NL2003282C2

NL2003282C2 - STRIP AND METHOD FOR FORMING A RIBBLE ON A PAVEMENT AND PAVEMENT ELEMENT WITH SUCH A STRIP.

Info

Publication number: NL2003282C2
Application number: NL2003282A
Authority: NL
Inventors: Tjeerd-Dirk Zee; Jan Matel
Original assignee: Concrelit Betonind Bv
Priority date: 2009-07-24
Filing date: 2009-07-24
Publication date: 2011-01-25

Description

P88925NL00P88925NL00

Korte aanduiding: Strip en werkwijze voor het vormen van een ribbel op een bestrating en bestratingselement met een dergelijke stripBrief indication: Strip and method for forming a ridge on a pavement and paving element with such a strip

GEBIED EN ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGFIELD AND BACKGROUND OF THE INVENTION

De uitvinding heeft betrekking op een strip en een werkwijze voor het vormen van een geleidingsribbel op een bestrating, voor de geleiding 5 van blinden en slechtzienden en op een bestratingselement met een dergelijke strip.The invention relates to a strip and a method for forming a guide rib on a pavement, for guiding blind and partially sighted people, and to a paving element with such a strip.

Dergelijke strips zijn uit de praktijk bekend in twee vormen. Ten eerste strips die integraal met een bestratingselement gevormde ribbels vormen en, ten tweede, strips uit epoxyhars en vulstof die stuksgewijs met 10 een geschikt geprofileerde spatel en een sjabloon op een bestrating worden aangebracht en door uitharden van het epoxyhars vormvast worden en aan het bestratinghechten.Such strips are known from practice in two forms. Firstly, strips which form ribs formed integrally with a paving element and, secondly, strips of epoxy resin and filler that are applied piece by piece to a pavement with a suitably profiled spatula and a template and become dimensionally stable by curing the epoxy resin and adhere to the pavement.

Blinden en slechtzienden gebruiken door een aantal ribbels naast elkaar gevormde looplijnen door een lichte stok van ca. 1,5 m lang voor zich 15 uit heen en weer te zwaaien, waarbij het vrije uiteinde van de stok in een richting dwars op de ribbels over de ribbels strijkt. Aldus kan gevoeld worden of men zich evenwijdig aan de looplijnen voortbeweegt. Om verwarring tegen te gaan zijn richtlijnen opgesteld die specificaties bevatten wat betreft de maten, vormen en plaatsingen van de looplijnen. Voor 20 integraal meegevormde ribbels wordt in Nederland bijvoorbeeld een hoogte van 5 mm voor normale bestrating en een hoogte van 2,5 mm voor gladde bestrating voorgeschreven, beide bij een ribbelbreedte van 10 mm en een hart op hart steek loodrecht op de ribbels van 45 mm. Voor opgebrachte ribbels uit epoxy is de voorgeschreven hoogte 2,5 mm bij een ribbelbreedte 25 van 10 mm en een hart op hart steek loodrecht op de ribbels van 60 mm. Voor ten opzichte van het bestratingsoppervlak verdiept liggende groeven waartussen ribbels met een bovenzijde gelijk aan het bestratingsoppervlak gelaten zijn bedraagt de voorgeschreven hoogte van de ribbels 2,5 mm bij 2003282 2 een ribbelbreedte van 20 mm en een hart op hart steek loodrecht op de ribbels van 60 mm.Blind and visually impaired people use a number of ridges next to each other to form loops by swinging a light pole about 1.5 m long in front of them, with the free end of the pole in a direction transverse to the ridges across the ribs strokes. It can thus be felt whether people are moving parallel to the running lines. In order to prevent confusion, guidelines have been drawn up that contain specifications with regard to the dimensions, shapes and placement of the running lines. For 20 integrally formed ridges, for example, a height of 5 mm for normal pavement and a height of 2.5 mm for smooth pavement are prescribed in the Netherlands, both with a ridge width of 10 mm and a center to center perpendicular to the ridges of 45 mm. . For applied ridges made of epoxy, the prescribed height is 2.5 mm with a ridged width of 10 mm and a center to center perpendicular to the ridges of 60 mm. For grooves recessed relative to the pavement surface, between which ridges with an upper side equal to the pavement surface have been left, the prescribed height of the ridges is 2.5 mm at 2003282 2, a ridging width of 20 mm and a center to center perpendicular to the ridges of 60 mm.

Behalve met een stok kunnen de ribbels ook met de voet gevoeld worden. Daarnaast is het zowel voor blinden en slechtzienden als voor 5 andere passanten van belang, dat de ribbels op zichzelf geen gevaar vormen door een verhoogd gevaar van struikelen of uitglijden en het loopcomfort niet al te nadelig beïnvloeden.In addition to a stick, the ridges can also be felt with the foot. In addition, it is important for blind and visually impaired people as well as for other passers-by that the ridges do not in themselves pose a danger due to an increased risk of tripping or slipping and that they do not adversely affect walking comfort.

