NL1026062C2

NL1026062C2 - RSI prevention or treatment device for computer user, includes means for supporting ulna and radius to maintain distance between lower arm and desk surface

Info

Publication number: NL1026062C2
Application number: NL1026062A
Authority: NL
Inventors: Cornelis Johannes Paulu Hermes
Original assignee: Cornelis Johannes Paulu Hermes
Priority date: 2003-04-28
Filing date: 2004-04-28
Publication date: 2004-11-24

Abstract

The means for maintaining a given distance between the desk surface and the bottom side of the part of the users lower arm (A) being supported are designed to support the arm ulna and radius. The device (1) is secured to the lower arm using a band (3) and designed to support at least part of the lower arm.

Description

Inrichting voor preventie en/of behandeling van RSIDevice for prevention and / or treatment of RSI

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor preventie en/of behandeling van RSI, waarbij de inrichting is ingericht voor het ondersteunen van ten minste een deel van een onderarm van een computergebruiker, wel-5 ke inrichting middelen bezit voor a) het op afstand boven een werkoppervlak houden b) het wrijvingsarm over een werkoppervlak bewegen van het door de middelen ondersteunde deel van de onderarm.The present invention relates to a device for prevention and / or treatment of RSI, wherein the device is adapted to support at least a part of a forearm of a computer user, which device has means for a) remotely hold above a work surface b) move the friction arm over a work surface of the part of the forearm supported by the means.

Inrichtingen voor dit doel zijn in het vak bekend.Devices for this purpose are known in the art.

10 Zo beschrijft NL 1016531 een inrichting welke is voorzien van rol/glijmiddelen voor het afsteunen van een deel (daaronder begrepen de pols) van de onderarm op een werkoppervlak bij het bedienen van een muis, toetsenbord of dergelijke. De bekende inrichting omvat een lichaam voor het wrijvingsarm bo-i 15 ven (bijvoorbeeld ten minste 0,75 cm boven) een werkoppervlak houden en/of over het werkoppervlak bewegen van het ondersteunde deel van de onderarm alsmede bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van het lichaam aan de onderzijde van de onderarm, in het bijzonder een gesp.For example, NL 1016531 describes a device which is provided with roller / sliding means for supporting a part (including the wrist) of the forearm on a work surface when operating a mouse, keyboard or the like. The known device comprises a body for the friction arm above (for example at least 0.75 cm above) a working surface and / or moving over the working surface of the supported part of the forearm as well as fixing means for fixing the body to the underside of the forearm, in particular a buckle.

20 Ofschoon de bekende inrichting op zich goede onder steuning biedt, blijkt de zwakke schakel bij deze en ook bij andere bekende in wezen overeenkomstige, aan de onderarm van een gebruiker bevestigde inrichtingen dat de inrichting de gebruiker ook kan hinderen, in het bijzonder bij andere voor-25 komende werkzaamheden. Dit brengt de gebruiker ertoe de inrichting hetzij helemaal niet te gebruiken, danwel soms af te doen en daarna onwillig te zijn of te vergeten om de inrichting weer om te doen voor de werkzaamheden die de kans op RSI vergroten.Although the known device per se provides good support, it appears that with this and also with other known devices which are essentially similar to the forearm of a user, the device can also hinder the user, in particular with regard to other devices. -25 upcoming work. This leads the user to either not use the device at all, or sometimes to take it off and then to be unwilling or to forget to put the device on again for the activities that increase the risk of RSI.

30 De onderhavige uitvinding beoogt een inrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen welke voor de computergebruiker een relatief verhoogd gebruiksgemak geeft.The present invention has for its object to provide a device of the type mentioned in the preamble which gives the computer user a relatively increased ease of use.

Daartoe is de inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt doordat de eerste middelen zijn ingericht voor het 35 afsteunen op de ellepijp en het spaakbeen.To this end, the device according to the invention is characterized in that the first means are adapted to be supported on the elbow and the spoke leg.

Aldus wordt de druk op het middelste deel van -de on- ' I derarm, in het bijzonder de pols, waar veel bloedvaten, zenu- I wen en pezen lopen, verlaagd, hetgeen bijdraagt aan het goed I laten functioneren van de onderarm en beperken van lichame- lijke klachten. Dit is in het bijzonder belangrijk doordat de 5 band om de onderarm van de computergebruiker die de inrich- I ting op zijn plaats houdt in principe een ongunstig effect zou kunnen hebben door (lichte) afknelling van de onderarm.Thus the pressure on the middle part of the forearm, in particular the wrist, where many blood vessels, nerves and tendons run, is reduced, which contributes to the proper functioning of the forearm and limits it of physical complaints. This is particularly important in that the band around the forearm of the computer user holding the device in place could in principle have an unfavorable effect due to (slight) pinching of the forearm.

