NL1021784C2 - Hangmap en werkwijze voor de vervaardiging daarvan. - Google Patents

Description

Titel: Hangmap en werkwijze voor de vervaardiging daarvan.

De uitvinding heeft betrekking op een hangmap.

Hangmappen zijn bekend en worden gebruikt voor bijvoorbeeld het opbergen van papier in laden en kasten zoals bureauladen en archiefkasten. Deze zijn daartoe voorzien van parallelle ophangrails waarop de 5 hangmappen met ophanghaken kunnen worden opgehangen.

Deze bekende hangmappen zijn vervaardigd uit gevouwen karton, waarbij twee tegenover elkaar gelegen langsranden van het karton zijn voorzien van een metalen of kunststof strip die aan weerszijden uitsteekt voor de vorming van genoemde ophanghaken. Dergelijke hangmappen zijn 10 kostbaar doordat de metalen strips dienen te worden voorzien, terwijl zij bovendien kwetsbaar zijn als gevolg van het karton en de verbinding met de strip.

De uitvinding beoogt te voorzien in een hangmap. In het bijzonder beoogt de uitvinding te voorzien in een hangmap die minder kwetsbaar is 15 dan de bekende hangmap en bovendien bij voorkeur relatief goedkoop is in vervaardiging. Deze en verdere doelen worden althans gedeeltelijk bereikt met een hangmap volgens de uitvinding.

Een hangmap volgens de uitvinding wordt gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 1 en is in hoofdzaak vervaardigd uit 20 kunststof. Bij voorkeur is een hangmap volgens de uitvinding gekenmerkt doordat deze eendelig is gespuitgiet, althans is vervaardigd in een matrijs, waarbij scharniermiddelen zijn mee gevormd, in het bijzonder als zogenaamde living hinges. Daarmee wordt ineens een hangmap verkregen die eenvoudig kan worden gevouwen en kan worden op gehangen in een 25 daartoe ingerichte inrichting zoals een bureau of archiefkast of dergelijke.

Bij een hangmap volgens de uitvinding zijn de haakmiddelen bij voorkeur uitgevoerd als verlengingen van een langsrand van een sluitvlak, waarbij de langsrand enigszins dikker is dan de dikte van de sluitvlakken.

1 0 217 84 - 2

Hiermee wordt bereikt dat de hangmap eenvoudig kan worden opgehangen, voldoende stijf is, terwijl de sluitvlakken relatief flexibel zijn en bovendien weinig materiaal vergen. Bij een hangmap volgens de uitvinding omvatten de scharniermiddelen ten minste één en bij voorkeur meer dan één living 5 hinge, bijvoorbeeld twee of drie zich in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar uitstrekkende living hinges. Hiermee kan een hangmap eenvoudig in dikte worden aangepast aan de daarin op te bergen zaken, zoals papieren. Het verdient de voorkeur dat een hangmap aan ten minste één zijde, in het bijzonder een buitenzijde van een sluitvlak is voorzien van vlakken die 10 beschrijfbaar zijn, zodat eenvoudig aantekeningen op de hangmap kunnen worden gemaakt, bijvoorbeeld betreffende de inhoud daarvan.

ïn een langsrand van een sluitvlak van een hangmap volgens de uitvinding kan eenvoudig een insert worden opgenomen, bijvoorbeeld een metalen of kunststof verstijvende strip, welke bij voorkeur geheel of 15 gedeeltelijk is omspoten door kunststof. Eventueel kan als insert een transponder worden opgenomen waarmee de hangmap individueel traceerbaar kan worden gemaakt.

Een hangmap volgens de uitvinding kan bijvoorbeeld een geopende lengte hebben tussen 400 en 550 mm en een breedte tussen 270 en 350 mm, 20 zodanig dat daarin eenvoudig papier van A4-formaat kan worden opgenomen, terwijl de hangmap in bestaande archiefkasten en dergelijke kan worden opgehangen. Deze afmetingen dienen uiteraard geenszins beperkend te worden opgevat en kunnen al naar gelang het gewenste gebruik van de hangmap worden aangepast.

