NL1037339C2

NL1037339C2 - DEVICE FOR ATTACHING A FLAT SCREEN AGAINST A WALL.

Info

Publication number: NL1037339C2
Application number: NL1037339A
Authority: NL
Inventors: Stefan Arthur Luijben; Suzanne Danielle Landwehr Johan
Original assignee: Vogel S Holding Bv
Priority date: 2009-10-01
Filing date: 2009-10-01
Publication date: 2011-04-04
Also published as: DE202010013862U1

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het bevestigen van een plat beeldscherm tegen een wand.Brief indication: Device for mounting a flat screen against a wall.

BESCHRIJVINGDESCRIPTION

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bevestigen van een plat beeldscherm tegen een wand, omvattende wand-middelen die bevestigbaar zijn aan de wand, ondersteuningsmiddelen voor het ondersteunen van een onderste zijde van het beeldscherm, opsluitmiddelen met een opsluitdeel voor het aan de van de wand afgekeerde zijde opsluiten van het 10 beeldscherm ter plaatse van de onderste zijde van het beeldscherm, koppel-middelen voor het onderling losmaakbaar koppelen van de wandmiddelen en de opsluitmiddelen, verdere wandmiddelen die bevestigbaar zijn aan de wand en verdere opsluitmiddelen met een verder opsluitdeel voor het aan de van de wand afgekeerde zijde opsluiten van het beeldscherm ter plaatse van ten minste één 15 zijkant en/of de bovenste zijde van het beeldscherm.The present invention relates to a device for mounting a flat screen against a wall, comprising wall means that can be attached to the wall, supporting means for supporting a lower side of the screen, locking means with a locking part for connecting confining the screen remote from the wall facing the lower side of the screen, coupling means for mutually releasably coupling the wall means and the confining means, further wall means that can be attached to the wall and further confining means with a further confining part for confining the screen on the side remote from the wall at the location of at least one side and / or the upper side of the screen.

Voor het bevestigen van platte beeldschermen aan een wand zijn talloze ophangsystemen bekend waarbij gebruik wordt gemaakt van bevestigingsmiddelen die enerzijds kunnen worden bevestigd aan een wand en anderzijds koppeling met een beeldscherm mogelijk maken. Dergelijke bevestigingsmiddelen 20 tussen de wand en het beeldscherm zijn voorzien. Vaak is het daarbij ook nog sprake van dat delen van de bevestigingsmiddelen scharnierbaar of dergelijke met elkaar zijn verbonden waardoor manipulatie van het beeldscherm ten opzichte van de wand mogelijk is, bijvoorbeeld om een beeldscherm naar een kijker te kunnen richten. Een voorbeeld van een dergelijk systeem wordt omschreven in de 25 Amerikaanse octrooiaanvrage US 2006/0243872 A1.For attaching flat screens to a wall, numerous suspension systems are known in which use is made of fixing means which can be fixed on the one hand to a wall and on the other hand allow coupling to a screen. Such fastening means 20 are provided between the wall and the screen. Often it is also the case here that parts of the fixing means are hingedly or the like, so that manipulation of the screen relative to the wall is possible, for example in order to be able to point a screen towards a viewer. An example of such a system is described in US patent application US 2006/0243872 A1.

Met het nog platter worden van de moderne beeldschermen, groeit de behoefte om platte beeldschermen zo dicht mogelijk tegen een wand te bevestigen. De systemen volgens de stand van de techniek waarnaar bovenstaand wordt gerefereerd staan, juist vanwege hun aanwezigheid tussen de wand en het 30 beeldscherm, een dergelijke bevestiging in de weg.With modern displays becoming flatter, there is a growing need to mount flat displays as close to a wall as possible. The systems according to the state of the art to which the above is referred to, precisely because of their presence between the wall and the screen, stand in the way of such an attachment.

Teneinde een plat beeldscherm, althans visueel, zo dicht mogelijk tegen een wand te bevestigen, is tevens voorgesteld om in de betreffende wand een opening aan te brengen waarin een deel van de aan de achterzijde van een plat beeldscherm gelegen behuizing kan worden opgenomen, terwijl de voorzijde van het 1037339 2 beeldscherm de opening afdekt. Hiervoor wordt verwezen naar de Europese octrooiaanvrage EP 1 739 340 A2. Een belangrijk bezwaar van een dergelijk systeem is dat in de betreffende wand een opening moet worden aangebracht.In order to fix a flat screen, at least visually, as close as possible to a wall, it has also been proposed to provide an opening in the relevant wall in which a part of the housing located at the rear of a flat screen can be received, while the The front cover of the 1037339 2 screen covers the opening. For this, reference is made to the European patent application EP 1 739 340 A2. An important drawback of such a system is that an opening must be provided in the relevant wall.

Voor een totaal andersoortig product, namelijk voor een spiegel, is 5 het bekend om gebruik te maken van profieldelen waarbij één profieldeel tegen een wand wordt bevestigd en een tweede profieldeel in het eerste profieldeel kan worden gehaakt dusdanig dat de beide profieldelen tezamen een ruimte U-vormig omgeven in welke ruimte de spiegel aan de omtreksrand ervan kan worden gestoken. Aan de onderzijde van de spiegel ondersteunt een eerste profieldeel de 10 spiegel. Een dergelijk systeem wordt omschreven in Europese octrooiaanvrage EP 0 284 490 A1. Aangezien niet categorisch valt uit te sluiten dat een dergelijk systeem ook toegepast zou kunnen worden voor platte beeldschermen, ondanks het feit dat dit in het geheel niet wordt omschreven in de betreffende publicatie, heeft de inrichting volgens de aanhef betrekking op een dergelijk bevestigingssysteem. Een 15 belangrijke tekortkoming van een dergelijk systeem indien deze zou moeten worden toegepast voor platte beeldschermen is erin gelegen dat een dergelijk systeem niet universeel toepasbaar is voor platte beeldschermen met verschillende dikten. Dit zou betekenen dat afhankelijk van de dikte van het beeldscherm, althans ter plaatse van een omtreksrand ervan, aparte bevestigingssystemen zouden moeten worden 20 voorzien die onderling van elkaar verschillen voor wat betreft de dimensionering ervan. Dit is uiteraard geen praktische en ieder geval een relatief dure oplossing.For a totally different product, namely for a mirror, it is known to use profile parts in which one profile part is fixed to a wall and a second profile part can be hooked in the first profile part such that the two profile parts together form a space U- shaped in which space the mirror can be placed at its peripheral edge. On the underside of the mirror, a first profile part supports the mirror. Such a system is described in European patent application EP 0 284 490 A1. Since it cannot be categorically excluded that such a system could also be used for flat screens, despite the fact that this is not described at all in the relevant publication, the device according to the preamble relates to such a mounting system. A major shortcoming of such a system if it should be used for flat screens is that such a system is not universally applicable for flat screens with different thicknesses. This would mean that depending on the thickness of the screen, at least at the location of a peripheral edge thereof, separate fixing systems would have to be provided which differ from each other with regard to their dimensioning. This is of course not a practical and at least a relatively expensive solution.