I Ofschoon de ruimte direct onder het middelste deel van de on- derarm vrij zou kunnen zijn, geniet dit niet de voorkeur, I 10 aangezien dan de druk op de huid bij ellepijp en spaakbeen I als onaangenaam zou kunnen worden aanvaarden. Volgens de uit- I vinding wordt de belasting van het middelste deel verlaagd ten koste van de belasting van de ellepijp en het spaakbeen.Although the space directly below the middle part of the forearm could be free, this is not preferable, since then the pressure on the skin at the ulcer and spoke leg I could be accepted as unpleasant. According to the invention, the load on the middle part is reduced at the expense of the load on the elbow and the spoke leg.

I Gedacht wordt dat dit tevens bijdraagt aan een stabiel posi- 15 tioneren van de inrichting aan de onderarm tijdens het over I een oppervlak bewegen van de inrichting.It is thought that this also contributes to a stable positioning of the device on the forearm while moving the device over a surface.

I Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de in- I richting naast eerste middelen voor het verschaffen van een I gewenste eerste afstand tussen het werkoppervlak en de onder- I 20 zijde van het deel van de onderarm voor het ondersteunen I daarvan bij het wrijvingsarm over het werkoppervlak bewegen, tweede middelen voor het op afstand boven een werkoppervlak I wrijvingsarm over het werkoppervlak kunnen bewegen van de on- derarm, is de inrichting rond de onderarm draaibaar tussen I 25 een eerste stand waarin de eerste middelen zich aan de onder- I zijde van de onderarm bevinden en een tweede stand waarbij de tweede middelen zich aan de onderzijde van de onderarm bevin- I den, waarbij in de tweede stand de afstand tussen tussen het I werkoppervlak en de onderzijde van het deel van de onderarm I 30 voor het ondersteunen daarvan ten minste 25% kleiner is dan I in de eerste stand.According to a preferred embodiment, the device comprises, in addition to first means, for providing a desired first distance between the working surface and the lower side of the part of the forearm for supporting it when the friction arm moves over the working surface. second means for being able to move the lower arm frictionally over a working surface over the working surface, the device is rotatable around the forearm between a first position in which the first means are located on the lower side of the forearm and a second position wherein the second means are on the underside of the forearm, wherein in the second position the distance between the working surface and the underside of the part of the forearm for supporting it is at least 25% smaller than I in the first position.

I Aldus kan een gebruiker de inrichting in meer dan I één stand dragen, en de stand van de inrichting aanpassen aan I de uit te voeren werkzaamheden. Zo zal bijvoorbeeld voor I 35 schrijfwerkzaamheden worden gekozen voor de tweede stand, I terwijl voor bijvoorbeeld typen of het gebruik van een muis I de inrichting in de eerste stand wordt gebracht. De afstand I is in de tweede stand bij voorkeur meer dan 40% kleiner, en 3 meer in het bijzonder meer dan 60% kleiner. In absolute eenheden is de afstand in de tweede stand bij voorkeur kleiner dan 1 cm, en met meer voorkeur kleiner dan 0,7 cm. Tenzij anders aangegeven wordt onder de hoogte de hoogte verstaan aan 5 de zijde van de hand van de gebruiker. Wanneer het materiaal waaruit de inrichting is gevormd, in het bijzonder -dat van de eerste middelen, samendrukbaar is, dient deze hoogte te worden gemeten in gebruikstoestand, waarbij een van de inrichting voorziene onderarm op een werkoppervlak rust. Desgewenst 10 zijn ook de tweede middelen ingericht voor het in de tweede stand afsteunen op de ellepijp en het spaakbeen.A user can thus carry the device in more than one position, and adjust the position of the device to the work to be performed. For example, for writing activities I will be selected for the second position, while for example for typing or the use of a mouse I the device is brought into the first position. The distance I is preferably more than 40% smaller in the second position, and more particularly more than 60% smaller. In absolute units, the distance in the second position is preferably less than 1 cm, and more preferably less than 0.7 cm. Unless stated otherwise, the height is understood to mean the height on the user's hand. When the material from which the device is formed, in particular that of the first means, is compressible, this height must be measured in the position of use, wherein a forearm provided with the device rests on a working surface. If desired, the second means are also adapted to support the elbow and the spoke leg in the second position.