Een bezwaar van de integraal met bestratingselementen gevormde ribbels is, dat het aan brengen van de ribbels het opbreken van de 10 bestrating en het vervangen van bestratingselementen zoals tegels vergt.A drawback of the ridges formed integrally with paving elements is that arranging the ridges requires breaking up the paving and replacing paving elements such as tiles.

Daarnaast vormen de tegels voorzien van ribbels vormelementen die voor de zichtbaarheid bij voorkeur contrasteren ten opzichte van naastgelegen bestrating. Dit doet in veel gevallen echter afbreuk aan de aantrekkelijkheid van het uiterlijk van de bestrating als geheel.In addition, the tiles provided with ridges form forming elements which, for visibility, preferably contrast with respect to adjacent pavement. In many cases, however, this detracts from the attractiveness of the appearance of the pavement as a whole.

15 Aan strips van epoxyhars kleven deze bezwaren niet. Dergelijke ribbels kunnen op bestaande bestratingsoppervlakken aangebracht worden zonder de bestrating op te breken. Doordat het bestratingsoppervlak tussen de ribbels hetzelfde is als het bestratingsoppervlak naast de looplijnen wordt het uiterlijk van de bestrating weinig verstoord, terwijl door een 20 geschikte, ten opzichte van naastgelegen bestrating contrasterende kleurstelling voor de ribbels, toch een goede zichtbaarheid van de ribbels verkregen kan worden. Het aanbrengen van de ribbels uit epoxy is echter een ambachtelijk proces, waarbij het eindresultaat sterk afhankelijk is van de vaardigheden van de persoon die dit uitvoert en het aanbrengen van de 25 epoxy alleen goed mogelijk is op droge bestrating en bij voldoende hoge temperatuur om het epoxy uit te laten harden. Tenslotte dient een gebied waar dergelijke strips uit epoxy aangebracht worden relatief lang afgezet te worden, in afwachting van uitharding van het epoxy.Epoxy resin strips do not have these drawbacks. Such ridges can be applied to existing pavement surfaces without breaking up the pavement. Because the pavement surface between the ridges is the same as the pavement surface next to the running lines, the appearance of the pavement is little disturbed, while a good visibility of the ridges can nevertheless be obtained by a suitable color contrast to the adjacent pavement. . The application of the ridges from epoxy is, however, a traditional process, in which the end result is highly dependent on the skills of the person performing this and the application of the epoxy is only possible on dry paving and at a sufficiently high temperature around the epoxy. to harden. Finally, an area where such epoxy strips are applied should be deposited for a relatively long time, pending curing of the epoxy.

33

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

Het is een doel van de uitvinding een oplossing te verschaffen die het mogelijk maakt bestratingen op een goedkopere, sneller beloopbare 5 manier te voorzien van ribbels voor de geleiding van blinden en slechtzienden, welke ribbels het bestaande uiterlijk van de bestrating weinig verstoren, waarbij op eenvoudige wijze een accurate positionering van de strip in zijn lengterichting wordt verkregen.It is an object of the invention to provide a solution which makes it possible to provide pavements with guidance for guiding blind and visually impaired people in a cheaper, faster walkable manner, which ridges cause little disturbance to the existing appearance of the pavement, accurate positioning of the strip in its longitudinal direction is obtained.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door een strip volgens 10 conclusie 1 te verschaffen. De uitvinding kan tevens zijn belichaamd in een bestratingselement volgens conclusie 9 en in een werkwijze volgens conclusie 12.This object is achieved according to the invention by providing a strip according to claim 1. The invention can also be embodied in a paving element according to claim 9 and in a method according to claim 12.

Deze cirkelsectorvormige contour correspondeert met een, gezien in zijaanzicht loodrecht op een vlak van rotatie, cirkelvormige baan van een 15 roterend zaag-, frees- of slijporgaan, waarlangs snijkanten materiaal afnemen bij het zagen, frezen of slijpen van de sleuf en die de vorm van het uiteinde van de sleuf bepaalt. Doordat de uiteinden van het verankeringsgedeelte in lengterichting aanliggend tegen de cirkelsectorvormige eindgedeeltes van de boden van de sleuf worden 20 geplaatst, wordt op eenvoudige wijze een accurate positionering van de strip in zijn lengterichting verkregen, zonder dat daartoe speciale maatregelen, zoals nabewerken van de sleuf of het vormen van positioneringsuitsparingen nodig zijn.This circular sectoral contour corresponds to a circular path of a rotating saw, milling or grinding member, viewed in side view perpendicular to a plane of rotation, along which cutting edges take material when sawing, milling or grinding the slot and which have the shape of determine the end of the slot. Because the ends of the anchoring part are placed in longitudinal direction against the circular sector-shaped end parts of the bottoms of the slot, accurate positioning of the strip in its longitudinal direction is obtained in a simple manner, without special measures such as post-processing of the slot or forming positioning recesses are needed.