25 Een hangmap volgens de uitvinding is bij voorkeur in hoofdzaak in vlakke toestand gespuitgiet, hetgeen vervaardiging vereenvoudigt.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een labelhouder voor een hangmap volgens de uitvinding, voorzien van een klemprofiel dat passend op een bovenrand van een sluitvlak geklemd kan worden.

* r\ o < Γ"- , / r· 4 " 3

De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een hangmap, gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 11.

Door toepassing van een matrijs met een matrijsholte waarbij ten 5 minste één beweegbaar wanddeel van de matrijsholte is voorzien wordt het voordeel bereikt dat kunststof in de matrijsholte kan worden gebracht met relatief weinig tegendruk, althans bijzonder gunstige mould-flow-index (MFI), terwijl tijdens of nadat de kunststof in de matrijsholte wordt gebracht genoemde beweegbaar wanddeel kan worden bewogen naar een 10 stand waarbij de gewenste relatief kleine wanddikte van ten minste de sluitvlakken wordt bereikt. Bij deze beweging wordt de kunststof door het bewegende wanddeel verdrongen, zodat een volledige vulling van de matrijsholte wordt verkregen. Op deze wijze kan een wanddikte worden bereikt die anders niet mogelijk is met matrijsvormen zonder dat daarbij 15 bijzonder hoge injectiedrukken en/of bijzonder hoge sluitdrukken van de matrijs noodzakelijk zijn.

Bij een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding kan de matrijs zodanig worden uitgevoerd dat door het of elk beweegbaar deel de scharniermiddelen in hoofdzaak worden gevormd. Dit biedt het voordeel dat 20 bij injectie van de kunststof de scharnieren als zondanig geen stromingsbelemmering vormen voor de kunststof, terwijl relatief dunne filmscharnieren, althans living hinges kunnen worden gevormd.

In een verdere voordelige uitvoeringsvorm wordt een werkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 14. 25 Bij een dergelijke uitvoeringsvorm worden na injectie van de kunststof de sluitvlakken op dikte gebracht door beweging van het of elk beweegbaar wanddeel. De wanddikte van de sluitvlakken wordt daardoor bijzonder klein. Een bijkomend voordeel van een werkwijze volgens de uitvinding is dat spanningen in de kunststof en daarmee in het eindproduct 30 bijzonder goed kunnen worden gestuurd, in het bijzonder tot een minimum ï U L ' I kunnen worden beperkt, waardoor ongewenste vervormingen van de eindproducten worden verhinderd.

Ter verduidelijkingen van de uitvinding zullen uitvoeringsvoorbeelden van hangmap, labelhouder en werkwijze volgens de 5 uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont:

Figuur 1 in perspectivisch aanzicht een geopende hangmap volgens de uitvinding; figuur 2 in perspectivisch aanzicht een gesloten hangmap volgens 10 de uitvinding; figuur 3 in perspectivisch aanzicht een labelhouder volgens de uitvinding; figuur 4 schematisch in doorgesneden aanzicht een matrijs voor toepassing van een werkwijze volgens de uitvinding, in een eerste 15 uitvoeringsvorm; en figuur 5 in doorgesneden aanzicht een tweede uitvoeringsvorm van een matrijs voor toepassing van een werkwijze volgens de uitvinding.

In deze beschrijving hebben gelijke of corresponderende delen gelijke of corresponderende verwijzingscijfers.

20 Figuur 1 toont in opengevouwen toestand een hangmap 1 volgens de uitvinding, omvattende een eerste sluitvlak 2 en een tweede sluitvlak 3, onderling verbonden door scharniermiddelen 4. Elk sluitvlak is aan de tegenover de scharniermiddelen gelegen zijde 5 voorzien van een verdikte langsrand 6, welke aan weerszijden is voorzien van een uitstekend deel 7 25 dat een haakmiddel 8 vormt waarmee de hangmap op gebruikelijke wijze kan worden opgehangen. Elk haakmiddel 8 is aan de naar de scharniermiddelen 4 gekeerde zijde daartoe voorzien van een geschikte profilering 9.

