NL8003806A

NL8003806A - Wegwerpbare luier.

Info

Publication number: NL8003806A
Application number: NL8003806A
Authority: NL
Original assignee: Moelnlycke Ab
Priority date: 1979-07-02
Filing date: 1980-07-01
Publication date: 1981-01-06
Also published as: DE3023776C2; BE884109A; AR224162A1; NL186557B; CA1153153A; NO801918L; JPS56101901A; DK282380A; NL186557C; CH649902A5; JPS635481B2; ATA343680A; GB2051557A; NO149646B; GB2051557B; SE7905765L; AT389629B; FI66283B; AU5974280A; ES251816Y

Description

* P '

Wegwerpbare luier.

De uitvinding heeft betrekking op een wegwerpbare luier. In de laatste jaren hebben wegwerpbare luiers nagenoeg geheel luiers van weefsel vervangen, waarbij luiers van weefsel bedoeld zijn voor herhaald gebruik en op hun plaats op 5 het lichaam van de gebruiker worden gehouden met behulp van een broek van kunststof en welke na gebruik worden gewassen om opnieuw te worden gebruikt.

Aanvankelijk bestonden wegwerpbare luiers uit een kussen of gevouwen weefsel van absorberend materiaal en 10 werden op hun plaats gehouden met behulp van een broek van kunststof of textiel. De ontwikkeling heeft geleid tot het vervaardigen van een zogenaamde volledig wegwerpbare luier bestaande uit een eerste buitenste laag van vloeistofdoorlatend materiaal welke bedoeld is om in aanraking te liggen met het lichaam van de 15 gebruikende persoon en een tweede buitenste laag van voor vloeistof ondoorlatend materiaal en een absorberend lichaam geplaatst tussen de beide lagen. De buitenste lagen van deze wegwerpbare luiers reiken voorbij het absorberende lichaam om bevestigings-kleppen te vormen, waarbij deze kleppen bedoeld zijn om te worden 20 aangebracht rondom het midden van de gebruikende persoon. Deze zogenaamd volledig wegwerpbare luiers worden op de gebruikende persoon bevestigd met behulp van kleefband aangebracht op de kleppen.

Een bezwaar bij volledig wegwerpbare luiers is dat het absorberende lichaam een zekere stijfheid heeft, 25 waardoor, bij bevestigen van de luiers met behulp van kleefband, het moeilijk is om het absorberende lichaam dicht tegen de gebruiker aan te brengen. Door de stijfheid van het absorberende lichaam is het onmogelijk te vermijden dat, in het bijzonder na gedurende enige tijd gebruiken van de luier, ruimten ontstaan tussen de 30 luier en het middel van het kind en/of tussen de luier en de benen 8003806 i 2 van het kind met daardoor gevaar van lekkage. Pogingen om het gevaar van lekkage op te heffen zijn ontwikkeld met de gedachte om de zogenaamde volledig wegwerpbare luiers te voorzien van elastische banden of dergelijke welke bedoeld zijn om de luier 5 tegen de gebruikende persoon af te dichten.

Verschillende soorten van wegwerpbare luiers zijn in de markt, waarbij zij voorzien zijn van elastische banden welke langs de zijden zich uitstrekken. Gebruikelijk bij deze bekende soorten van wegwerpbare luiers met elastische banden is 10 dat de banden primair worden toegepast om lekkage van urine te vermijden.

Het Amerikaanse octrooischrift 3.860.003 beschrijft een luier welke in zijn kruisgedeelte is voorzien van een soepele zijflap, welke buitenwaarts reikt van en langs elke 15 zijrand van het absorberende lichaam. Het absorberende lichaam is aanzienlijk smaller in het kruisgedeelte dan in de rest- van de luier en een elastische band is bevestigd aan de zijflap op afstand van de zijrand van het absorberende lichaam over tenminste 19 mm. Aldus zijn elastische zijflappen gevormd welke dicht rondom de 20 benen van het kind afdichten bij gebruik van de luier.