Bijzondere uitvoeringsaspecten van de uitvinding zijn neergelegd 25 in de afhankelijke conclusies.Particular embodiments of the invention are laid down in the dependent claims.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

Fig. 1 is een bovenaanzicht van een helft van een voorbeeld van 30 strip volgens de uitvinding; 4 fig. 2 is een zijaanzicht in doorsnede volgens de lijn II-II van een bestrating met daarin (niet in doorsnede weergegeven) de helft van de strip getoond in fig. 1; fig. 3 is een onderaanzicht van de helft van de strip getoond in fign.FIG. 1 is a top view of one half of an example strip according to the invention; Fig. 2 is a sectional side view along the line II-II of a pavement containing (not shown in section) half of the strip shown in Fig. 1; Fig. 3 is a bottom view of half the strip shown in Figs.

5 1 en 2; fig. 4 is een ten opzichte van de fign. 1-3 vergrote weergave van een bestrating in doorsnede met daarin, in kops aanzicht weergegeven, de strip volgens fign. 1-3; fig. 5 is een perspectivisch aanzicht van een eindgedeelte van de 10 strip volgens de fign. 1-4; en fig. 6 is een bovenaanzicht van een voorbeeld van een stel bestratingselementen met strips volgens de uitvinding.5 1 and 2; Fig. 4 is a view relative to Figs. 1-3 an enlarged view of a pavement in section with, in end view, the strip according to Figs. 1-3; Fig. 5 is a perspective view of an end portion of the strip according to Figs. 1-4; and Fig. 6 is a top view of an example of a set of paving elements with strips according to the invention.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVINGDETAILED DESCRIPTION

1515

Navolgend wordt een in de fign. 1-5 getoond voorbeeld van een strip 1 volgens de uitvinding beschreven. In de fign. 1-3 is alleen een helft van de strip 1 weergegeven. De niet weergegeven helft is spiegelbeeldig identiek aan de weergegeven helft.Next is one in the figure. 1-5 of an example of a strip 1 according to the invention. In the figures. 1-3, only one half of the strip 1 is shown. The half not shown is mirror image identical to the half shown.

20 De voorgestelde strip 1 is bestemd voor bevestiging aan een bestratingselement 2, zoals een standaard trottoirtegel van 30 x 30 cm (zie fig. 6) in een patroon van meerdere (bijvoorbeeld vijf of tien) strips naast elkaar die een looplijn vormen die een blinde of slechtziende kan aftasten met een aftaststok en/of de voeten, ter indicatie dat bijvoorbeeld een trottoir 25 of een looproute over een plein of door een station wordt gevolgd. Het bestratingselement kan een modulair bestratingselement zoals genoemde trottoirtegel zijn, maar het kan ook een speciaal prefab bestratingselement of een in-situ gevormd bestratingselement, zoals een stuk in-situ gestort beton, een in-situ aangelegde baan asfalt of een in-situ op maat gezaagd 30 stuk natuursteen zijn.The proposed strip 1 is intended for attachment to a paving element 2, such as a standard pavement tile of 30 x 30 cm (see Fig. 6) in a pattern of several (for example five or ten) strips next to each other that form a running line that forms a blind or visually impaired can scan with a scanning stick and / or the feet, as an indication that for example a sidewalk 25 or a walking route over a square or through a station is followed. The paving element can be a modular paving element such as said pavement tile, but it can also be a special prefab paving element or an in-situ formed paving element, such as a piece of in-situ poured concrete, an in-situ asphalted track or a custom-made in-situ sawn 30 piece of natural stone.

55

De strip 1 volgens het voorgestelde voorbeeld heeft een langwerpig ribbelgedeelte 3 met een breedte a (zie fig. 4), voor het vormen van een ribbel op een bestratingsoppervlak 4 (zie fign 2 en 4) en een vanaf een onderzijde 5 van het ribbelgedeelte 3 uitstekende, verankeringsstructuur 6 5 die binnen een langwerpig profiel evenwijdig aan het ribbelgedeelte 3 ligt.The strip 1 according to the proposed example has an elongated rib portion 3 with a width a (see Fig. 4), for forming a rib on a paving surface 4 (see Figs. 2 and 4) and one from a lower side 5 of the rib portion 3 protruding anchoring structure 6 which lies within an elongated profile parallel to the ridge portion 3.

In dwarsdoorsnede gezien heeft het dwarsoorsnedeprofiel waarbinnen de verankeringsstructuur 6 ligt een breedte b (zie fig. 4) kleiner dan genoemde de breedte a van het ribbelgedeelte.Viewed in cross-section, the cross-sectional profile within which the anchoring structure 6 lies has a width b (see Fig. 4) smaller than said width a of the ridge portion.

Door een voorgevormde profielstrip met een verankeringsstructuur 10 toe te passen, kunnen kant en klare ribbels op eenvoudige manier worden verankerd door sleuven in bestaande bestrating aan te brengen en de verankeringsstructuur daarin te verankeren.By applying a preformed profile strip with an anchoring structure 10, ready-made ridges can be anchored in a simple manner by providing slots in existing pavement and anchoring the anchoring structure therein.

