[go: up one dir, main page]

NL2000139C2 - Hijsinrichting met overbelastingdetectie. - Google Patents

Hijsinrichting met overbelastingdetectie. Download PDF

Info

Publication number
NL2000139C2
NL2000139C2 NL2000139A NL2000139A NL2000139C2 NL 2000139 C2 NL2000139 C2 NL 2000139C2 NL 2000139 A NL2000139 A NL 2000139A NL 2000139 A NL2000139 A NL 2000139A NL 2000139 C2 NL2000139 C2 NL 2000139C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hoisting
indicator
force
indicator part
foregoing
Prior art date
Application number
NL2000139A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter Paul Alexander Berk
Original Assignee
Partners Voor Strategie & Man
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Partners Voor Strategie & Man filed Critical Partners Voor Strategie & Man
Priority to NL2000139A priority Critical patent/NL2000139C2/nl
Priority to PCT/NL2007/050345 priority patent/WO2008007961A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2000139C2 publication Critical patent/NL2000139C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66CCRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
    • B66C1/00Load-engaging elements or devices attached to lifting or lowering gear of cranes or adapted for connection therewith for transmitting lifting forces to articles or groups of articles
    • B66C1/10Load-engaging elements or devices attached to lifting or lowering gear of cranes or adapted for connection therewith for transmitting lifting forces to articles or groups of articles by mechanical means
    • B66C1/22Rigid members, e.g. L-shaped members, with parts engaging the under surface of the loads; Crane hooks
    • B66C1/34Crane hooks
    • B66C1/40Crane hooks formed or fitted with load measuring or indicating devices
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16GBELTS, CABLES, OR ROPES, PREDOMINANTLY USED FOR DRIVING PURPOSES; CHAINS; FITTINGS PREDOMINANTLY USED THEREFOR
    • F16G13/00Chains
    • F16G13/12Hauling- or hoisting-chains so called ornamental chains
    • F16G13/14Hauling- or hoisting-chains so called ornamental chains built up from readily-separable links
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01LMEASURING FORCE, STRESS, TORQUE, WORK, MECHANICAL POWER, MECHANICAL EFFICIENCY, OR FLUID PRESSURE
    • G01L5/00Apparatus for, or methods of, measuring force, work, mechanical power, or torque, specially adapted for specific purposes
    • G01L5/04Apparatus for, or methods of, measuring force, work, mechanical power, or torque, specially adapted for specific purposes for measuring tension in flexible members, e.g. ropes, cables, wires, threads, belts or bands
    • G01L5/047Specific indicating or recording arrangements, e.g. for remote indication, for indicating overload or underload

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Force Measurement Appropriate To Specific Purposes (AREA)
  • Measurement Of Force In General (AREA)
  • Load-Engaging Elements For Cranes (AREA)