Het toepassen van de elastische flappen schijnt het gevaar van lekkage van urine te verminderen, maar zij hebben een aantal nadelen. Lekkage van de absorberende kern wordt verzameld binnen de elastische flappen en kunnen leiden tot irritatie van 25 de huid. Bovendien dient de breedte van het absorberende lichaam aanzienlijk verminderd te worden in het kruisgedeelte om voldoende breedte te leveren voor de elastische flappen. Dit betekent dat het absorberende materiaal bij gebruik van de luier zeer snel vochtig raakt en lekkage van urine zal plaatshebben ondanks de 30 afdichtende elastische banden. Bovendien resulteert de drastisch verminderde breedte van het absorberende lichaam in het kruisoppervlak tot desintegratie van het oppervlak door de grote hoeveelheid vloeistof, waardoor overdracht van vloeistof naar de niet gebruikte delen van het absorberende lichaam wordt vermeden.

35 De bovengenoemde nadelen van de luier volgens 8003806 f 3 het Amerikaanse octrooischrift 3.860.003 zijn in detail beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.050.462 volgens welke, om deze nadelen te vermijden, een andere constructie van de luier is gekozen. De elastische banden in de luier volgens de laatst-5 genoemde publikatie zijn aangebracht in het kruisgedeelte van de luier zo dicht mogelijk bij het absorberende lichaam. De elastische banden bereiken hierdoor een samentrekken van het absorberende lichaam in het kruisgedeelte zodat de dikte van het absorberende lichaam in dit gedeelte toeneemt. De combinatie van verhoogde 10 absorberende capaciteit per oppervlakte-eenheid in het kruisgedeelte en het afdichten door de elastische banden rondom de benen van het kind, volgens het Amerikaanse octrooischrift 4.050.462, verminderen nagenoeg het gevaar van lekkage van urine. De laatstgenoemde publikatie stelt dat de ongelijke oppervlakken gevormd in 15 het kruisgedeelte van het absorberende lichaam dienen als kussens en dienen om te vermijden dat de elastische banden schuren en drukken op de huid van het kind. Zelfs indien, in tegenstelling tot de verwachtingen, deze kussens de neiging verminderen van de elastische banden om de huid te schuren, is het onvermijdelijk dat de op-20 stelling van de elastische banden in het kruisgedeelte aan één zijde van het absorberende lichaam aanzienlijk schuren tegen de benen van het kind zullen opleveren. Wanneer het kind beweegt hetzij door kruipen of lopen, resulteren de bewegingen van de benen in. een aanzienlijke toename in de spanning in de elastische band welke daardoor 25 kan schuren rond de benen van het kind.

Uit het bovenstaande blijkt dat ondanks de tot nu toe geleverde inspanningen, niemand succesvol is in het vervaardigen van een wegwerpbare luier voorzien van elastische banden, welke in alle opzichten naar wens functioneert.

30 Bij bekende luiers met elastische banden, koorden enz., zijn de banden niet aangebracht zodat zij op natuurlijke wijze het lichaam van het kind volgen. In plaats daarvan, zoals hierboven aangegeven, zijn twee elastische banden of dergelijke zodanig aangebracht dat zij in hoofdzaak evenwijdig aan 35 elkaar over de luier uitstrekken.

8003806 ί 4

De uitvinding heeft betrekking op een wegwerp-bare luier met een absorberend lichaam welke opgesteld is binnen een huis gemaakt met een kruisgedeelte, waarbij het huis bestaat uit een eerste laag van vloeistofdoorlatend materiaal welke be-5 doeld is om in aanraking te liggen met het lichaam van het kind, en een tweede laag van voor vloeistof ondoorlatend materiaal, waarbij een absorberend lichaam is opgesteld tussen de beide lagen welke, tenminste zijwaarts, voorbij de randen van het absorberende lichaam uitstrekken.