Volgens een belangrijke uitvoeringsvorm omvat de inrichting een eindeloze, om het deel van de onderarm aan te brengen band, welke over ten minste een deel van de omtreks-15 lengte elastisch is, en is de band aan binnen zijde van de band ter hoogte van de tweede middelen wrijvingsarm is uitgevoerd.According to an important embodiment, the device comprises an endless strap for fitting the part of the forearm, which is elastic over at least a part of the circumferential length, and the strap is on the inside of the strap at the level of the second means friction arm is implemented.

Dit vergemakkelijkt het voor de gebruiker om de band van de eerste stand naar de tweede stand en terug te bewegen. 20 Bij voorkeur is de binnenzijde van de band aan de zijde van de eerste middelen relatief stroef, waardoor de band bij het verschuiven over het werkoppervlak niet ongewenst om de pols kan draaien, d.w.z. de band de eerste stand verlaat.This facilitates for the user to move the belt from the first position to the second position and back. Preferably, the inner side of the strap on the side of the first means is relatively stiff, so that the strap cannot move around the wrist undesirably when it is shifted over the working surface, i.e. the strap leaves the first position.

25 Uit WO 00/57749 is een inrichting bekend welke is gevormd uit een elastische band. Volgens een voorkeursuitvoering van WO 00/57749 heeft de band rondom een uniforme dikte.From WO 00/57749 a device is known which is formed from an elastic band. According to a preferred embodiment of WO 00/57749, the tape has a uniform thickness around it.

GB 2.327.381 beschrijft een inrichting voor het ondersteunen van een pols, welke inrichting kan worden gedragen 30 om een onderarm in een stand van de inrichting wrijvingsarm over een werkoppervlak te bewegen.GB 2,327,381 describes a device for supporting a wrist, which device can be worn to move a forearm over a working surface in a position of the device.

Beide publicaties beschrijven niet het ontlasten van het middelste deel van de onderzijde van de onderarm (in de richting van de onderarm) waar veel pezen, bloedvaten en ze-35 nuwen lopen door afsteunen op de botten van de onderarm.Both publications do not describe the relief of the middle part of the lower side of the forearm (in the direction of the forearm) where many tendons, blood vessels and nerves run by resting on the bones of the forearm.

Bij voorkeur omvatten de eerste middelen ten minste twee elementen welke, wanneer de inrichting aan het deel van de onderarm is bevestigd, in hoofdzaak dwars op de onderarm -i nofcnfi 9 ! I van de gebruiker staan.The first means preferably comprise at least two elements which, when the device is attached to the part of the forearm, are substantially transverse to the forearm or arm 9. I of the user.

H Aldus kan doelmatig worden voorkomen dat de onderarm op ongewenste wijze kantelt, waardoor het lichaam onvoldoende I ondersteuning aan de onderarm zou geven.Thus, it can be effectively prevented that the forearm tilts in an undesired manner, as a result of which the body would provide insufficient support to the forearm.

H 5 Volgens een belangrijke voorkeursuitvoeringsvorm om- I vatten ten minste een van de eerste middelen en de tweede I middelen een glijplaat.According to an important preferred embodiment, at least one of the first means and the second means comprise a slide plate.

I Een glijplaat draagt ertoe bij dat de inrichting een zeer eenvoudige constructie heeft, en goedkoop zal kunnen I 10 worden vervaardigd.A slide plate contributes to the device having a very simple construction, and it will be possible to manufacture inexpensively.

I Bij voorkeur omvat het glijvlak een fluorpolymeer.The sliding surface preferably comprises a fluoropolymer.

I Fluorpolymeren, zoals Teflon®, dragen bij aan het I verlagen van de wrijving bij het boven een werkoppervlak hou- I den of over het werkoppervlak bewegen van het deel van de on- I 15 derarm.Fluoropolymers, such as Teflon®, help to reduce the friction when holding the part of the forearm above a working surface or moving it over the working surface.