De onderhavige uitvinding stelt zich ten doel om een inrichting voor het bevestigen van een plat beeldscherm tegen een wand volgens de aanhef te verschaffen die universeel toepasbaar is voor platte beeldschermen met 25 verschillende dikten en die het bovendien mogelijk maakt om die platte beeldschermen zeer dicht tegen een wand te bevestigen. Hiertoe kenmerkt de inrichting volgens de uitvinding zich doordat de koppelmiddelen en/of de verdere koppelmiddelen zijn ingericht voor het in verschillende standen onderling kunnen koppelen van de wandmiddelen en de opsluitmiddelen respectievelijk de verdere 30 wandmiddelen en de verdere opsluitmiddelen waarbij de afstand tussen enerzijds het betreffende opsluitdeel respectievelijk het verdere opsluitdeel en anderzijds de wand afhankelijk is van de stand van de koppelmiddelen respectievelijk de verdere koppelmiddelen. Doordat de (verdere) koppelmiddelen de (verdere) wandmiddelen en de (verdere) opsluitmiddelen op verschillende afstanden van elkaar kunnen 3 koppelen waarbij dus ook de afstand tussen het (verdere) opsluitdeel en de wand wordt beïnvloed, kan de laatstgenoemde afstand worden afgestemd op de dikte van het platte beeldscherm zodat het opsluitdeel dicht kan aansluiten op de voorzijde van het platte beeldscherm aan de omtrek daarvan voor het opsluiten van het 5 beeldscherm tussen het opsluitdeel en de wand. Door het beeldscherm aan de voorzijde ervan op te sluiten bestaat de mogelijkheid het beeldscherm (zeer dicht) tegen de wand te bevestigen.The present invention has for its object to provide a device for mounting a flat screen against a wall according to the preamble, which is universally applicable for flat screens with different thicknesses and which moreover makes it possible to place those flat screens very close to a wall. To this end, the device according to the invention is characterized in that the coupling means and / or the further coupling means are adapted for mutually coupling the wall means and the confining means in different positions, respectively, the further wall means and the further confining means, wherein the distance between the relevant confining part on the one hand or the further confining part and, on the other hand, the wall depends on the position of the coupling means or the further coupling means. Because the (further) coupling means can couple the (further) wall means and the (further) retaining means at different distances from each other, whereby the distance between the (further) retaining part and the wall is thus also influenced, the latter distance can be adjusted to the thickness of the flat screen so that the confinement part can closely connect to the front of the flat screen at the periphery thereof for confining the screen between the confinement part and the wall. By locking the screen at the front, it is possible to attach the screen (very close) to the wall.

Laatstgenoemd voordeel is met name van toepassing indien volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm de inrichting in gebruik binnen de 10 omtrek van het beeldscherm de wand vrij is van delen van de inrichting. Bij een dergelijke voorkeursuitvoeringsvorm is het in beginsel mogelijk ieder plat beeldscherm, ongeacht de uitvoeringsvorm ervan met name nabij de omtreksrand ervan, vlak tegen een wand te bevestigen.The latter advantage applies in particular if, according to a further preferred embodiment, the device is in use within the circumference of the screen, the wall is free of parts of the device. In such a preferred embodiment, it is in principle possible to fix any flat screen, irrespective of its embodiment, in particular near its peripheral edge, flat against a wall.

Een uitermate praktische uitvoeringsvorm wordt met name in 15 combinatie met de voorgaande voorkeursuitvoeringsvorm verkregen indien de wandmiddelen en/of de verdere wandmiddelen een stripvormig wanddeel omvatten dat zich parallel aan de wand volledig aan de van het beeldscherm afgekeerde zijde van de ondersteuning uitstrekt. Het stripvormige wanddeel leent zich bij uitstek om de (verdere) wandmiddelen tegen de wand te bevestigen.An extremely practical embodiment is obtained in particular in combination with the preceding preferred embodiment if the wall means and / or the further wall means comprise a strip-shaped wall part which extends parallel to the wall completely on the side of the support remote from the screen. The strip-shaped wall part is eminently suitable for fixing the (further) wall means against the wall.

20 Een dergelijke bevestiging is met name eenvoudig te realiseren indien in het wanddeel ten minste één gat en bij verdere voorkeur ten minste twee gaten zijn voorzien voor bevestiging van de wandmiddelen aan de wand. Voor bevestiging is het daarbij nodig dat boorgaten worden aangebracht in de wand aan de buitenzijde van de omtrek van het beeldscherm.Such a mounting is in particular simple to realize if at least one hole and more preferably at least two holes are provided in the wall part for fixing the wall means to the wall. For mounting, it is then necessary that drill holes are made in the wall on the outside of the circumference of the screen.

25 Een uitermate gebruiksvriendelijke uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding kan worden verkregen indien de koppelmiddelen en/of de verdere koppelmiddelen een eerste koppelorgaan dat deel uitmaakt van één van de wandmiddelen en van de opsluitmiddelen en een tweede koppelorgaan dat deel uitmaakt van de ander van de wandmiddelen en van de opsluitmiddelen 30 omvatten, waarbij het eerste koppelorgaan en het tweede koppelorgaan zijn ingericht voor onderlinge koppelende samenwerking, het eerste koppelorgaan omvattende een eerste tand en het tweede koppelorgaan omvattende een tweede tand welke eerste tand en tweede tand bij de koppelende samenwerking achter elkaar haken, de eerste tand deel uitmakend van een rij van eerste tanden die ieder 4 koppelend kunnen samenwerken met de tweede tand. De stand van de (verdere) koppelmiddelen ofwel de afstand tussen het (verdere) opsluitdeel en de wand is daarbij afhankelijk van welke specifieke eerste tand samenwerkt met de tweede tand. Overigens sluit de onderhavige voorkeursuitvoeringsvorm niet uit dat de 5 tweede tand eveneens deel uitmaakt van een rij van tweede tanden.An extremely user-friendly embodiment of the device according to the invention can be obtained if the coupling means and / or the further coupling means comprise a first coupling member that is part of one of the wall means and of the confining means and a second coupling member that is part of the other of the wall means and of the confining means 30, wherein the first coupling member and the second coupling member are adapted for mutual coupling cooperation, the first coupling member comprising a first tooth and the second coupling member comprising a second tooth which first tooth and second tooth consecutively during the coupling cooperation hooks, the first tooth being part of a row of first teeth, each of which can be coupled to the second tooth. The position of the (further) coupling means or the distance between the (further) retaining part and the wall is thereby dependent on which specific first tooth cooperates with the second tooth. Incidentally, the present preferred embodiment does not exclude that the second tooth also forms part of a row of second teeth.

Het gebruiksgemak wordt verder verhoogd indien volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm de koppelmiddelen en/of de verdere koppelmiddelen zwenkmiddelen omvatten, de zwenkmiddelen omvattende een eerste zwenkorgaan deel uitmakend van één van de wandmiddelen respectievelijk verdere 10 wandmiddelen en van de opsluitmiddelen respectievelijk verdere opsluitmiddelen en een tweede zwenkorgaan deel uitmakend van de ander van de wandmiddelen respectievelijk de verdere wandmiddelen en van de opsluitmiddelen respectievelijk de verdere opsluitmiddelen, waarbij het eerste zwenkorgaan en het tweede zwenkorgaan zijn ingericht voor het om een zwenkas verzwenken van de 15 opsluitmiddelen respectievelijk verdere opsluitmiddelen ten opzichte van de wandmiddelen respectievelijk verdere wandmiddelen tijdens welke verzwenking er sprake is van onderlinge verplaatsing van de tweede tand langs de rij eerste tanden. Het opsluiten van een beeldscherm kan dan geschieden door het zwenkorgaan dat deel uitmaakt van de (verdere) opsluitmiddelen in de richting van het beeldscherm te 20 zwenken totdat het (verdere) opsluitdeel aanslaat tegen de voorzijde van het beeldscherm.The ease of use is further increased if according to a further preferred embodiment the coupling means and / or the further coupling means comprise pivoting means, the pivoting means comprising a first pivoting member forming part of one of the wall means or further wall means and of the confining means or further confining means and a second pivoting member part forming another of the wall means or the further wall means and of the confining means or the further confining means, wherein the first pivoting member and the second pivoting member are adapted to pivot the confining means or further confining means relative to the wall means or further wall means during which pivoting there is mutual displacement of the second tooth along the row of first teeth. The confinement of a screen can then be effected by pivoting the pivoting member that forms part of the (further) confining means in the direction of the screen until the (further) confining part abuts against the front side of the screen.