10 Het doel van de uitvinding is de volledig wegwerpbare luier als hierboven omschreven, te verbeteren zodat de luier beter past, dat wil zeggen dat de luier stevig aansluit tegen het lichaam van het kind op alle plaatsen, waardoor een verhoogde veiligheid tegen lekkage wordt verkregen.

15 Een ander doel van de uitvinding is het toe passen van een elastische draad of dergelijke, waarbij de lengte van de draad over de luier is aangepast aan het lichaam van het kind.

Volgens de uitvinding wordt dit bereikt door-20 dat de lagen in de richting naar het achtereinde van de luier en aanvangend met het kruisgedeelte zijwaarts buiten de randen reiken met een continu toenemende afstand van de randen waardoor flappen met gelijkmatig toenemende breedte aan weerszijde van het absorberende lichaam worden gevormd, waarbij tenminste één voorgespannen 25 elastisch orgaan is aangebracht in een in hoofdzaak V-vormig patroon met de punt van het patroon gelegen in het midden van het vooreinde van de luier en waarbij de delen van dit patroon vanaf het punt in het midden van het vooreinde van de luier zich uitstrekken naar het einde van het kruisgedeelte en vervolgens langs 30 de randen van de flappen naar het achtereinde van de luier zodat de flappen bij gebruik van de luier stevig tegen het achterwerk ·' van het kind aanliggen.

Bij voorkeur is het elastische middel aangebracht tussen de beide buitenste lagen en op één zijde van het 35 absorberende lichaam binnen het gebied waarbij het middel zich 800 3 8 06 5 uitstrekt over het absorberende lichaam, waarbij het middel stevig bevestigd is op tenminste één van de lagen en tenminste aan de voor- en achtereinden van de luier.

De uitgevonden luier is bij voorkeur voorzien 5 van hechtstroken voor het bevestigen op de luier, bevestigd aan de voor vloeistof ondoordringbare laag aan de vrije hoekgedeelten van de flappen. Volgens een uitvoeringsvorm zijn de eindgedeel-ten van de elastische middelen aan het achtereinde van de luier opgesteld onder de hechtstroken welke aan de flappen zijn gehecht 10 en is de voor vloeistof ondoordringbare laag voorzien van gaten op de bevestigingsplaatsen van de hechtstroken, waarbij de eind-gedeelten van de elastische middelen bij de gaten zijn opgesteld en daardoor zijn verankerd aan de hechtstroken. Naast het stevig verankeren van de eindgedeelten van de elastische middelen, wordt 15 hierdoor ook de spanning in de elastische middelen onmiddellijk overgedragen aan de hechtstroken, hetgeen van voordeel is voor het strak houden van de luier.

Bij voorkeur zijn de elastische middelen, tenminste aan de voor- en achtereinden van de luier, bevestigd 20 aan tenminste één van de lagen door middel van een kleefmiddel, bijvoorbeeld een thermoplastisch kleefmiddel.

Bij een andere uitvoeringsvorm reiken de elastische middelen door een strook van kleefmiddel, waarmee de vooreinddelen van de twee omhullende lagen aan elkaar zijn gehecht, 25 waarbij de elastische middelen voor een deel op de strook van kleefmiddel zijn gelegen.

Van bijzonder voordeel is gebleken om als elastisch middel beklede elastische draden te gebruiken. Deze zijn gemakkelijker met kleefmiddel te bevestigen dan bijvoorbeeld 30 rubberen banden en hebben aanzienlijk minder schuren tegen de huid van het kind tot gevolg.

Om de spanning tegen het middel van het kind te verbeteren, is het elastische middel tenminste aan één einde van de luier verbonden met een extra voorgespannen elastisch middel 35 welke dwars over de luier zich uitstrekt.

8003806 ( 6

Om de veiligheid tegen lekken van urine te verbeteren heeft het absorberende lichaam in zijn gedeelten in het kruis en tussen de beide verlengde einden van het elastische middel een grotere dikte dan in de rest vein het lichaam.