I Bij voorkeur zijn de eerste middelen gekozen voor I het verschaffen van een afstand tot het werkoppervlak van ten I minste 1 cm, en bijvoorkeur ten minste 1,5 cm.Preferably, the first means are selected to provide a distance to the working surface of at least 1 cm, and preferably at least 1.5 cm.

Aldus kan een voor het bedienen van een toetsenbord I 20 of muis of dergelijke geschikte hoogte van het deel van de I onderarm boven het werkoppervlak worden verzekerd.Thus, a height of the part of the forearm above the working surface suitable for operating a keyboard or mouse or the like can be ensured.

I Verder zijn de tweede middelen bij voorkeur gekozen voor het verschaffen van een afstand tot het werkoppervlak I van ten hoogste 1 cm, en bijvoorkeur ten hoogste 0,5 cm.Furthermore, the second means are preferably chosen to provide a distance to the working surface I of at most 1 cm, and preferably at most 0.5 cm.

I 25 Aldus kan.voor verdere werkzaamheden, zoals schrij ven, een lagere gerieflijke hoogte boven het werkoppervlak worden verschaft.Thus, for further work, such as writing, a lower comfortable height above the working surface can be provided.

Volgens een voorkeursuitvoering lopen de eerste middelen van de inrichting naar de elleboog van de gebruiker ten 30 minste aan de zijde van het spaakbeen taps toe.According to a preferred embodiment, the first means of the device taper towards the elbow of the user at least on the side of the spoke leg.

Aldus wordt de onderarm van de gebruiker ten opzichte van de elleboog meer boven het werkoppervlak gericht, hetgeen voor het bedienen van een toetsenbord, muis en dergelijke gunstig is. Ofschoon de eerste middelen wigvormig kunnen 35 zijn uitgevoerd, geniet het de voorkeur dat de eerste middelen aan de zijde van de ellepijp (de zijde van de pink van de onderarm) in de richting van de hand naar de elleboog in hoofdzaak een gelijke dikte hebben, terwijl aan de zijde van 5 het spaakbeen (de zijde van de duim van de onderarm) de dikte van de eerste middelen in de richting van de elleboog afneemt .The user's forearm is thus directed more above the working surface with respect to the elbow, which is favorable for operating a keyboard, mouse and the like. Although the first means may be wedge-shaped, it is preferable that the first means on the side of the elbow (the side of the little finger of the forearm) have substantially the same thickness in the direction from the hand to the elbow, while on the side of the spoke leg (the side of the thumb of the forearm) the thickness of the first means decreases in the direction of the elbow.

Bij voorkeur is de band voor het bevestigen van de 5 inrichting aan het deel van de onderarm instelbaar voor wat betreft de omvang van het deel van de onderarm.The strap for attaching the device to the part of the forearm is preferably adjustable as regards the size of the part of the forearm.

Aldus kan de inrichting eenvoudig aan de individuele gebruiker, of aan de door de individuele gebruiker gedragen kleding, worden aangepast. In een dergelijk geval is bij 10 voorkeur ten minste een deel van de bevestigingsmiddelen elastisch uitgevoerd voor het aan de onderarm van de gebruiker draaien van de inrichting.The device can thus be easily adapted to the individual user, or to the clothing worn by the individual user. In such a case, at least a part of the fastening means is preferably made to be elastic for rotating the device on the user's forearm.

Bij voorkeur omvatten de middelen voor het bevestigen ten minste één materiaal gekozen uit elastische band en 15 klittenband.Preferably, the means for attaching comprises at least one material selected from elastic tape and Velcro tape.

Het gebruik van elastische band komt tegemoet aan de tijdens belasting wisselende omvang van de onderarm zonder dat dit tot knellen van de inrichting leidt. Het gebruik van klittenband draagt bij aan het gemakkelijk kunnen aanbrengen 20 of losnemen van de inrichting.The use of an elastic band meets the size of the forearm which varies during load, without this resulting in pinching of the device. The use of Velcro contributes to being able to easily apply or remove the device.

Bij voorkeur zijn ten minste de eerste middelen voorzien van een in omtreksrichting van de pols verlopende groef.At least the first means are preferably provided with a groove extending in the circumferential direction of the wrist.

Een dergelijke groef is ingericht voor het opnemen 25 van een horlogebandje, armbandje of ander sieraad, waardoor de druk op de pols, zoals hierboven reeds uiteengezet, wordt beperkt.Such a groove is adapted to receive a watch strap, bracelet or other piece of jewelry, whereby the pressure on the wrist, as already explained above, is limited.