Teneinde de kostprijs van de inrichting volgens de uitvinding laag te houden geniet het de voorkeur dat de wandmiddelen, de opsluitmiddelen, de verdere wandmiddelen en/of de verdere opsluitmiddelen een langwerpig, bij 25 voorkeur geëxtrudeerd, profiel omvatten, waarbij bij verdere voorkeur indien gebruik wordt gemaakt van een rij van eerste tanden die ieder koppelend kunnen samenwerken met een tweede tand volgens een voorgaand omschreven voorkeursuitvoeringsvorm, de rij van eerste tanden en/of de tweede tand integraal deel uitmaakt van het betreffend langwerpige profiel.In order to keep the cost price of the device according to the invention low, it is preferred that the wall means, the confining means, the further wall means and / or the further confining means comprise an elongated, preferably extruded, profile, with further preference if use being made made of a row of first teeth that can each couplingly engage with a second tooth according to a previously described preferred embodiment, the row of first teeth and / or the second tooth forms an integral part of the respective elongated profile.

30 Volgens een uitermate voordelige voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting volgens de uitvinding borgmiddelen voor het borgen van de onderling koppelende samenwerking van de koppelmiddelen en/of de verdere koppelmiddelen. Juist voor platte beeldschermen, hetgeen relatief dure producten zijn, is het van groot belang dat de koppelende werkzaamheid van de (verdere) 5 koppelmiddelen niet ongewenst verloren gaat aangezien daardoor het betreffende platte beeldscherm op de grond zou kunnen vallen en daarbij zou kunnen beschadigen. Door de inrichting volgens de uitvinding van borgmiddelen te voorzien kan een dergelijke ongewenste situatie worden voorkomen.According to an extremely advantageous preferred embodiment, the device according to the invention comprises locking means for securing the mutually coupling cooperation of the coupling means and / or the further coupling means. It is of great importance for flat screens, which are relatively expensive products, that the coupling effectiveness of the (further) coupling means is not undesirably lost, since the flat screen in question could thereby fall to the ground and thereby be damaged. By providing the device according to the invention with locking means, such an undesired situation can be prevented.

5 Een zeer betrouwbare borging door de borgmiddelen kan worden verkregen indien de borgmiddelen een borgorgaan omvatten dat tussen twee tegenover elkaar gelegen borgdelen van de wandmiddelen respectievelijk de verdere wandmiddelen en de opsluitmiddelen respectievelijk verdere opsluit-middelen positioneerbaar is. Aldus kan het borgorgaan onderlinge verplaatsing van 10 de (verdere) wandmiddelen en de (verdere) opsluitmiddelen althans in een bepaalde richting voorkomen welke verplaatsing noodzakelijk is voor het verloren doen laten gaan van de koppelende werkzaamheid van de koppelmiddelen.A very reliable securing by the securing means can be obtained if the securing means comprise a securing member which can be positioned between two opposite securing parts of the wall means or the further wall means and the confining means or further confining means. The locking member can thus prevent mutual displacement of the (further) wall means and the (further) confining means in at least a certain direction, which displacement is necessary for causing the coupling action of the coupling means to be lost.

Het borgorgaan is bij toepassing van (verdere) wandmiddelen en/of (verdere) opsluitmiddelen die een langwerpig profiel omvatten, bij voorkeur vanaf 15 een uiteinde van dit langwerpige profiel tussen de borgdelen schuifbaar.When using (further) wall means and / or (further) confining means comprising an elongated profile, the locking member is slidable between the locking parts from one end of this elongated profile.

Ter beperking van het aantal benodigde onderdelen geniet het daarbij de verdere voorkeur dat het borgorgaan, bij voorkeur integraal, deel uitmaakt van een afdekorgaan voor het afdekken van het uiteinde van het langwerpig profiel.In order to limit the number of parts required, it is furthermore preferred that the locking member, preferably integrally, forms part of a cover member for covering the end of the elongated profile.

Met name ter vermijding van diefstal van een plat beeldscherm dat 20 met een inrichting volgens de uitvinding tegen een wand is bevestigd, is het voordelig indien de inrichting vergrendelmiddelen omvat voor het vergrendelen van de borgmiddelen aan de wandmiddelen en/of aan de verdere wandmiddelen. Aldus is uitsluitend na het ontgrendelen van de vergrendelmiddelen het mogelijk om de borgmiddelen in een niet-werkzame toestand te brengen zodat de koppelende 25 werkzaamheid van de (verdere) koppelmiddelen kan worden opgeheven.In particular in order to prevent theft of a flat screen screen which is mounted against a wall with a device according to the invention, it is advantageous if the device comprises locking means for locking the locking means to the wall means and / or to the further wall means. Thus, it is only after unlocking the locking means that it is possible to bring the locking means into an inoperative condition so that the coupling action of the (further) coupling means can be canceled.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de verder opsluitmiddelen ten minste aan de bovenste zijde van het beeldscherm voorzien aangezien aldaar het kantelmoment voor het beeldscherm het grootst is. Indien de verdere opsluitmiddelen uitsluitend aan de bovenste zijde van het beeldscherm zijn 30 voorzien, wordt bovendien bereikt dat de verdere opsluitmiddelen geen negatieve invloed kunnen hebben op de afgifte van geluid uit luidsprekers die aan de zijkanten van het beeldscherm kunnen zijn voorzien.According to a further preferred embodiment, the further confining means are provided at least on the upper side of the screen, since the tilting moment for the screen there is greatest. If the further confining means are provided exclusively on the upper side of the screen, it is moreover achieved that the further confining means cannot have a negative influence on the output of sound from loudspeakers which may be provided on the sides of the screen.

De wandmiddelen en de opsluitmiddelen strekken zich bij voorkeur slechts over een deel van de breedte van het beeldscherm ter plaatse van de 6 onderste zijde van het beeldscherm uit. Voor een goede bevestiging van het vlakke beeldscherm tegen de wand is het niet noodzakelijk gebleken dat het beeldscherm over de volledige breedte ervan wordt ondersteund. Bovendien biedt de onderhavige voorkeursuitvoeringsvorm de voordelige mogelijkheid om een inrichting volgens de 5 uitvinding waarvan de wandmiddelen en de opsluitmiddelen een bepaalde lengte bezitten toe te passen voor beeldschermen met verschillende breedtes.The wall means and the confining means preferably extend only over a part of the width of the screen at the location of the lower side of the screen. For a good attachment of the flat screen to the wall, it has not been found necessary that the screen be supported over its full width. Moreover, the present preferred embodiment offers the advantageous possibility of using a device according to the invention, the wall means and the confining means of which have a certain length for screens with different widths.

Het gebruiksgemak van de inrichting volgens de uitvinding wordt verhoogd indien de ondersteuningsmiddelen deel uitmaken van de wandmiddelen. Aldus kan het platte beeldscherm in eerste instantie door de ondersteunings-10 middelen van de wandmiddelen worden ondersteund waarna de koppelmiddelen in de koppelende werkzaamheid kunnen worden gebruikt om het beeldscherm door de opsluitmiddelen op te sluiten tegen de wand.The ease of use of the device according to the invention is increased if the supporting means form part of the wall means. The flat screen can thus be supported in the first instance by the supporting means of the wall means, whereafter the coupling means can be used in the coupling action to lock the screen against the wall by the confining means.

