NL1015628C2 - Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings - Google Patents
Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings Download PDFInfo
- Publication number
- NL1015628C2 NL1015628C2 NL1015628A NL1015628A NL1015628C2 NL 1015628 C2 NL1015628 C2 NL 1015628C2 NL 1015628 A NL1015628 A NL 1015628A NL 1015628 A NL1015628 A NL 1015628A NL 1015628 C2 NL1015628 C2 NL 1015628C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- flue gas
- gas discharge
- teeth
- discharge channel
- female end
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F23—COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
- F23J—REMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES
- F23J13/00—Fittings for chimneys or flues
- F23J13/04—Joints; Connections
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F23—COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
- F23J—REMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES
- F23J2213/00—Chimneys or flues
- F23J2213/20—Joints; Connections
- F23J2213/202—Joints; Connections between duct or stack sections
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F23—COMBUSTION APPARATUS; COMBUSTION PROCESSES
- F23J—REMOVAL OR TREATMENT OF COMBUSTION PRODUCTS OR COMBUSTION RESIDUES; FLUES
- F23J2213/00—Chimneys or flues
- F23J2213/30—Specific materials
- F23J2213/303—Specific materials metallic
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Quick-Acting Or Multi-Walled Pipe Joints (AREA)
Abstract
Description
Rookgasafvoerkanaal voorzien van koppelmiddelen voor het koppelen van een mannelijk eind van een eerste pijpdeel en een vrouwelijk eind van een tweede pijpdeel.Flue gas discharge channel provided with coupling means for coupling a male end of a first pipe part and a female end of a second pipe part.
5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een rookgasafvoerkanaal, omvattende een eerste pijpdeel met een mannelijk eind en een tweede pijpdeel met een vrouwelijk eind, waarbij in gemonteerde toestand het mannelijke eind in het vrouwelijke eind is gestoken, waarbij het eerste of tweede pijpdeel koppelmiddelen draagt die in gemonteerde toestand gefixeerd zijn ten opzichte van dat eerste 10 respectievelijk tweede pijpdeel en aangrijpen op de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel, en waarbij het eerste en/of tweede pijpdeel van kunststof is.The present invention relates to a flue gas discharge channel, comprising a first pipe part with a male end and a second pipe part with a female end, the mounted end of the male end being inserted into the female end, the first or second pipe part carrying coupling means which being mounted in mounted condition with respect to said first and second pipe part, respectively, and engaging the wall of the second and first pipe part, and wherein the first and / or second pipe part is made of plastic.
Dergelijke rookgasafvoerkanalen zijn bekend. De het kanaal vormende pijpdelen zijn daarbij in het algemeen onderling verbonden door het telkens in een vrouwelijk 15 eind van het ene pijpdeel steken van een mannelijk eind van een ander pijpdeel. Het is daarbij bekend om één van de te verbinden einden, in het algemeen het vrouwelijke eind, van een flexibele afdichtring, vaak van een rubber of rubberachtige kunststof, te voorzien. Een dergelijke afdichtring is bij montage aan het vrouwelijke eind in het algemeen in positie gefixeerd door opname in een in het inwendige van het vrouwelijk 20 eind gevormde omtrekssleuf. De flexibele ring zal in gemonteerde toestand onder enige druk aangrijpen op de wand, in het bijzonder de buitenwand, van het andere pijpdeel, in het bijzonder de buitenwand van het mannelijke eind. Een dergelijke flexibele ring heeft in het bijzonder tot taak het verschaffen van een gasdichte afdichting, Een dergelijke flexibele ring laat echter, veelal zelfs bewust, het onderling in axiale richting 25 bewegen van de pijpdelen toe, zij het dan dat door de klemmende werking deze axiale onderlinge beweging meer of minder belemmerd wordt. Het onderling ten opzichte van elkaar bewegen van de pijpdelen vindt in de praktijk bij rookgasafvoerkanalen veelvuldig plaats ten gevolge van uitzetting bij verwarming van het rookgasafvoerkanaal en krimp bij het afkoelen van het rookgasafvoerkanaal. Bij 30 metalen rookgasafvoerkanalen, veelal opgebouwd uit aluminium pijpdelen, is dit uitzetten en krimpen in het algemeen een niet zo groot probleem daar de uitzettingscoefficiënt van dergelijke metalen relatief gering is. In het bijzonder bij kunststof pijpdelen leidt dit uitzetten en krimpen tot problemen, daar de zogenaamde 1015628 2 uitzettingscoefficiënt van de gebruikte kunststoffen relatief groot is. Uitzettings- of verlengingswaarden van 7 mm per meter pijplengte zijn bij kunststof pijpdelen meer regel dan uitzondering. Bij een totale lengte van het rookgasafvoerkanaal van bijvoorbeeld 5 m betekend dit een verlening van het rookgasafvoerkanaal van 3,5 cm 5 en bij een totale lengte van het rookgasafvoerkanaal van 10 m zelfs een totale verlening van 7 cm. Wanneer een dergelijk rookgasafvoerkanaal dan weer in lengte krimpt, bijvoorbeeld omdat de verbrandingsinstallatie waarop het rookgasafvoerkanaal is aangesloten uitgeschakeld staat, dan kunnen de verbindingen tussen de vrouwelijke en mannelijke einden van elkaar losraken, het zogenaamde uitlopen.Such flue gas discharge channels are known. The pipe parts forming the channel are generally mutually connected by inserting a male end of another pipe part into a female end of one pipe part. It is known here to provide one of the ends to be joined, generally the female end, with a flexible sealing ring, often with a rubber or rubber-like plastic. Such a sealing ring is generally fixed in position when mounted at the female end by insertion into a circumferential slot formed in the interior of the female end. In the assembled state the flexible ring will engage under some pressure on the wall, in particular the outer wall, of the other pipe part, in particular the outer wall of the male end. Such a flexible ring has in particular the task of providing a gas-tight seal. However, such a flexible ring allows, often even consciously, the mutual movement of the pipe parts in axial direction, albeit that the axial effect of this clamping action mutual movement is more or less impeded. In practice, the pipe parts move mutually relative to each other with flue gas discharge channels as a result of expansion during heating of the flue gas discharge channel and shrinkage when the flue gas discharge channel is cooled. In the case of metal flue gas discharge channels, usually constructed from aluminum pipe parts, this expansion and shrinking is generally not a major problem since the expansion coefficient of such metals is relatively low. In particular with plastic pipe parts, this expansion and shrinkage leads to problems, since the so-called expansion coefficient of the plastics used is relatively large. Expansion or extension values of 7 mm per meter of pipe length are more the rule than the exception for plastic pipe sections. With a total length of the flue gas discharge channel of, for example, 5 m, this means an extension of the flue gas discharge channel of 3.5 cm and even a total extension of 7 cm with a total length of the flue gas discharge channel of 10 m. When such a flue gas discharge channel then shrinks again in length, for example because the combustion installation to which the flue gas discharge channel is connected is switched off, the connections between the female and male ends can become detached from one another, the so-called run-out.
