piece of furniture (6) from the other, manually operable clamping device (2).

Quick fastening device according to claim 1, characterized in that the one clamping device (7) is provided with a clamping lever (8, 38) arranged on the furniture piece (6), the lever axis of which is formed by the furniture piece (6) on the floor plate (5) bounding wall (3) respectively supporting support side (9 to 12) and the other clamping device (2) for generating a tipping moment transferred to the clamping lever (8) around the support side (9 to 12) remotely of this is drawn up.

Quick fastening device according to claim 25 1, characterized in that the clamping devices (2, 7) are arranged in an engaging manner near a bottom and a top of the piece of furniture (6).

Quick-mounting device according to claim 2, characterized in that the clamping lever (8) with its clamping surface (13) 30 runs obliquely and engages under a clamping edge (14) of a clamping plate (15) projecting on the bottom plate (5) or boundary wall (3) .

Fastening device according to claim 4, characterized in that the clamping plate (15) extends as a groove (16) arranged in the bottom plate (5) or boundary wall (3), which is provided in the bottom plate (5) or boundary wall (3). rail is executed.

Quick fastening device according to claim 5, characterized in that the clamping lever (8) is welded at an acute angle to the floor plate (5) or boundary wall (3) of the front or lateral lower edge of the piece of furniture (6) is executed.

Quick fastening device according to claim 1, characterized in that the manually operable clamping device (2) is provided with an adjustable rail (8).

Quick fastening device according to claim 7, characterized in that the clamping device (2) with the adjustable rail (18) is provided with a clamping part co-acting therewith in the form of a round rod (19) engaging behind the rail (18).

Quick fastening device according to claim 15, characterized in that the round rod (19) is attached thereto at a distance from the boundary wall (3) and the piece of furniture (6) is provided on its side facing the boundary wall (3). round bar (19) receiving recess (20).

Quick-mounting device according to claim 20, 7, characterized in that the rail (18) is designed as a double-pivotable rail, the control legs (21, 22) of which are coupled (23) for their joint adjustment.

Quick fastening device according to claim 1, characterized in that the clamping parts of at least one of the clamping devices (2, 7) are pressed together by means of a resilient buffer (24, 25) of elastically yielding band-shaped or plate-shaped material.

Quick-mounting device according to claims 9 and 11, characterized in that the resilient buffer (24) abuts against it on the side of the round rod (19) remote from the rail (18).

Quick fastening device according to claims 5 and 11, characterized in that the spring-loaded buffer (26) is arranged in the form of a frame on the edge of the groove opposite the rails (15). 80 06 36 1 s

Quick fastening device according to claim 2, characterized in that the clamping lever (38) of the one clamping device (7) is formed at the free end of a bearing flow (36) of the piece of furniture (6) and engages an angle rail (37). and that a bracket (39) engaging over the bearing strip (36) is arranged at a distance from the clamping lever (38), one clamping part (8) of the other clamping device (2) being formed on the bracket legs.

Quick fastening device according to claims 2 and 3, characterized in that the clamping devices (2, 7) in the vicinity of the front bottom and the rear top of the piece of furniture (6) engage, so that in the vicinity of the rear clamping device (2) arranged at the top, as one clamping part thereof being a two-arm clamping lever (41, 42) which is pivotally supported on the piece of furniture (6) on a parallel axis running at the top (27), and as another clamping part has a clamping strip (40) spaced from the adjacent boundary wall (3), and that the clamping lever (41, 42) is clamped in its locked position with its one lever arm (41) at the rear of the clamping strip (40). and can be locked by means of a stop (43) resting on the furniture piece (6) on the other lever (42) and pressed against the bottom of the clamping strip (40).

16. Fast-mounting device according to claims 11 and 15, characterized in that the resilient buffer in the form of an annular plate rotatably mounted on the pivot axis of the clamping lever engages the front of the clamping strip in a rotatable manner. 80 06 36 1