Een bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm kenmerkt zich doordat de wandmiddelen en/of de verdere wandmiddelen ten minste één langwerpig gat 15 omvatten voor bevestiging van de wandmiddelen aan de wand, welk ten minste ene langwerpige gat deel uitmaakt van een schijfvormig rotatiedeel dat roteerbaar is ten opzichte van het resterend deel van de wandmiddelen om een rotatie-as die zich loodrecht op de wand uitstrekt en waarbij het langwerpig gat zich uitstrekt van het hart van het schijfvormig rotatiedeel tot de buitenzijde van de schijfvorm van het 20 rotatiedeel. Bevestiging van de (verdere) wandmiddelen aan de wand kan daarbij zeer nauwkeurig plaatsvinden zonder dat bevestigingsgaten zelf ook zeer nauwkeurig in de wand zijn aangebracht. Het gemak van bevestiging van de (verdere) wandmiddelen en daarmee van de inrichting volgens de uitvinding wordt aldus vergemakkelijkt. Zo lang men ervoor zorgt dat de boorgaten zich binnen de 25 diameter van het schijfvormige rotatiedeel bevindt, is het mogelijk de wandmiddelen zuiver waterpas aan een wand te bevestigen.A particularly preferred embodiment is characterized in that the wall means and / or the further wall means comprise at least one elongated hole 15 for fixing the wall means to the wall, which at least one elongated hole forms part of a disc-shaped rotation part that is rotatable relative to the remaining part of the wall means about an axis of rotation which extends perpendicular to the wall and wherein the elongated hole extends from the center of the disc-shaped rotation part to the outside of the disc shape of the rotation part. Fastening of the (further) wall means to the wall can take place very accurately without fastening holes themselves also being very accurately arranged in the wall. The ease of attachment of the (further) wall means and hence of the device according to the invention is thus facilitated. As long as it is ensured that the boreholes are within the diameter of the disc-shaped rotation part, it is possible to fix the wall means to a wall in a purely spirit level.

Het gebruiksgemak wordt verder verhoogd indien de wandmiddelen en/of de verdere wandmiddelen twee langwerpige gaten omvatten voor bevestiging van de wandmiddelen respectievelijk verdere wandmiddelen aan de wand, welk 30 langwerpige gaten ieder deel uitmaken van schijfvormig rotatiedelen die ieder roteerbaar zijn ten opzichte van het resterend deel van de wandmiddelen respectievelijk van de verdere wandmiddelen om respectievelijke rotatie-assen die zich loodrecht op de wand uitstrekken. Wederom hoeft een gebruiker er slechts voor zorg te dragen dat de boorgaten zich binnen de diameter van de twee rotatiedelen 7 bevinden. Door geschikte rotatie van de rotatiedelen kunnen vervolgens de langwerpige gaten dusdanig worden gepositioneerd dat zij in lijn zijn met de boorgaten en bevestiging met een schroef die zich door de langwerpige gaten heen uitstrekt plaats kan vinden.The ease of use is further increased if the wall means and / or the further wall means comprise two elongated holes for fixing the wall means or further wall means to the wall, which elongated holes each form part of disc-shaped rotation parts that are each rotatable with respect to the remaining part of the wall means or of the further wall means about respective rotation axes which extend perpendicular to the wall. Again, a user only needs to ensure that the boreholes are within the diameter of the two rotation parts 7. By suitable rotation of the rotation parts, the elongated holes can then be positioned such that they are aligned with the drill holes and fastening with a screw extending through the elongated holes can take place.

5 Bij grote voorkeur strekt het ten minste ene langwerpige gat zich radiaal ten opzichte van het rotatiedeel uit.More preferably, the at least one elongated hole extends radially with respect to the rotation part.

De voordelen die van toepassing zijn bij de voorgaand omschreven voorkeursuitvoeringsvormen van een inrichting volgens de uitvinding waarbij er sprake is van langwerpige gaten die deel uitmaken van schijfvormige rotatiedelen 10 zijn niet alleen van toepassing bij een inrichting volgens de uitvinding maar kunnen tevens in zijn algemeenheid van toepassing zijn bij aan een wand te bevestigen objecten. Derhalve heeft de onderhavige uitvinding tevens betrekking op een ten minste één langwerpig gat voor bevestiging van het object aan de wand, welk ten minste ene langwerpige gat deel uitmaakt van een schijfvormig rotatiedeel dat 15 roteerbaar is ten opzichte van het resterend deel van het object om een rotatie-as die zich loodrecht op de wand uitstrekt. Een dergelijk object zou bijvoorbeeld een steun kunnen zijn, bijvoorbeeld vooreen boekenplank.The advantages that apply to the previously described preferred embodiments of a device according to the invention in which there are elongated holes that form part of disc-shaped rotation parts 10 are not only applicable to a device according to the invention but can also apply in general are for objects to be attached to a wall. The present invention therefore also relates to an at least one elongated hole for fixing the object to the wall, which at least one elongated hole forms part of a disc-shaped rotation part that is rotatable with respect to the remaining part of the object about a axis of rotation extending perpendicular to the wall. Such an object could, for example, be a support, for example for a bookshelf.

Afhankelijk van het type beeldscherm kan het anderzijds ook voordelig zijn indien de ondersteuningsmiddelen deel uitmaken van de 20 opsluitmiddelen, met name indien het beeldscherm aan de voorzijde ervan een grotere omtrek bezit dan aan de achterzijde. Daar waar in de onderhavige publicatie overigens wordt gesproken over de omtrek van het beeldscherm, wordt de grootste omtrek van het beeldscherm bedoeld.Depending on the type of screen, on the other hand, it can also be advantageous if the supporting means form part of the confining means, in particular if the screen has a larger circumference at the front than at the rear. Where in the present publication incidentally the circumference of the screen is mentioned, the largest circumference of the screen is meant.

Figuur 1 toont een beeldscherm met een deel van een 25 bevestigingsinrichting volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding aan de onder- en bovenzijde daarvan inclusief een detail;Figure 1 shows a screen with a part of a mounting device according to a first preferred embodiment of the invention on the top and bottom thereof including a detail;

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van twee profieldelen van de bevestigingsinrichting;Figure 2 shows a cross-section of two profile parts of the fixing device;

Figuren 3a en 3b tonen in een kops aanzicht de 30 bevestigingsinrichting nabij de onderzijde van het beeldscherm waarbij in figuur 3b een afsluitkap aan de betreffende kopse zijde niet is weergegeven;Figures 3a and 3b show in a front view the mounting device near the underside of the screen, Figure 3b not showing a closing cap on the relevant end side;

Figuren 4 en 5 tonen in aanzichten volgens figuur 3b de bevestigingsinrichting in twee verschillende gekoppelde toestanden daarvan;Figures 4 and 5 show in views according to Figure 3b the mounting device in two different coupled states thereof;

Figuur 6 toont in perspectivisch aanzicht de bevestigingsinrichting 8 in toegepaste vorm;Figure 6 shows a perspective view of the fixing device 8 in applied form;

Figuur 7 toont figuur 6 in zijaanzicht;Figure 7 shows Figure 6 in side view;

Figuur 8 toont in perspectivisch aanzicht een uiteinde van een bevestigingsinrichting volgens een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de 5 uitvinding;Figure 8 shows in perspective view an end of a fastening device according to a second preferred embodiment of the invention;

Figuur 9 toont een detail van het tegen over gelegen uiteinde.Figure 9 shows a detail of the opposite end.