10 De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een rookgasafvoerkanaal van de aan het begin genoemde soort waarbij in het bijzonder het zogenaamde uitlopen tegen gegaan, bij voorkeur zelfs geheel verhinderd wordt.The present invention has for its object to provide a flue gas discharge channel of the type mentioned at the beginning, in which in particular the so-called run-out is prevented, preferably even completely prevented.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een rookgasafvoerkanaal omvattende een eerste pijpdeel met een mannelijk eind en een tweede pijpdeel met een 15 vrouwelijk eind, waarbij in gemonteerde toestand het mannelijke eind in het vrouwelijke eind is gestoken, waarbij het eerste of tweede pijpdeel koppelmiddelen draagt die in gemonteerde toestand gefixeerd zijn ten opzichte van dat eerste respectievelijk tweede pijpdeel en aangrijpen op de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel, en waarbij het eerste en/of tweede pijpdeel van kunststof 20 is, waarbij de koppelmiddelen over de omtrek van het rookgasafvoerkanaal verdeeld aangebrachte tanden omvatten die in gemonteerde toestand in de wand van dat tweede respectievelijk eerste pijpdeel aangrijpen.This object is achieved according to the invention with a flue gas discharge channel comprising a first pipe part with a male end and a second pipe part with a female end, wherein in the mounted state the male end is inserted into the female end, the first or second pipe part carrying coupling means which in fixed condition are fixed with respect to said first and second pipe part, respectively, and engage on the wall of the second and first pipe part, and wherein the first and / or second pipe part is made of plastic, wherein the coupling means are distributed over the circumference of the flue gas discharge channel teeth provided that engage in the mounted state in the wall of said second and first pipe part, respectively.
Door de koppelmiddelen te voorzien van tanden die niet alleen aangrijpen op de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel, maar daar ook ingrijpen wordt een 25 verankering bewerkstelligd die het uiteen nemen van het mannelijke en vrouwelijke eind tegenwerkt en bij voorkeur geheel verhindert, althans verhindert bij uiteennamekrachten kleiner dan de inwendige materiaalspanningen die zouden ontstaan wanneer bij krimp de uiteinden van het betreffende pijpdeel in een gefixeerde positie vastgehouden worden (hetgeen verkorting van het pijpdeel ten gevolge van krimp zou 30 belemmeren). De tanden kunnen bijvoorbeeld met de wand ineen grijpen door zich ten gevolge van een scherpe punt in de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel te dringen. Het is echter ook denkbaar dat de tanden ineen grijpen, of althans grijpen achter, een op het tweede respectievelijk eerste pijpdeel voorziene nok of ingrijpen in 1015628 3 een in de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel gevormde uitsparing en op die wijze een verankering van het mannelijk eind ten opzichte van het vrouwelijk eind bewerkstellingen.By providing the coupling means with teeth which not only engage on the wall of the second and first pipe part, but also engage there, an anchoring is effected which counteracts the disassembly of the male and female end and preferably completely prevents or at least prevents dismantling forces smaller than the internal material stresses that would arise if the ends of the pipe part in question were held in a fixed position in the event of shrinkage (which would hinder shortening of the pipe part due to shrinkage). The teeth can, for example, engage with the wall by penetrating into the wall of the second and first pipe part as a result of a sharp point. However, it is also conceivable that the teeth engage, or at least engage behind, a cam provided on the second and first pipe section, or engage a recess formed in the wall of the second and first pipe section, and thus anchoring the male end versus female end operations.
Met het oog op een eenvoudige montage van de tanden aan het eerste 5 respectievelijk tweede pijpdeel, verdient het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer de tanden zijn voorzien op een door het eerste respectievelijk tweede pijpdeel gedragen ring of huls. Deze ring of huls kan in omtreksrichting al dan niet onderbroken zijn. Een in omtreksrichting onderbroken ring of huls heeft als voordeel dat deze ten behoeve van het in of aan het eerste respectievelijk tweede pijpdeel monteren in omtrek 10 verkleind kan worden of eventueel in omtrek vergroot kan worden.With a view to simple mounting of the teeth on the first and second pipe part, according to the invention, it is preferred if the teeth are provided on a ring or sleeve carried by the first and second pipe part, respectively. This ring or sleeve may or may not be interrupted in the circumferential direction. A ring or sleeve interrupted in circumferential direction has the advantage that it can be reduced in circumference for the purpose of mounting in or on the first or second pipe part, or optionally enlarged in circumference.
Teneinde enerzijds het in een vrouwelijk eind steken van een mannelijk eind te vergemakkelijken, althans zo min mogelijk te belemmeren, en anderzijds het uiteennemen van een in elkaar gestoken mannelijk en vrouwelijk eind tegen te gaan, verdient het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer de aangrijpingskanten van de tanden 15 schuin ten opzichte van de insteekrichting naar de centrale hartlijn van het rookgasafvoerkanaal wijzen.In order, on the one hand, to facilitate inserting a male end into a female end, or at least to hinder it as little as possible, and, on the other hand, to prevent the dismantling of a male and female end put together, it is preferable according to the invention for the engagement edges of the teeth 15 point obliquely with respect to the insertion direction towards the central axis of the flue gas discharge channel.
Teneinde een betrouwbare, het uiteennemen van het mannelijk en vrouwelijk eind tegenwerkende koppeling te verkrijgen, verdient het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer de tanden van staal of een staallegering zijn, zoals van verenstaal.In order to obtain a reliable coupling opposing the male and female end, it is preferred according to the invention if the teeth are made of steel or a steel alloy such as spring steel.
20 Dergelijke tanden zijn relatief hard en slijtvast. Tanden van verenstaal bieden bovendien het voordeel dat deze bij een oriëntatie volgens conclusie 3 bij het in het vrouwelijke eind steken van het mannelijke eind iets kunnen weg buigen tegen een veerkracht in. Ten gevolge van de veerkracht wordt dan nog steeds verzekerd dat de koppeling resulteert in een het uiteen nemen verhinderende, althans tegenwerkende, 25 verankering.Such teeth are relatively hard and wear-resistant. Teeth of spring steel also offer the advantage that, with an orientation according to claim 3, they can bend slightly away against a spring force when the male end is inserted into the female end. As a result of the resilience, it is then still ensured that the coupling results in a disassembly-preventing, at least counteracting, anchoring.
