NL7812084A

NL7812084A - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een gewapende betonnen paal in de grond.

Info

Publication number: NL7812084A
Application number: NL7812084A
Authority: NL
Original assignee: Hollandsche Betongroep Nv
Priority date: 1978-12-12
Filing date: 1978-12-12
Publication date: 1980-06-16
Also published as: MY8500047A; EP0012486B1; DE2962854D1; HK66183A; EP0012486A1

Description

i t N.O. 27.056 HOLLANDSCHE BETON GROEP N.V. te Rijswijk.

Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een gewapende betonnen paal in de grond.

De uitvinding heeft "betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een gewapende betonnen paal in de grond, waarbij een holle schroefboor in de grond wordt geschroefd en tegelijk met het terugbewegen van de boor via de holle kern van de boor beton in het boorgat wordt gebracht en in het beton 5 wapeningsstaven worden aangebracht.

Een dergelijke werkwijze is algemeen bekend. Men past daarbij een boor van relatief grote diameter toe, die op de wijze van een kurkertrekker in de grond wordt gebracht en die na het bereiken van de vereiste diepte weer wordt teruggetrokken, het- 10 geen men doet met gelijktijdige rotatie van de boor. Tijdens het terugtrekken wordt via de holle kern van de boor beton of derge-. lijke aangevoerd, zodat het boorgat onder de zich terugtrekkende boor wordt opgevuld.

Wanneer men in een dergelijke betonnen paal een wape- , 15 ning wil aanbrengen, dan doen zich vaak grote moeilijkheden voor.

De wapening kan pas na het terugtrekken van de boor in het nog verse beton worden gestoken. Men ondervindt daarbij grote weerstand, zodat men slechts betrekkelijk korte lengtes aan kan brengen en men heeft onvoldoende zekerheid over de richting waarin de wape- 20 ningsstaven verlopen.

Doel van de uitvinding is hierin verbetering te brengen.

Dit doel wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt doordat bij het boren gebruik wordt gemaakt van een boor, die in 25 de schroefbladen is voorzien van meerdere, in lijn met elkaar 78 1 20 8 4 -½ t

• 2 V

liggende, openingen of uitsparingen en tijdens het "boren door elke reeks openingen of uitsparingen een staaf of "buis steekt, waarbij tijdens het zonder rotatie terugtrekken van de boor en het inbrengen van het beton, de vóór het terugtrekken in het tracé van de staven, respectievelijk door de buizen aangebracht, staven 5 in het boorgat achterblijven. Dit betekent, dat men tijdens het boren werkt met een boor, waarvan de bladen in de langsrichting van de boor met elkaar zijn gekoppeld door staven of buizen, die de rotatie van de boor mee moeten maken en die dus ten opzichte van de tussen de bladen van de boor terechtkomende grond moet'en 10 bewegen. Terrassenderwijze blijkt nu, dat dit mogehjk is en dat de boor zich goed met grond vult, waarbij alleen de grond, die zich in hoofdzaak buiten de staven óf buizen, doch binnen de omtrek van de boor bevindt, enigszins wordt geroerd.

Heeft men op deze wijze de boor op voldoende diepte 15 in de grond gebracht, dan zou men de staven kunnen vervangen door de gewenste wapeningsstaven. Men zou dit kunnen overwegen wanneer men bevreesd is dat tijdens het boren een betrekkelijk dunne wapeningsstaaf zou kunnen verbuigen. Men past dan tijdens het boren dikke staven toe, haalt deze na het boren terug en ver- 20 vangt deze door de wapeningsstaven.

Het verdient uiteraard de voorkeur wanneer de staven zlef de wapeningsstaven zijn, die bij het terugtrekken van de boor in het gat worden achtergelaten. Maakt men gebruik van doorgaande buizen, dan worden de wapeningsstaven daar doorheen gestoken 25 voordat de boor wordt teruggetrokken.

Men bereikt nu, dat het via de holle kern toegevoerde beton de reeds in het gat aanwezige staven omspoelt. Daardoor is het voor het eerst mogelijk wapeningsstaven over de volle lengte respectievelijk hoogte van de paal aan te brengen. _ 50

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan "de hand van de tekeningen.

Fig. 1 toont één uitvoeringsvorm van de werkwijze bij een inrichting volgens de uitvinding.

Fig- 2 toont een variant. 55

In fig. 1 is met 1 schematisch een deel van een stelling 78 1 20 8 4

«I

3 aangegeven, waarlangs het aandrijf huis 2 van de hoor verticaal beweegbaar is. De boor 5 bestaat uit een holle kern 4 en heeft via het huis 2 een verbinding met een slang 5» waar doorheen beton kan worden toegevoerd. Deze holle kern is omgeven door schroeflijnvormig verlopende bladen 6, die bij voorkeur één 5 continue schroeflijn vormen. Door evenwijdig aan de hartlijn van de schroef verlopende reeksen openingen zijn buizen 7 en 8 gestoken waar doorheen een wapeningsstaaf kan worden ingebracht. Dit is aangegeven bij 9·

Wanneer het boorgat op de gewenste diepte is gebracht 10 zoals aangegeven in fig. 1, worden door de buizen 7 en 8 en eventuele andere buizen staven 9 aangebracht, waarna de boor zonder rotatie wordt teruggetrokken met achterlating van de staven in het gat, dat tegelijkertijd wordt opgevuld door via de slang 5 en de holle kern 4 beton onder in het gat toe te voeren. 15

In plaats van buizen is het ook mogelijk de schroefbladen te voorzien van uitsparingen 10, of van gaten 11. Hierin zijn tijdens het boren staven aanwezig en bij voorkeur zijn dit de wapeningsstaven, die bij het terugtrekken van de boor in het gat achterblijven. 20

De buizen kunnen aan het ondereind door bijvoorbeeld een prop gesloten zijn, welke prop door de staven wordt verwijderd.

Het is nu mogelijk staven aan te brengen die schoon zijn, dat wil zeggen niet met grond vervuild, hetgeen de aanhechting ten goede komt. 25

Verder is het mogelijk om via de buizen te sonderen ter controle van de veronderstelde draagkracht van de bodem van het boorgat.

78 1 20 8 4 «

Claims

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een gewapende betonnen paal in de grond, waarbij een holle schroefboor in de grond wordt geschroefd en tegelijk met het terugbewegen van de boor via de holle kern van de boor beton in het boorgaat wordt 5 gebracht en in het beton wapeningsstaven worden aangebracht, met het kenmerk, dat bij het boren gebruik wordt gemaakt van een boor, die in de schroefbladen is voorzien van meerdere, in lijn met elkaar liggende, openingen of uitsparingen en tijdens het boren door elke reeks openingen of uitsparingen 10 een staaf of buis steekt, waarbij tijdens het zonder rotatie terugtrekken van de boor en het inbrengen van het beton, de vóór het terugtrekken in het tracé van de staven, respectievelijk door de buizen aangebrachts, staven in het boorgat achterblijven. .

2. Werkwijze volgens conclusie 1, m e t het ken- 15 merk, dat de staven wapeningsstaven zijn.

3· Boor voor het toepassen van de werkwijze volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, dat de bladen zijn voorzien van in lijn met elkaar liggende openingen of uitsparingen. * 20

4· Boor volgens conclusie 3, m e t het kenmerk dat in de in lijn liggende openingen of uitsparingen aan de bladen van de boor bevestigde buizen zijn aangebracht, die evenwijdig aan de hartlijn van de boor verlopen. 78 1 2 0 8 4