NL2021801B1

NL2021801B1 - Fall pipe system

Info

Publication number: NL2021801B1
Application number: NL2021801A
Authority: NL
Inventors: Maarten Van Der Zee Alexander
Original assignee: Ihc Holland Ie Bv
Priority date: 2018-10-12
Filing date: 2018-10-12
Publication date: 2020-05-13
Also published as: WO2020076157A2; WO2020076157A3

Claims

1. Valpijpsysteem (1) voor het plaatsen van stenen op een zeebodem vanaf een zeevaartuig, waarbij het valpijpsysteem omvat:

een opwindbaar langwerpige steunorgaan (13), ingericht om te worden neergelaten uit het vaartuig naar de zeebodem;

een aantal pijpsegmenten (12), waarbij ten minste één pijpsegment een ophangsysteem omvat voor het losneembaar verbinden van het pijpsegment met het langwerpige steunorgaan;

een opslagrek (11), ingericht voor het opslaan van de veelheid van pijpsegmenten; en een transportsysteem (27) voor het afzonderlijk transporteren van pijpsegmenten vanuit een eerste positie waarin zij zijn opgeslagen in het opslagrek terwijl ze afzonderlijk losgekoppeld zijn van het langwerpige steunorgaan naar een tweede positie waarin zij zijn verbonden met het langwerpige steunorgaan via het ophangsysteem.

2. Valpijpsysteem volgens conclusie 1, waarbij het ophangsysteem een bevestigingsorgaan (20) omvat, bij voorkeur aan een bovenrand van het pijpsegment, en waarbij het bevestigingsorgaan is ingericht om aan te grijpen op het langwerpige steunorgaan teneinde het pijpsegment losneembaar daaraan te verbinden.

3. Valpijpsysteem volgens conclusie 2, waarbij het bevestigingsorgaan op een vormgesloten wijze met het langwerpige steunorgaan aangrijpt.

4. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende twee langwerpige steunorganen, beide ingericht om naar beneden te worden neergelaten vanaf het vaartuig naar de zeebodem; en waarbij het ophangsysteem twee bevestigingsorganen omvat diametraal aan beide zijden van het pijpsegment, waarbij de bevestigingsdelen zijn ingericht om aan te grijpen op het langwerpige steunorgaan teneinde het pijpsegment losneembaar daaraan te verbinden.

5. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende een koppelwiel en waarbij het langwerpige steunorgaan vanaf het koppelwiel naar beneden is geleid, en waarbij het ophangsysteem is ingericht om aan te grijpen met het langwerpige steunorgaan bij het koppelwiel.

6. Valpijpsysteem volgens conclusie 5, waarbij het koppelwiel is ingericht om ten minste een deel van het langwerpige steunorgaan te leiden, en waarbij het koppelwiel ten minste één holte (37) omvat waarin tenminste een deel van het ophangsysteem, bij voorkeur tenminste een deel van een bevestigingsorgaan van het ophangsysteem, kan worden ondergebracht.

7. Valpijpsysteem volgens een van de conclusies 5 - 6, waarbij het transportsysteem ten minste één slede omvat, ingericht om een pijpsegment te houden en een pijpsegment van het opslagrek naar het koppelwiel te transporteren.

8. Valpijpsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het opslagrek een klemsysteem omvat, ingericht om een stapel pijpsegmenten te houden, bij voorkeur ingericht om een onderste pijpsegment van een stapel pijpsegmenten te houden.

9. Valpijpsysteem volgens conclusie 8, waarbij het klemsysteem een statische klemsectie omvat om het grootste deel van de stapel pijpsegmenten te houden en een dynamische klemsectie ingericht om het onderste pijpsegment te houden of vrij te geven in of vanaf de eerste positie in het opslagrek.

10. Valpijpsysteem volgens conclusie 9, waarbij de dynamische klemsectie het transportsysteem vormt of daarvan deel uitmaakt en verplaatsbaar is teneinde een pijpsegment tussen de eerste positie en de tweede positie te transporteren.

11. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de pijpsegmenten taps zijn, en waarbij de pijpsegmenten worden opgeslagen terwijl ze gedeeltelijk in elkaar zijn ondergebracht, bij voorkeur voor ten minste 80% van de hoogte van de pijpsegmenten, meer bij voorkeur voor minstens 90% van de hoogte van de pijpsegmenten.

12. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het opslagrek verticaal boven het langwerpige steunorgaan is aangebracht.

13. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het opslagrek modulaire opslagrekdelen omvat die zijn ingericht om een stapel pijpsegmenten op te nemen.

14. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het drijfvermogen van een pijpsegment instelbaar is zoals vereist voor een gebruiksgeval, waarbij in het bijzonder de pijpsegmenten in hoofdzaak neutraal drijfvermogen hebben.

15. Valpijpsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende ballast aan een ondereinde van het langwerpig steunorgaan.

16. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende een ROV aan een ondereinde van het langwerpige steunorgaan.

17. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende een stijve valpijp, opgeslagen langs het opslagrek en ingericht om te worden neergelaten in water en om, terwijl in een hellende oriëntatie, stenen op de zeebodem te plaatsen.

18. Valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende een vergrendelsysteem voor het zodanig vergrendelen van het langwerpige steunorgaan dat een verticale lengte van het langwerpige steunorgaan is gefixeerd.

19.

Zeevaartuig dat een valpijpsysteem omvat volgens een van de voorgaande conclusies.

20. Pijpsegment voor gebruik in het valpijpsysteem volgens een van de conclusies 1-18.

21. Werkwijze voor het vormen van een reeks pijpsegmenten met behulp van een valpijpsysteem volgens een van de voorgaande conclusies 1-18, omvattende het verschaffen van een opwindbaar langwerpig steunorgaan dat zich naar beneden uitstrekt vanaf een koppelwiel;

verder omvattende meerdere keren de volgende stappen:

het verschaffen van een enkel pijpsegment, omvattend een ophangsysteem; transporteren van het pijpsegment van een opslagrek naar het langwerpig steunorgaan; losneembaar bevestigen van het pijpsegment aan het langwerpige steunorgaan onder gebruikmaking van het ophangsysteem.

22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij het ophangsysteem een bevestigingsorgaan omvat, en waarbij de stap van het losneembaar bevestigen van het pijpsegment aan het langwerpige steunorgaan met behulp van het ophangsysteem het uitvoeren van een wederzijds bewegingspatroon van het bevestigingsorgaan en ten minste een deel van het langwerpige steunorgaan omvat, waarbij het bewegingspatroon het kantelen omvat van ten minste een deel van het langwerpig steunorgaan ten opzichte van het bevestigingsorgaan.

23. De werkwijze volgens conclusie 22, waarbij het valpijpsysteem een koppelwiel omvat met een wiel-rotatieas, waarbij het bewegingspatroon kantelen omvat van ten minste een gedeelte van het langwerpige orgaan rond de wiel-rotatieas.

24. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies 21-23, waarbij het verschaffen van een langwerpig steunorgaan het verschaffen van twee langwerpige steunorganen omvat, die zich beide naar beneden uitstrekken vanaf een koppelwiel, en waarbij het ophangsysteem twee bevestigingsorganen omvat;

waarbij het losneembaar bevestigen van het pijpsegment aan het langwerpige steunorgaan omvat het losneembaar bevestigen van de bevestigingsorganen aan de langwerpige steunorganen.

25. Werkwijze voor het plaatsen van stenen op de zeebodem vanaf een zeevaartuig, waarbij de werkwijze omvat de werkwijze voor het vormen van een reeks van pijpsegmenten volgens een van de voorgaande conclusies 21-24, waarbij de langwerpige steunorganen zich neerwaarts uitstrekken vanaf koppelwielen; verder omvattend: het neerlaten van de reeks pijpsegmenten naarde zeebodem; het op de zeebodem afzetten van stenen door de reeks pijpsegmenten.