Opdat de tanden relatief gemakkelijk en betrouwbaar in de wand van het tweede respectievelijk eerste pijpdeel kunnen dringen, verdient het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer de wand van dat tweede respectievelijk eerste pijpdeel waarmee de tanden ineen grijpen van kunststof is. Relatieve scherpe voorwerpen, zoals de tanden 30 kunnen zowel hardere als zachtere kunststoffen relatief gemakkelijk penetrerenIn order for the teeth to be able to penetrate relatively easily and reliably into the wall of the second and first pipe part, according to the invention, it is preferable if the wall of that second or first pipe part with which the teeth engage is made of plastic. Relatively sharp objects such as the teeth 30 can relatively easily penetrate both harder and softer plastics
Teneinde de inwendige doorlaatdiameter van het rookgasafvoerkanaal onverstoord te laten, althans zo min mogelijk aan te tasten, verdient het volgens de 1 01 5628 4 uitvinding de voorkeur wanneer de tanden zijn bevestigd in het inwendige van het vrouwelijke eind.In order to leave the internal passage diameter of the flue gas discharge channel undisturbed, or at least to affect it as little as possible, it is preferred according to the invention if the teeth are fixed in the interior of the female end.
Op voordelige wijze kunnen volgens de uitvinding de tanden zijn voorzien aan de binnenzijde van een in omtreksrichting al dan niet onderbroken ring of huls die in een 5 inwendige omtrekssleuf in het vrouwelijke eind is verankerd.According to the invention, the teeth can advantageously be provided on the inside of a ring or sleeve which is interrupted or not interrupted in the circumferential direction and which is anchored in an inner peripheral slot in the female end.
Teneinde de verankering van het mannelijke eind aan het vrouwelijke eind ten behoeve van bijvoorbeeld werkzaamheden aan het rookgasafvoerkanaal te kunnen verbreken is het volgens de uitvinding van voordeel wanneer de koppelmiddelen verder omvatten: 10 - uitwendige schroefdraad bij het uiteinde van het vrouwelijke deel; en - een van met de uitwendige schroefdraad parende inwendige schroefdraad voorzien moerorgaan.In order to be able to break the anchoring of the male end to the female end for the purpose of, for example, work on the flue gas discharge duct, it is advantageous according to the invention if the coupling means further comprise: - external screw thread at the end of the female part; and - an internal threaded member provided with the external thread matching the external thread.
Een dergelijke constructie biedt de mogelijkheid de verankeringskracht te verminderen en aldus het uiteennemen van het mannelijke en vrouwelijke deel mogelii1' te maken.Such a construction offers the possibility of reducing the anchoring force and thus allowing the disassembly of the male and female part.
15 Volgens een voordelige uitvoeringsvorm zijn de tanden hierbij gedragen op een ring die tussen het moerorgaan en het kopse eind van het vrouwelijk eind is ingesloten. Wanneer het moerorgaan dan is losgedraaid, dan zal de ring met tanden wellicht nog wel op de buitenwand van het mannelijke eind verankerd zijn, maar niet meer gefixeerd zijn aan het vrouwelijke eind en aldus het uiteentrekken van het mannelijke en het 20 vrouwelijke eind mogelijk maken. Bij een dergelijke uitvoeringsvorm met aan het vrouwelijke deel voorziene uitwendige schroefdraad en een van parende schroefdraad voorzien moerorgaan kan het in aanvulling of daarnaast ook van voordeel zijn wanneer het uiteind van het vrouwelijke eind is voorzien van langssleuven en inwendig de tanden draagt en wanneer het moerorgaan van een inwendig taps of anderszins 25 toelopend deel en/of het vrouwelijk deel van een uitwendig taps of anderszins toelopend deel is voorzien, zodanig dat bij aandraaien van het moerorgaan de tussen de langssleuven liggende kantelen van het vrouwelijke eind naar binnen gedrukt worden.According to an advantageous embodiment, the teeth are herein supported on a ring enclosed between the nut member and the head end of the female end. When the nut member is then loosened, the ring with teeth will probably still be anchored on the outer wall of the male end, but will no longer be fixed at the female end and thus allow the male and female ends to be pulled apart. In such an embodiment with external thread provided on the female part and a nut member provided with mating thread, it may be in addition or additionally advantageous if the end of the female end is provided with longitudinal slots and internally carries the teeth and if the nut member has an internal tapered or otherwise tapered part and / or the female part is provided with an external tapered or otherwise tapered part, such that when the nut member is tightened the tiltings of the female end lying between the longitudinal slots are pressed inwards.
Teneinde de koppelmiddelen relatief eenvoudig te kunnen monteren, bijvoorbeeld ook op al aangelegde en in gebruik zijnde rookgasafvoerkanalen, verdient 30 het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer de uitwendige schroefdraad is voorzien op een aan het vrouwelijke eind gemonteerd opzetstuk, dat bij voorkeur in langsrichting gedeeld is of althans een doorsnijding heeft. Een dergelijk opzetstuk kan dan, bijvoorbeeld door dit uiteen te buigen rondom het vrouwelijk eind worden geplaatst en 1 01 5628 5 vervolgens door het moerorgaan bijeen gehouden worden. Ook is het denkbaar dat een dergelijk opzetstuk direct op het vrouwelijk eind geschoven wordt, waarbij het vrouwelijke eind dan als het ware als een mannelijk deel in het opzetstuk gestoken wordt.In order to be able to mount the coupling means relatively easily, for example also on already installed and in use flue gas discharge ducts, it is preferred according to the invention if the external screw thread is provided on an attachment mounted at the female end, which is preferably divided in the longitudinal direction or at least has a cut. Such an attachment can then, for example by being bent apart, be placed around the female end and then be held together by the nut member. It is also conceivable that such an attachment is slid directly onto the female end, wherein the female end is, as it were, inserted into the attachment as a male part.