5 De uitvinding zal nader in het volgende wor den beschreven met betrekking tot een uitvoeringsvorm welke is aangegeven in de tekening.

Figuur 1 is een bovenaanzicht van een luier volgens de uitvinding.

10 Figuur 2 toont op vergrote schaal delen van de voor- en achtereinden van de luier met daarbij de verankering van de elastische draad.

Figuur 3 en 4 tonen in perspectief de op een kind aangebrachte luier.

15 Figuur 5 toont een gewijzigde uitvoeringsvorm van de luier volgens de uitvinding.

Figuur 6 toont op vergrote schaal de luier volgens figuur 5 wanneer de luier niet uitgestrekt is.

De wegwerpbare luier volgens de uitvinding 20 bestaat uit een eerste buitenste laag 1 van vloeistof doorlaatbare, bij voorkeur niet geweven textiel welke bedoeld is cm tegen de huid van het kind te liggen en een tweede buitenlaag 2 van voor vloeistof ondoorlaatbaar materiaal, bijvoorbeeld polyethyleen, en een absorberend lichaam 3 opgesteld tussen de beide buiten-25 lagen.

Het absorberende lichaam heeft een dwars gedeelte 4 aan één einde, welke volgens figuur 1 reikt over de breedte van dit einde en is ontworpen cm, bij toepassen van de luier te worden geplaatst voor de benen van het kind. Bovendien is het 30 absorberende lichaam in een deel 5 aan het kruisgedeelte van de luier, dat wil zeggen in hoofdzaak voorbij het dwarsgedeelte 4, dikker. De luier heeft het grootste absorberende vermogen op de plaats waar de noodzaak voor absorptie het grootst is zodat het gevaar van lekken van urine zeer klein is. De buitenlagen 1 en 2 welke zijwaarts 35 buiten het absorberende lichaam zich uitstrekken zijn aan beide 8003806 V ί 7 einden gevormd tot bevestigingsflappen 6, 7 en 8, 9 welke bedoeld zijn om te worden aangebracht rond het middel van het kind» Hechtstroken 10 en 11 zijn bevestigd aan de achterflappen 8 en 9 van de luier om de flappen aan het vooreinde en het achtereinde 5 van de luier aan elkaar te hechten bij het aanbrengen van de luier. Aanvangende bij een deel juist beneden het kruisgedeelte van de luier reiken de beide buitenlagen met continu toenemende zijwaartse afstand van de zijranden van het absorberende lichaam zodat in hoofdzaak driehoekige flappen 12 en 13 zijn gevormd aan beide 10 zijden van het absorberende lichaam.

De beide buitenlagen zijn langs hun randen aan elkaar gehecht en zijn ook aan elkaar en aan het absorberende lichaam 3 gehecht door middel van de zijdelingse kleefstrook 14„

Een elastische draad 15 of dergelijke is opge-15 steld volgens een in hoofdzaak V-vormig patroon over de gehele luier. De punt 16 van het V-vormige patroon is opgesteld in het midden van het vooreinde van de luier vanwaar draaddelen 17 en 18 reiken langs in hoofdzaak rechte lijnen naar het achtereinde van de luier over het absorberende lichaam 3 naar een plaats 19 beneden 20 het kruisgedeelte van de luier en vandaar naar de buitenrand van de betrokken driehoekige flap. De elastische draad 15 is opgesteld tussen de beide buitenlagen en is stevig hieraan bevestigd aan de punt van het draadpatroon en aan de einden 20 en 21 van de draad.

De elastische draad is ook op afzonderlijke plaatsen langs zijn 25 lengte gehecht aan de buitenlagen of het absorberende lichaam 3 door middel van de dwarse strook van kleefmiddel. Bij de getekende uitvoeringsvorm is de voor vloeistof ondoordringbare laag 2 gevouwen over de voorrand van de luier en de elastische draad 15 reikt vanaf zijn punt door de strook kleefmiddel 14' welke de 30 vooreinddelen van de beide buitenlagen aan elkaar hecht en een draadgedeelte 22 is voor de kleefstrook gelegen als is aangegeven in figuur 2.

