NL7906710A - Werkwijze en inrichting voor het door voordrukken verhogen van de stabiliteit van een kunstmatig eiland. - Google Patents

Description

Ni J

ff.O. 28.176 "Werkwijze en inrichting voor het door voordrukken verhogen van de stabiliteit van een kunstmatig eiland"

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het door voordrukken verhogen van de stabilteit van 5 een kunstmatig eiland, dat met poten op de bodem van een water kan staan en een platform heeft in de vorm van een ponton, dat ten opzichte van de poten relatief beweegbaar en vastzetbaar is, welk voordrukken plaats vindt door het tijdelijk aanbrengen van verwijderbare ballast.

10 Een dergelijke werkwijze is algemeen bekend. Kunst matige eilanden, die niet op eenrrotsachtige bodem staan, maar op een meer of minder zachte bodemlaag, moeten met hun poten zo zwaar belast worden, dat de poot bij alle weers- en belastingscondities niet verder zakt. Dit 15 zogenaamde voordrukken doet men door de poten extra te belasten en bij eilanden, die vier of meer poten hebben, kan men dit doen door het gewicht van het eiland te laten werken op twee of drie poten, waarbij men het gewicht vergroot met behulp van de massa van de niet werkzame 20 poten. Dit heeft tot consequentie dat het vijzel- en grendelmechanisme, waarmee de poten ten opzichte van de ponton kunnen worden verplaatst, deze bij het voordrukken optredende extra zware belasting moeten kunnen verdragen.

25 Bij eilanden met drie poten kan men uit de eigen massa van het eiland geen extra krachten halen om de poten voor te drukken. Hen doet dit dan voor het aanbrengen van extra ballast en wel door het aanbrengen van waterballast in voor dit doel ter beschikking staande 30 ruimten van de ponton, die dan dus niet voor andere doel einden bruikbaar zijn, danwel door zware betonblokken tijdelijk op het dek te plaatsen. Ook bij deze wijze van voordrukken moeten de vijzel-grendelorganen de gehele belasting kunnen weerstaan, waarbij, ingeval men zware 35 blokken gebruikt het aan boord brengen en weer verwijde- 7906710

* A

l 2 ren een extra complicatie vormt. Wa te rb alias, t kan men daarentegen met een pomp aanbrengen en ge makkelijk weer laten weglopen.

Doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaf-5 fen, waarbij tijdens· bet voordrukken de organen voor bet vergrendelen van de poten ten opzichte van de ponton en voor bet verplaatsen van de poten niet extra zwaar behoeven te worden belast. Dit doel wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt doordat de ballast wordt ondergebracht 10 in of op de poten, dat de ballast wordt aangebracht in of op losneembaar in of aan de poten vastgemaakte houders of dragers. De uitvinding berust dus op het principe dat de ballast niet meer via de grendelorganen op de poten werkt, maar rechtstreeks op de poten. Men kan dit bij-15 voorbeeld doen door de ballast onder te brengen in de holle vakwerkdelen van de poten. In zeer veel gevallen worden de poten samengesteld uit buisvormige delen. Vult men deze nu met ballast, bijvoorbeeld water, dan kan men aan de poot op een uiterlijk niet eens zichtbare wijze 20 een extra gewicht geven.

Past men overeenkomstig de uitvinding voor het ballasten flexibele zakken toe, die op de vakwerkdelen van de poten worden ondersteund dan kan men deze zakken bij voorkeur in lege toestand plaatsen en dus pas vullen 25 wanneer zij zich reeds op of in de poten bevinden. Ha het voordrukken kan de ballast op gemakkelijke wijze worden verwijderd en kunnen daarna de zakken weer worden verwijderd, zodat de poten hun zo min mogelijk aan golven en wind weerstand biedend profiel terugkrijgen.

30 Men kan de zakken natuurlijk ook in gevulde toestand plaatsen mits deze afmetingenliebben, die een bewegen door de openingen van het vakwerk van een poot toelaten. Dit laatste is alleen niet nodig wanneer men voor de ondersteuning van de zakken gebruik maakt van dragers, 35 die buiten de poten uitsteken en waarop men de ballast plaatst. Ook dan kan men gebruik maken van zakken, die 7906710 a 3 pas na plaatsing worden gevuld*

Gebruikt men gevulde zakken dan bevinden deze zich. op de ponton vóórdat zij op een pdot worden geplaatst* Aangezien de ponton zich bij voordrukken op geringe af-5 stand boven de waterspiegel bevindt, zal het gewicht van de gevulde zakken, die op het ponton rusten de grendel-organen eveneens belasten. Deze belasting komt echter niet overeen met de volle ballast nodig voor het voordrukken omdat men niet, zoals bij gebruik van zware blok-10 ken volgens de bekende werkwijze, alle zakken tegelijk in gevulde toestand op de ponton behoeft te hebben.