Figuur 2 toont in dwarsdoorsnede een wandprofiel 1 en een opsluitprofiel 2 zoals die paarsgewijs deel uitmaken van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een bevestigingsinrichting volgens de uitvinding waarmee een 10 plat beeldscherm 16 tegen een wand 3 (uitsluitend in figuur 2 weergegeven) kunnen worden bevestigd (zie ook figuur 1). Het wandprofiel 1, zoals bijvoorbeeld een extrusieprofiel van kunststof of aluminium, omvat nabij ieder van de uiteinden ervan een althans in hoofdzaak schijfvormig rotatielichaam 4 dat roteerbaar is opgenomen in lijfdeel 5 van het wandprofiel 1. In het schijfvormig rotatielichaam 4 is een 15 langwerpig gat 6 voorzien dat zich vanaf het midden van het schijfvormig rotatielichaam radiaal naar de buitenzijde van het schijfvormig rotatielichaam uitstrekt. Door rotatie van het schijfvormig rotatielichaam is het mogelijk om een in wand 3 geboord gat in lijn te brengen met het langwerpige gat 6 om het wandprofiel 1 tegen wand 3 te schroeven waarbij de schroef zich op iedere willekeurige positie 20 binnen de diameter van het schijfvormig rotatielichaam 4 kan bevinden. Aldus is het mogelijk om, ondanks het eventuele feit dat twee gaten die in wand 3 zijn aangebracht zich wellicht niet exact op dezelfde hoogte bevinden en niet op dezelfde afstand als de hart-op-hart-afstand van respectievelijke rotatielichamen 4, desondanks het wandprofiel 1 perfect waterpas tegen wand 3 kan worden bevestigd 25 mits de gaten binnen de diameters van de schijfvormige rotatielichamen 4 vallen aan de beide uiteinden van het wandprofiel 1.Figure 2 shows in cross-section a wall profile 1 and a retaining profile 2 as they form a pair-wise part of a first preferred embodiment of a mounting device according to the invention with which a flat screen 16 can be mounted against a wall 3 (shown only in Figure 2) (see also figure 1). The wall profile 1, such as for instance an extrusion profile of plastic or aluminum, comprises near each of its ends an at least substantially disc-shaped rotation body 4 which is rotatably received in body part 5 of the wall profile 1. In the disc-shaped rotation body 4 there is an elongated hole 6 provided that extends radially from the center of the disc-shaped rotary body to the outside of the disc-shaped rotary body. By rotating the disc-shaped rotation body, it is possible to align a hole drilled in wall 3 with the elongated hole 6 to screw the wall profile 1 against wall 3, the screw being positioned at any position within the diameter of the disc-shaped rotation body 4 can be. Thus, despite the possible fact that two holes arranged in wall 3 may not be exactly at the same height and not at the same distance as the center-to-center distance of respective rotation bodies 4, the wall profile 1 is nevertheless perfectly level against wall 3 can be attached provided that the holes fall within the diameters of the disc-shaped rotating bodies 4 at both ends of the wall profile 1.

Aan (in dwarsdoorsnede) één van de uiteinden van het lijfdeel 5, namelijk het naar het beeldscherm 6 gekeerde uiteinde, omvat het wandprofiel 1 een zich althans in hoofdzaak loodrecht op het lijfdeel 5 uitstrekkend vertandingsdeel 7 30 terwijl het wandprofiel 1 aan het tegenovergelegen uiteinde is voorzien van een zogenaamd zwenkdeel 8.At (in cross-section) one of the ends of the body part 5, namely the end facing the screen 6, the wall profile 1 comprises a toothing part 7 extending at least substantially perpendicularly to the body part 5 while the wall profile 1 is at the opposite end provided with a so-called swivel part 8.

Het vertandingsdeel 7 loopt vanaf het lijfdeel 5 enigszins taps toe en is aan de van beeldscherm 16 afgekeerde zijde voorzien van een rij haakvormige tanden 9. Aan het uiteinde van vertandingsdeel 7 is een verdikte eindrand 10 9 voorzien.The toothing part 7 is slightly tapered from the body part 5 and is provided with a row of hook-shaped teeth 9 on the side remote from screen 16. At the end of toothing part 7 a thickened end edge 9 is provided.

Het zwenkdeel 8 omvat achtereenvolgens gezien vanaf het lijfdeel 5 een schuin van vertandingsdeel 7 weglopend recht deel 11, een kwart-cirkelvormig eerste boogdeel 12, een verticaal recht deel 13 en een tweede half-cirkelvormig 5 boogdeel 14. Het eerste boogdeel 12 en het tweede boogdeel 14 zijn min of meer concentrisch met hart 15.The pivot part 8 comprises, viewed successively from the body part 5, a straight part 11 running away obliquely from toothing part 7, a quarter-circular first arc part 12, a vertical straight part 13 and a second semicircular arc part 14. The first arc part 12 and the second arc part 14 are more or less concentric with center 15.

In het onderhavige voorbeeld wordt een wandprofiel 1 zowel aan de onderzijde van een plat beeldscherm 16 als aan de bovenzijde daarvan bevestigd tegen een wand 3. Beeldscherm 16 rust daarbij (zie figuren 3a en 3b) met de 10 onderzijde op de bovenzijde van het vertandingsdeel 7. Het vertandingsdeel 7 is daartoe aan de bovenzijde ervan voorzien van een niet nader getoonde rubberen beschermlaag die met het vertandingsdeel 7 is verbonden middels de zwaluwstaartgroef 27 aan de bovenzijde van het vertandingsdeel 7. Aldus kan het risico op beschadiging van (de onderrand van) het beeldscherm worden voorkomen. 15 Het wandprofiel 1 aan de bovenzijde van het beeldscherm 16 is met het vertandingsdeel 7 naar beneden en het zwenkdeel 8 naar boven gericht tegen wand 3 bevestigd waarbij de onderzijde van het vertandingsdeel 7 aanligt tegen de bovenzijde van het beeldscherm 16. Zoals navolgend overigens nog duidelijk zal worden, is het alternatief of in combinatie ook mogelijk om het bovenste wandprofiel 20 1 te vervangen door twee verticaal georiënteerde wandprofielen 1 die aan de beide zijkanten van het beeldscherm 16 tegen wand 3 zijn bevestigd waarbij de buitenzijde van vertandingsdeel 7 aanligt tegen de bijbehorende buitenzijde van beeldscherm 16.In the present example, a wall profile 1 is fixed against a wall 3 both on the underside of a flat screen 16 and at the top thereof. The screen 16 rests thereby (see figures 3a and 3b) with the underside on the top side of the toothing part 7. To that end, the toothing part 7 is provided on its upper side with a rubber protective layer (not shown) which is connected to the toothing part 7 by means of the dovetail groove 27 on the upper side of the toothing part 7. Thus, the risk of damage to (the lower edge of) the screen are prevented. The wall profile 1 on the top of the display screen 16 is fixed with the toothing part 7 downwards and the pivoting part 8 directed upwards against wall 3, the underside of the toothing part 7 abutting against the top side of the display screen 16. As will be clear from the following The alternative or in combination is also possible to replace the upper wall profile 1 by two vertically oriented wall profiles 1 which are fixed to wall 3 on both sides of the display screen 16, the outside of toothing part 7 abutting against the associated outside of display 16.

Onder verwijzing naar figuur 2 omvat het opsluitprofiel 2 een licht 25 bol gevormd lijfdeel 21 met althans in hoofdzaak loodrecht daarop georiënteerd een elastisch armdeel 22 aan het uiteinde waarvan een tand 23 is voorzien die is bestemd om samen te werken met hetzij de verdikte eindrand 10, hetzij één van de tanden 9 van het vertandingsdeel 7 van het wandprofiel 1. Boven armdeel 22 omvat het lijfdeel 21 aan de binnenzijde ervan een zwaluwstaartgroef 28 waarin een niet 30 nader getoonde rubberen beschermlaag kan worden geklemd. Verder omvat het opsluitprofiel 2 een van armdeel 2 weg krommend eerste boogdeel 24 en een tweede boogdeel 25. De kromtestraal van het tweede boogdeel 25 is gelijk aan de kromtestraal van het tweede boogdeel 14 van het zwenkdeel 8 van het wandprofiel 1. Het tweede boogdeel 25 en het tweede boogdeel 14 zijn bestemd om zwenkend 10 met elkaar samen te werken. Waarbij het hart van het tweede boogdeel 25 samenvalt met hart 15 van het tweede boogdeel 14. Het hart van het eerste boogdeel 24 valt bij dergelijke samenwerking eveneens samen met hart 15. Doordat de kromtestraal van het eerste boogdeel 24 groter is dan die van het eerste 5 boogdeel 12 van wandprofiel 1 is er daarbij sprake van een gekromde spleet 26 tussen het eerste boogdeel 24 en het eerste boogdeel 12.With reference to figure 2, the retaining profile 2 comprises a slightly spherically shaped body part 21 with at least substantially perpendicularly oriented thereon an elastic arm part 22 at the end of which a tooth 23 is provided which is intended to cooperate with either the thickened end edge 10, or one of the teeth 9 of the toothing part 7 of the wall profile 1. Above arm part 22, the body part 21 comprises on its inside a dovetail groove 28 into which a rubber protective layer (not shown) can be clamped. Furthermore, the retaining profile 2 comprises a first arch part 24 curving away from arm part 2 and a second arch part 25. The radius of curvature of the second arch part 25 is equal to the radius of curvature of the second arch part 14 of the pivot part 8 of the wall profile 1. The second arch part 25 and the second arc part 14 are intended to pivotally cooperate with each other. The heart of the second arc part 25 coinciding with the heart 15 of the second arc part 14. In such cooperation, the heart of the first arc part 24 also coincides with the heart 15. Because the radius of curvature of the first arc part 24 is greater than that of the first 5 arc part 12 of wall profile 1 there is then a curved gap 26 between the first arc part 24 and the first arc part 12.