De randen van de beide buitenlagen aan het vooreinde van de luier zijn in de tekening met 1' en 2 * aangeduid.

35 Het ankeren van de einddelen 20 en 21 van de 8003806 • i 8 draad aan het achtereinde van de luier is aangegeven in figuur 2.

De einddelen van de draad zijn gelegen in het midden van de kleef-strookdelen welke gehecht zijn aan de flappen en in de voor vloeistof ondoordringbare buitenlaag 2 is een gat 23 recht boven de eind-5 delen van de draad opgesteld. De einddelen van de draad zijn daardoor verankerd door de kleefstroken.

De elastische draad 15 is voorgespannen aangebracht en wanneer de luier op het kind is aangebracht houdt de draad de driehoekige flappen 12 en 13 stevig tegen het achterwerk 10 van het kind. Doordat de draad is opgesteld op de wijze volgens figuur 1 volgens een in hoofdzaak V-vormig patroon, zijn de einddelen 20 en 21 van de draad na het aanbrengen van de luier op een kind, in hoofdzaak gericht naar een plaats bij de V-vormige punt.

De figuren 3 en 4 tonen hoe de elastische draad na het aanbrengen 15 van de luier het lichaam van het kind volgt. Door de speciale opstelling van de elastische draad ontstaan geen ongewenste spanningen wanneer het kind beweegt zodat hierdoor geen irritatie van de huid door schuren ontstaat. De draad zal aldus de driehoekige flappen tegen het achterwerk van het kind houden en een doelmatige 20 afdichting leveren tegen lekkage van uitwerpselen terwijl tegelijkertijd de luier voor het kind comfortabel is, dat wil zeggen 1/ niet schuurt.

Het gevaar van schuren tegen de huid is zo min mogelijk gemaakt doordat de elastische draad niet buiten het ab-25 sorberende lichaam 3 zich uitstrekt dan na het kruisgedeelte. Aangezien de punt van het draadpatroon gelegen is in het midden van de voorrand van de luier, worden de voorranden omlaag en enigszins naar het midden getrokken waardoor een elastisch effect in het middel wordt opgewekt welke op zijn beurt beter passen rondom het 30 middel levert en minder lekkage bij de buik en de rug. Het elastische effect bij het middel kan gevarieerd door zowel variëren " van de spanning van de draad en door variëren van de afstandtussen de beide bevestigingspunten waar de draad is bevestigd aan de strook 141 van kleefmidde1.

35 Aangezien de draaddelen 17 en 18 reiken om 800 3 8 06 f.· » 9 het achterwerk van het kind en in hoofdzaak naar een plaats nabij de plant van het draadpatroon, zullen deze draaddelen bijdragen tot het spannen van de luier rondom het middel van het kind.

De uitgevonden elastische middelen in de luier 5 bestaan uit beklede elastische draad waarbij de elastische draad bijvoorbeeld van Elastan kan bestaan.

De bekleding kan worden bereikt door een in hoofdzaak niet elastische draad, bijvoorbeeld katoen, welke dubbel gewikkeld is om de elastische draad.

10 Een andere uitvoeringsvorm van de beklede elastische draad wordt bereikt doordat de elastische draad gewoven is in een niet elastische textieldraad.

Beklede elastische draad kan worden verkregen door een zogenaamd "guipmaille-proces" waarbij een gaas van textiel-15 draad wordt gebreid rondom de elastische draad. Het voordeel van deze laatstgenoemde uitvoeringsvorm is dat de elastische draad in het gaas blijft zelfs wanneer de draad breekt.

