NL1017274C2 - Stalinrichting alsmede werkwijze voor het bedienen van een dergelijke stalinrichting. - Google Patents

Description

, f

Stalinrichting alsmede werkwijze voor het bedienen van een dergelijke stalinrichting

De uitvinding heeft betrekking op een stalinrichting voor 5 pluimvee, voorzien van voederbakken, waarbij de voederbakken in horizontale richting verplaatsbaar zijn.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het bedienen van een dergelijke stalinrichting.

Bij een dergelijke, uit het Amerikaanse octrooi 10 US-A-3.693.593 bekende stalinrichting worden voederbakken met behulp van een transportsysteem naar een vulstation verplaatst alwaar voer in de voederbakken wordt aangebracht. Vervolgens worden de voederbakken weer naar de stal teruggevoerd. In het Amerikaanse octrooi schrift wordt aangegeven dat dit bij voorkeur 's nachts plaatsvindt op het moment dat 15 de dieren rusten. Dit betekent dat op het moment dat de dieren uit de voederbak eten de voederbakken zich op een tijdelijk vaste plaats in de stal bevinden.

Bij een stalinrichting voor pluimvee worden gebruikelijk zowel waterbakken en voederbakken toegepast voor het beschikbaar stellen 20 van zowel water als voer aan het pluimvee.

Het in de stal aanwezige pluimvee zal zich rond de voederbakken verzamelen en aldaar uitwerpselen deponeren. Bovendien zal bij het gebruik van stationaire waterbakken water worden gemorst waardoor rond de waterbakken relatief vochtige plaatsen ontstaan.

25 Zowel door de relatief grote hoeveelheden op een bepaalde plaats gedeponeerde uitwerpselen als door de relatief vochtige plaatsen, is het leefklimaat in de stal niet optimaal.

De uitvinding beoogt een stalinrichting te verschaffen waarbij het probleem van de bekende stalinrichting wordt vermeden.

30 Dit doel wordt bij de stalinrichting volgens de uitvinding bereikt doordat de stalinrichting is voorzien van ten minste een water- 101 7274 2 en/of voedertoevoerleiding en met de leiding verbonden water- en/of voederbakken en middelen voor het in een nagenoeg dwars op de lengterichting van de leiding uitstrekkende richting verplaatsen van de leiding en daarmee verbonden bakken.

5 Op deze wijze is het mogelijk om door het verplaatsen van een enkele leiding simultaan een aantal daarmee verbonden water- en/of voederbakken te verplaatsen.

Doordat de water- en/of voederbakken in horizontale richting in de stal verplaatsbaar zijn, zullen de dieren zich niet meer 10 rond een vaste plaats in de stal concentreren maar zich over de gehele stal verspreiden. Dit betekent dat ook de uitwerpselen regelmatig over de hele stal worden gedeponeerd. Het morsen van het water vindt niet meer plaats op een enkele geconcentreerde locatie maar treedt op over het gehele traject waarlangs de waterbakken worden verplaatst. Hierdoor 15 worden relatief natte plekken in de stal vermeden.

Op deze wijze wordt de vloer van de stal gelijkmatig vervuild waardoor een beter leefklimaat in de stal wordt verkregen.

Indien het pluimvee op een bepaald moment wil eten en/of drinken zal het naar de water- en/of voederbakken toe moeten verplaatsen. 20 Een alternatief voor het pluimvee is om te wachten totdat de water- en/of voederbakken automatisch naar hun toe worden verplaatst.

Door de relatief langzaam verplaatsende water- en/of voederbakken zullen de dieren die zich in de baan van de water- en/of voederbakken bevinden een zetje krijgen waardoor de dieren uit de weg 25 zullen gaan.

Gpgemerkt wordt dot bij een andere op zicb bekende stalinrichting de water- en voederbakken zich op een vaste plaats in de stal bevinden. Wel is het bij deze bekende stal mogelijk om de water-en/of voederbakken in verticale richting te verplaatsen om de water- en 30 voederbakken op een gewenste hoogte ten opzichte van de vloer te positioneren en bovendien om de water- en/of voederbakken tot op een 1017274 3 relatief grote hoogte van de vloer te brengen. Deze laatste situatie is gewenst indien de stal moet worden leeggeruimd en worden schoongemaakt.

Tijdens normaal gebruik van de stalinrichting, dat wil zeggen op het moment dat het pluimvee zich in de stal bevindt, bevinden 5 de water- en/of voederbakken zich echter op een vaste positie in de stal.

De uitvinding beoogt tevens een werkwijze te verschaffen voor het bedienen van de stalinrichting waarbij de problemen van de bekende stalinrichting worden vermeden.