5 De onderhavige uitvinding zal in het navolgende aan de hand van de tekening nader toelicht worden. De tekening toont op schematische wijze enkele voorbeelden van uitvoeringsvormen van de uitvinding. Hierin toont:The present invention will be explained in more detail below with reference to the drawing. The drawing schematically shows some examples of embodiments of the invention. It shows:
Fig. 1 een schematisch langsdoorsnede aanzicht van een rookgasafvoerkanaal volgens de uitvinding en wel gemonteerd in een schoorsteenschacht van een gebouw; 10 Fig. 2 in de vorm van het detail I uit Fig. 1 in langsdoorsnede een koppeling van een mannelijk en een vrouwelijk eind volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 1 is a schematic longitudinal sectional view of a flue gas discharge duct according to the invention and mounted in a chimney shaft of a building; FIG. 2 in the form of the detail I from FIG. 1 shows in longitudinal section a coupling of a male and a female end according to a first embodiment of the invention;
Fig. 3 in de vorm van het detail I uit Fig. 1 in langsdoorsnede een koppeling van een mannelijk en een vrouwelijk eind volgens een tweede uitvoeringsvorm van de 15 uitvinding;FIG. 3 in the form of the detail I from FIG. 1 shows in longitudinal section a coupling of a male and a female end according to a second embodiment of the invention;
Fig. 4 in de vorm van het detail I uit Fig. 1 in langsdoorsnede een koppeling van een mannelijk en een vrouwelijk eind volgens een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 4 in the form of the detail I from FIG. 1 shows in longitudinal section a coupling of a male and a female end according to a third embodiment of the invention;
Fig. 5 in de vorm van het detail I uit Fig.1 in langsdoorsnede een koppeling van 20 een mannelijk en een vrouwelijk eind volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. Fig. 5 shows, in the form of detail I of Fig. 1, a longitudinal sectional coupling of a male and a female end according to a fourth embodiment of the invention;
Fig. 6 als variant op het detail I uit Fig. 1 een vijfde uitvoeringsvorm van een gekoppeld vrouwelijk en mannelijk eind van een rookgasafvoerkanaal volgens de uitvinding; 25 Fig. 7 in de vorm van het detail I uit Fig. 1 in langsdoorsnede een koppeling van een mannelijk en een vrouwelijk eind volgens een zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 6 as a variant of the detail I from FIG. 1 a fifth embodiment of a coupled female and male end of a flue gas discharge duct according to the invention; FIG. 7 in the form of the detail I from FIG. 1 shows in longitudinal section a coupling of a male and a female end according to a sixth embodiment of the invention;
Fig. 8 in bovenaanzicht (Fig. 8a) en langsdoorsnede (Fig. 8b) volgens VIII-VIII (Fig. 8a) een uitvoeringsvorm van een ring met tanden als toepasbaar bij de 30 uitvoeringsvorm volgens Fig. 4, Fig. 6 en Fig. 7;FIG. 8 in top view (Fig. 8a) and longitudinal section (Fig. 8b) according to VIII-VIII (Fig. 8a) an embodiment of a ring with teeth as applicable to the embodiment according to Figs. 4, FIG. 6 and FIG. 7;
Fig. 9 in bovenaanzicht (Fig. 9a) en langsdoorsnede (Fig. 9b) volgens IX-IX (Fig. 9a) een uitvoeringsvorm van een ring met tanden als toepasbaar bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 4, Fig. 6 en Fig. 7; 1 01 5628 6FIG. 9 in top view (Fig. 9a) and longitudinal section (Fig. 9b) according to IX-IX (Fig. 9a) an embodiment of a ring with teeth as applicable to the embodiment according to Figs. 4, FIG. 6 and FIG. 7; 1 01 5628 6
Fig. 10 in bovenaanzicht (Fig. 10a) en langsdoorsnede (Fig. 10b) volgens VIII-VIII (Fig. 10a) een uitvoeringsvorm van een huls met tanden als toepasbaar bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 5;FIG. 10 shows in top view (Fig. 10a) and longitudinal section (Fig. 10b) according to VIII-VIII (Fig. 10a) an embodiment of a sleeve with teeth as applicable in the embodiment according to Figs. 5;
Fig. 1 toont in langsdoorsnede aanzicht een schoorsteenschacht 1 in een gebouw, 5 welke zich uitstrekt vanaf bijvoorbeeld het maaiveld 2 tot aan of eventueel door het dak 3. De schoorsteenschacht 1 kan zijn opgemetseld uit steen. Bij tegenwoordige verbrandingsinstallaties 4 voor verwarming en/of tapwater, welke doorgaans van het HR-type of eventueel VR-type zijn, wordt door een dergelijke conventionele schoorsteenschacht 1 in het algemeen een rookgasafvoerkanaal 10 aangelegd. Dit 10 rookgasafvoerkanaal 10 is nodig teneinde de conventionele schoorsteenschacht te vrijwaren van vocht dat in de vorm van condens rijkelijk aanwezig is in de van HR-type of VR-type verbrandingsinstallaties afkomstige rookgassen. Een dergelijke rookgasafVoerkanaal is doorgaans opgebouwd uit een aantal pijpdelen 11,12,13,14 en 15, waarvan zoals in Fig. 1 getoond het pijpdeel 15 de aansluiting met de 15 verbrandingsinstallatie 4 verzorgt en het pijpdeel 11 door het dak 3 steekt en eventueel een uitmondingskap 16 draagt. Bij dergelijke rookgasafvoerkanalen zijn de pijpdelen veelal elk voorzien van een mannelijk eind en een vrouwelijk eind en wordt verbinding tot stand gebracht door telkens een mannelijk eind in een vrouwelijk eind te steken. Maar ook is het zeerwel denkbaar dat men gebruik maakt van relatief langere pijpdelen 20 met identiek gevormde einden die via kortere pijpdelen, ook wel moffen genaamd, onderling gekoppeld worden. Dergelijke moffen worden meestal om de langere pijpdelen heen gelegd, maar kunnen daar eventueel ook binnenin liggen. Binnen het kader van de onderhavige uitvinding dient een mof ook te worden opgevat als een pijpdeel.FIG. 1 is a longitudinal sectional view of a chimney shaft 1 in a building 5, which extends from ground level 2, for example, up to or possibly through the roof 3. The chimney shaft 1 can be bricked. In present-day incineration plants 4 for heating and / or tap water, which are generally of the HR type or optionally VR type, a flue gas discharge duct 10 is generally laid by such a conventional chimney shaft 1. This flue gas discharge duct 10 is necessary in order to protect the conventional chimney shaft from moisture that is abundantly present in the form of condensation in the flue gases originating from HR-type or VR-type incineration plants. Such a flue gas discharge duct is generally composed of a number of pipe parts 11, 12, 13, 14 and 15, of which, as in FIG. 1, the pipe part 15 provides the connection to the combustion installation 4 and the pipe part 11 protrudes through the roof 3 and optionally carries a discharge cap 16. With such flue gas discharge channels, the pipe parts are often each provided with a male end and a female end and connection is established by inserting a male end in each case into a female end. But it is also very conceivable that relatively longer pipe parts are used with identically shaped ends that are mutually coupled via shorter pipe parts, also called sleeves. Such sleeves are usually laid around the longer pipe sections, but may possibly also lie inside them. Within the scope of the present invention, a sleeve is also to be understood as a pipe part.