Het gebruik van beklede elastische draad als een elastisch middel, in plaats van elastische middelen in de vorm 20 van rubberen banden welke tot op heden zijn toegepast in volledig wegwerpbare luiers, heeft verscheidene belangrijke voordelen.

Bij gebruik van een rubberen band neemt de spanning van de band sterk toe bij rekken van de band waardoor de band schuurt tegen de huid van het kind.

25 De bij de uitgevonden luier toegepaste elas tische draad heeft anderzijds in hoofdzaak dezelfde rekspanning zelfs wanneer de draad wordt gerekt.

Het bekleden van de elastische draad vergemakkelijkt het lijmen op de draad aangezien de lijm beter wordt 30 geabsorbeerd dan bij een naakte draad.

Opgemerkt wordt dat het moeilijk is om rubberen banden te lijmen omdat zij een glad oppearvlak hebben. Wanneer een lubberen band op een wegwerpbare luier wordt aangebracht, dient de band over zijn gehele lengte te worden gelijmd om een voldoende 35 bevestiging te verkrijgen, waardoor aldus een groot deel van het 800 3 8 06 „ « i 10 elastische effect van de band verloren gaat.

Bij toepassen van beklede elastische draad is het voldoende om de draad op verschillende plaatsen langs zijn lengte te bevestigen, bijvoorbeeld slechts aan het voor-5 einde aan de einden van de luier. De elasticiteit van de elastische draad kan daardoor volledig benut worden.

Bij de uitvoeringsvorm volgens de figuren 5 en 6 van de uitgevonden luier zijn de delen welke corresponderen met dergelijke delen van de luier volgens de figuren 1 en 2 voorzien 10 van dezelfde verwijzingscijfers.

De luier volgens de figuren 5 en 6 verschilt van de bovenbeschreven uitvoeringsvorm doordat de luier voorzien is van dwarse elastische middelen 24 en 25 aan de voor- en achtereinden van de luier.

15 De elastische middelen 24 en 25 zijn bedoeld om te dienen als elastiek om het middel on de luier om het middel van het kind te spannen.

Zoals blijkt uit de figuren 5 en 6 loopt het voorste elastische middel 24 door de punt van het V-vormige elas-20 tische middel 15, dat wil zeggen dat een deel van het middel 15 om de draad 24 loopt Aldus zal de elasticiteit in de draden 15 en 24 samenwerken.

De einddelen van het elastische middel 25 zijn in hoofdzaak bevestigd op dezelfde plaats en op dezelfde 25 wijze als de einddelen 20 en 21 van de draad, waarvan de verankering reeds is beschreven met betrekking tot figuur 2.

De uitvinding is niet beperkt tot de beschreven uitvoeringsvormen en een aantal wijzigingen zijn mogelijk binnen het raam van de bijgaande conclusies.

30 Het absorberende lichaam dient vanzelfsprekend niet T-vormig te zijn, maar kan elke gewenste vorm hebben, zoals-' bijvoorbeeld in hoofdzaak driehoekig. In plaats van de luier te voorzien met elastische dwarse middelen aan zowel de vooreinde als het achtereinde van de luier, kan de luier voorzien zijn van 35 slechts één elastisch middel 24 of 25 aan het vooreinde of het 8003806 r_ ί> 11 achtereinde van de luier.

De elastische middelen 15, 24 en 25 in de getekende uitvoeringsvorm zijn enkelvoudige beklede elastische draden, maar het is vanzelfsprekend mogelijk dat de elastische 5 middelen 15, 24 of 25 bestaan uit twee of meer in hoofdzaak evenwijdige beklede elastische draden,,

De einddelen van de elastische middelen 15 en 25 hoeven niet verankerd te zijn op de wijze als beschreven met betrekking tot figuur 2. Zij kunnen vanzelfsprekend op andere wijze 10 bevestigd worden, bijvoorbeeld met kleefmiddel, 8003806