De onderhavige uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld van een in-30 richting volgens de uitvinding onder verwijzing naar de tekening waarinThe present invention will now be elucidated on the basis of an exemplary embodiment of a device according to the invention with reference to the drawing in which

Fig. 1 een zijaanzicht in doorsnede voorstelt van de inrichting volgens de uitvinding;FIG. 1 represents a side sectional view of the device according to the invention;

Fig. 2 een vooraanzicht in doorsnede van de inrich-35 ting volgens fig. 1 toont langs lijn II-II;FIG. 2 shows a front sectional view of the device according to FIG. 1 along line II-II;

Fig. 3 de inrichting volgens de uitvinding weergeeft verbonden met de onderarm van een computergebruiker; enFIG. 3 shows the device according to the invention connected to the forearm of a computer user; and

Fig. 4 dezelfde situatie toont als Fig. 3, en over- eenkomend met Fig. 1, gezien vanaf de andere zijde van de arm van een computergebruiker.FIG. 4 shows the same situation as FIG. 3, and corresponding to FIG. 1 as seen from the other side of the arm of a computer user.

Fig. 1 toont een inrichting 1 voor het ondersteunen van een deel van de onderarm A (Fig. 3 en 4) van een compu- 5 tergebruiker, welke inrichting 1 hier in een eerste stand de pols van de computergebruiker ondersteunt. De inrichting 1 omvat in de afgebeelde uitvoeringsvorm een taps naar de elle- boog van de computergebruiker toelopend lichaam 2 dat in de weergegeven uitvoeringsvorm die de voorkeur geniet een stijf 10 lichaam 2 is, dat geschikt uit schuim is gevormd. Geschikt is het lichaam 2 gevormd uit geëxtrudeerd polystyreen. Het li- chaam 2 is in de weergegeven uitvoeringsvorm opgenomen in een band 3 waarmee het lichaam 2 aan de onderarm A van de compu- B tergebruiker (Fig. 3 en 4) is bevestigd. Volgens een niet- B 15 weergegeven uitvoeringsvorm zou de inrichting 1 voor het be- B vestigen een gesp kunnen omvatten en is het door de gesp te B steken uiteinde van de band 3 bijvoorbeeld voorzien van klit- B tenband, waarbij het uiteinde van de band 3 is teruggevouwen B op de band 3 teneinde de inrichting 1 op een aan de onderarm 20 A van de computergebruiker aan te passen wijze te bevestigen.FIG. 1 shows a device 1 for supporting a part of the forearm A (Fig. 3 and 4) of a computer user, which device 1 here supports the wrist of the computer user in a first position. In the illustrated embodiment, the device 1 comprises a body 2 tapered towards the elbow of the computer user, which in the preferred embodiment shown is a rigid body 2 suitably molded from foam. Suitably the body 2 is formed from extruded polystyrene. In the embodiment shown, the body 2 is included in a strap 3 with which the body 2 is attached to the forearm A of the computer user (Figs. 3 and 4). According to an embodiment (not shown), the fastening device 1 could comprise a buckle and the end of the band 3 to be inserted through the buckle is, for example, provided with Velcro band, the end of the band 3 is folded back onto the belt 3 in order to attach the device 1 in a manner to be adapted to the forearm 20 A of the computer user.

B Volgens de in fig. 1 weergegeven voorkeursuitvoering echter I is de band 3 een oneindige elastische band 3. Bij de hier I weergegeven uitvoeringsvorm is omvat de band 3 een dubbele laag (fig. 2), waarbij het lichaam 2 tussen de dubbele laag I 25 is aangebracht.B According to the preferred embodiment shown in Fig. 1, however, the band 3 is an infinite elastic band 3. In the embodiment shown here, the band 3 comprises a double layer (Fig. 2), the body 2 being between the double layer I 25 is provided.

I In de weergegeven uitvoeringsvorm omvat de inrich- I ting 1 een viertal glijvlakken 4 welke uit kunststof zoalsIn the embodiment shown, the device 1 comprises four sliding surfaces 4 which are made of plastic such as

Teflon® en dergelijke kunnen zijn vervaardigd, doch volgens I een niet-weergegeven uitvoeringsvorm is het lichaam 2 voor- I 30 zien van glijvlakken 4 vervaardigd uit stof (weefsel), welke I kunnen zijn gevormd door het materiaal van band 3. Optioneel I is een glijvlak 5 aanwezig voor het gemakkelijk over een op- pervlak bewegen wanneer de inrichting zich in de tweede stand I bevindt.Teflon® and the like may be made, but according to an embodiment not shown, the body 2 is provided with sliding surfaces 4 made of fabric (fabric), which may be formed by the material of belt 3. Optional I is a sliding surface 5 is provided for easily moving over a surface when the device is in the second position I.