Men kan de zakken een voor een op de ponton vullen en vervolgens met een hijsmiddel naar de gewenste plaats op of aan een poot brengen.

15 Zonodig kan men gebruik maken van een plateau dat op de vakwerkdelen van een poot wordt ondersteund. Dit plateau kan de bodem vormen respectievelijk dragen van een uit delen samen te stellen reservoir'. Ih dit reservoir kunnen dan zakken worden geplaatst danwel het reser-20 voir zelf kan met water worden gevuld, wanneer de delen afdichtend op elkaar aansluiten.

In plaats van water kan men ook gebruik maken van stoffen met een hoger soortelijk gewicht zoals bijvoorbeeld bariet een stof die men, wanneer het gaat om een 25 booreiland toch meestal aan boord of in de nabijheid ter beschikking heeft voor het maken van een dikspoeling. Past men een uit bariet samengestelde dikspoeling toe dan moet men wel zorgen voor beweging van de spoeling in de zakken omdat anders een verharden plaats vindt en de 30 zakken niet meer kunnen worden geleegd. Dit probleem doeijzich niet voor wanneer men door toevoeging van bepaalde chemicaliën de vloeibaarheid van de dikspoeling in stand houdt.

Bij voorkeur past men een zak toe die uiteraard is 35 voorzien van de middelen nodig voor het hijsen,het vullen en het weer laten leeglopen.

79 0 67 1 0 * \ 4

Het zal duidelijk zijn, dat men liet ballasten met in of aan de poten te bevestigen houders» zoals zakken, ook kan combineren met het vollen van de holle vakwerkdelen. Past men daarbij dikspoeling toe voor het vullen 5 van de vakwerkdelen dan kan verharding daarvan tegengaan door de dikspoeling in circulatie te houden bijvoorbeeld door het plaatsen van een pomp in één van de verticale pootdelen. Bij een pootconstructie die geschikt is voor de toepassing bij de werkwijze volgens de uitvin-10 ding zijn de holle vakwerkdelen met elkaar in verbinding en bevindt zich een afsluitbare afvoeropening op een plaats die nabij of onder de waterspiegel is gelegen wanneer de poot is geplaatst, terwijl zich op een ver daar boven, dus boven de waterspiegel, gelegen plaats een vul-15 opening bevindt.Is de poot bijvoorbeeld tot boven in gevuld met water dan zal bij openen van de afvoeropening het water in de poot vanzelf zakken tot het niveau van het water daarbuiten.Past men dikspoeling toe dan zal men deze ofwel kunnen verwijderen door middel van een 20 pomp danwel via de afvoeropening op de zeebodem kunnen laten uitstromen. Het vullen kan plaats vinden door een aparte toevoeropening danwel door de van boven open einden van de verticale vakwerkdelen.

Wenst men echter het inwendige van de vakwerkcon-25 structie droog te houden dan komen alleen de op of aan de poten te bevestigen houders of dergelijke in aanmerking.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen.

Fig. 1 toont schematisch in zijaanzicht een kunst-30 matig eiland waarop de werkwijze volgens de uitvinding wordt toegepast.

Fig. 2a, 2b t/m ?a, 7b tonen telkens in zijaanzicht respectievelijk bovenaanzicht verschillende uitvoeringsmogelijkheden voor het toepassen van de werkwijze volgens 35r de uitvinding.

Fig. 8 toont een zijaanzicht van een poot uit 79 0 67 1 0 r -¾ 5 bolle vakwerkdelen.

Fig. 1 toont een ponton 1 van een kunstmatig eiland met drie poten 2, 3 en 4. Deze poten bestaan over het grootste gedeelte van hun lengte uit een vakwerk met ge-5 sloten ondereinden die in de bodem 5 kunnen worden gedrukt. Tijdens dit voordrukken bevindt de ponton 1 zich op geringe afstand boven de waterspiegel 6.