Dit doel wordt bij de werkwijze volgens de uitvinding 10 bereikt doordat de stalinrichting is voorzien van ten minste een water-en/of voedertoevoerleiding en met de leiding verbonden water- en/of voederbakken waarbij de leiding en de daarmee verbonden bakken nagenoeg continue heen en weer worden verplaatst in een nagenoeg dwars op de lengterichting van de leiding uitstrekkende richting.

15 Door het nagenoeg continu heen en weer verplaatsen van de water- en/of voederbakken, zullen de dieren op afwisselende plaatsen in de stal eten en drinken en derhalve ook op afwisselende plaatsen uitwerpselen in de stal deponeren en water morsen.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van 20 de tekeningen waarin: fig. 1 een dwarsdoorsnede door een van een inrichting volgens de uitvinding voorziene stal toont, fig. 2 een bovenaanzicht van de in fig. 1 weergegeven stal toont, 25 fig. 3 een perspectivisch aanzicht op een inrichting volgens de uitvinding toont van de in fig. 1 en 2 weergegeven stal.

In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van eenzelfde verwijzingscijfer.

Fig. 1 en 2 tonen respectievelijk een dwarsdoorsnede en 30 bovenaanzicht van een stal 1 volgens de uitvinding die is voorzien van een vloer 2, wanden 3 en een dak 4. Aan het dak 4 zijn door middel van 10 i 7274 ( 4 kabels 5 tandheugels 6 opgehangen. De tandheugels 6 strekken zich op afstand van elkaar evenwijdig aan elkaar uit. Elke tandheugel 6 is voorzien van een zich evenwijdig aan de tandheugel 6 uitstrekkende geleiderail 7 (zie fig. 3). Aan de geleiderails 7 zijn door middel van 5 opwikkel bare kabels 8 zich dwars op de tandheugel 6 uitstrekkende leidingen 9 opgehangen. De leidingen 9 zijn elk voorzien van een watertoevoerleiding en een voertoevoerleiding. Op de watertoevoerleiding zijn waterbakken 10 aangesloten terwijl op de voertoevoerlei dingen voederbakken 11 zijn aangesloten. Met behulp van met de tandheugels 6 10 samenwerkende rondsels (zie fig. 3) zijn de leidingen 9 in en tegengesteld aan de door pijl PI aangegeven richting in horizontale richting verplaatsbaar.

In fig. 3 toont een perspectivisch aanzicht van de in fig. 1 en fig. 2 weergegeven stal waarin de diverse onderdelen 15 gedetailleerder zijn weergegeven.

De tandheugel 6 wordt gevormd door een U-vormig profiel waarvan de uiteinden van de benen van de U-vorm zijn voorzien van een gewenste vertanding 12. Met de vertanding 12 is een rondsel 13 in aangrijping. Het rondsel 13 is gelagerd om een as 14 die met behulp van 20 een motor 15 in en tegengesteld aan de door pijl P2 aangegeven richting roteerbaar is. Op de as 14 zijn tevens rondsels 13 gelagerd die met evenwijdig aan de tandheugel 6 aangrijpende tandheugels in aangrijping zijn. De as 14 strekt zich uit door een zich dwars op de as 14 uitstrekkende plaat 15 welke plaat 15 is voorzien van een rollager 16 dat 25 roteerbaar is gelagerd in de U-vormige geleiderail 7. In de plaat 15 is tevens een tweede zich evenwijdig aan de eerste as 14 uitstrekkende as 17 roteerbaar gelagerd. De as 17, welke met behulp van een motor 18 roteerbaar is in en tegengesteld aan de door pijl P3 aangegeven richting is voorzien van een aantal op de as 17 wikkel bare kabels 8 die aan een 30 van de as 17 afgekeerd uiteinde zijn verbonden met de leiding 9. Door het in de door pijl P3 aangegeven richting roteren van de as 17 worden de 1017274 5 I * kabels 8 om de as 17 gewikkeld ten gevolge waarvan de leiding 9 in de door pijl P4 aangegeven richting omhoog wordt verplaatst. Door het in tegengestelde richting roteren van de as 17 wordt de leiding 9 in de aan pijl P4 tegengestelde richting neerwaarts verplaatst.

5 De tandheugel 6 is met behulp van een ophangbeugel 19 verbonden met een op een as 20 wikkel bare kabel 21. De as 20 is roteerbaar in en tegengesteld aan de door pijl P5 aangegeven richting in een met het dak 4 verbonden plaat 22. Door het in de door pijl P5 aangegeven richting roteren van de as 20 wordt de kabel 21 en derhalve de 10 daarmee verbonden tandheugel 6 in de door pijl P6 aangegeven richting omhoog verplaatst.