De scharniermiddelen 4 omvatten in de in figuur 1 getoonde 30 uitvoeringsvorm 3 zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende scharnierlijnen 0 9 i 7 n ,· 5 4A-C, welke elk een living hinge 10A-C vormen, in figuur IA schematisch in zijaanzicht getoond. Tussen de scharnierlijnen 10A, 10B en 10B, IOC zijn randen 11 voorzien. Bij het dichtvouwen van de hangmap 1 kunnen aldus de beide sluitvlakken 2, 3 tegen elkaar worden gevouwen, langs dan wel de 5 middelste vouwlijn 10B, dan wel de twee buitenste vouwlijnen 10A, IOC of langs alle drie de vouwlijnen. Ook kunnen de living hinges 10 zodanig worden uitgevoerd dat de middelste living hinge 10B aan een andere zijde is gelegen dan de beide andere living hinges 10A, IOC, zodanig dat de vouwrichting daarvan tegenovergesteld is. Dit betekent dat bij volledig 10 dichtgevouwen hangmap 1 de beide randen 11 tussen de beide sluitvlakken 2, 3 gevouwen zullen worden, zoals getoond in figuur 2B.

Een hangmap 1 als getoond in figuur 1 is eendelig gespuitgiet uit kunststof, bijvoorbeeld polyetheen, PET, polipropyleen of een andere geschikte kunststof waarin living hinges kunnen worden gevormd.

15 Uiteraard kunnen ook mengsels van kunststoffen worden toegepast. Een werkwijze hiervoor zal nog worden beschreven aan de hand van de figuren 4 en 5.

In figuur 2 is in perspectivisch aanzicht schematisch een hangmap 1 volgens de uitvinding getoond, in in hoofdzaak dichtgevouwen toestand, 20 waarbij slechts één living hinge 10 is toegepast. Op de buitenzijde van het tweede sluitvlak 3 is in reliëf een aantal verhoogde vlakken 12 in rijen en kolommen aangebracht. Hierop kan door een gebruiker bijvoorbeeld worden geschreven wat de inhoud is van de hangmap. In een alternatieve uitvoeringsvorm kunnen de vlakken 12 ook zijn aangebracht door 25 bijvoorbeeld in-mould-labelling of kunnen stickers worden meegeleverd voor opplakken daarvan.

Zoals getoond zijn de langsranden 6 enigszins dikker dan de rest van de sluitvlakken 2, 3. In figuur 2A is in doorgesneden zijaanzicht schematisch een bovenste deel van een sluitvlak 2 getoond, waarbij 30 duidelijk is dat de langsrand 6 een grotere wanddikte Di heeft dan het ·' -Λ ^ -· — . · J ί H verdere sluitvlak 2, waarvan de dikte is aangegeven met D2. De wanddikte D2 is de bijvoorbeeld de helft of een derde van de wanddikte Di. Geschikte verhoudingen kunnen eenvoudig worden gekozen, bijvoorbeeld op basis van de gebruikte kunststof, de afmetingen van de hangmap 1, de gewenste 5 draagsterkte van de langsranden 6 en de profielvorm daarvan. Uiteraard kunnen andere dan de getoonde rechthoekige doorsneden worden toegepast.

In figuur 2B is schematisch een ondereinde van een hangmap 1 volgens de uitvinding getoond, in het bijzonder scharniermiddelen 4 omvattende een drietal living hinges 10A-10C. Bij grotere belasting van de 10 hangmap 1 zullen de beide sluitvlakken 2, 3 verder uit elkaar worden bewogen voor het verschaffen van meer ruimte.