Figuren 3a tot en met 5 tonen meer in detail de wijze waarop een wandprofiel 1 met een opsluitprofiel 2 kan samenwerken. In figuur 3a is het opsluitprofiel 2 niet zichtbaar omdat over de beide uiteinden van het opsluitprofiel 2 10 een afsluitkap 31 is geschoven. De contouren van de aan het andere uiteinde van het opsluitprofiel 2 over het afsluitprofiel 2 geschoven afsluitkap 31 zijn overigens ook zichtbaar in de figuren 3b, 4 en 5.Figures 3a to 5 show in more detail the way in which a wall profile 1 can cooperate with a retaining profile 2. In figure 3a the retaining profile 2 is not visible because a closing cap 31 has been slid over the two ends of the retaining profile 2. The contours of the closing cap 31 slid over the closing profile 2 at the other end of the retaining profile 2 are also visible in figures 3b, 4 and 5.

Afsluitkap 31 omvat een lagerdeel 32 dat is bestemd om in spleet 26 te worden gestoken en waarvan de vorm aansluit op de binnenzijde van het 15 eerste borgdeel 24. De lengte van het lagerdeel 32 is in de lengterichting van het wandprofiel 1 en het opsluitprofiel 2 aanmerkelijk groter dan de lengte van het resterend deel van afsluitkap 31. Een typische lengte van lagerdeel 32 bedraagt bijvoorbeeld 3 cm. Althans in hoofdzaak komt de dikte van het lagerdeel 32 overeen met het verschil tussen de kromtestralen van het eerste borgdeel 12 en het eerste 20 borgdeel 24 zodat het lagerdeel 32 spleet 26 volledig opvult. Om de afsluitkappen 31 ruimte te bieden is de lengte van het opsluitprofiel 2 iets langer dan de lengte van het wandprofiel 1.Closing cap 31 comprises a bearing part 32 which is intended to be inserted into slot 26 and the shape of which connects to the inside of the first locking part 24. The length of the bearing part 32 is appreciably in the longitudinal direction of the wall profile 1 and the retaining profile 2 greater than the length of the remaining part of closure cap 31. A typical length of bearing part 32 is, for example, 3 cm. At least substantially the thickness of the bearing part 32 corresponds to the difference between the curvature rays of the first locking part 12 and the first locking part 24 so that the bearing part 32 completely fills the gap 26. In order to provide space for the closure caps 31, the length of the containment profile 2 is slightly longer than the length of the wall profile 1.

Figuren 3a en 3b tonen een uitgangssituatie tijdens het bevestigen van het platte beeldscherm 16 tegen wand 3. Afsluitkappen 31 zijn over het 25 opsluitprofiel 2 geschoven. Het opsluitprofiel 2 is daarbij ten opzichte van wandprofiel 1 dusdanig gepositioneerd dat de middelpunten van de radii behorende bij het eerste boogdeel 24 en het tweede boogdeel 25 samenvallen met hartlijn 15 voor het tweede boogdeel 14 en het eerste boogdeel 12. Lagerdeel 32 is daarbij in spleet 26 tussen het eerste boogdeel 24 en het eerste boogdeel 12 gestoken.Figures 3a and 3b show a starting situation during the mounting of the flat screen 16 against wall 3. Closing caps 31 are slid over the retaining profile 2. The retaining profile 2 is thereby positioned relative to wall profile 1 such that the centers of the radii associated with the first arc part 24 and the second arc part 25 coincide with the center line 15 for the second arc part 14 and the first arc part 12. Bearing part 32 is thereby split 26 inserted between the first arc part 24 and the first arc part 12.

30 Vanuit die situatie wordt het opsluitprofiel 2, uiteraard tezamen met de bijbehorende twee afsluitkappen 31 in de richting van pijl 33 gezwenkt om een zwenkas die zich loodrecht op het vlak van tekening door hart 15 uitstrekt. Tijdens deze beweging passeert tand 23 op een gegeven moment de verdikte eindrand 10 tijdens welke passage het armdeel 22 elastisch in de richting van het eerste 11 boogdeel 24 buigt. De situatie die dan is weergegeven is zichtbaar in figuur 4.From that situation, the confinement profile 2, of course together with the associated two closure caps 31, is pivoted in the direction of arrow 33 about a pivot axis extending through center 15 perpendicular to the plane of drawing. During this movement, tooth 23 at a given moment passes through the thickened end edge 10, during which passage the arm part 22 bends elastically in the direction of the first arc part 24. The situation that is then shown is visible in Figure 4.

Het genoemde zwenken in de richting van pijl 33 kan verder plaatsvinden waarbij tand 23 langs de achtereenvolgende tanden 9 ratelt totdat het opsluitprofiel 2 aansluit tegen de voorzijde 34 van beeldscherm 16. De uiterste stand 5 waarbij tand 23 haakt achter de tand 9 die het dichtst bij lijfdeel 5 is gelegen is weergeven in figuur 5. Aldus is het mogelijk om beeldschermen 16 met verschillende diktes tegen wand 3 op te sluiten ofwel te bevestigen. De afstand tussen (de achterzijde van) het beeldscherm 16 en de wand 3 kan daarbij desgewenst zelfs tot 0 mm worden gereduceerd. Anderzijds is het uiteraard ook mogelijk om gebruik te 10 maken van afstandhouders tussen het beeldscherm 16 en de wand 3 om zodoende bijvoorbeeld ruimte te bieden voor kabels of koeling. Dergelijke bekabeling zou de bevestigingsinrichting aan de onderzijde van het beeldscherm kunnen passeren door het wandprofiel 1 te splitsen in twee wandprofieldelen die op beperkte afstand van elkaar in lijn met elkaar zijn voorzien waarbij de bekabeling tussen de naar 15 elkaar gerichte uiteinden van de wandprofieldelen zouden verlopen.Said pivoting in the direction of arrow 33 can further take place in which tooth 23 rattles along successive teeth 9 until the confinement profile 2 connects to the front side 34 of screen 16. The extreme position 5 at which tooth 23 hooks behind the tooth 9 closest to body part 5 is located, is shown in figure 5. It is thus possible to lock or attach screens 16 of different thicknesses to wall 3. The distance between (the rear of) the screen 16 and the wall 3 can be reduced to 0 mm if desired. On the other hand, it is of course also possible to make use of spacers between the display screen 16 and the wall 3 in order to provide space for cables or cooling, for example. Such cabling could pass the fastening device on the underside of the screen by splitting the wall profile 1 into two wall profile parts which are provided at a limited distance from each other in line with each other, whereby the cabling would run between the ends of the wall profile parts facing each other.