Zoals uit fig. 1 blijkt zijn in het bovengedeelte van elke poot tussen de vakwerkdelen zakken 7 t/m 10 10 aangebracht. Getoond zgn vier grote zakken bij elke poot, doch het zal duidelijk zijn dat deze zich niet bovenaan toe behoeven te bevinden.

In de fig. 2a en b is bij een in horizontale doorsnede driehoekige poot de ruimte tussen de horizontale 15 vakwerkdelen 11, 12 en 13 opgevuld met staven 14·, 15 en 16, waarop, eventueel onder tussenvoeging van een op de horizontale vakwerkdelen 11 t/m 16 liggend plateau drie zakken 17» 18 en 19 zijn geplaatst. Deze kunnen injjLege toestand in de ruimte tussen de vakwerkdelen worden ge-20 stopt en worden gevuld via de opening 20 en na gebruik weer via de opening 21 worden geledigd. Deze zakken * kunnen bijvoorbeeld bestaan uit gewapend rubber, zodat zfj zich in gevulde toestand tussen de vakwerkdelen vastklemmen, waarbij zij iets naar buiten kunnen puilen.

25 In de fig. 3a en 3b Is de ruimte eveneens gevuld met zakken doch nu zijn slechts twee zakken 22 en <3 aanwezig, die volgens het vak 24- tegen elkaar liggen.

In de fig. 4-a en 4-b zijn weer drie zakken 25, 26 en 27 toegepast. In de figuren zijn lege zakken aangeduid 50 met 28, 29, 30, 31 en 32.

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 5a en 5b worden twee zakken toegepast 33 en 34- die volgens het door de lijnen 35 bepaalde schuine vlak op elkaar liggen. 36 geeft een lege zak aan.

35 Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 6a en 6b bestaat de houder voor het opnemen van ballast uit een stijve 7906710 ' · 6 constructie opgebouwd uit wandplaten 37, 38 en 39» een bodemplaat 40. Deze laatste rust weer op de vakwerkdelen aangeduid met de lijn 41. Wandplaten en bodem kunnen afdichtend op elkaar zijn aangesloten en vormen een van 5 boven open reservoir dat van bovenaf kan worden gevuld en via een afvoeropening 42 kan worden geledigd.

Fig. 7a en 7¾ tonen een poot van vierkante door-. snede, Op twee tegenover elkaar gelegen horizontale vakwerkdelen 43, 44 zijn balken 45 geplaatst waarop een 10 plateau is gelegd. De balken en het plateau steken buiten het vakwerk uit. Binnen het vakwerk is analoog aan hetgeen de fig. 6a en 6b tonen een reservoir gevormd uit af dichtend op elkaar aangesloten platen 47» terwijl. op de buiten het vakwerk uitstekende delen van het plateau 15 46 zakken 48 , 49 of dergelijke kunnen zijn geplaatst en dit kan, zoals getoond in fig. Th, ook langs de twee andere zijden van het vakwerk worden uitgevoerd. Dit is aangeduid met de zakken 50» 51 in welk geval een tweede plateau analoog aan dat van 46 over het plateau 46 heen 20 in een richting loodrecht daarop wordt geplaatst.

Fig. 8 toont schematisch op een iets grotere schaal in zijaanzicht een pootconstructie bestaande uit verticale buizen ^2, 53. Bij een vierhoekige doorsnede zijn er vier van dergelijke buizen, bij een driehoekige drie.

25 Vertoond is slechts één zijvlak doch de andere zijvlakken van de poot zien er overeenkomstig uit.· Tussen de verticale buizen 52, 53 bevinden zich horizontale buizen 54 en diagonaalsgewijs verlopende buizen 55· Alle buizen zijn hol en zodanig aan elkaar gelast, dat op de verbin-30 dingsplaatsen de buizen met elkaar in verbinding staan.

Een dergelijke constructie kan met vloeistof worden geballast dat via een open boveneinde, bijvoorbeeld ter plaatse van de pijl 56, kan worden aangebracht en dat via een slechts schematisch aangeduide afsluiter 57 kan 5 worden verwijderd.

7906710 7

Eet zal duidelijk zijn dat de tekeningen slechts een aantal van de vele mogelijkheden tonen die met het principe-van de uitvinding te verwezenlijken zijn.