Claims

4 *· Λ 1
1. Wegwerpbare luier met een absorberend lichaam (3) welke opgesteld is binnen een huis met een kruisgedeelte, waarbij het huis bestaat uit een eerste laag (1) van 5 vloeistofdoorlatend materiaal bedoeld om in aanraking te liggen met het lichaam van de gebruiker en een tweede laag (2) van voor vloeistof ondoorlatend materiaal, waarbij tussen beide lagen het absorberende lichaam is opgesteld en waarbij de beide lagen tenminste zijwaarts buiten de randen van het absorberende lichaam 10 zich uitstrekken, gekenmerkt doordat de lagen in de richting naar het achtereinde van de luier en aanvangend bij het kruisgedeelte, zijwaarts buiten de randen van het absorberende lichaam zich uitstrekken met een continu toenemende afstand vanaf deze randen waardoor zij flappen (12, 13) vormen met een gelijkmatig toenemende 15 breedte aan weerszijde van het absorberende lichaam, waarbij tenminste één voorgespannen elastisch middel (15) opgesteld is volgens een in hoofdzaak V-vormig patroon met de punt (16) van het patroon geplaatst in het midden van het vooreinde van de luier, waarbij van dit patroon de delen (17, 18) reiken vanaf de punt in het voor-20 einde van de luier naar het einde van het kruisgedeelte en zich voortzetten langs de randen van de flappen naar het achtereinde van de luier zodat bij gebruikte toestand van de luier de flappen in nauwe aanraking zullen zijn tegen het achterwerk van de gebruiker.
2. Luier volgens conclusie 1, gekenmerkt door-25 dat de elastische middelen (15) zijn opgesteld tussen de beide buitenlagen en ééri zijde van het absorberende lichaam (3) binnen het gebied waar deze middelen reiken over het lichaam, waarbij de middelen stevig zijn bevestigd aan tenminste ién van de beide lagen (1, 2) en aan tenminste de voor- en achtereinden van de luier. 30 3. Luier volgens conclusie 1 of 2, met kleef- stokken (10, 11) om de luier op zijn plaats te houden, waarbij de ' kleefstroken zijn aangebracht op de voor vloeistof ondoorlatende laag (2) aan de vrije hoekdelen 6, 9) van de flappen, gekenmerkt doordat de einddelen (20, 21) van de elastische middelen (15) aan 35 het achtereinde van de luier zijn opgesteld in het midden van de 8003806 k r'- * v kleefstroken welke zijn aangebracht op de flappen, waarbij de voor vloeistof ondoordringbare laag aan de bevestigingsplaatsen voor de kleefstroken voorzien is van gaten (23) waar de eindgedeelten (20, 21) van de elastische middelen zijn opgesteld en daardoor 5 zijn verankerd aan de kleefstroken.
4. Luier volgens conclusie 2 of 3, gekenmerkt doordat de elastische middelen (15) tenminste aan dé voor- en achtereinden van de luier zijn bevestigd aan tenminste één van de lagen door middel van een kleefmiddel bijvoorbeeld een thermoplas- 10 tisch kleefmiddel.
5. Luier volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de elastische middelen (15) aan de punt van het patroon reiken door een lijn (14') van kleefmiddel welke de vooreinden van de beide bekledingslagen (1, 2) aan elkaar hecht 15 waarbij een deel (22) van de elastische middelen zich bevinden voor de lijn van kleefmiddel.
6. Luier volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de elastische middelen (15) tenminste aan één einde van de luier zijn gehecht aan een bijkomende, voorgespannen, 20 elastisch middel (24, 25) welke zich dwars over de luier uitstrekt.
7. Luier volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het elastische middel (15) of de elastische middelen (15, 24, 25) bij voorkeur bestaan uit beklede elastische draden. 25 8o Luier volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het deel van het absorberende lichaam gelegen aan het kruisgedeelte en tussen de delen (17, 18) van de elastische middelen een grotere dikte heeft dan de rest van het absorberende lichaam. 30 8003806