Het aanbrengen van geleidingsribbels voor blinden en slechtzienden kan volgens de uitvinding bijvoorbeeld uitgevoerd worden 15 door het zagen, frezen of slijpen van een sleuf 7 in het bestratingsoppervlak 4, in welke sleuf 7 de verankeringsstructuur 6 past. Deze passing kan met speling zijn, maar voor een nauwkeurige positionering en voor het vasthouden van de verankeringsstructuur 6 geniet het de voorkeur indien dit klemmend in de sleuf 6 past.According to the invention, the provision of guide ribs for the blind and visually impaired can be carried out by sawing, milling or grinding a slot 7 in the pavement surface 4, into which slot 7 the anchoring structure 6 fits. This fit can be with play, but for accurate positioning and for holding the anchoring structure 6 it is preferable if it fits snugly into the slot 6.

20 Tenslotte wordt de verankeringsstructuur 6 in de sleuf 7 verankerd. Dit kan gebeuren middels een klem- of vormpassing, maar voor een betrouwbare bevestiging en vermijding van vorstschade door bevriezen van water in de sleuf geniet een verankering door uitharden van lijm of kit in de sleuf 7 de voorkeur.Finally, the anchoring structure 6 is anchored in the slot 7. This can be done by means of a clamp or form fit, but for a reliable attachment and avoidance of frost damage by freezing water in the trench, anchoring by curing glue or sealant in the trench 7 is preferable.

25 Aldus kan bijvoorbeeld een bestratingselement 2 als getoond in fig.Thus, for example, a paving element 2 as shown in FIG.

6 worden verkregen dat is voorzien van ribbels die elk worden gevormd door een ribbelgedeelte 3 van de voorgestelde strip 1 en van sleuven 7 waarin de verankeringsstructuren 6 van de strips 1 zijn verankerd. De sleuven 7 worden bij voorkeur simultaan aangebracht met behulp van een zaag, frees 30 of slijper met een aantal schijven, welke schijven met een onderlinge steek 6 in axiale richting op een as zijn gemonteerd, welke steek overeen stemt met de beoogde steek tussen opeenvolgende sleuven.6 that are provided with ridges each formed by a ridged portion 3 of the proposed strip 1 and with slots 7 in which the anchoring structures 6 of the strips 1 are anchored. The slots 7 are preferably arranged simultaneously with the aid of a saw, cutter 30 or grinder with a number of discs, which discs are mounted on an axis with a mutual pitch 6 in axial direction, which pitch corresponds to the intended pitch between successive slots .

Zoals het best te zien is in fig. 2, is de verankeringsstructuur volgens dit voorbeeld uitgevoerd als een ribvormig verankeringsgedeelte 6 5 met uiteinden die, gezien in zijaanzicht loodrecht op de lengterichting van het ribbelgedeelte 3, aan op een cirkelsectorvormige contour 8, waarvan een eerste uiteinde 9 aansluit op de onderzijde 5 van het ribbelgedeelte 3 en het andere uiteinde 10 in de lengterichting naar het andere uiteinde van het verankeringsgedeelte 6 is gericht. Deze cirkelsectorvormige contour 8 10 correspondeert met een, gezien in zijaanzicht loodrecht op een vlak van rotatie, cirkelvormige baan 11 van een roterend zaag-, frees- of slijporgaan, waarlangs snijkanten materiaal afnemen bij het zagen, frezen of slijpen van de sleuf 7 en die de vorm van het uiteinde van de sleuf 7 bepaalt. Doordat de uiteinden van het verankeringsgedeelte 6 in lengterichting aanliggend 15 tegen de cirkelsectorvormige eindgedeeltes van de boden van de sleuf 7 worden geplaatst, wordt op eenvoudige wijze een accurate positionering van de strip 1 in zijn lengterichting verkregen, zonder dat daartoe speciale maatregelen, zoals nabewerken van de sleuf 7 of het vormen van positioneringsuitsparingen nodig zijn.As can best be seen in Fig. 2, the anchoring structure according to this example is designed as a rib-shaped anchoring portion 6 with ends which, viewed in side view perpendicular to the longitudinal direction of the rib portion 3, meet a circular sector contour 8, a first of which end 9 connects to the underside 5 of the ridge portion 3 and the other end 10 is directed longitudinally to the other end of the anchoring portion 6. This circular sector contour 8 corresponds to a circular path 11 of a rotating saw, milling or grinding member, viewed in side view perpendicular to a plane of rotation, along which cutting edges take material when sawing, milling or grinding the slot 7 and which determines the shape of the end of the slot 7. Because the ends of the anchoring part 6 are placed longitudinally adjacent to the circular sector-shaped end parts of the bottoms of the slot 7, accurate positioning of the strip 1 in its longitudinal direction is obtained in a simple manner, without special measures, such as finishing of the slot 7 or forming positioning recesses are needed.

20 Bovendien hebben de uiteinden van het verankeringsgedeelte 6, eveneens gezien in zijaanzicht loodrecht op de lengterichting, een vorm die overeenkomt met deze cirkelsectorvormige contour 8. Hierdoor sluiten de eindgedeeltes van het verankeringsgedeelte 6 nauwkeurig passend aan op de eindgedeeltes van de sleuf 7, zodat tegen wordt gegaan dat restruimtes 25 overblijven waarin zodanige volumes water kunnen blijven staan dat bij bevriezing gevaar van schade door uitzetten van het water ontstaat.Moreover, the ends of the anchoring part 6, also viewed in side view perpendicular to the longitudinal direction, have a shape corresponding to this circular sector contour 8. As a result, the end parts of the anchoring part 6 fit accurately to the end parts of the slot 7, so that against it is assumed that residual spaces will remain in which volumes of water can remain in such a way that, when freezing, there is a risk of damage due to expansion of the water.