ïn figuur 2C is schematisch een deel van een langrand 6 van een hangmap 1 getoond, waarbij de haakmiddelen 8 worden gevormd door het I uiteinde van een strip 13 die als insert in de langsrand 6 is opgenomen, I 15 bijvoorbeeld een metalen of kunststof strip. De kunststof is daarbij om de strip gestroomd, onder vrijlating van genoemd haakmiddel 8. Hierdoor kan op eenvoudige wijze de draagsterkte nog verder worden vergroot.

I In figuur 3 is een labelhouder 14 volgens de uitvinding getoond, bijvoorbeeld gevormd uit een geëxtrudeerd profiel, voorzien van een I 20 klemprofiel 15 dat klemmend op de langsrand 6 van de hangmap 1 kan I worden geklemd, terwijl de tegenovergelegen langsrand 16 is omgezet, I zodanig dat een rand 17 daarvan zich ongeveer evenwijdig uitstrekt aan een I rugdeel 18 waaraan de rand 16 en het klemprofiel 15 zijn voorzien. Tussen I de rand 17 en de rpg.18 kan bijvoorbeeld een papiertje worden geschoven I 25 waarop tekst kan worden aangebracht.

I In figuur 4 is een eerste uitvoeringsvorm getoond van een matrijs I 20 voor toepassing van een werkwijze volgens de uitvinding voor het vervaardigen van een hangmap 1. Deze matrijs 20 omvat een eerste, I stationair sluitdeel 21 en een tweede, beweegbaar sluitdeel 22. Tussen de 30 sluitdelen 21, 22 is een matrijsholte 23 gevormd, welke ten minste I 1021734- 7 gedeeltelijk wordt begrensd door een beweegbaar wanddeel 24, bijvoorbeeld een plaat die in de matrijsholte 23 is opgehangen met behulp van zuiger-cilindersamenstellen 25. in figuur 4 is de plaat 24 in een teruggetrokken toestand getoond, zodanig dat de matrijsholte 23 een relatief groot volume 5 heeft. Tussen de naar de matrijsholte 23 gekeerde zijde 26 van de plaat 24 en de tegenovergelegen wand 27 van het eerste matrijsdeel 21 is een relatief grote afstand D3 voorzien, in de getoonde uitvoeringsvorm groter dan de dikte D2 van de langsranden 6. In het midden van de plaat 24 is een drietal ruggen 28 voorzien, waarmee de living hinges kunnen worden gevormd. De 10 lengte L van de plaat 24 komt overeen met de afstand L tussen de langsranden 6, in de in figuur 1 getoonde uitgevouwen stand. Aan weerszijden van de plaat 24 zijn langsrand vormende delen 29 voorzien. In het eerste matrijsdeel 21 is een toevoeropening 30 voorzien waardoorheen met behulp van spuitgietmiddelen, in figuur 4 schematisch weergegeven als 15 een pomp 31 kunststof in de matrijsholte 23 kan worden gebracht. Doordat de afstand D3 relatief groot is, kan de kunststof met relatief weinig druk in de matrijsholte 23 worden gebracht, waarbij de vloeiweg relatief beperkt is, zodat een bijzonder voordelige MFI wordt verkregen.

Nadat de kunststof, voldoende voor de vorming van de hangmap 1, 20 in de matrijsholte 23 is gebracht met de matrijs in de in figuur 4 getoonde stand, wordt de invoeropening 30 bij voorkeur afgesloten en wordt de plaat 24 met behulp van de zuiger-cilindersamenstellen 25 voorwaarts bewogen, naar een vooruitgeschoven toestand, zoals gedeeltelijk schematisch weergegeven in figuur 4A. Duidelijk is dat daarbij de afstand tussen de 25 plaat 24 en de tegenovergelegen wand 27 is teruggebracht tot de wanddikte Di van de beide sluitvlakken 2, 3, terwijl de afstand D2 van het randdeel vormende deel 29 gelijk is gebleven. Daarbij is kunststof door de plaat 24 weggedrukt, tot in de langsrand vormende delen 29. Aldus is een volledige vulling van de matrijsholte 23 verkregen, waarbij de sluitvlakken 2, 3 van 30 de hangmap 1 bijzonder klein is, in het bijzonder kleiner dan de MFI van de ' JA-·' H volledige vloeiweg vanaf de inlaatopening 30 tot in de langrand 6 bij normaal spuitgieten zonder beweegbaar wanddeel 24. Hiermee kan bovendien de spanning in de wanddelen worden gereduceerd. Bovendien worden tegelijkertijd de living hinges 10 gevormd door de ruggen 28.