25 Bij in het bijzonder langere rookgasafvoerkanalen doet zich het probleem voor dat wanneer de verbrandingsinstallatie 4 aanstaat, het rookgasafVoerkanaal en dus de samenstellende pijpdelen 11-15 onder invloed van de warmte uitzetten en het kanaal als zodanig langer wordt. Dit langer worden is nog niet zozeer het probleem, daar deze verlenging er voornamelijk toe leidt dat het uit het dak 3 stekende pijpdeel 11 verder uit 30 het dak komt te steken. Het probleem ontstaat doorgaans wanneer de verbrandingsinstallatie 4 uitschakelt voor een voldoende lange tijdsduur om het rookgasafVoerkanaal en dus de samenstellende pijpdelen 11-15 te laten afkoelen. Bij het afkoelen zullen de pijpdelen weer krimpen. Dit krimpen kan tot een losraken van de 1015623 7 verbindingen tussen de pijpdelen leiden, wanneer de pijpdelen in hun beweging belemmerd worden, bijvoorbeeld door zogenaamde afstandhouders 16 die het rookgasafVoerkanaal 10 in de schoorsteenschacht 1 gepositioneerd houden op afstand van de binnenwand daarvan. In plaats van afstand houden is het ook denkbaar dat het 5 rookgasafVoerkanaal 10 met behulp van bijvoorbeeld U-vormige beugels waarmee het rookgasafvoerkanaal als het ware direct tegen de binnenwand van de schoorsteenschacht 1 kan zijn gemonteerd. Ook dergelijke montage hulpstukken (zoals de genoemde afstandhouders of beugels) belemmeren de bewegingsvrijheid van de pijpdelen. Het gevolg kan dan zijn dat een mannelijk eind van het ene pijpdeel uit het 10 vrouwelijk eind van het andere pijpdeel loopt, hetgeen zoals duidelijk zal zijn.With particularly longer flue gas discharge channels, the problem occurs that when the combustion installation 4 is switched on, the flue gas discharge channel and thus the component pipe parts 11-15 expand under the influence of the heat and the channel as such becomes longer. This lengthening is not so much the problem, since this extension mainly leads to the pipe part 11 protruding from the roof 3 coming to protrude further from the roof. The problem usually arises when the combustion installation 4 switches off for a sufficiently long period of time to allow the flue gas discharge duct and thus the component pipe parts 11-15 to cool. During cooling, the pipe parts will shrink again. This shrinking can lead to a loosening of the connections between the pipe parts when the pipe parts are impeded in their movement, for example by so-called spacers 16 which keep the flue gas discharge duct 10 in the chimney shaft 1 positioned at a distance from the inner wall thereof. Instead of keeping a distance, it is also conceivable that the flue gas discharge channel 10 can be mounted, as it were, directly against the inner wall of the chimney shaft 1 by means of, for example, U-shaped brackets with which the flue gas discharge channel. Such mounting accessories (such as the aforementioned spacers or brackets) also impede the freedom of movement of the pipe parts. The result may then be that a male end of one pipe part extends out of the female end of the other pipe part, which will be obvious.
ongewenst is daar het rookgasafVoerkanaal dan geen gesloten kanaal, maar een lekkend kanaal zal zijn. Dit probleem doet zich in de praktijk in het bijzonder voor bij pijpdelen die zijn vervaardigd uit een materiaal met een relatief grote uitzettingscoefficiënt, zoals in het bijzonder kunststof pijpdelen. Bij kunststof pijpdelen zijn in de praktijk uitzetting 15 van 7 mm per meter pijplengte geen uitzondering.undesirable since the flue gas discharge channel will then not be a closed channel, but a leaky channel. In practice, this problem arises in particular with pipe parts which are manufactured from a material with a relatively large expansion coefficient, such as in particular plastic pipe parts. With plastic pipe sections, expansion of 7 mm per meter of pipe length is in practice no exception.
De onderhavige uitvinding verschaft koppelmiddelen die het zogenaamde uitlopen tegen gaan, bij voorkeur verhinderen althans in hoge mate verhinderen. In de Fig. 2-10 zijn verschillende uitvoeringsvormen van dergelijke koppelmiddelen weergegeven. Fig. 2-7 tonen hierbij telkens een variant van het detail I uit Fig. 1, 20 terwijl in de Fig. 8-10 drie verschillende uitvoeringsvormen van een van tanden voorziene ring en huls nader zijn weergegeven.The present invention provides coupling means which counteract the so-called run-out, preferably prevent or at least to a large extent prevent it. In the FIG. 2-10 different embodiments of such coupling means are shown. FIG. 2-7 each show a variant of the detail I from FIG. 1, 20 while in Figs. 8-10 three different embodiments of a toothed ring and sleeve are shown in more detail.
Fig. 2 toont een in wezen conventionele koppeling van een mannelijk eind 21 van een pijpdeel in een vrouwelijk eind 20 van een ander pijpdeel, die van de conventionele koppelingen enkel afwijkt in de zin dat een zogenaamde tandring 24 is toegevoegd.FIG. 2 shows a substantially conventional coupling of a male end 21 of a pipe part into a female end 20 of another pipe part, which deviates from the conventional couplings only in the sense that a so-called toothed ring 24 is added.
25 Het vrouwelijk pijpdeel 20 is voorzien van een opnamegroef 22 waarin zich, zoals uit de stand van de techniek bekend is, een afdichtring 23 van een rubber of kunststofrubber bevindt. Deze afdichtring 23 zorgt voor een afdichting teneinde lek van gassen of vloeistoffen tegen te gaan. In de opnamegroef 22 voor de afdichtring 23 is overeenkomstig de uitvinding ook een zogenaamde tandring 24 opgenomen. Deze 30 tandring 24 strekt zich uit in een plat diametraal vlak en kan in bovenaanzicht bijvoorbeeld de gedaante hebben zoals weergegeven in Fig. 8a of 9a, die tandrand 84 met randen 85 respectievelijk een tandring 94 met tanden 95 tonen. Zoals later nog duidelijk zal worden en in de Fig. 8b en 9b middels doorsnedeweergaves is aangeduid 1015628 8 hoeven de tandringen, zoals tandring 24, niet per se in een plat, diametraal vlak te verlopen. De tandring 24 is voorzien van tanden 25, die zoals zojuist al aangegeven in een diametrale vlak verlopende versies van de tanden 85 respectievelijk 95 uit Fig. 8 a respectievelijk 9a kunnen zijn. De tanden 25 grijpen aan in de buitenwand van het 5 mannelijke eind 21 en verankeren zich aldus in die buitenwand. Op deze wijze wordt het zogenaamde uitlopen van het mannelijke eind 21 uit het vrouwelijke eind 20 verhinderd.The female pipe part 20 is provided with a receiving groove 22 in which, as is known from the prior art, there is a sealing ring 23 of a rubber or plastic rubber. This sealing ring 23 provides a seal to prevent leakage of gases or liquids. According to the invention, a so-called toothed ring 24 is also incorporated in the receiving groove 22 for the sealing ring 23. This toothed ring 24 extends in a flat diametrical plane and can for instance have the shape as shown in Fig. 8a or 9a, showing toothed edge 84 with edges 85 and a toothed ring 94 with teeth 95, respectively. As will become clear later and in FIG. 8b and 9b are indicated by means of cross-sectional views. 1015628 8 the toothed rings, such as toothed ring 24, do not necessarily have to run in a flat, diametrical plane. The toothed ring 24 is provided with teeth 25 which, as just indicated, in diametrical planar versions of the teeth 85 and 95, respectively, of FIG. 8a and 9a respectively. The teeth 25 engage in the outer wall of the male end 21 and thus anchor themselves in that outer wall. In this way the so-called outflow of the male end 21 from the female end 20 is prevented.