I 35 Fig. 2 toont de inrichting van fig. 1 langs lijn II- I II. De onderarm A van de computergebruiker is niet weergege- I ven. Te zien zijn weer de inrichting 1, het lichaam 2, en de I band 3 met glijvlakken 4 en 5.FIG. 2 shows the device of FIG. 1 along line II-II. The forearm A of the computer user is not shown. The device 1, the body 2, and the belt 3 with sliding surfaces 4 and 5 can again be seen.

I II I

77

De inrichting volgens een voorkeursuitvoering van de uitvinding kan gemakkelijk van een eerste stand# waarin het lichaam 2 de onderarm A ondersteunt, in een tweede stand worden gedraaid voor die gevallen waarin de computergebruiker 5 bij andere activiteiten dan bijvoorbeeld het bedienen van een muis B (Fig. 3 en 4) hinder van het lichaam 2 zou ondervinden. In die tweede stand (niet weergegeven) bevindt het lichaam zich aan een van de twee zijkanten van de pols of aan de bovenzijde van de onderarm.The device according to a preferred embodiment of the invention can easily be rotated from a first position # in which the body 2 supports the forearm A to a second position for those cases in which the computer user 5 performs activities other than, for example, operating a mouse B (FIG. 3 and 4) would be hampered by the body 2. In that second position (not shown) the body is located on one of the two sides of the wrist or on the upper side of the forearm.

10 De inrichting 1 heeft een holle vorm, zoals ver schaft door het lichaam of optioneel een gebogen metalen of kunststof beugel (niet weergegeven), welke is aangepast aan de te ondersteunen onderarm A. Deze vorm is zodanig gekozen dat de druk die op de onderarm A wordt uitgeoefend, doordat 15 deze via het lichaam 2 op het werkvlak C rust, in verhoogde mate door de ellepijp en het spaakbeen wordt gedragen. Door ervoor te zorgen dat de druk het grootst is aan de uiteinden van het lichaam 2 (de punten van het lichaam 2 in Fig. 2), wordt het gevoelige deel waar pezen en zenuwen lopen minder 20 belast. Dit in tegenstelling tot bekende polssteunen. Anders gezegd, de holte of groef zorgt ervoor dat de ellepijp en het spaakbeen van (een deel van) de onderarm op de binnenwanden van de holte/groef afsteunen. Daarenboven helpt de vorm te voorkomen dat tijdens werkzaamheden waarin de inrichting in 25 de eerste stand moet blijven de inrichting in de tweede stand terecht komt. De groef kan zijn gevormd door de wanden van een groef waarvan de (desgewenst variërende) kromtestraal (Fig. 2) kleiner is dan die van de onderzijde (d.w.z. in een op een werkvlak C rustend) van het deel van de onderarm A. De 30 inrichting kan ook juist onder het gevoelige deel waar pezen en zenuwen lopen minder belast van een zachter materiaal, of een dikkere laag van zacht materiaal zijn uitgevoerd dan ter plaatse van de ellepijp en het spaakbeen. Dit zachte materiaal wijkt dan gemakkelijker waardoor de botten van de onder-35 arm relatief meer worden belast. Met name indien de vorm is aangepast, bijvoorbeeld door twee groeven aan de uiteinden van het lichaam waarin de respectievelijke botten van het onderarm vallen, kan tevens worden verzekerd dat de inrichting 1 t 8 ook in de tweede stand niet gemakkelijk verschuift.The device 1 has a hollow shape, as provided by the body or optionally a curved metal or plastic bracket (not shown), which is adapted to the forearm A to be supported. This shape is chosen such that the pressure applied to the forearm A is exerted in that it rests on the working surface C via the body 2 and is carried to a greater extent by the ulcer and the spoke bone. By ensuring that the pressure is greatest at the ends of the body 2 (the points of the body 2 in Fig. 2), the sensitive part where tendons and nerves run is less stressed. This is in contrast to known wrist supports. In other words, the cavity or groove ensures that the elbow and the spoke leg of (a part of) the forearm are supported on the inner walls of the cavity / groove. Moreover, the shape helps to prevent that during operations in which the device must remain in the first position, the device ends up in the second position. The groove can be formed by the walls of a groove whose (if desired varying) radius of curvature (Fig. 2) is smaller than that of the underside (ie in a working surface C) of the part of the forearm A. The groove The device can also be designed just below the sensitive part where tendons and nerves run less loaded with a softer material, or a thicker layer of soft material than at the location of the ulcer and the spoke leg. This soft material then gives way more easily, so that the bones of the forearm are loaded relatively more. In particular if the shape is adjusted, for example by two grooves at the ends of the body into which the respective bones of the forearm fall, it can also be ensured that the device 1-8 does not shift easily in the second position either.