5 In figuur 5 is schematisch een alternatieve uitvoeringsvorm van een matrijs 20 volgens de uitvinding getoond, waarbij in het vaste H matrijsdeel 21 een beweegbaar wanddeel 24 in de vorm van een schuif is voorzien. De inlaatopening voor de kunststof is in het beweegbare deel 22 H voorzien. Uiteraard kan dit ook omgekeerd worden uitgevoerd. Bij deze 10 uitvoeringsvorm is de van de matrijsholte 23 afgekeerde zijde van de schuif 24 voorzien van twee tegengesteld hellende vlakken 31 tegenover een vlak loopvlak 32. Tussen het loopvlak 32 en de hellende vlakken 31 zijn wiggen I 33 voorzien met complementaire hellende vlakken 34. De wiggen 33 zijn in de richting P beweegbaar met behulp van zuiger-cilindersamenstellen 25.

15 Duidelijk zal zijn dat bij het naar elkaar toe bewegen van de wiggen 33, de I schuif 24 naar een vooruitgeschoven positie zal worden gebracht, dan wil zeggen zal worden bewogen in de richting van het tegenovergelegen vlak 35 van de matrijsholte 23. Met een dergelijke matrijs 20 kan op eerder beschreven wijze de wanddikte van de sluitvlakken 2, 3 worden 20 teruggebracht tot de gewenste wanddikte Di, terwijl tijdens injecteren van I de kunststof de afstand tussen de schuif 24 en het tegenovergelegen vlak 35 relatief groot kan zijn, bijvoorbeeld een veelvoud van genoemde wanddikte I Di, waardoor de kunststof met relatief weinig druk in de matrijsholte kan I worden gebracht. Door toepassing van de wiggen 33 wordt bovendien I 25 verplaatsing van de schuif 24 bijzonder eenvoudig mogelijk, met weinig I kracht.

In een voordelige uitvoeringsvorm wordt bij een werkwijze volgens I de uitvinding de schuif of plaat 24 zodanig snel bewogen dat in de kunststof I adiabatische warmteontwikkeling optreedt, waardoor het vloeigedrag van I 30 de kunststof voordelig wordt beïnvloed.

9

De uitvinding is geenszins beperkt tot de in de beschrijving en de tekening getoonde uitvoeringsvoorbeelden. Vele variaties daarop zijn mogelijk binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding.

Zo kunnen de langsranden 6 andere profileringen hebben, 5 bijvoorbeeld gedeeltelijk open aan een zijde, zoals in de vorm van een U-profiel of I-profiel. Ook kunnen meerdere beweegbare wanddelen 24 zijn voorzien, welke successievelijk of tegelijkertijd kunnen worden bewogen, terwijl bovendien beweging van de beweegbare wanddelen mogelijk is tijdens invoeren van de kunststof, hetgeen voordelig kan zijn indien de 10 kunststof in beweging dient te worden gehouden tijdens injectie, teneinde voortijdige stolling te verhinderen. Ook kunnen andere inserts worden voorzien,'bijvoorbeeld transponders waarmee de hangmappen elektronisch traceerbaar kunnen worden.

Een matrijs volgens de uitvinding kan ook verticaal worden 15 uitgevoerd. De scharniermiddelen kunnen als filmscharnier worden uitgevoerd.

Deze en vele vergelijkbare variaties worden geacht binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen.