Alhoewel bovenstaand de wijze van samenwerking tussen wandprofiel 1 en opsluitprofiel 2 is weergegeven voor de onderzijde van beeldscherm 16, zal het de vakman duidelijk zijn dat om volstrekt vergelijkbare wijze paren van wandprofielen 1 en opsluitprofielen 2 ook aan de bovenzijde of 20 desgewenst aan de linker- en rechterzijde van beeldscherm 16, het beeldscherm 16 tegen wand 3 kunnen opsluiten.Although the manner of cooperation between wall profile 1 and confinement profile 2 is shown above for the underside of screen 16, it will be clear to the skilled person that, in a completely comparable manner, pairs of wall profiles 1 and confinement profiles 2 are also on the top side or, if desired, on the left side. and right side of display screen 16, can lock the display screen 16 against wall 3.

Figuren 6 en 7 tonen in verschillende aanzichten beeldscherm 16 met de bevestigingsrichting volgens de voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding in toegepaste vorm.Figures 6 and 7 show screen 16 in different views with the mounting direction according to the preferred embodiment of the invention in applied form.

25 Het desgewenst demonteren van beeldscherm 16 kan eenvoudig plaatsvinden door in eerste instantie de afsluitkappen 31 van de uiteinden van de opsluitprofielen 2 te schuiven waardoor ruimte vrijkomt voor armdeel 22 om in de richting van hart 15 te zakken waardoor de hakende samenwerking tussen tand 23 en de verdikte eindrand 10 of één van de tanden 9 verloren gaat zoals in feite is 30 weergegeven in figuur 2. Vervolgens kan beeldscherm 16 eenvoudig van de wand 3 worden losgenomen.If desired, disassembly of display screen 16 can easily take place by initially sliding the closing caps 31 from the ends of the retaining profiles 2, thereby freeing up space for arm part 22 to sink in the direction of center 15, thereby reducing the hooking cooperation between tooth 23 and thickened end edge 10 or one of the teeth 9 is lost as in fact is shown in figure 2. Next, screen 16 can easily be detached from the wall 3.

Om diefstal of het onbedoeld wegnemen van het opsluitprofiel 2 te voorkomen is het overigens mogelijk om gebruik te maken van een vergrendeling waarmee de afsluitkappen 31 worden vergrendeld aan het bijbehorende 12 opsluitprofiel 2. In een zeer rudimentaire uitvoeringsvorm zou een dergelijke vergrendeling bijvoorbeeld kunnen worden gevormd door in de afsluitkap 31 en in opsluitprofiel 2 in lijn met elkaar gelegen gaten aan te brengen waar doorheen een slot, zoals een hangslot, zich uitstrekt.In order to prevent theft or unintentional removal of the retaining profile 2, it is otherwise possible to use a lock with which the closing caps 31 are locked to the associated retaining profile 2. In such a very rudimentary embodiment, such a lock could be formed by to provide holes in line with each other in the closing cap 31 and in retaining profile 2 through which a lock, such as a padlock, extends.

5 De lengte van de wandprofielen 1 en opzetprofielen 2 zijn in het onderhavige voorbeeld korter gekozen dan de breedte van het beeldscherm 16 hetgeen binnen het kader van de onderhavige uitvinding niet essentieel is.In the present example, the length of the wall profiles 1 and mounting profiles 2 are chosen to be shorter than the width of the display screen 16, which is not essential within the scope of the present invention.

Aan de hand van de figuren 8 en 9 wordt navolgend een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een bevestigingsinrichting volgens de uitvinding 10 omschreven. Bij deze tweede voorkeursuitvoeringsvorm is er sprake van een wandprofiel 51 en een opsluitprofiel 52. Van de respectievelijke lengten van deze profielen 51, 52 is in figuur 8 slechts een uiteinde deel weergegeven terwijl in figuur 9 slechts een nog kleiner deel gelegen aan het tegen over gelegen uiteinde is weergegeven.A second preferred embodiment of a fastening device according to the invention is described below with reference to Figures 8 and 9. In this second preferred embodiment there is talk of a wall profile 51 and a retaining profile 52. Of the respective lengths of these profiles 51, 52, only one end part is shown in Figure 8, while in Figure 9 only an even smaller part is situated on the opposite side. end is shown.

15 Het wandprofiel 51 en het opsluitprofiel 52 vertonen veel overeenkomsten met respectievelijk het wandprofiel 1 en het opsluitprofiel 2 van de voorgaand besproken eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een bevestigingsinrichting volgens de uitvinding. Derhalve zullen navolgend met name de verschillen worden toegelicht. In het lijfdeel 53 van wandprofiel 51 zijn vierkante gaten 54 20 voorzien voor bevestiging van het bandprofiel 51 aan een wand. Daarnaast is in het wandprofiel 51, nabij het getoonde uiteinde ervan, een slotsleuf 55 voorzien die doorloopt tot in het schuin weglopende rechte deel 56.The wall profile 51 and the retaining profile 52 have many similarities with the wall profile 1 and the retaining profile 2 respectively of the previously discussed first preferred embodiment of a fastening device according to the invention. Therefore, the differences in particular will be explained below. Square holes 54 are provided in the body part 53 of wall profile 51 for fixing the tape profile 51 to a wall. In addition, in the wall profile 51, near its shown end, a slot slot 55 is provided which extends into the obliquely straight section 56.

In plaats van het wandprofiel 51, omvat het opsluitprofiel 52 een vertandingsdeel 57 met een rij tanden 58. Voor het instellen van de onderlinge 25 oriëntatie van wandprofiel 51 en het opsluitprofiel 52 werken tanden 58 samen met tand 59 die via armdeel 60 met het lijfdeel 53 is verbonden. Het opsluitprofiel 52 omvat verder boven het vertandingsdeel 57 een enigszins gekromde onder-steuningsarm 61 op de bovenzijde waarvan in gebruik de onderzijde van een beeldscherm rust. Aan het uiteinde van de ondersteuningsarm 61 omvat het 30 opsluitprofiel 52 een neerwaarts gerichte aanslagrand 62 die is bestemd om samen te werken met de opwaarts gerichte aanslagrand 63 die net als tand 59 is voorzien aan het uiteinde van armdeel 60 van het wandprofiel 51. Deze samenwerking is met name aan de orde indien lagerdeel 64 niet aanwezig is tussen het eerste boogdeel 65 van opsluitprofiel 52 en het eerste boogdeel 66 van het wandprofiel 51 waardoor 13 het opsluitprofiel 52 ten opzichte van het wandprofiel 51 kan zakken waardoor tevens de aangrijpende samenwerking tussen de tanden 58 en tand 59 verloren gaat.Instead of the wall profile 51, the retaining profile 52 comprises a toothing part 57 with a row of teeth 58. For adjusting the mutual orientation of the wall profile 51 and the retaining profile 52, teeth 58 cooperate with tooth 59 which via arm part 60 with the body part 53 is connected. The retaining profile 52 further comprises above the toothing part 57 a slightly curved supporting arm 61 on the top of which, in use, the bottom of a screen rests. At the end of the support arm 61, the retaining profile 52 comprises a downwardly directed stop edge 62 which is intended to cooperate with the upwardly directed stop edge 63 which, like tooth 59, is provided at the end of arm part 60 of the wall profile 51. This cooperation is in particular the case if bearing part 64 is not present between the first arc part 65 of retaining profile 52 and the first arch part 66 of the wall profile 51 through which the retaining profile 52 can drop relative to the wall profile 51, whereby also the engaging cooperation between the teeth 58 and tooth 59 is lost.