Fig. 3 toont een variant op de uitvoeringsvorm volgens Fig. 2. In Fig. 3 zijn voor overeenkomstige onderdelen de verwijzingsnummers uit Fig. 2 met tien opgehoogd. De 10 uitvoeringsvorm volgens Fig. 3 verschilt van die volgens Fig. 2 in de zin dat de tandring 34 met tanden 35 thans niet in de opnamegroef 32 voor de afdichtring 33 is ondergebracht, maar in een apart gevormde opnamegroef 36. Voordeel van deze uitvoeringsvorm is dat aldus een stevigere fixatie van de tandring in het vrouwelijke deel 30 wordt bereikt.FIG. 3 shows a variant of the embodiment according to FIG. 2. In FIG. 3 for corresponding parts, the reference numbers from FIG. 2 increased by ten. The embodiment according to FIG. 3 differs from that according to FIG. 2 in the sense that the toothed ring 34 with teeth 35 is currently not accommodated in the receiving groove 32 for the sealing ring 33, but in a separately formed receiving groove 36. The advantage of this embodiment is thus a more robust fixation of the toothed ring in the female part 30. is achieved.
15 Fig. 4 toont een variant op de uitvoeringsvorm volgens Fig. 3. Voor overeenkomstige onderdelen zijn de verwijzingsnummers uit Fig. 3 met tien opgehoogd. De uitvoeringsvorm volgens Fig. 4 onderscheidt zich van die volgens Fig.FIG. 4 shows a variant of the embodiment according to FIG. 3. For corresponding parts, the reference numbers from Figs. 3 increased by ten. The embodiment according to FIG. 4 differs from that according to FIG.
3 in de zin dat de tandring 44 met tanden 45 thans niet meer in een plat diametraal vlak verlopen, maar volgens een taps omtreksvlak verlopen, zoals het geval is bij de in de 20 Fig. 8 en 9 weergegeven tandringen 84 respectievelijk 94 met tanden 85 respectievelijk 95. De tandring 44 met tanden 45 kan bijvoorbeeld identiek zijn aan de tandring 84 met tanden 85 uit Fig. 8 of de tandring 94 met tanden 95 uit Fig. 9. Zoals aan de hand van de Fig. 8 en 9 duidelijk moge zijn, zijn de werkzame kanten van de tanden 85 en 95 en dus ook die van de tanden 45 schuin in de insteekrichting S (Fig. 4) naar de centrale 25 hartlijn 5 toe gericht. Dit vergemakkelijkt enerzijds het in de steekrichting S in het vrouwelijk deel 40 steken van het mannelijke deel 41 en anderzijds bemoeilijkt deze oriëntatie het tegengesteld aan de steekrichting S uit het vrouwelijk deel 40 trekken van het mannelijk deel 41. De tanden 45,85 en 95 zijn als het ware werkzaam als een soort weerhaken. Bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 4, alsmede die volgens de Fig. 8 en 9 30 en de nog nader de bespreken Fig. 5-7 en 10 is het in het bijzonder van voordeel wanneer de tandring of eventueel de aan de hand van Fig. 5 te bespreken tandhuls met tanden is vervaardigd uit verenstaal. Aldus kunnen de tanden bij het in de steekrichting S insteken van het mannelijk deel in het vrouwelijk deel iets weg buigen tegen een i 01 5628 · 9 veerkracht in. Dit weg buigen wordt in het bijzonder vergemakkelijkt en de uiteindelijke vergrendeling wordt in het bijzonder verbeterd wanneer het mannelijk deel 41 een uitwendige diameter heeft die met enige speling, bijvoorbeeld 1 mm a 2 mm, in de inwendige diameter van het vrouwelijk deel 40 past. Ter verkrijging van een 5 lekdichte afdichting is het dan wel van belang de afdichtring 43 nader aan te passen ter overbrugging van deze speling.3 in the sense that the toothed ring 44 with teeth 45 no longer run in a flat diametrical plane, but run in a tapered circumferential plane, as is the case with the ones shown in FIGS. 8 and 9, tooth rings 84 and 94 respectively with teeth 85 and 95. The tooth ring 44 with teeth 45 may, for example, be identical to the tooth ring 84 with teeth 85 of FIG. 8 or the tooth ring 94 with teeth 95 from FIG. 9. As with reference to Figs. 8 and 9, the effective sides of the teeth 85 and 95 and therefore also those of the teeth 45 are oriented obliquely in the insertion direction S (Fig. 4) towards the central axis 5. This facilitates, on the one hand, inserting the male part 41 in the plugging direction S into the female part 40 and, on the other hand, this orientation makes it more difficult to pull the male part 41 from the female part 40 in the opposite direction to the stabbing direction S. The teeth 45, 45 and 95 are as it were, working as a kind of barbs. In the embodiment according to FIG. 4, as well as those according to FIG. 8 and 9 and Figs. 5-7 and 10, it is particularly advantageous if the toothed ring or, optionally, the The tooth sleeve with teeth to be discussed is made of spring steel. Thus, when the male part is inserted into the female part in the plugging direction S, the teeth can bend slightly away against a spring force. This bending away is particularly facilitated and the final locking is particularly improved when the male part 41 has an outer diameter that fits into the inner diameter of the female part 40 with some play, for example 1 mm to 2 mm. In order to obtain a leak-tight seal, it is then important to further adjust the sealing ring 43 to bridge this play.
De uitvoeringsvorm volgens Fig. 5 verschilt van de uitvoeringsvorm volgens Fig. 4 in wezen doordat in plaats van een zogenaamde tandring gebruik is gemaakt van een zogenaamde tandhuls. Voor wat betreft overeenkomstig onderdelen zijn in Fig. 5 de 10 verwijzingsnummers van Fig. 4 opgehoogd met tien gebruikt. Ter verankering van de tandhuls 54 is deze aan zijn bovenzijde voorzien van een omtreksrand 57 die is opgenomen in de omtrekssleuf 56 in het vrouwelijk deel 50. De tandhuls 54 met tanden 55 en omtreksrand 57 is nader in detail weergegeven in Fig. 10a en 10b. Het moge echter duidelijk zijn dat in plaats van de als het ware driehoekige tanden 55 velerlei 15 anders gevormde tanden gebruikt kunnen worden, zoals bijvoorbeeld de tanden 85 uit Fig. 8.The embodiment according to FIG. 5 differs from the embodiment according to FIG. 4 essentially because instead of a so-called toothed ring use is made of a so-called toothed sleeve. With regard to corresponding parts, FIG. 5 the 10 reference numbers of FIG. 4 raised with ten used. For anchoring the toothed sleeve 54, it is provided on its upper side with a peripheral edge 57 which is received in the peripheral slot 56 in the female part 50. The toothed sleeve 54 with teeth 55 and peripheral edge 57 is shown in greater detail in FIG. 10a and 10b. It will be clear, however, that instead of the, as it were, triangular teeth 55, many differently shaped teeth can be used, such as, for example, the teeth 85 of FIG. 8.