Description

Hij sinrichting met overbelastingdetectie Achtergrond van de uitvinding 5 Deze uitvinding betreft een hijsinrichting omvattende een hijsdeel met een indicatordeel, in het bijzonder voor overbelastingdetectie.
Dergelijke hijsdelen kunnen onder andere een schalm van een ketting, een kabeluiteinde, een hijsbanduiteinde, een harp, een hijshaak of een hijsoog zijn.
Uit de stand van de techniek is onder andere bekend overbelastingdetectie met 10 gebruik van markeringen op het hijsmiddel. Bijvoorbeeld uit patent US5452679 waar gebruik gemaakt wordt van markeringen aan beide kanten van de haak waardoor vervormingen van de haak eenvoudig visueel waarneembaar zijn. Nadeel van deze werkwijze is dat overbelastingdetectie pas plaatsvindt bij zichtbare, mogelijk reeds irreversibele vervorming van de haak waardoor de haak niet meer bruikbaar is.
15 Uit de stand van de techniek is verder bekend overbelastingdetectie op basis van trekkracht. Zo toont US4578941 een hijsketting met een detectiestaaf parallel geplaatst aan een schakel van de ketting. Bij overschrijden van een bepaalde trekbelasting zal de detectiestaaf breken. Nadeel van deze werkwijze is dat het breken van de detectiestaaf een relatief onbeheerst proces is, en dat hierbij mogelijk blijvende vervorming van de 20 ketting optreed door schokbelasting.
Ook zijn uit de stand van de techniek hijsinrichtingen bekend voorzien van slijtage-indicatoren. In EP1232991 wordt een hijsinrichting beschreven die slijtage-indicatordelen omvat. De delen worden blootgesteld aan inwerking van slijtage en de toestand van het indicatordeel geeft een beeld van de resterende levensduur van de 25 hijsinrichting.
Tenslotte beschrijft DE4408562 nokken voorzien in een hijsmiddel om schuiven van de last aan het hijsmiddel te voorkomen.
Samenvatting van de uitvinding
De onderhavige uitvinding heeft als doel een deel van de geschetste problemen op te lossen en te voorzien in een eenvoudige, veilige dan wel beheerste overbelastingindicatie voor een hijsinrichting.
30 2
De uitvinding heeft verder tot doel een voorziening te verschaffen die een waarschuwing geeft van verkeerd gebruik, zowel aan een gebruiker als aan een leverancier.
De uitvinding verschaft daartoe een hijsinrichting omvattend een hijsdeel voor 5 het doorleiden van een hijskracht en dat voorzien is van een indicatordeel, waarbij het indicatordeel blijvend vervormbaar is door een drukkracht aangebracht door de doorgeleide hijskracht.
Door gebruik te maken van vervorming door drukkracht is het mogelijk een indicator te verkrijgen die een indicatie geeft van mogelijk foutief gebruik zonder dat 10 daadwerkelijke of permanente beschadiging optreed van het hijsdeel. Bovendien blijkt vervorming door druk beter instelbaar en beter controleerbaar. Verder maakt een indicator die werkt op drukkracht het mogelijk de indicator op andere dan de gebruikelijke plaatsen op een hijsdeel toe te passen, en blijken een veelheid van nieuwe ontwerpen mogelijk.
15 Bij voorkeur wordt de overbelasting gedetecteerd onafhankelijk van de zichtbare vervorming van het hijsdeel zelf omdat dit juist datgene is wat voorkomen moet worden en daarbij wordt voor beheersbare detectie van overbelasting gebruik gemaakt van een drukkracht, groter dan de maximale hijskracht, die tot plastische vervorming van een indicatordeel leidt in plaats van tot breuk of vervorming door 20 trekbelasting.
Onder maximale hijskracht wordt in dit verband verstaan de maximaal toegestane hijslast zoals deze wordt voorgeschreven in de specificatie van een bepaald hijsmiddel. Dit wordt ook wel aangeduid met WLL wat staat voor “workload limit”.
Onder ingestelde of ontwerpkracht wordt in dit verband verstaan de hijskracht 25 waarbij het indicatordeel in hoofdzaak plastisch vervormd terwijl tegelijkertijd het hijsdeel in hoofdzaak elastisch vervormd en er zodoende een indicatie is voor de gebruiker of hij het hijsdeel op een veilige wijze inzet bij de werkzaamheden.
De hierboven genoemde veiligheidsvereisten zijn onder meer beschreven in EN 13155:2003(E) bij voorbeeld in par. 5.1.1 daarvan. Deze specifieke norm geldt voor 30 zogenaamde plaatklemmen, maar is voor andere hijsdelen zoals haken, hijsogen en dergelijke overeenkomstig. De maximaal te weerstane statische last of belasting (static load) zal veelal maximaal 2-3 maal de “ working load limit*’ zijn.
3
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel blijvend vervormbaar door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die groter is dan een minimale limietkracht, bij voorkeur groter dan de maximaal voorgeschreven hijskracht voor het hijsdeel.
5
In een uitvoeringsvorm omvat de hijsinrichting een verder, tweede, hijsdeel dat samenwerkt met het eerste hijsdeel, in het bijzonder grijpen het eerste en tweede hijsdeel in elkaar, waarbij het eerste hijsdeel en tweede hijsdeel de hijskracht doorleiden, en het indicatordeel zich bij het doorleiden van de hijskracht tussen het 10 eerste en tweede hijsdeel bevindt. In een uitvoeringsvorm zal het indicatordeel tussen het eerste en tweede hijsdeel aangebracht zijn. Hierdoor wordt de hijskracht door het indicatordeel van het eerste naar het tweede hijsdeel doorgeleid.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel ontworpen om plastisch te vervormen door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die kleiner is 15 dan een maximale limietkracht, bij voorkeur door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die kleiner is dan de hijskracht waarbij het eerste hijsdeel in hoofdzaak blijvend vervormd wordt.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel ontworpen om plastisch te vervormen door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die kleiner is 20 dan de hijskracht waarbij het eerste hijsdeel in hoofdzaak elastisch vervormd wordt.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel een offerdeel.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel partieel gehard.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel ten minste ter plekke waar in gebruik de drukkracht uitgeoefend wordt oppervlakte-gehard. Hierdoor zal bij een 25 drukkracht het onderliggende zachtere materiaal ingedrukt worden, terwijl het indicatordeel toch een grote slijtageweerstand heeft.