Een voordeel van de voor het ballasten te gebruiken 5 zakken is ook nog dat deze in lege toestand aan boord betrekkelijk weinig ruimte in beslag nemen en geen gewicht van betekenis vormen. Heeft men echter tijdens het verplaatsen van het eiland, waarbij dus de ponton vaart en de poten zijn opgetrokken, behoefte aan ballast om het 10 eiland te kunnen trimmen dan kan men dit op eenvoudige wijze doen door een of meer gevulde zakken op de Juiste plaats te plaatsen.

Een belangrijk voordeel van werkwijze en inrichting volgens de uitvinding is daarin gelegen dat na het voor-15 drukken van de poten en het verwijderen van de ballast de poten weer hun voor golfslagstroming en windbelasting zo gunstig mogelijk profiel terugkrijgen.

In plaats van vloeibare ballast kan,men natuurlijk ook werken met massieve blokken, die bijvoorbeeld als ge-20 toond in fig. ?a en b op de buitenpoten uitstekende dragers kunnen worden geplaatst. Het met de uitvinding verkregen voordeel met betrekking itot de belasting van de grendels treedt echter dan alleen op wanneer de meeste blokken rechtstreeks vanaf lichters worden geplaatst op 25 de dragers en na het voordrukken weer terug worden geplaatst op lichters en dus de ponton niet onnodig belasten.

780 67 1 o

Claims (11)

1. Werkwijze τοογ het door Toordrukken Terhogen Tan de stabiliteit Tan een kunstmatig eiland dat met poten op de bodem Tan een 'water kan staan en een platform 5 heeft in de Torm Tan een ponton dat ten opzichte Tan de poten relatief beweegbaar en Tastzetbaar is, welke Toordrukken plaats Tindt door het tijdelijk aanbrengen Tan Terwijderbare ballast, met het ken-, merk, dat de ballast wordt ondergebracht in of op de 10 poten.

2. Werkwijze TOlgens conclusie 1, m e t het k e n m e r k, dat de ballast wordt ondergebracht in de holle Takwerkdelen Tan de poten.

3. Werkwijze Tolgens conclusie 1, me t het 15. e n m e r k, dat de ballast wordt aangebracht in of op losneembaar in of aan de poten Tastgemaakte houders of dragers.

4. Werkwijze Tolgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat de ballast wordt aangebracht in flexi- 20 bele zakken, die op de Takwerkdelen Tan de poten worden ondersteund.

5. Werkwijze TOlgens conclusie 4, m e t het k e n m e r k, dat de zak of zakken in lege toestand worden geplaatst en daarna gevuld.

6. Werkwijze TOlgens conclusie 4, m e t het kenmerk, dat de zakken in gevulde toestand worden geplaatst en afmetingen hebben die een bewegen door de openingen Tan het Takwerk Tan een poot toelaten.

7. Inrichting Toor het toepassen Tan de werkwijze 30 Tolgens conclusie & & "b het kenmerk, dat deze bestaan uit een op de Takwerkdelen Tan een poot plaatsbare en ondersteunbare dragers zoals het 7906710 plateau voor liet dragen van de ballast.

8. Inrichting volgens conclusie 7> ei © t het kenmerk, dat het plateau de bodem vormt respectievelijk de bodem draagt van een uit delen samengesteld 5 reservoir.

9. Inrichting volgens conclusie 7j m © t het kenmerk, dat de dragers buiten de poten uitsteken en een ondersteuning vormen voor buiten de poten aan té brengen ballast. Ί0

10. Flexibele zak voor toepassing bij dejwerkwijze volgens conclusie 4-, 5 of 6, respectievelijk bij de inrichting volgens conclusie 7 of 10,met het kenmerk, dat deze zak is voorzien van een hijsorgaan, van een afsluitbare vulopening nabij de bovenzijde 15 en een afsluitbare afvoeropening aan of nabij de onder zijde.

11. Uit holle vakwerkdelen bestaande poot geschikt voor toepassing van de werkwijze volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de holle vakwerkde- 20. len van de poot met elkaar in verbinding staan en zich een afsluitbare afvoeropening bevindt op een plaats die nabij of onder de waterspiegel ligt op de zeebodem geplaatste poot alsmede een vulopening op een zich ver boven de waterspiegel gelegen plaats. 7906710