Fig. 6 toont als nog verdere variant van Fig. 5 de uitvoeringsvorm van de uitvinding welk weer direct een variant is op de uitvoeringsvorm volgens Fig. 2, daar de standaard pijpdelen bij deze uitvoeringsvorm zelf niet aangepast hoeven te worden,. 20 net zoals dit bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 2 het geval is. Ten opzichte van Fig. 2 zijn de verwijzingsnummers voor overeenkomstige onderdelen met veertig opgehoogd. De tandring 64, welke van het type is als getoond in Fig. 4, maar ook van het type zou kunnen zijn als getoond in Fig. 2 en 3 of de vorm zou kunnen aannemen van een tandhuls als getoond in Fig. 5 of anderszins, is hierbij aan het vrouwelijk deel 60 25 gemonteerd middels een opzetstuk 67. Het opzetstuk 67 is om de de opnamesleuf 62 begrenzende omtreksribbe aan het vrouwelijk deel 60 vastgeklikt. Dit is bijvoorbeeld te bereiken door het benedeneind van het opzetstuk 67 als losse benen 70 uit te voeren of door het opzetstuk 67 in twee helften uit te voeren of eventueel van een enkele langsdoorsnijding te voorzien ten gevolge waarvan het opzetdeel 67 is open te buigen 30 om dit rond de uitstulpende ribbe op het vrouwelijke deel 60 te plaatsen. Op het Opzetstuk 67 steunt af de tandring 64 of eventueel de tandhuls (in dat geval de verankeringsrand 57). De tandring 64 wordt op zijn plaats gehouden door een moerorgaan 68 dat door middel van een schroefdraadverbinding ten opzichte van het 1 01 5628 10 opzetdeel 67 is vast te draaien. Bij een gedeelde of gespleten uitvoering van het opzetstuk 67 zal het moerorgaan 68 dit opzetstuk 67 ook meteen in omtreksrichting gesloten houden. Het is eventueel ook mogelijk om het om te zetten stuk 67 bij het vormen van het het vrouwelijk uiteind 60 dragende pijpdeel direct mee te gieten en 5 aldus als een geïntegreerd geheel met het vrouwelijk einddeel 60 uit te voeren.FIG. 6 shows as a still further variant of FIG. 5 shows the embodiment of the invention, which in turn is directly a variant of the embodiment according to FIG. 2, since the standard pipe parts in this embodiment do not themselves have to be adapted. 20 just like this with the embodiment according to FIG. 2 is the case. With respect to FIG. 2, the reference numbers for corresponding parts have been increased by forty. The toothed ring 64, which is of the type shown in FIG. 4, but could also be of the type shown in FIG. 2 and 3 or could take the form of a tooth sleeve as shown in FIG. 5 or otherwise, is hereby mounted to the female part 60 by means of an attachment piece 67. The attachment piece 67 is snapped onto the female portion 60 around the circumferential rib bounding the receiving slot 62. This can be achieved, for example, by designing the lower end of the attachment 67 as loose legs 70 or by executing the attachment 67 in two halves or possibly providing it with a single longitudinal section, as a result of which the attachment 67 can be bent open to placing this around the protruding rib on the female part 60. The toothed ring 64 or possibly the toothed sleeve (supported in this case by the anchoring edge 57) is supported on the attachment 67. The toothed ring 64 is held in place by a nut member 68 which can be tightened relative to the attachment part 67 by means of a threaded connection. With a divided or split embodiment of the attachment 67, the nut member 68 will also keep this attachment 67 closed immediately in the circumferential direction. It is optionally also possible to cast the piece 67 to be converted directly in the formation of the pipe part bearing the female end 60 and thus to design it as an integrated whole with the female end part 60.
Voordeel van de uitvoeringsvorm volgens Fig. 6 is ondermeer dat het moerorgaan 68 los geschroefd kan worden, waarbij dan de verankering middels de tandring 64 en tanden 65 opgeheven wordt, zodat het vrouwelijk einddeel 60 en mannelijk einddeel 61 bijvoorbeeld ten behoeve van werkzaamheden uitelkaar genomen kunnen worden.Advantage of the embodiment according to FIG. 6 is inter alia that the nut member 68 can be screwed loose, wherein the anchoring is then lifted by means of the toothed ring 64 and teeth 65, so that the female end part 60 and male end part 61 can be taken apart for work, for example.
10 Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 6 zijn de afstandhouders 16 verder bevestigd aan het opzetstuk 68. De afstandhouders 16 kunnen eventueel ook een geïntegreerd geheel met het opzetstuk 68 vormen.In the embodiment according to Figure 6, the spacers 16 are further attached to the attachment 68. The spacers 16 may optionally also form an integrated whole with the attachment 68.
Fig. 7 toont een variant van de uitvoeringsvorm volgens Fig. 6, waarbij voor overeenkomstige onderdelen de verwijzingsnummers uit Fig. 6 met twintig zijn 15 opgehoogd. De uitvoeringsvorm volgens Fig. 7 onderscheidt zich van die volgens Fig.FIG. 7 shows a variant of the embodiment according to FIG. 6, for corresponding parts the reference numbers from FIG. 6 are increased by 20 by 15. The embodiment according to FIG. 7 differs from that according to FIG.
6 in wezen doordat het opzetstuk 87 aan de bovenzijde, het vrije uiteinde, van sleuven 91 is voorzien waartussen kanteeldelen 92 liggen, die aan de binnenzijde daarvan de tandring 84 met tanden 85 dragen, en doordat de kanteeldelen 92 in benedenwaartserichting taps verwijdend zijn uitgevoerd en het moerorgaan 88 aan de 20 binnenzijde in benedenwaartse richting overeenkomstig taps verwijdend is uitgevoerd. Hierdoor wordt bereikt dat wanneer het moerorgaan 88 wordt aangedraaid, de kanteeldelen 92 naar binnen gedrukt worden en aldus de tanden 85 naar binnen drukken en stevig in de buitenwand van het mannelijk deel 81 drukken. Het moge duidelijk zijn dat het bij deze uitvoeringsvorm van voordeel is wanneer de tandring 84 in 25 omtreksrichting onderbroken is, teneinde ten behoeve van het naar binnen drukken van de tanden 85 verkleining van de diameter van de tandring 84 toe te laten. Het moge verder duidelijk zijn dat bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 7 ook gebruik kan worden gemaakt van een tandhuls, zoals die in bijvoorbeeld Fig. 10 is weergegeven of van een een anderszins uitgevoerde tandring.6 essentially because the attachment 87 is provided with slots 91 at the top, the free end, between which tilt parts 92 bear, on the inside thereof, the toothed ring 84 with teeth 85, and because the tilt parts 92 are tapered in the downward direction and the nut member 88 on the inside is designed in a tapered downward direction in a downward direction. Hereby is achieved that when the nut member 88 is tightened, the tilting parts 92 are pressed inwards and thus press the teeth 85 inwards and press firmly into the outer wall of the male part 81. It will be clear that in this embodiment it is advantageous if the toothed ring 84 is interrupted in the circumferential direction in order to allow a reduction in the diameter of the toothed ring 84 for the purpose of pushing the teeth 85 inward. It will further be clear that in the embodiment according to FIG. 7 use can also be made of a tooth sleeve, such as that in, for example, FIG. 10 or a toothed ring of an other design.