In een uitvoeringsvorm omvat het indicatordeel een rand die zich uitstrekt vanaf het eerste hijsdeel.
In een uitvoeringsvorm omvat het indicatordeel een buigelement, een 30 kreukelzone, een knikelement of een combinatie daarvan. Elk van deze mogelijkheden heeft zijn eigen voordelen.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel verbrijzelbaar door drukkracht groter dan een in te stellen ontwerpkracht.
4
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel uitneembaar inzetbaar op het eerste hijsdeel geplaatst. In de figuren zijn onder meer daarvan mogelijke uitvoeringsvormen weergegeven. Dit kan een ring zijn die in een oog te drukken is, of een (veerkrachtig) deel dat zich langs een deel van het binnenomtrek van een oog uitstrekt en daarin 5 klemt.
In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel identificeerbaar. Dat wil zeggen dat er een aanduiding in of op aangebracht is dat detecteerbaar of waarneembaar is.
In een uitvoeringsvorm omvat het indicatordeel een holle pijp.
In een uitvoeringsvorm omvat het indicatordeel een dunwandig open profiel.
10 In een uitvoeringsvorm is het indicatordeel verzwakt door plaatselijk wegnemen van materiaal. Bij voorkeur is de verzwakking ter plekke waar de drukkracht uitgeoefend wordt.
In een uitvoeringsvorm bestaat het indicatordeel na overschrijden van de ingestelde drukkracht, uit twee of meer delen.
15 In een uitvoeringsvorm is het tweede hijsdeel voorzien van een tweede indicatordeel en het eerste en tweede indicatordelen de drukkracht op elkaar uitoefenen bij het doorleiden van de hijskracht.
In een uitvoeringsvorm is het tweede indicatordeel ontworpen om niet te vervormen wanneer het eerste indicatordeel plastisch vervormt.
20 In een uitvoeringsvorm wordt door samenwerking van eerste en tweede indicatordelen de vlaktedruk daartussen versterkt.
In een uitvoeringsvorm is het tweede indicatordeel in zijn geheel gehard.
In een uitvoeringsvorm omvat het tweede indicatordeel een rand die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel.
25 In een uitvoeringsvorm omvat eerste indicatordeel een rand die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel en omvat het tweede indicatordeel een rand die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel, waarbij bij de hijskracht de randen gekruist op elkaar staan. Hierdoor wordt het contactoppervlak verkleind waardoor de locale drukkracht vergroot wordt, zodat bijna een puntbelasting optreed. Hierdoor zal het eerste indicatordeel bij 30 overbelasting snel en zichtbaar bezwijken.
In een uitvoeringsvorm omvat het tweede indicatordeel een veer waarvan de voorspanning instelbaar is.
5
In een uitvoeringsvorm omvat de hijsinrichting een omzetter die voorziet in een verdere eenvoudig waarneembare indicatie.
In een uitvoeringsvorm omvat de omzetter een lichtbron of een geluidsbron, dan wel een verdere bron voor het afgeven van een zintuiglijk waarneembaar signaal. Zo 5 kan bij bezwijken een circuit gesloten worden en een licht- of geluidsignaal afgegeven worden. Ook kan bijvoorbeeld een gekleurd deel zichtbaar worden ter waarschuwing.
In een uitvoeringsvorm is de omzetter in- en uitschakelbaar, bijvoorbeeld door de vervorming in of van het indicatordeel.
In een uitvoeringsvorm is het eerste hijsdeel gekozen uit de groep bestaande uit 10 een kettinguiteinde, een kabeluiteinde, een hijsbanduiteinde, een harp, een hijshaak en een hijsoog.
In een uitvoeringsvorm belast de hijskracht het eerste indicatordeel op afschuiving waardoor dat indicatordeel vervormt of breekt.
In een uitvoeringsvorm is het eerste of tweede indicatordeel voorzien van een 15 merkteken, bij voorkeur een uniek merkteken zoals een seriecode.
In een uitvoeringsvorm is het eerste en/of tweede hijsdeel voorzien van een merkteken, bij voorkeur een uniek merkteken zoals een seriecode, waarbij het indicatordeel merkteken en het hijsdeel merkteken een onderling verband hebben. Hierdoor kan eenvoudig duidelijk worden of een indicatordeel en een hijsdeel bij elkaar 20 horen. Dit geeft bijvoorbeeld een leverancier een indicatie of het indicatordeel authentiek is.
De uitvinding heeft verder betrekking op een hijsinrichting omvattend eerste en tweede hijsdelen die een hijskracht doorleiden, waarbij de hijsdelen onderling verbonden zijn door middel van ten minste één breekelement, dat door de hijskracht 25 belast op trek, vervormt of breekt, en de hijsdelen onderling verbonden zijn door middel van een verbindingsdeel dat bij vervormen of breken van het breekelement in tact blijft. Hierdoor blijft de lastdragende functie van de hijsdelen in tact terwijl visueel foutief gebruik of overbelasting zichtbaar gemaakt kan worden.
De uitvinding heeft verder betrekking op een hijsinrichting omvattend een 30 hijsdeel voor het doorleiden van een hijskracht en dat voorzien is van een indicatordeel, waarbij het indicatordeel door een drulckracht aangebracht door de doorgeleide hijskracht ten minste ten plekke van de drukkracht verbrijzelt 6
De uitvinding betreft verder een hijsdeel, kennelijk geschikt en bestemd als hijsdeel voor een hijsinrichting zoals in deze beschrijving beschreven of getoond.