Door de cirkelsectorvormige contour 8 van de eindgedeeltes van het verankeringsgedeelte 6 sluiten deze na plaatsing, eventueel met enige speling voor het opvangen van toleranties, aan op de cirkelsectorvormige 30 eindgedeeltes van de boden van de sleuf 7 zodat ook in het gebied van de 7 uiteinden van de verankeringsgedeeltes 6 een spleet met een ongeveer constante, geringe dikte tussen het verankeringsgedeelte 6 en de sleuf resteert. Als het verankeren van het verankeringsgedeelte 6 in de sleuf 7 geschiedt door het in de sleuf 7 aanbrengen van lijm of kit en het na 5 plaatsing van het verankeringsgedeelte 6 in de sleuf 7 laten uitharden van de lijm of kit biedt dit het voordeel, dat de lijm effectief wordt verdeeld en een vulling van de restruimte tussen het verankeringsgedeelte 6 en de sleuf 7 betrouwbaar wordt gewaarborgd. De in de sleuf 7 aangebrachte lijm of kit van het spleetvullende type wordt voor een belangrijk gedeelte door het 10 verankeringsgedeelte verdrongen en verdeelt zich daarbij over relatief grote afstand, zodat de spleet tussen het verankeringsorgaan 6 en de sleuf 7 betrouwbaar gevuld wordt. Dit is op zijn beurt voordelig voor het tegengaan van het binnendringen van water in de sleuf alsook voor een betrouwbare hechting van het verankeringsgedeelte 6 middels de lijm of kit aan wanden 15 van de sleuf 7. De speling voor het opvangen van toleranties op de lengte van de strip en de lengte en diepte van de sleuf kan bijvoorbeeld maximaal 1, 2 of 3 mm aan één kant of aan elke kant bedragen.Due to the circular sector contour 8 of the end sections of the anchoring section 6, these, after placement, possibly with some play to accommodate tolerances, connect to the circular sector end sections of the bottoms of the slot 7 so that also in the region of the 7 ends of the anchoring portions 6 leave a gap with an approximately constant, small thickness between the anchoring portion 6 and the slot. If the anchoring part 6 is anchored in the slot 7 by applying glue or sealant and allowing the glue or sealant to cure after placing the anchoring part 6 in the slot 7, this offers the advantage that the glue is effectively distributed and a filling of the residual space between the anchoring part 6 and the slot 7 is reliably ensured. The glue or kit of the gap-filling type provided in the slot 7 is displaced to a large extent by the anchoring part and thereby distributes itself over a relatively large distance, so that the gap between the anchoring member 6 and the slot 7 is reliably filled. This in turn is advantageous for preventing water from penetrating into the slot as well as for a reliable adhesion of the anchoring part 6 by means of the glue or sealant to walls 15 of the slot 7. The play for absorbing tolerances along the length of for example, the strip and the length and depth of the slot can be a maximum of 1, 2 or 3 mm on one side or on each side.

Voor een goede beheersing van de verdeling van de lijm of kit is het verdere voordelig, dat het verankeringsgedeelte 6 een constante breedte c 20 (zie fig. 4) heeft met uitzondering van de grotere breedte b ter plaatse van in de lengterichting verdeelde afstandshouders 12 die in dwarsrichting uitsteken ten opzichte van het gedeelte met een constante breedte. Doordat de afstandhouders 12, die bijvoorbeeld 0,5 tot 0,9 mm dik kunnen zijn, steeds een restspleet met ten minste een bepaalde minimale, ongeveer met 25 de dikte van de afstandshouder 12 overeenkomende dikte waarborgen, wordt de relatieve variatie tussen de in de praktijk voorkomende maximale en minimale spleetdikte beperkt. Hierdoor wordt eveneens de variatie in de afstand waarover de lijm bij het plaatsen van de strip 1 wordt verdrongen beperkt, zodat enerzijds het over laten van niet met lijm of kit gevulde 30 spleetgedeeltes wordt tegengegaan en anderzijds wordt tegengaan dat 8 tussen de strip 1 en de bestrating 2 weggedrukte, overtollige lijm of kit naast de ribbelgedeeltes 3 in het zicht verschijnt.For a good control of the distribution of the adhesive or sealant, it is furthermore advantageous that the anchoring part 6 has a constant width c (see Fig. 4) with the exception of the larger width b at the location of longitudinally spaced spacers 12 which protrude transversely with respect to the part with a constant width. Because the spacers 12, which can be, for example, 0.5 to 0.9 mm thick, always guarantee a residual gap with at least a certain minimum thickness, which corresponds approximately to the thickness of the spacer 12, the relative variation between the limited maximum and minimum gap thickness. This also limits the variation in the distance over which the glue is displaced when placing the strip 1, so that on the one hand the leaving of gap portions not filled with glue or sealant is prevented and on the other hand it is prevented that 8 between the strip 1 and the paving 2 pressed away, surplus glue or sealant appears next to the ridge sections 3.