20

1 O / .· 7 μ A

Claims (14)

1. Hangmap voor gebruik in laden en dergelijke, omvattende twee sluitvlakken, aan een eerste zijde onderling verbonden door scharniermiddelen, waarbij elk sluitvlak aan de van de scharniermiddelen afgekeerde zijde is voorzien van haakmiddelen voor ophanging van de 5 hangmap, waarbij de hangmap eendelig is vervaardigd uit kunststof.

2. Hangmap volgens conclusie 1, waarbij de hangmap in hoofdzaak is vervaardigd door spuitgieten, althans matrijsvormen, waarbij de scharniermiddelen zijn geïntegreerd als living hinges.

3. Hangmap volgens conclusie 1 of 2, waarbij de haakmiddelen zijn 10 uitgevoerd als verlengingen van een langsrand van een sluitvlak, welke langsrand enigszins dikker is dan de dikte van de sluitvlakken.

4. Hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de scharniermiddelen ten minste één living hinge omvatten.

5. Hangmap volgens conclusie 4, waarbij de scharniermiddelen ten 15 minste twee en bij voorkeur ten minste drie zich in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar uitstrekkende living hinges omvatten.

6. Hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij aan ten minste één zijde, in het bijzonder aan ten minste één buitenzijde van een sluitvlak is voorzien van een profilering waarin vlakken zijn opgenomen die 20 beschrijfbaar zijn.

7. Hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij in ten minste de langsrand van elk sluitvlak waar de haakmiddelen zijn voorzien ten minste één insert is voorzien, althans gedeeltelijk en bij voorkeur volledig omspoten door kunststof.

8. Hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij in vlakgelegde, geopende toestand de hangmap gemeten ongeveer haaks op de scharniermiddelen een lengte heeft tussen ongeveer 400 mm en 550 mm en een breedte tussen ongeveer 270 mm en 350 mm, welke breedte is gemeten tussen de haakmiddelen.

9. Hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de hangmap in in hoofdzaak vlakke toestand is gespuitgiet.

10. Labelhouder voor een hangmap volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de labelhouder is voorzien van een klemprofïel dat passend op een bovenrand van een sluitvlak geklemd kan worden.

11. Werkwijze voor het vervaardigen van een hangmap met behulp van een matrijs waarin een matrijsholte met ten minste één beweegbaar 10 wanddeel is voorzien, waarbij kunststof in de matrijsholte wordt gebracht terwijl genoemd ten minste ene beweegbare wanddeel in een teruggetrokken positie is of wordt gebracht, waarbij tijdens en/of na inbrengen van de kunststof in de matrijsholte genoemd ten minste ene beweegbare wanddeel naar een vooruitbewogen positie wordt gebracht, 15 onder verdringing van de kunststof, zodanig dat daardoor een volledige vulling van de matrijsholte wordt verkregen.

12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij genoemd ten minste ene beweegbare wanddeel zodanig is uitgevoerd dat in hoofdzaak daardoor de scharniermiddelen worden gevormd.

13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, waarbij tijdens vervaardiging met genoemd ten minste ene beweegbare wanddeel ten minste de wanddikte van de beide sluitvlakken ten minste gedeeltelijk wordt verkleind, in het bijzonder tot minder dan passend bij de MFI voor het betreffende sluitvlak.

14. Werkwijze volgens een der conclusies 11 - 13, waarbij de beide 25 sluitvlakken van een verdikte langsrand worden voorzien tegenover de scharniermiddelen, waarbij tijdens vervaardiging de kunststof in de matrijsholte wordt gebracht terwijl over nagenoeg de gehele sluitvlakken van de hangmap een ruimte is voorzien voor een wanddikte die ongeveer overeenkomt met de wanddikte van de beide langsranden, terwijl 30 vervolgens het ten minste ene beweegbare wanddeel zodanig wordt bewogen 1 02 ! ( 64 dat de wanddikte van de sluitvlakken tussen de scharniermiddelen en de betreffende langsranden wordt verkleind, bijvoorkeur tot minder dan de helft van de wanddikte van de betreffende langsranden. 5 ^ r\ O