De uitvinding betreft verder een indicatordeel, kennelijk geschikt en bestemd als indicatordeel voor een hijsinrichting zoals in deze beschrijving beschreven of getoond.
5
Verdere aspecten van de uitvinding zijn beschreven in de afhankelijke conclusies en in de onderstaande figuurbeschrijving. De diverse daarin beschreven aspecten kunnen elk onderdeel zijn van eventueel van deze octrooiaanvrage afgesplitste octrooiaanvragen, en kunnen onderling gecombineerd worden.
10
Korte beschrijving van de figuren
De uitvinding zal nu verder worden toe gelicht aan de hand van de bijgevoegde figuren waarin: 15 Figuren 1A-1D meerdere aanzichten tonen van een eerste uitvoeringsvorm van een hijsinrichting overeenkomstig de uitvinding;
Figuren 2A-2C meerdere aanzichten tonen van een tweede uitvoeringsvorm van de hijsinrichting;
Figuren 3A-3C meerdere aanzichten tonen van een derde uitvoeringsvorm van 20 de hijsinrichting;
Figuren 4A-4D meerdere aanzichten tonen van een vierde uitvoeringsvorm van de hijsinrichting;
Figuren 5A-5C tonen een variant van de uitvoering uit figuren 4A-4D;
Figuren 6A-6C tonen eveneens een variant van de uitvoering uit figuren 4A-4D; 25 Figuren 7A-7D meerdere aanzichten tonen van een vijfde uitvoeringsvorm van de hijsinrichting;
Figuren 8A-8C een combinatie tonen van de uitvoeringen in Figuren 5A-5C en 6A-6C.
Figuren 9A-9B tonen een uitvoeringsvorm van een alternatieve 30 overbelastingsindicator.
Figuren 10A-10B tonen de overbelastingsindicator uit Figuren 9A-9B dubbel uitgevoerd in een hijsoog.
7
Figuren 11A-11C tonen een variant van de overbelastingsindicator uit Figuren 10Λ-10Β.
Figuren 12A-12B tonen de overbelastingsindicator uit Figuren 11A-11C in een enkele uitvoering.
5 Figuren 13A-B tonen aanzichten van een zesde uitvoeringsvorm van de hijsinrichting;
Figuren 14A-E meerdere aanzichten tonen van een zevende uitvoeringsvorm van de hijsinrichting;
Figuren 15 een indicatordeel als keramische rand of ring; 10 Figuren 16 een indicatordeel voorzien van een kreukelzone;
Figuren 17 een indicatordeel voorzien van een knikelement;
Figuren 18 een indicatordeel voorzien van buiglippen.
15 Gedetailleerde beschrijving van de figuren
Figuur IA toont een hijsdeel 1 voorzien van een eerste indicatordeel 2 dat zich omlopend als een smalle opstaande rand uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 1. Het eerste indicatordeel 2 is verder uitgevoerd als een gesloten ring 6 met op 20 regelmatige afstand steunen 7, zoals getoond in Figuur 1C waarin een vergrote weergave van een deel van Figuur IA weergegeven is. Het indicatordeel 2 van hijsdeel 1 werkt samen met indicatordeel 3. Indicatordeel 3 is voorzien op een hijsdeel 4 en is hier uitgevoerd als een smalle opstaande rand die zich uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 4. Hierdoor wordt de hijskracht aangebracht op hijsdeel 1, via de 25 indicatordelen 2 en 3 doorgeleid naar hijsdeel 4. Wanneer een hijskracht aangebracht op hijsdeel 1 groter dan of gelijk is aan een ingestelde waarde, dat wil zeggen een ontwerpwaarde waarop beide delen onderling ontworpen zijn, zorgt de vlaktedruk tussen indicatordelen 2 en 3 voor een plastische vervorming van indicatordeel 2. In Figuren 1C-1D is in detail indicatordeel 2 weergegeven. Dat deel kan in hijsdeel 1 30 geplaatst worden als los inzetbaar deel dat bijvoorbeeld middels persen in hijsdeel 1 geklemd wordt. Het indicatordeel 2 heeft een omlopende ring 6 van materiaal dat bij voorkeur niet slijt onder invloed van de omlopende nok of rand 3 van hijsdeel 4. In deze uitvoeringsvorm zijn aan de ring 6 vervormdelen 7 voorzien. Deze vervormdelen 8 7 zijn zo ontworpen dat wanneer de kracht die via ring 6 op deze vervormdelen wordt overgedragen groter is dan een ingestelde waarde, het materiaal van vervormdeel 7 plastisch zal vervormen. Bij visuele detectie zal deze vervorming direct zichtbaar zijn. In een uitvoeringsvorm kan een vervormdeel 7 een verdere ring zijn tussen ring 6 en 5 hijsdeel 1. Bij voorkeur, vooral om visuele inspectie eenvoudig te maken, zijn de vervormdelen 7 een reeks afzonderlijke delen met een tussenruimte, zoals weergegeven in het zijaanzicht van Figuur 1C.
Figuur 2A toont een hijsdeel 11 voorzien van een eerste indicatordeel 12 dat zich omlopend als u-profiel uitstrekt langs een deel van de binnenomtrek van hijsdeel 11 en 10 waarbij de vorm van het profiel aansluit op hijsdeel 11, met uitzondering van bovenkant 16 die vrij ligt met een tussenruimte 17. Bovenkant 16 van indicatordeel 12 werkt samen met indicatordeel 13 welke is voorzien op een hijsdeel 14 en die zich uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 14. De hijskracht aangebracht op hijsdeel 11 wordt via de indicatordelen 12,13 doorgeleid naar hijsdeel 14. Wanneer een 15 hijskracht groter dan of gelijk is aan een ingestelde waarde, zorgt de hijskracht tussen indicatordelen 12, 13 voor een plastische vervorming van bovenkant 16 van indicatordeel 12. Deze plastische vervorming zal ertoe leiden dat de tussenruimte 17 dichtgedrukt wordt en indicatordeel 12 volledig komt aan te liggen tegen het binnenoppervlak van hijsdeel 11. Hierdoor zal verkeerd gebruik of belasting boven de 20 maximale hijskracht eenvoudig visueel waar te nemen zijn. Figuur 2B toont de uitvoering van Figuur 2A in doorsnede langs lijn Ilb-IIb. Figuur 2C toont een detail van het deel aangegeven in Figuur 2B.
Voor wat betreft materiaal keuze zijn indicatordeel 12 en indicatordeel 13 (het binnenoppervlak van hijsdeel 14) zo gekozen dat ze niet tot nauwelijks op elkaar 25 inslijten bij gebmik. Indicatordeel 12 sluit bij de positie aangegeven met nummer 18 aan op het binnenoppervlak van hijsdeel 11 door bijvoorbeeld naar elkaar toe brengen van beide benen van het indicatordeel 12, waardoor het relatief eenvoudig aan te brengen of te vervangen is.