Zoals het best te zien is in de fign. 3 en 4 is telkens tussen twee afstandhouders 12 die aan weerszijden van het verankeringsgedeelte 6 5 tegenover elkaar liggen een uitsparing in het verankeringsgedeelte 6 vrij gelaten. Hierdoor kunnen de afstandhouders 12 relatief gemakkelijk ingedrukt worden, waardoor de maximale breedte van het verankeringsgedeelte 6 zich kan aanpassen aan de breedte van de sleuf 7 en over een relatief groot tolerantiegebied van de breedte van de sleuf 7 en het 10 verankeringsgedeelte 6 een klempassing kan worden verkregen. Een dergelijke klempassing is onder meer voordelig om geplaatste strippen 1 op hun plaats te houden zolang de lijm nog niet is uitgehard.As can best be seen in the figures. 3 and 4, each time between two spacers 12 which are opposite each other on either side of the anchoring part 6, a recess in the anchoring part 6 is left clear. The spacers 12 can hereby be pressed in relatively easily, whereby the maximum width of the anchoring part 6 can adapt to the width of the slot 7 and can become a clamp fit over a relatively large tolerance range of the width of the slot 7 and the anchoring part 6. obtained. Such a clamp fit is, inter alia, advantageous to keep placed strips 1 in place as long as the glue has not yet hardened.

De strippen 1 zijn bij voorkeur vervaardigd uit thermoplastisch polyurethaan en de lijm of kit is bij voorkeur uit de groep hoge 15 adhesie kitten zoals gemodificeerd silyl (MS) polymeren of een epoxylijm.The strips 1 are preferably made from thermoplastic polyurethane and the glue or sealant is preferably from the group of high adhesion sealants such as modified silyl (MS) polymers or an epoxy glue.

Polyurethaan is goed door spuitgieten te verwerken, niet al te glad, ook bij lage temperaturen slagvast en door adhesieve hechting te bevestigen. MS polymeren en epoxylijm bieden als voordelen een grote watervastheid, duurzaamheid en goed spleetvullend en doordringend vermogen. Bovendien 20 schuimt epoxylijm bij uitharden niet op, zodat het eindvolume goed beheersbaar is en geen holtes ontstaan.Polyurethane is easy to process by injection molding, not too smooth, also impact-resistant at low temperatures and by attaching adhesive adhesion. MS polymers and epoxy glue offer the advantages of high water resistance, durability and good gap filling and penetrating capacity. Moreover, epoxy glue does not foam on curing, so that the final volume is well controllable and no cavities are created.

De uiteinden van het ribbelgedeelte 3 steken op afstand voorbij uiteinden van het verankeringsgedeelte 6 uit. Hierdoor kan ook nog een volume aan lijm of kit dat bij het plaatsen van de strip 1 voorbij de 25 uiteinden van de sleuf 7 uit de sleuf wordt verdrongen uit het zicht worden gehouden en wordt voorkomen dat na plaatsing van de strip 1 het uiteinde van de sleuf 7 in het zicht ligt.The ends of the corrugated section 3 protrude at a distance beyond the ends of the anchoring section 6. As a result, a volume of glue or sealant that is displaced from the slot 7 beyond the ends of the slot 7 when the strip 1 is placed can also be kept out of sight and it is prevented that after placing the strip 1 the end of the strip 1 is removed. slot 7 is in sight.