30 Met betrekking tot de tandringen als weergegeven in bijvoorbeeld Fig. 8 en 9 en tandhulzen als bijvoorbeeld weergegeven in Fig. 10 zij opgemérkt dat deze ten behoeve van het monteren in in het bijzonder een inwendige omtreksgroef ook gedeeld, bijvoorbeeld in twee halfcirkelvormige elementen, kunnen zijn uitgevoerd of ook in 101 5628 11 omtreksrichting van een langsdoorsnijding kunnen zijn voorzien, teneinde verkleining van de diameter ten behoeve van montage mogelijk te maken.With regard to the toothed rings as shown in, for example, FIG. 8 and 9 and tooth sleeves as shown, for example, in FIG. It should be noted that, for mounting, in particular an internal circumferential groove, these can also be designed in two semi-circular elements, or they can also be provided with a longitudinal section in the circumferential direction in order to reduce the diameter for the purpose. of assembly possible.
5 10156285 1015628
Claims (13)
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1015628A NL1015628C2 (en) | 2000-07-06 | 2000-07-06 | Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1015628 | 2000-07-06 | ||
NL1015628A NL1015628C2 (en) | 2000-07-06 | 2000-07-06 | Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1015628C2 true NL1015628C2 (en) | 2002-01-11 |
Family
ID=19771673
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1015628A NL1015628C2 (en) | 2000-07-06 | 2000-07-06 | Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1015628C2 (en) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1021920C2 (en) * | 2002-11-14 | 2004-05-17 | Ubbink Nederland Bv | Chimney pipe comprises upper and lower pipes push fitted together and enclosed by gastight material cover |
CN102735056A (en) * | 2012-06-20 | 2012-10-17 | 无锡宇吉科技有限公司 | Chimney |
EP2607766A1 (en) | 2011-12-19 | 2013-06-26 | M & G Groep B.V. | Clamping device for flue gas pipes |
Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1003484C1 (en) * | 1996-07-02 | 1998-01-07 | Burgerhout Bv | Joining combined fresh air and flue pipes for gas burner |
EP0837282A2 (en) * | 1996-10-18 | 1998-04-22 | Erlus Baustoffwerke AG | Prefabricated element for chimney |
DE29808155U1 (en) * | 1997-04-28 | 1998-08-20 | Joh. Vaillant Gmbh U. Co, 42859 Remscheid | Exhaust pipe |
EP0882928A2 (en) * | 1997-06-06 | 1998-12-09 | Erlus Baustoffwerke Ag | Chimney flue pipe made of sleeve pipe section and sealing means for such a joint |
EP0957313A1 (en) * | 1998-05-15 | 1999-11-17 | Erlus Baustoffwerke Ag | Chimney section with side branch pipe and connection piece therefor |
EP1010941A2 (en) * | 1998-12-17 | 2000-06-21 | CAST S.r.l. | Duct for the escape of flue gas and intake of the combustion air |
-
2000
- 2000-07-06 NL NL1015628A patent/NL1015628C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1003484C1 (en) * | 1996-07-02 | 1998-01-07 | Burgerhout Bv | Joining combined fresh air and flue pipes for gas burner |
EP0837282A2 (en) * | 1996-10-18 | 1998-04-22 | Erlus Baustoffwerke AG | Prefabricated element for chimney |
DE29808155U1 (en) * | 1997-04-28 | 1998-08-20 | Joh. Vaillant Gmbh U. Co, 42859 Remscheid | Exhaust pipe |
EP0882928A2 (en) * | 1997-06-06 | 1998-12-09 | Erlus Baustoffwerke Ag | Chimney flue pipe made of sleeve pipe section and sealing means for such a joint |
EP0957313A1 (en) * | 1998-05-15 | 1999-11-17 | Erlus Baustoffwerke Ag | Chimney section with side branch pipe and connection piece therefor |
EP1010941A2 (en) * | 1998-12-17 | 2000-06-21 | CAST S.r.l. | Duct for the escape of flue gas and intake of the combustion air |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1021920C2 (en) * | 2002-11-14 | 2004-05-17 | Ubbink Nederland Bv | Chimney pipe comprises upper and lower pipes push fitted together and enclosed by gastight material cover |
EP2607766A1 (en) | 2011-12-19 | 2013-06-26 | M & G Groep B.V. | Clamping device for flue gas pipes |
CN102735056A (en) * | 2012-06-20 | 2012-10-17 | 无锡宇吉科技有限公司 | Chimney |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US20210215283A1 (en) | Combination Sealing Member and Pipe Couplings | |
AU2010201934B2 (en) | Coupling having angularly oriented shoulder surfaces | |
US6913292B2 (en) | Mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
US6499771B1 (en) | Mechanical pipe coupling with toothed retainer | |
US7500699B2 (en) | Clamping mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
US7818869B2 (en) | Method of using a coupling having an angularly oriented cavity | |
US7121593B2 (en) | Triple-expanded mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
US20020135184A1 (en) | Mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
WO2006135485A3 (en) | Self restrained fitting for pvc and ductile iron pipe | |
CA2571234A1 (en) | Mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
US20050146133A1 (en) | Mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
SE421826B (en) | WELDING DEVICE FOR A MUFFROR COMBINATION | |
US20060265852A1 (en) | Triple-expanded mechanical pipe coupling derived from a standard fitting | |
CY1105682T1 (en) | PIPE COMPRESSION FITTING | |
NL1015628C2 (en) | Flue pipe fitted into brick chimney stack, is assembled from several sections which have sealed junctions, gripped by toothed rings | |
JP2007514108A5 (en) | ||
US6375158B1 (en) | Fastening device for connecting a valve spring retainer to a valve stem | |
KR20240042541A (en) | Gaskets and couplings with improved reliability | |
US11028950B2 (en) | Pipe coupling | |
EP0148717B1 (en) | Thermally insulated modular element for a fluid line | |
JP3183507B2 (en) | Rigid or flexible couplings for pipes | |
JP3826314B2 (en) | Pipe detachment prevention device for union nut joint | |
JP2004190700A (en) | Structure of expansion joint | |
JP2003214575A (en) | Pipe separation preventive device for union nut joint and plastic ring | |
JP2002235884A (en) | Earthquake-proof joint and earthquake-proof duct |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20050201 |