Figuur 3A toont een uitvoeringsvorm, die lijkt op die van Figuur 2A, waarbij het 30 eerste indicatordeel 22 na overschrijden van een ingestelde ontwerpwaarde, dat wil zeggen na detectie, eveneens vervormt richting hijsdeel 21. In Figuur 3C is indicatordeel 22 in detail weergegeven. Eerste indicatordeel 22 strekt zich deels omlopend als u-profiel uit langs de binnenomtrek van hijsdeel 21. Met de randen 27, 28 9 is het profiel 22 aangesloten op hijsdeel 21, waarbij indicatordeel 22 samenwerkt met indicatordeel 23 welke is voorzien op een hijsdeel 24 en zich uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 24. Daarbij wordt de aangebrachte hijskracht op hijsdeel 21 via de indicatordelen 22, 23 doorgeleid naar hijsdeel 24. Verder is indicatordeel 22 5 voorzien van een verzwakking 26 door plaatselijk wegnemen van materiaal bij de top van het u-profiel waar in hoofdzaak de kracht doorgeleid wordt. Wanneer een hijskracht groter dan of gelijk is aan de ingestelde ontwerpkracht, zorgt de hijskracht tussen indicatordelen 22, 23 voor vervorming hoofdzakelijk ter plaatse van de verzwakking 26.
10 Figuren 4A-4D tonen een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvattend een hijsdeel 31 voorzien van een relatief zacht eerste indicatordeel 32 dat zich omlopend als een smalle opstaande rand uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 31. Indicatordeel 32 is opnieuw uitgevoerd als een gesloten ring. Daarbij werkt indicatordeel 32 samen met gehard tweede indicatordeel 33 welke is voorzien op een 15 hijsdeel 34 en is uitgevoerd als een smalle opstaande rand of omlopende nok 33 die zich uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 34. Daarbij wordt de hijskracht aangebracht op hijsdeel 31 via de indicatordelen 32, 33 dóórgeleid naar hijsdeel 34. Wanneer een hijskracht groter dan of gelijk is aan de ingestelde waarde, zorgt de vlaktedruk tussen indicatordelen 32, 33 voor een plastische vervorming van 20 indicatordeel 32. Indicatordeel 32, hier een in hijsdeel 31 plaatsbare ring 32, is aan de van hijsdeel 31 afgekeerde zijde voorzien van een omlopende nok of rand. Bij overbelasting zal de nok ter plekke van de aanligging tegen (geharde) nok 33 van hijsdeel 34 plastisch vervormen. De indicatordelen 32, 33 zijn zodanig gehard dat slijtage vermeden wordt. Bij voorkeur is indicatordeel 33 volledig uitgehard terwijl 25 indicatordeel 32 hoofdzakelijk aan het oppervlak gehard en voor het overige relatief zacht is. In een specifiek ontwerp is het indicatordeel van staal met een vloeigrens van ongeveer 210 MPa. Op dit staal is oppervlakteharding toegepast. De geharde laag heeft daarbij een vloeigrens van ongeveer 1800 MPa gekregen. De nok 33 is van gehard staal met een vloeigrens van ongeveer 400 MPa. Deze getallen zijn indicatief.
30 Vaak zullen de indicatordelen voor de meeste uitvoeringen van koolstoistaal zijn.
Op het indicatordeel zal bijvoorbeeld een oppervlakteharding worden toegepast, zoals laserharden, inductieharden, of nitreren. Het tweede indicatordeel is veelal ter plekke 10 waar de drukkracht uitgeoefend wordt op het eerste indicatordeel, het raakvlak, doorgehard op een voor de vakman bekende wijze.
Figuur 5A toont de uitvoeringsvorm uit Figuur 4A met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 32 evenals indicator deel 33 uitgevoerd is als een integraal deel van 5 respectievelijk hijsdeel 31 en 34. De indicatordelen kunnen geproduceerd worden met gebruik van technieken als smeden en frezen waarna vervolgens (partieel) gehard wordt.
Figuur 6A toont de uitvoeringsvorm uit Figuur 5A met het verschil dat nu het tweede indicatordeel 33 uitgevoerd is als een gehard deel van hijsdeel 34 en niet 10 gevormd wordt door een uitstekend deel.
Figuur 7A-7D toont de uitvoeringsvorm uit Figuur IA met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 2 op hijsdeel 1 uitgevoerd is als een deel dat verzwakt is door plaatselijk wegnemen van materiaal. Indicatordeel 2 omvat hier een ring 2 met een binnenoppervlak 8 dat een vlak vormt dat aanligt tegen nok of rand 3 van hijsdeel 4.
15 Indicatordeel 2 heeft verder een buitenoppervlak 9 dat aanligt tegen hijsdeel 1. Ring 2 is voorzien van in axiale richting doorlopende, weggenomen delen 10. Bij een belasting groter dan de ingestelde ontwerpwaarde dat wil zeggen de working load limit (WLL), over het algemeen tweemaal de nominale belasting (WLL) (dat wil zeggen een hijskracht waarbij het hijsdeel elastisch vervormd wordt maar nog niet plastisch 20 vervormd wordt) zal door plastische vervorming van het materiaal van de ring 2 de weggenomen delen 10 dichtgedrukt worden. Hierdoor zal verkeerd gebruik of belasting boven de maximale hijskracht eenvoudig visueel waar te nemen zijn.
Figuren 8A-8C tonen de uitvoeringsvorm uit Figuur 4A-4D met het verschil dat nu zowel het eerste indicatordeel 32 uitgevoerd is als een integraal zacht deel van 25 hijsdeel 31, en het tweede indicatordeel 33 uitgevoerd is als een gehard deel van hijsdeel 34 en niet gevormd wordt door een uitstekend deel.
Figuren 9A-9B tonen een uitvoeringsvorm van een alternatieve overbelastingsindicator waarin een eerste indicatordeel 90, omvattende een breekelement 91 bevestigd aan een eerste hijsoog 92 en een tweede hijsoog 93.