De bevestigingsinrichting omvat verder aan beide uiteinden van de 5 profielen 51, 52 een afsluitkap 67 die in belangrijke mate vergelijkbaar is met afsluitkap 51. De vormgeving van afsluitkap 67 sluit aan op die van het opsluitprofiel 52 zodat de afsluitkap 67 op het uiteinde van het opsluitprofiel 52 kan worden geschoven waarbij het lagerdeel 64 tussen de boogdelen 65 en 66 steekt. Bij het zwenken van opsluitprofiel 52 ten opzichte van wandprofiel 51, zal dientengevolge 10 afsluitkap 67 gezamenlijk met het opsluitprofiel 52 bewegen.The fastening device furthermore comprises a closure cap 67 at both ends of the profiles 51, 52, which cap is comparable to closure cap 51. The shape of closure cap 67 is similar to that of the containment profile 52 so that the closure cap 67 on the end of the containment profile 52 can be slid with the bearing part 64 protruding between the arc parts 65 and 66. When pivoting locking profile 52 relative to wall profile 51, closing cap 67 will consequently move together with the locking profile 52.

De afsluitkappen 67 zijn voorzien van een slotmechanisme 68 dat is voorzien van een niet nader getoonde lip die door verdraaiing van een in het slotmechanisme 68 ter plaatse van verwijzingscijfer 69 te steken sleutel in en uit de slotsleuf 55 kan worden gedraaid. Wanneer de lip in de slotsleuf 55 steekt is het niet 15 mogelijk om afsluitkap 67 los te nemen van opsluitprofiel 52 waardoor ook de aanwezigheid van lagerdeel 64 tussen de boogdelen 65 en 66 is geborgd. Derhalve kan in die situatie ook het opsluitprofiel 52 niet los worden genomen van wandprofiel 51 waardoor het beeldscherm dat wordt ondersteund door de bevestigingsinrichting niet kan worden weggenomen, althans niet in een richting loodrecht op de wand 20 waartegen het beeldscherm is bevestigd. Combinaties van wandprofiel 51 en opsluitprofiel 52 kunnen, zoals de vakman begrijpt ook worden benut voor het opsluiten van een beeldscherm aan een verticale zijkant daarvan, dan wel aan de horizontale bovenzijde ervan.The closure caps 67 are provided with a lock mechanism 68 which is provided with a lip (not shown) which can be turned in and out of the slot slot 55 by turning a key to be inserted into the lock mechanism 68 at the location of reference numeral 69. When the lip protrudes into the slot slot 55, it is not possible to detach the closure cap 67 from the retaining profile 52, whereby the presence of bearing part 64 between the arc parts 65 and 66 is also guaranteed. Therefore, in that situation also the confinement profile 52 cannot be detached from wall profile 51, as a result of which the screen supported by the fixing device cannot be removed, at least not in a direction perpendicular to the wall 20 against which the screen is mounted. As the person skilled in the art understands, combinations of wall profile 51 and confinement profile 52 can also be used for confining a screen on a vertical side thereof, or on the horizontal upper side thereof.

De bovenstaand omschreven voorkeursuitvoeringsvormen zijn 25 slechts omschreven ter toelichting op de onderhavige uitvinding maar dient geenszins beperkend te worden geïnterpreteerd. Talloze alternatieve uitvoeringsvormen zijn binnen het kader van de onderhavige uitvinding denkbaar. De strekking van de uitvinding wordt bepaald door de navolgende conclusies.The preferred embodiments described above are only described to illustrate the present invention, but should not be construed as being limitative in any way. Numerous alternative embodiments are conceivable within the scope of the present invention. The scope of the invention is defined by the following claims.

30 103733930 1037339

Claims

1. Device for mounting a flat screen against a wall, comprising wall means that can be attached to the wall, support means for supporting a lower side of the screen, confining means with a confining part for confining on the side remote from the wall of the screen at the location of the lower side of the screen, coupling means for mutually releasably coupling the wall means and the confining means, further wall means that can be attached to the wall and further confining means with a further confining part for the distance away from the wall confining the screen side at the location of at least one side and / or the upper side of the screen, characterized in that the coupling means and / or the further coupling means are adapted to mutually connect the wall means and the wall means in different positions. Enclosing means, the further wall means and the further confining means, wherein the distance between the relevant confining part or the further confining part on the one hand and the wall on the other hand is dependent on the position of the coupling means or the further coupling means.

2. Device as claimed in claim 1, characterized in that, in use, within the circumference of the screen, the wall is free of parts of the device.

Device as claimed in claim 1 or 2, characterized in that the wall means and / or the further wall means comprise a strip-shaped wall part which extends parallel to the wall completely on the side of the support remote from the screen.

Device as claimed in claim 3, characterized in that at least one hole and more preferably at least two holes are provided in the wall part for fixing the wall means to the wall.

5. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the coupling means and / or the further coupling means comprise a first coupling member that forms part of one of the wall means and of the confining means and a second coupling member that forms part of the other of comprising the wall means and of the confining means, wherein the first coupling member and the second coupling member are arranged for mutual coupling cooperation, the first coupling member comprising a first tooth and the second coupling member comprising a second tooth which first tooth and second tooth behind the coupling cooperation hook each other, the first tooth being part of a row of first teeth that can each engage in coupling engagement with the second tooth.

Device as claimed in claim 5, characterized in that the coupling means and / or the further coupling means comprise swiveling means, the swiveling means comprising a first swiveling member forming part of one of the wall means or further wall means and of the confining means or further confining means and a second pivoting member forming part of the other of the wall means or the further wall means and of the confining means or the further confining means, wherein the first pivoting member and the second pivoting member are adapted to pivot the confining means or further confining means about a pivot axis wall means or further wall means during which pivoting there is talk of mutual displacement of the second tooth along the row of first teeth.

7. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the wall means, the confining means, the further wall means and / or the further confining means comprise an elongate, preferably extruded, profile.

Device as claimed in claim 5 and claim 7, characterized in that the row of first teeth and / or the second tooth forms an integral part of the respective elongated profile.

9. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the device comprises locking means for securing coupling action of the coupling means and / or of the further coupling means.

10. Device as claimed in claim 9, characterized in that the securing means comprise a securing member which can be positioned between two opposite securing parts of the wall means or the further wall means and the confining means or further confining means.

Device as claimed in claim 7 and according to claim 10, characterized in that the locking member can be slid between the locking parts from one end of the elongated profile.

Device as claimed in claim 11, characterized in that the locking member, preferably integral, forms part of a cover member for covering the end of the elongated profile.

Device as claimed in claim 10, 11 or 12, characterized in that the device comprises locking means for locking the locking means 5 to the wall means and / or to the further wall means.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the further confining means are provided at least on the upper side of the screen.

15. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the wall means and the confining means extend only over a part of the width of the screen.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the support means form part of the wall means.

17. Device as claimed in any of the claims 1 to 15, characterized in that the supporting means form part of the confining means.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the wall means and / or the further wall means comprise at least one elongated hole for fixing the wall means to the wall, which at least one elongated hole forms part of a disc-shaped rotation part that is rotatable with respect to the remaining part of the wall means about an axis of rotation extending perpendicular to the wall and wherein the elongated hole extends from the center of the disc-shaped rotation part to the outside of the disc form of the rotation part.

19. Device as claimed in claim 18, characterized in that the wall means and / or the further wall means comprise two elongated holes for fixing the wall means or further wall means to the wall, which elongated holes each form part of disc-shaped rotation parts each be rotatable with respect to the remaining part of the wall means or of the further wall means about respective axis of rotation extending perpendicular to the wall.

Device as claimed in claims 18 or 19, characterized in that the at least one elongated hole extends radially with respect to the rotation part.

An object to be attached to a wall comprising at least one elongated hole for attaching the object to the wall, which at least one elongated hole forms part of a disc-shaped rotation part rotatable with respect to the remaining part of the object about a rotation axis extending perpendicular to the wall.

22. An object to be mounted on a wall as claimed in claim 21, comprising two elongated holes for fixing the object to the wall, which two elongated holes each form part of disc-shaped rotation parts which are each rotatable with respect to the remaining part of the object about respective axes of rotation extending perpendicular to the wall.

23. Device as claimed in claim 21 or 22, characterized in that the at least one elongated hole extends radially with respect to the rotation part. 1037339