Door het in opwaartse richting verplaatsen van de tandheugels 6 en de leidingen 9 kan de vloer 2 worden vrijgemaakt voor bijvoorbeeld reinigingswerkzaamheden.

15 In gebruik wordt door het in neerwaartse richting verplaatsen van de tandheugel 6 en de leidingen 9 de met de leiding 9 verbonden waterbakken 10 en voederbakken 11 op de gewenste hoogte ten opzichte van de vloer 2 gepositioneerd. Bovendien worden de tandheugels 6 op een zodanige hoogte in de stal gepositioneerd dat een gewenste 20 doorloophoogte gewaarborgd blijft.

Nadat de tandheugels 6 en de leiding 9 op de gewenste hoogte zijn gepositioneerd en het pluimvee, bijvoorbeeld kalkoen of kippen in de stal zijn gebracht, worden door het aandrijven van de assen 14 de leidingen 9 en derhalve de daarmee verbonden waterbakken 10 25 en de voederbakken 11 in en tegengesteld aan de door pijl PI aangegeven richtingen verplaatst.

Dit heeft tot gevolg dat het pluimvee zich over de gehele stal 2 zal verspreiden en indien het pluimvee dorst of honger heeft zich actief naar de betreffende waterbak of voederbak zal begeven, het is 30 echter ook mogelijk dat het pluimvee zich over de gehele stal verspreidt en geduldig afwacht totdat het water of het voer in zijn nabijheid komt.

tO17274 » 6

Op deze wijze zullen ook enigszins verzwakte dieren op eenvoudige wijze de mogelijkheid verkrijgen om water of voer tot zich te nemen. In beide gevallen zullen de uitwerpselen gelijkmatig over de gehele stal worden verdeeld. Ook het morsen van water zal over een groter oppervlak 5 plaatsvinden zodat relatief natte plekken worden vermeden. Doordat er minder vervuilde en/of natte plekken in de stal aanwezig zijn, behoeven deze ook niet te worden gereinigd hetgeen tot een aanzienlijke arbeidsbesparing leidt.

Het is mogelijk om verscheidene leidingen op afstand van 10 elkaar op te hangen aan een en dezelfde tandheugel 6. Hierbij kunnen de leidingen ofwel gezamenlijk heen en weer worden verplaatst ofwel tegengesteld aan elkaar worden verplaatst.

De snelheid waarmee de leidingen door de stal heen worden verplaatst zijn relatief laag zodat het pluimvee bij het naderen van een 15 leiding 9 uit de weg kan gaan.

Het is ook mogelijk om in plaats van met een tandheugel en een rondsel de voederbakken met behulp van een staal kabelaandrijving, een kettingoverbrenging of een V-snaaroverbrenging te verplaatsen.

10172?4

Claims (10)

1. Stalinrichting voor pluimvee, voorzien van voederbakken, waarbij de voederbakken in horizontale richting verplaatsbaar zijn, met 5 het kenmerk, dat de stalinrichting is voorzien van ten minste een water-en/of voedertoevoerleiding en met de leiding verbonden water- en/of voederbakken en middelen voor het in een nagenoeg dwars op de lengterichting van de leiding uitstrekkende richting verplaatsen van de leiding en daarmee verbonden bakken.

2. Stalinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de leiding en de daarmee verbonden bakken in verticale richting verplaatsbaar zijn.

3. Stalinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stalinrichting is voorzien van ten minste een zich 15 horizontaal uitstrekkende tandheugel, een dwars op de tandheugel uitstrekkende stang die is voorzien van een met de tandheugel samenwerkend rondsel, waarbij de leiding zich evenwijdig aan de stang uitstrekt en daarmee is verbonden.

4. Stalinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de 20 leiding met behulp van opwikkel bare kabels aan de stang is opgehangen.

5. Stalinrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat tenminste twee van rondsels voorziene stangen met een enkele tandheugel zijn gekoppeld, waarbij beide stangen ten opzichte van de tandheugel verplaatsbaar zijn.

6. Stalinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de stangen simultaan verplaatsbaar zijn.

7. Stalinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de stangen van elkaar en naar elkaar toe verplaatsbaar zijn.

8. Stalinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de 30 tandheugel in verticale richting verplaatsbaar is.

9. Werkwijze geschikt voor het bedienen van de stalinrichting 1017274 volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stalinrichting is voorzien van ten minste een water- en/of voedertoevoerleiding en met de leiding verbonden water- en/of voederbakken waarbij de leiding en de daarmee verbonden bakken nagenoeg 5 continue heen en weer worden verplaatst in een nagenoeg dwars op de lengterichting van de leiding uitstrekkende richting.

10 1 7274