Het ribbelgedeelte 3 heeft een hoogst gelegen bovenoppervlak 14 heeft. Voor een goede aftastbaarheid van de geleidingsribbel is het van 30 belang, dat de hoogte van de ribbel over de gehele lengte constant is. Ter 9 beperking van het gevaar van uitglijden over de ribbels 1, vooral als deze nat zijn, is het echter wenselijk in de ribbels enig profiel aan te brengen, zodat extra weerstand tegen glijden over de ribbels wordt verschaft. Bij de strip 1 volgens het onderhavige voorbeeld is dit bereikt door in het 5 ribbelgedeelte 3 in lengterichting verdeelde, onderling op afstand van elkaar gelegen verdiepingen 15 uit te sparen. De verdiepingen 15 reiken van beide zijden van het bovenoppervlak 14 tot in het bovenoppervlak 14. Bij betreden van de ribbel met een schoenzool, die bij staan op een ribbel in de meeste gevallen vanaf het bestratingsoppervlak 4 schuin omhoog verlopend op de 10 ribbel steunt, komen dwars op de lengterichting van de ribbel gerichte randen van de verdiepingen 15 in contact met de schoenzool en gaan daardoor glijden van de schoenzool in lengterichting van de ribbel tegen. De verdiepingen 15 laten daarbij passages over het bovenoppervlak 14 langs die verdiepingen 15 vrij, waardoor het bovenoppervlak 14, in zijaanzicht 15 loodrecht op de lengterichting gezien, een enkele rechte lijn van nabij een eerste uiteinde van de strip tot nabij het andere uiteinde van de strip vormt. Het ribbelgedeelte 3, en daarmee in geplaatste toestand de ribbel, heeft aldus over zijn lengte van nabij het ene uiteinde tot nabij het tegenovergelegen uiteinde een constante hoogte zonder onderbrekingen ter 20 plaatse van de aangebrachte verdiepingen 15. Het aftastgevoel bij aftasten van de ribbel met een taststok wordt aldus door de verdiepingen 15 niet significant beïnvloed.The ripple portion 3 has a top surface 14 located at its highest. For a good scanability of the guide rib it is important that the height of the rib is constant over the entire length. In order to limit the risk of slipping over the ridges 1, especially if they are wet, it is, however, desirable to provide some profile in the ridges, so that additional resistance to sliding over the ridges is provided. With the strip 1 according to the present example, this is achieved by saving recesses 15 spaced apart in the longitudinal direction in the ridge portion 3. The depressions 15 extend from both sides of the upper surface 14 into the upper surface 14. Upon entering the ridge with a shoe sole, which, when standing on a ridge, in most cases rests on the ridge running upwards obliquely from the pavement surface 4, edges of the recesses 15 which are oriented transversely to the longitudinal direction of the ridge and thereby prevent sliding of the shoe sole in the longitudinal direction of the ridge. The depressions 15 thereby leave passages across the upper surface 14 along those depressions 15, so that the upper surface 14, viewed in side view perpendicular to the longitudinal direction, a single straight line from near a first end of the strip to near the other end of the strip forms. The ripple portion 3, and therefore the rib in the placed state, thus has a constant height over its length from near the one end to near the opposite end at the location of the recesses 15 provided. the touch stick is thus not significantly affected by the floors 15.

De uitsparingen 15 hebben elk een bodem 17 die ten opzichte van de onderzijde 5 van het ribbelgedeelte 3 uitsluitend in één richting hellend 25 verloopt en een laagste punt ter plaatse van een uiteinde van de uitsparing 15 heeft. Hierdoor stroomt water vanzelf uit de verdiepingen 15 van een geplaatste ribbel. De verdiepingen 15 zijn aldus zelflozend, hetgeen gunstig is tegen op hopen van vuil in de verdiepingen 15.The recesses 15 each have a bottom 17 which, with respect to the underside 5 of the ridge portion 3, is inclined exclusively in one direction and has a lowest point at the end of the recess 15. As a result, water automatically flows from the floors 15 of a placed ridge. The floors 15 are thus self-draining, which is favorable against accumulation of dirt in the floors 15.

Het ribbelgedeelte 3 heeft in zijaanzicht loodrecht op genoemde 30 lengterichting gezien, vanaf uiteinden over ten minste een bovenste helft ïo ; ! van de hoogte hellend omhoog verlopende oppervlakken 18. Door deze hellende vlakken wordt tegengegaan dat wanneer men met een voet laag over het bestratingsoppervlak 4 beweegt de voet plotseling tegen een kops uiteinde van een ribbel kan stuiten, waardoor men zou kunnen struikelen.The ridge portion 3 has a side view perpendicular to said longitudinal direction, viewed from the ends over at least an upper half 10; ! surfaces 18 that slope upwards from the height 18. These inclined surfaces prevent that when one moves over the paving surface 4 with a foot layer, the foot can suddenly bump against a head end of a ridge, which could cause tripping.

5 Tevens wordt door de hellende oppervlakken 18 aan de uiteinden van de ribbelgedeeltes 3 voorkomen, dat door bijvoorbeeld bij rijden van voertuigen over de ribben, (machinaal) vegen van de straat of sneeuwruimen met een schuif of schep grote krachten op het uiteinde van de strip 1 worden uitgeoefend. Het risico van loslaten van de strip 1 door inwerking van 10 dergelijk krachten wordt aldus beperkt.The inclined surfaces 18 at the ends of the ridge sections 3 also prevent, for example when driving vehicles over the ribs, (mechanically) sweeping the road or clearing snow with a slide or scoop large forces on the end of the strip 1 are exercised. The risk of releasing the strip 1 due to the action of such forces is thus limited.

Het zal voor de deskundige duidelijk zijn, dat binnen het raamwerk van de uitvinding als neergelegd in de bijgaande conclusies nog vele andere uitvoeringsvormen dan de bij wijze van voorbeeld getoond strip 1 moge lijk zijn. Zo kan veerkracht tussen afstandhouders aan weerszijden van de 15 verankeringsstructuur ook bewerkstelbgd worden door de afstandhouders in lengterichting onderling versprongen te plaatsen. De onderrand van de verankeringsstructuur kan in plaats van de bodem van de sleuf volgend, ook gekarteld of golvend uitgevoerd zijn. In plaatse van of in aanvulling op de verdiepingen, kunnen ook uitsteeksels zijn aangebracht, al dan niet uit een 20 ander materiaal dan de rest van de strip om afslijten van de uitsteeksels tegen te gaan. In plaats van als een doorlopende ribbe, kan de verankeringsstructuur ook zijn uitgevoerd als een rij afzonderlijke, vanaf het ribbelgedeelte omlaag uitstekende verankeringselementen. De sleuf kan in plaats van door verwijdering van materiaal, zoals door slijpen, ook zijn 25 gevormd bij het vormen van het bestratingselement uit stortbaar materiaal zoals beton.It will be clear to a person skilled in the art that within the framework of the invention as laid down in the appended claims, many other embodiments than the strip 1 shown by way of example are possible. For example, spring force between spacers on either side of the anchoring structure can also be effected by placing the spacers staggered in the longitudinal direction. Instead of following the bottom of the slot, the lower edge of the anchoring structure can also be serrated or wavy. Instead of or in addition to the floors, protrusions may also be provided, whether or not from a material other than the rest of the strip, in order to prevent wear of the protrusions. Instead of as a continuous rib, the anchoring structure can also be designed as a row of individual anchoring elements projecting downward from the ridge portion. Instead of removing material, such as by grinding, the slot can also be formed when forming the paving element from pourable material such as concrete.