De inrichting volgens de uitvinding kan naar wens worden gedimensioneerd. In de weergegeven uitvoeringsvorm was de lengte (gerekend langs de lengte van de onderarm van de 5 computergebruiker) van het lichaam 2 6 cm, de breedte van het lichaam 2 zoals dat met een werkoppervlak C (Fig. 3 en 4) in contact komt 4,5 cm en de hoogte 1,5 cm (nabij de hand) tot 1 cm (aan de zijde van de elleboog).The device according to the invention can be dimensioned as desired. In the embodiment shown, the length (calculated along the length of the computer user's forearm) of the body 2 was 6 cm, the width of the body 2 as it comes into contact with a work surface C (Fig. 3 and 4) 4 , 5 cm and the height 1.5 cm (near the hand) to 1 cm (on the side of the elbow).

Met voordeel is, zoals hierboven aangegeven, ten 10 minste een deel van band 3 vervaardigd uit elastisch materiaal, waardoor de inrichting 1 enerzijds goed blijft zitten, en anderzijds, in verband met de door bewegingen wisselende omvang van de onderarm A (Fig. 3 en 4), niet knelt. De inrichting 1 kan zeer snel worden gedraaid. De band 3 is bij 15 voorkeur breed (gerekend langs de as van de onderarm), zoals ten minste 3 cm, bij voorkeur ten minste 5 cm en geschikt even breed als de lengte van het lichaam 2. Bij voorkeur is de band 3 aan de naar het deel van de onderarm gerichte binnenzijde ervan over ten minste 145°, bij voorkeur ten minste 20 180°, en meer voorkeur ca 225°, wrijvingsarm uitgevoerd, bij voorbeeld van stof of vervaardigd uit elastisch materiaal met een lage wrijving. Dit vergemakkelijkt het draaien tussen de standen. Eventueel kan aan de zijde van het eerste lichaam 2 de band aan de binnenzijde zijn voorzien van relatief stroef 25 materiaal, dat ertoe bijdraagt dat de inrichting 1 niet ongewenst verdraait wanneer deze zich in de eerste stand bevindt.Advantageously, as indicated above, at least a part of strap 3 is made of elastic material, as a result of which the device 1 on the one hand remains seated, and on the other hand, in connection with the movement of the lower arm A (Fig. 3 and 4). The device 1 can be turned very quickly. The band 3 is preferably wide (calculated along the axis of the forearm), such as at least 3 cm, preferably at least 5 cm, and suitably as wide as the length of the body 2. Preferably the band 3 is at the inner side thereof directed towards the part of the forearm over at least 145 °, preferably at least 180 °, and more preferably about 225 °, low-friction, for example made of fabric or made of elastic material with a low friction. This makes it easier to turn between the positions. On the inside side of the first body 2, if desired, the band may be provided on the inside with relatively rigid material, which contributes to the device 1 not turning undesirably when it is in the first position.

De inrichting 1, en in het bijzonder het lichaam 2, kan aan de naar de pols gerichte zijde ervan zijn voorzien van een in de omtreksrichting van de pols verlopende groef 6. 30 Deze dient voor het opnemen van een armsieraad, zoals een armband of polshorloge, waardoor een verhoogde druk ter plaatse op de onderarm wordt vermeden. Een dergelijke groef 6 kan ook worden gebruikt voor het verbeteren van bekende polsbanden, zoals bekend uit GB 2 327 381, WO 02/36050, en WO 35 00/57749.The device 1, and in particular the body 2, may be provided on its wrist-facing side with a groove 6 extending in the circumferential direction of the wrist. This groove 6 serves for receiving an arm band, such as a bracelet or wrist watch. , whereby an increased pressure on the forearm is avoided on the spot. Such a groove 6 can also be used for improving known wrist bands, such as known from GB 2 327 381, WO 02/36050, and WO 35 00/57749.