30 Breekelement 91 omvat een huls 91 met twee hulshelften 94, 95. Ogen 92, 93 hebben voortzettingen 98,99 die zich uitstrekken in de huls 91. De voortzettingen 98, 99 zijn onderling in huls 91 verbonden middels een breukelement 97. Breukelement 97 kan vrij schuifbaar langs zijn lengteas geplaatst opgenomen zijn in huls 91. Breukelement 97 11 omvat een eerste breukdeel 100, een tweede breukdeel 101 en een breekdeel 102. Bij overbelasting zal breekdeel 102 volgens ontwerp breken. Breukdeel 101 zal dan door oog 93 omhoog getrokken worden totdat het tegengehouden wordt door de bovenzijde van huls 91. Daardoor zal nu gekleurd deel 96 van de voortzetting 99 uit de huls 91 5 steken zodat onmiddellijk overbelasting zichtbaar is. Bij voorkeur zijn schroefuiteinde van voortzetting 98, 99 in het breukelement 97 geschroefd. In een uitvoeringsvorm zijn beide hulsdelen 94, 95 in elkaar te schroeven.
Figuren 10A-B tonen een alternatieve uitvoeringsvorm van de alternatieve indicatie zoals getoond in Figuren 9A-B met het verschil dat deze uitvoering twee 10 breekelementen 90 omvat in een hijsoog zoals weergegeven in Figuren 9A-B. Daarbij zijn beide benen 103, 104 van een hijsoog 105, voorzien van een breekelement.
Figuren 11 A-l 1C tonen een verdere alternatieve indicator van de soort die ook in Figuren 10A-10B en 9A-9B weergegeven is. Figuur 11B is een doorsnede Xlb-XIb van Figuur 1 IA en Figuur 11C is een doorsnede XIc-XIc van Figuur 1 IA. Hier zijn de 15 breukelementen 119 uitgevoerd als ringen 119, plaatselijk verzwakt door het wegnemen van materiaal waardoor er lippen blijven staan die op afschuiving belast worden. In deze uitvoering is één stel hulsdelen 111, 112 integraal meegevormd aan een uiteinde van, elk been van oog 110. De andere uiteinden 113 zijn voorzien van een ring 119. Hier is de ring middels bijvoorbeeld een moer 120 verwijderbaar/vervangbaar 20 gemonteerd. Een uiteinde 113 strekt zich in axiale richting uit in een hulsdeel 118. Het breukelement 119 is hier een ring 119 voorzien van een binnenring 121 en een buitenring 122, onderling concentrisch verbonden middels breekdelen 123. Bij breuk van de breekdelen zal de diameter van het breukelement verkleinen waardoor het uiteinden 113 axiaal kan bewegen in de huls 118 en een (eventueel geklemd) deel dat 25 eerst binnen de huls 118 was, zichtbaar wordt. De beide hulsdelen 111 en 118 kunnen onderling een opneem ruimte tussen zich vormen waarin de rand van de ring 119 op te nemen is zodat axiale beweging van uiteinde 113 verhinderd wordt totdat breukdelen 123 breken.
Figuren 12A-12C tonen een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding 30 zoals in Figuur 11A-C met het verschil dat het hier een enkele uitvoering betreft in plaats van een dubbele.
Figuren 13A-13B tonen een hijsoog 41 voorzien van een eerste indicatordeel 42 als een U in een deel van de binnenomtrek van hijsdeel 41 en waarbij de vorm van het 12 profiel aansluit op hijsdeel 41 met uitzondering van bovenkant 46 die vrij ligt en waarbij bovenkant 46 van indicatordeel 42 samenwerkt met indicatordeel 43 welke is voorzien op een hijsdeel 44 en waarbij de hijskracht aangebracht op hijsoog 41 via de indicatordelen 42,43 wordt doorgeleid naar hijsdeel 44. Wanneer een hijskracht 5 aangebracht op hijsoog 41 groter dan of gelijk is aan een ingestelde waarde, zorgt de hijskracht tussen indicatordelen 42,43 voor breuk van bovenkant 46 van indicatordeel 42.
Figuren 14A-14E tonen een hijsinrichting met een hijsdeel 51 omvattend een boorgat 58 met een zitting met daarop geplaatst een eerste indicatordeel 52 die is 10 uitgevoerd zoals breukelement 119 uit de Figuren 11 en 12. Indicatordeel 52 werkt samen met pin 53 in aangrijping met hijsoog 54. Aan pin 53 is voorzien in een u-profiel dat zich althans ten dele omlopend uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 51 en daarmee samenwerkt om pin 53 in uitgelijnde positie met boorgat 58 te houden. Bij een belasting groter dan een ontwerplimiet zal pin 53 een dusdanig grote duwkracht 15 uitoefenen op indicatordeel 52 dat de breukdelen 60 breken en de pin 53 in gat 58 kan indringen. Dit is visueel goed waarneembaar.
Figuren 15A-15D tonen de uitvoeringsvorm uit Figuur IA met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 2 op hijsdeel 1 uitgevoerd is als een keramische rand of nok die zich omlopend uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 1. Bij een belasting groter 20 dan de ingestelde ontwerpwaarde zal indicatordeel 2 ter verpulveren ter plaatse van aangrijping met indicatordeel 3. Hierdoor zal verkeerd gebruik of belasting boven de maximale hijskracht eenvoudig visueel waar te nemen zijn.
Figuur 16A-D toont de uitvoeringsvorm uit Figuur IA met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 2 op hijsdeel 1 uitgevoerd is als een nok of rand die zich 25 omlopend uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 1 en waarbij indicatordeel 2 een kreukelzone omvat zoals verduidelijkt in Figuur 16D.
Figuur 17A-17C toont de uitvoeringsvorm uit Figuur IA met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 2 op hijsdeel 1 een knikelement 2 is, uitgevoerd als een nok of rand die zich omlopend uitstrekt langs de binnenomtrek van hijsdeel 1 en waarbij 30 knikelement 2 mogelijk verzwakt is door een inkeping 5. Bij een belasting groter dan de ingestelde ontwerpwaarde zal knikelement 2 uitknikken.
Figuur 18A-18D toont de uitvoeringsvorm uit Figuur IA met het verschil dat nu het eerste indicatordeel 2 op hijsdeel 1 uitgevoerd is als buigdeel 2 met een buiglip of 13 buiglippen zoals getoond in Figuur 18D. Buigdeel 2 strekt zich omlopend uit aan de binnenomtrek van hijsdeell. Bij een belasting groter dan de ingestelde ontwerpwaarde zal of zullen de buiglip of buiglippen uitbuigen.
Het moge duidelijk zijn dat de bovenstaande beschrijving is opgenomen om de 5 werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding

Claims (38)

1. Hijsinrichting omvattend een hijsdeel voor het doorleiden van een hijskracht en dat voorzien is van een indicatordeel, waarbij het indicatoideel blijvend 5 vervormbaar is door een drukkracht aangebracht door de doorgeleide hijskracht.
2. Hijsinrichting volgens conclusie 1, waarbij het indicatordeel blijvend vervormbaar is door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die groter is dan een minimale limietkracht, bij voorkeur groter dan de 10 maximaal voorgeschreven hijskracht voor het hijsdeel.
3. Hijsinrichting volgens conclusie 1, verder omvattende een verder, tweede, hijsdeel dat samenwerkt met het eerste hijsdeel, in het bijzonder grijpen het eerste en tweede hijsdeel in elkaar, waarbij het eerste hijsdeel en tweede 15 hijsdeel de hijskracht doorleiden, en het indicatordeel zich bij het doorleiden van de hijskracht tussen het eerste en tweede hijsdeel bevindt.
4. Hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel ontworpen is om plastisch te vervormen door een drukkracht opgewekt door een 20 doorgeleide hijskracht die kleiner is dan een maximale limietkracht, bij voorkeur door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die kleiner is dan de hijskracht waarbij het eerste hijsdeel in hoofdzaak blijvend vervormd wordt.
5. Hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel ontworpen is om plastisch te vervormen door een drukkracht opgewekt door een doorgeleide hijskracht die kleiner is dan de hijskracht waarbij het eerste hijsdeel in hoofdzaak elastisch vervormd wordt.
6. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een offerdeel is.
7. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel partieel gehard is.
8. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 5 indicatordeel ten minste ter plekke waar in gebruik de drukkracht uitgeoefend wordt oppervlakte-gehard is.
9. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een rand omvat die zich uitstrekt vanaf het eerste hijsdeel. 10
10. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een buigelement is.
11. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 15 indicatordeel een kreukelzone omvat.
12. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een knikelement is.
13. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel verbrijzelbaar is door drukkracht groter dan een in te stellen ontwerpkracht.
14. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 25 indicatordeel uitneembaar inzetbaar op het eerste hijsdeel geplaatst is.
15. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel identificeerbaar is.
16. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een holle pijp omvat.
17. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel een dunwandig open profiel omvat.
18. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 5 indicatordeel verzwakt is door plaatselijk wegnemen van materiaal.
19. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het indicatordeel na overschrijden van de ingestelde drukkracht, uit twee of meer delen bestaat. 10
20. Hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het tweede hijsdeel voorzien is van een tweede indicatordeel en het eerste en tweede indicatordelen de drukkracht op elkaar uitoefenen bij het doorleiden van de hijskracht. 15
21. Hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het tweede indicatordeel ontworpen is om niet te vervormen wanneer het eerste indicatordeel plastisch vervormt.
22. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij door samenwerking van eerste en tweede indicatordelen de vlaktedruk daartussen versterkt wordt.
23. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 25 tweede indicatordeel in zijn geheel gehard is.
24. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies waarbij het tweede indicatordeel een rand omvat die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel. 30
25. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies waarbij het eerste indicatordeel een rand omvat die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel en het tweede indicatordeel een rand omvat die zich uitstrekt vanaf het tweede hijsdeel, waarbij bij de hijskracht de randen gekruist op elkaar staan.
26. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het 5 tweede indicatordeel een veer omvat waarvan de voorspanning instelbaar is.
27. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, omvattend een omzetter die voorziet in een verdere eenvoudig waarneembare indicatie.
28. Hijsinrichting volgens conclusie 24, waarbij de omzetter een lichtbron of een geluidsbron omvat, dan wel een verdere bron omvat voor het afgeven van een zintuiglijk waarneembaar signaal.
29. Hijsinrichting volgens de voorgaande conclusies 24 of 25, waarbij de omzetter 15 in- en uitschakelbaar is.
30. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het eerste hijsdeel gekozen is uit de groep bestaande uit een kettinguiteinde, een kabeluiteinde, een hijsbanduiteinde, een harp, een hijshaak en een hijsoog. 20
31. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij de hijskracht het eerste indicatordeel op afschuiving belast waardoor dat indicatordeel vervormt of breekt.
32. Hijsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, waarbij het eerste of tweede indicatordeel voorzien is van een merkteken, bij voorkeur een uniek merkteken zoals een seriecode.
33. Hijsinrichting volgens conclusie 29, waarbij het eerste en/of tweede hijsdeel 30 voorzien is van een merkteken, bij voorkeur een uniek merkteken zoals een seriecode, waarbij het indicatordeel merkteken en het hijsdeel merkteken een onderling verband hebben.
34. Hijsinrichting omvattend eerste en tweede hijsdelen die een hijskracht doorleiden, waarbij de hijsdelen onderling verbonden zijn door middel van ten minste één breekelement, dat door de hijskracht belast op trek, vervormt of breekt, en de hijsdelen onderling verbonden zijn door middel van een 5 verbindingsdeel dat bij vervormen of breken van het breekelement in tact blijft.
35. Hijsinrichting omvattend een hijsdeel voor het doorleiden van een hijskracht en dat voorzien is van een indicatordeel, waarbij het indicatordeel door een drukkracht aangebracht door de doorgeleide hijskracht ten minste ten plekke 10 van de drukkracht verbrijzelt.
36. Hijsdeel, kennelijk geschikt en bestemd als hijsdeel voor een hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies.
37. Indicatordeel, kennelijk geschikt en bestemd als eerste indicatordeel voor een hijsinrichting volgens één der voorgaande conclusies.
38. Hijsdeel voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende 20 maatregelen. -o-o-o-o-o-o-
NL2000139A 2006-07-11 2006-07-11 Hijsinrichting met overbelastingdetectie. NL2000139C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000139A NL2000139C2 (nl) 2006-07-11 2006-07-11 Hijsinrichting met overbelastingdetectie.
PCT/NL2007/050345 WO2008007961A2 (en) 2006-07-11 2007-07-11 Hoisting device with overload detection