20032322003232

Claims

A strip for forming a guide rib for the blind and visually impaired, comprising an elongated rib portion (3) with a first width (a), for forming a rib on a paving surface (4) and one from an underside of the rib portion ( 3) protruding anchoring structure (6) located within a cross-sectional profile with a second width (b) smaller than said first width (a), wherein ends of the anchoring structure (6) are each, in side view perpendicular to said longitudinal direction, at least on a point touch a circular sector contour (8), a first end (9) of which connects to a bottom surface 10 (5) of the ridge portion (3) and the other end (10) spaced below said bottom surface (5) of in said longitudinal direction of the anchoring structure (6) faces the other end of the anchoring structure (6).

Strip according to claim 1, wherein the ends of the anchoring structure (6) each have, in side view perpendicular to said longitudinal direction, a circular sector contour (8).

3. Strip according to claim 1 or 2, wherein the ends of the ridge portion (3) protrude at a distance beyond the ends of the anchoring structure (6).

4. Strip as claimed in any of the foregoing claims, wherein the ridge portion (3) has a highest upper surface (14), wherein recesses (15) distributed in mutually longitudinally spaced-apart recesses (15) are recessed in the ridge portion (3), said depressions (15) extend from two sides into said upper surface (14), 2003282 and wherein said depressions (15) leave a path across said upper surface (14) along said depressions (15), so that said upper surface (14) is perpendicular in side view seen in said longitudinal direction, forms a single straight line from near a first end 5 of the strip (1) to near the other end of the strip (1).

5. Strip as claimed in claim 4, wherein the recesses (15) each have a bottom (17) which, with respect to the bottom surface (5) of the ridge portion (3), only slopes in one direction and a lowest point at the location of a end of the recess (15).

Strip as claimed in any of the foregoing claims, wherein the anchoring structure (6) has a constant width (c) and wherein spacers (12) distributed in said longitudinal direction extend transversely with respect to the section with a constant width (c) cross-sectional profile with a width (b) greater than said constant width (c).

7. Strip as claimed in any of the foregoing claims, wherein the ridge portion (3), viewed in side view perpendicular to said longitudinal direction, has surfaces (18) inclined upwards from ends over at least an upper half of the height.

8. Strip as claimed in any of the foregoing claims, manufactured from thermoplastic polyurethane.

9. Paving element provided with at least one strip (1) according to one of the preceding claims, wherein in at least one slot (7) in the paving element (2) the at least one anchoring structure (6) of the at least one strip (1) ) is anchored.

Paving element according to claim 9, wherein the anchoring structure (6) is adhered to walls of the slot (7) by means of a glue or sealant of the gap filling type. 5

The paving element according to claim 10, wherein the strip (1) is made from thermoplastic polyurethane and the glue or kit is a modified silyl polymer or an epoxy glue.

A method for applying a guide rib for blind and partially sighted people to a paved surface (4), comprising: providing a strip (1) comprising an elongated rib portion (3) having a first width (a) and a bottom surface (a) 5) anchoring structure (6) protruding from the ridge portion (3) located within a cross-sectional profile with a second width (b) smaller than said first width (a), sawing, milling or grinding a slot (7) in the pavement surface (4), into which slot (7) the anchoring structure (6) fits, and placing and anchoring the anchoring structure (6) in the slot (7).

13. Method as claimed in claim 12, wherein the slot (7) is formed by material removal by means of a rotary saw or milling member, whose cutting edges take material along a path with a side view perpendicular to the plane of rotation circular contour (8) and the slot a bottom having, in said side view transverse to the longitudinal direction of the slot, end portions extending in a circular sector and wherein ends of the anchoring structure (6) are placed longitudinally against said circular sector-shaped end portions of the bottoms of the slot (7).

14. Method as claimed in claim 13, wherein anchoring the anchoring structure (6) in the slot (7) is effected by applying glue or sealant in the slot (7) and after placing the anchoring structure (6) in the slot (7) curing the glue or sealant and wherein the anchoring structure (6) has ends with a, in side view transverse to the longitudinal direction of the strip, circular sector contour (8) which after placement, possibly with play, connect to the circle sector end portions of the bottoms of the slot (7). 2 0 0 3 2 82