Het is voor de gewone terzake kundige duidelijk dat de onderhavige uitvinding binnen de beschermingsomvang van de bijgaande conclusies op diverse wijzen kan worden uitgevoerd.It is obvious to those skilled in the art that the present invention can be implemented in various ways within the scope of the appended claims.

J Λ A Λ Λ A A .11 9 * 1J Λ A Λ Λ A A .11 9 * 1

Zo kan volgens een alternatieve uitvoeringsvorm het lichaam 2 een element bevatten gekozen uit een bal en een wieltje, waarbij het element draaibaar in het lichaam is opgenomen.Thus, according to an alternative embodiment, the body 2 may comprise an element selected from a ball and a wheel, the element being rotatably received in the body.

Een bal of een wieltje kan zorgdragen voor een wrij-5 vingsarm bewegen van de onderarmen over het werkoppervlak. De inrichting kan uit één stuk bestaan, en bijvoorbeeld geheel zijn vervaardig uit stof (zoals een elastische stof), welke stof in dat geval voor het vormen van de eerste middelen zo dik moet zijn (bijvoorbeeld door de aanwezigheid van een vul-10 lichaam 2) dat een afstand van ten minste 0,7 cm boven het werkoppervlak wordt verzekerd.A ball or a wheel can cause a frictional arm to move the forearms over the work surface. The device may consist of one piece, and may, for example, be entirely made of fabric (such as an elastic material), which material in that case must be so thick before forming the first means (e.g. due to the presence of a filling body 2). ) ensuring a distance of at least 0.7 cm above the working surface.

Het is denkbaar om meer dan één lichaam 2 te hebben, welk verdere lichaam (of lichamen) ingericht is voor het verschaffen van een andere afstand tot het werkoppervlak C.It is conceivable to have more than one body 2, which further body (or bodies) is adapted to provide a different distance from the working surface C.

15 102606?15 102606?

Claims

A device for prevention and / or treatment of I RSI, wherein the device is adapted to support at least a part of a computer user's forearm, which device becomes the computer user by means of a band around the forearm of I and the device has means I for a) maintaining a distance above a working surface b) moving the friction arm over a working surface of the part of the forearm supported by the means, characterized in that the first means are arranged for support on the ulna and the spoke leg.

2. Device as claimed in claim 1, characterized in that the device in addition to first means for providing a desired first distance between the working surface and the underside of the part of the forearm for supporting it in supporting friction arm moving over the work surface I, second means for being able to move the forearm remotely above a B work surface friction arm over the work surface, the device around the forearm can be rotated between a first position in which the first means B are on the underside of the forearm and a second B position where the second means are on the underside of f1 the forearm, wherein in the second position the distance f1 between the working surface and the underside of the part B of the lower arm for supporting it is at least 25% H smaller than in the first position.

3. Device as claimed in claim 2, characterized in that the first means comprise at least two elements which, when the device is attached to the part of the forearm, are substantially transverse to the forearm of the user I.

Device according to claim 1 or 2, characterized in that at least one of the first means and the second means comprises a slide plate. I 35

5. Device as claimed in any of the foregoing claims, I. Met 2, characterized in that the slide plate comprises a fluoropolymer.

6. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the first means are chosen for providing a distance to the working surface of at least 1 cm, and preferably at least 1.5 cm.

7. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the second means are chosen for providing a distance to the working surface of at most 1 cm, and preferably at most 0.5 cm.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that first means of the device tapering towards the elbow of the user at least on the side of the spoke leg.

9. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the band is an endless band to be arranged around the part of the forearm, which band is elastic over at least a part of the circumferential length, and the band is on the inside side of the tire at the level of the second means of friction arm.

Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that the strap for attaching the device to the part of the forearm is adjustable with regard to the size of the part of the forearm.

11. Device as claimed in claim 10, characterized in that the means for fixing comprise at least one material selected from elastic tape and Velcro tape.

Device as claimed in claim 1, characterized in that at least the first means are provided with a groove extending in the circumferential direction of the wrist. 30 j 1026062 "