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000139 2006-07-11
NL2000139A NL2000139C2 (nl) 2006-07-11 2006-07-11 Hijsinrichting met overbelastingdetectie.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2000139C2 true NL2000139C2 (nl) 2008-01-14

Family

ID=37832234

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000139A NL2000139C2 (nl) 2006-07-11 2006-07-11 Hijsinrichting met overbelastingdetectie.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2000139C2 (nl)
WO (1) WO2008007961A2 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US9067766B1 (en) 2013-09-16 2015-06-30 Jergens, Inc. Hoisting device and system and method for using the same
EP3263505B1 (fr) 2016-06-30 2019-10-23 Intelprop S.A. Dispositif de témoin de charge, en particulier pour un anneau de levage
CN111033202A (zh) * 2017-07-31 2020-04-17 米契尔·李·路易斯 安全过载索
PL428916A1 (pl) * 2019-02-14 2020-08-24 Łaszkiewicz Grzegorz PROTEKT Indykator upadku
FR3144012A1 (fr) * 2022-12-23 2024-06-28 Tractel Sas Boucle d’accrochage à témoin d’arrêt de chute

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3033033A (en) * 1958-11-24 1962-05-08 W C Dillon & Company Inc Force measuring apparatus
GB1366108A (en) * 1970-11-03 1974-09-11 Rud Ketten Rieger & Dietz Lashing-or slinging-chain
FR2446647A1 (fr) * 1979-01-19 1980-08-14 Autoflug Gmbh Indicateur de charge pour ceintures de securite
US4409841A (en) * 1980-01-03 1983-10-18 Societe Anonyme: Stas Societe Technique D'accessories Specialises Fatigue damage indicators
US4578941A (en) * 1984-08-27 1986-04-01 Emerson Electric Co. Load carrying device
US5745042A (en) * 1993-02-03 1998-04-28 Pratt; Hugh Michael Load insulator

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3033033A (en) * 1958-11-24 1962-05-08 W C Dillon & Company Inc Force measuring apparatus
GB1366108A (en) * 1970-11-03 1974-09-11 Rud Ketten Rieger & Dietz Lashing-or slinging-chain
FR2446647A1 (fr) * 1979-01-19 1980-08-14 Autoflug Gmbh Indicateur de charge pour ceintures de securite
US4409841A (en) * 1980-01-03 1983-10-18 Societe Anonyme: Stas Societe Technique D'accessories Specialises Fatigue damage indicators
US4578941A (en) * 1984-08-27 1986-04-01 Emerson Electric Co. Load carrying device
US5745042A (en) * 1993-02-03 1998-04-28 Pratt; Hugh Michael Load insulator

Also Published As

Publication number Publication date
WO2008007961A2 (en) 2008-01-17
WO2008007961A3 (en) 2008-03-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2000139C2 (nl) Hijsinrichting met overbelastingdetectie.
EP4481351A3 (en) Split bridge circuit force sensor
KR102163173B1 (ko) 개선된 부하 표시 장치
JP6272663B2 (ja) ねじ山付きボルトを伸長させるための引張り装置
US1911866A (en) Rubber bearing bush
EP2431620A1 (en) Oscillation coupler
KR920704026A (ko) 큰 베어링 면적을 갖는 블라인드 파스너
US5718090A (en) Prestressed concrete tensioning system
KR20100082347A (ko) 2개의 동축 부품들을 마찰 결합하기 위한 디바이스
US2375574A (en) Apparatus for fabricating connecting rods
KR20100075610A (ko) 2개의 동축 부품들을 마찰 결합하기 위한 디바이스
PL174832B1 (pl) Element kontrolny naprężenia śrub kotwowych
NL194080C (nl) Optilklem.
EP2493738A2 (de) Scheibenbremsvorrichtung für schienenfahrzeuge
WO2013116076A1 (en) Swage indicating collar
NO141934B (no) Trekk- eller loeftekjetting.
US6820505B2 (en) Mechanical safety fuse link
EP3390860B1 (de) Gurt oder gurtsegment
US10457526B2 (en) Method and apparatus for detecting overload distortion
US20130318749A1 (en) D-ring apparatus
US4856411A (en) Overload release system for an axially movable bolt
US12018734B2 (en) Link plate of a pin, bush, or roller chain
US20040251056A1 (en) Load bearing device including overload indicator
NL2016307B1 (en) Mooring line connector.
CN108571299B (zh) 桥塞

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20100201