NL1009749C2 - Rijwiel. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Rijwiel.

De uitvinding heeft betrekking op een rijwiel voorzien van twee pedalen die elk roteerbaar zijn verbonden met een crank, welke 5 cranks aan van de pedalen afgekeerde zijde zijn verbonden met tegenover elkaar gelegen uiteinden van een trapas, waarbij tenminste een pedaal verplaatsbaar is van een eerste positie waarin het pedaal zich in een van : de trapas afgekeerde richting uitstrekt naar een tweede positie waarin het pedaal en de trapas zich vanaf eenzelfde zijde van de crank uitstrekken : 10 en vice versa. "

Bij een dergelijke uit de internationale octrooiaanvrage W095/03206 bekend rijwiel is de crank voorzien van twee crankdelen die ^ ten opzichte van elkaar zwenkbaar zijn om een zich evenwijdig aan de crank uitstrekkende as. De as strekt zich uit tussen de trapas en de pedaalas 15 van het pedaal. In de tweede positie is het pedaal tussen twee wielen van - het rijwiel gelegen en komt het pedaal bij rotatie van de trapas in “ aanraking met het frame van het rijwiel. Hierdoor kan het rijwiel niet 1 worden gebruikt en is het tegen ontvreemden beveiligd. Om het pedaal in “ de eerste en tweede positie te vergrendelen is tussen het eerste en tweede 20 crankgedeelte een slot voorzien. Door de relatief geringe afmeting van ” de crank is de voor het slot beschikbare ruimte gering. Hierdoor is het slot relatief klein en kan op eenvoudige wijze worden geforceerd. Bovendien ï kan het rijwiel door het verwijderen van het pedaal en het aan de goede zijde van de crank opnieuw bevestigen van het pedaal weer voor gebruik 25 geschikt worden gemaakt.

De uitvinding beoogt een rijwiel te verschaffen dat op eenvoudige wijze kan worden beveiligd en waarbij de nadelen van het bekende rijwiel worden vermeden.

Dit doel wordt bij het rijwiel volgens de uitvinding 30 bereikt doordat de crank en het pedaal gezamenlijk zwenkbaar zijn om een nagenoeg dwars op de trapas en nagenoeg dwars op de crank uitstrekkende zwenkas.

Nabij de overgang tussen trapas en crank is relatief veel ruimte beschikbaar voor het aanbrengen van een zwenkas alsmede van ï 35 een afsluitbaar slot.

Hierdoor kan een relatief zwaar slot, zoals bijvoorbeeld 1 o n q 71 o 2 een cilinderslot worden toegepast. Bovendien zal bij een ontvreemd rijwiel zowel het pedaal als de crank moeten worden vervangen. Dit is relatief omslachtig en zal een eventuele dief ontmoedigen om het rijwiel te ontvreemden.

5 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen waarin fig. 1 een vooraanzicht van een rijwiel volgens de uitvinding toont, fig. 2 een bovenaanzicht van het in fig. 1 weergegeven 10 rijwiel toont, fig. 3 een gedeeltelijk zijaanzicht van het in fig. 1 weergegeven rijwiel toont, fig. 4 een uitvergroot achteraanzicht van het in fig. 1 weergegeven rijwiel toont, 15 fig. 5-7 verschillende aanzichten van een slot van het in fig. 1 weergegeven rijwiel toont, fig. 8A en 8B respectievelijk een pedaal in een eerste en tweede stand tonen, fig. 9 het zwenkbereik van het pedaal in de tweede stand 20 toont, fig. 10A en 10B perspectivische aanzichten tonen van een aan een beugel bevestigd rijwiel.

In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van eenzelfde verwijzingscijfer.

25 Fig. 1-4 tonen verschillende aanzichten van een rijwiel 1 volgens de uitvinding dat is voorzien van een frame 2, aan het frame 2 bevestigde wielen 3 en een kettingkast 4 waarin op een op zich bekende wijze een om kettingwielen geslagen ketting is gelegen. Een voorste kettingwiel is roteerbaar bevestigd aan een trapas 5. Aan beide uiteinden 30 van de trapas 5 zijn cranks 6, 7 bevestigd, welke zich bij de normale, in fig. 1 met stippell ijnen weergegeven stand evenwijdig maar tegengesteld gericht aan elkaar uitstrekken. Aan van de trapas afgekeerde uiteinden is elke crank voorzien van een om een pedaal as 8 roteerbaar pedaal 9. De tot dusver gegeven omschrijving komt overeen met de beschrijving van een 35 normale fiets. Het rijwiel 1 volgens de uitvinding onderscheidt zich van de normale fiets doordat de crank 7 met het nabij de trapas 5 gelegen 1009749 3 uiteinde zwenkbaar is om een zwenkas 10 welke zich dwars op de trapas 5 uitstrekt. De zwenkas 10 strekt zich bovendien dwars uit op de lengterichting van de crank 7, welke lengterichting zich vanaf de trapas tot aan de pedaal as uitstrekt.

5 Zoals in fig. 5-7 weergegeven kan de crank 7 hiertoe Z

nabij het uiteinde 11 zijn voorzien van twee evenwijdig uitstrekkende benen 12, 13 waartussen een met de trapas 5 verbonden blok 14 is gelegen. Door 1 de benen 12, 13 en het blok 14 strekt zich een pen 15 uit die nabij beide ~ uiteinden met de benen 12, 13 is verbonden. De pen 15 is in het blok 14 10 roteerbaar gelagerd om de zwenkas 10. Het uiteinde 11 van de crank 7 is z verder voorzien van een cilinderslot 16. Het cilinderslot 16 omvat een vergrendel pen 17 die met behulp van een sleutel 18 verplaatsbaar is van -

een met doorgetrokken lijnen weergegeven ontgrendelde stand naar een met stippellijnen weergegeven vergrendelde stand, waarin de vergrendelpen 17 I

15 in één van de twee uitsparingen 19 in het blok 14 is gelegen (zie fig. 5).

Het cilinderslot 16 is voor de sleutel 18 toegankelijk vanaf de zijde van de crank 7 waar het pedaal 9 is gelegen (fig. 8A) alsmede vanaf de van het pedaal afgekeerde zijde (fig. 8B).

De werking van het rijwiel 1 volgens de uitvinding zal 20 nu beknopt worden toegelicht. Tijdens het gebruik van het rijwiel bevindt Z

de crank 7 en het daaraan bevestigd pedaal 9 zich in een eerste, in fig. 1 I

met stippellijnen weergegeven stand. Zodra men het rijwiel wil parkeren en wil vergrendelen, wordt, zoals weergegeven in fig. 8A, de sleutel 18 I

vanaf de pedaalzijde in het cilinderslot 16 gestoken en wordt de __ 25 vergrendelpen 17 naar de ontgrendelde stand verplaatst. Hierbij wordt de

vergrendelpen 17 uit de uitsparing 19 gezwenkt. Vervolgens kan de crank 7 Z

tezamen met het pedaal 9 om de zwenkas 10 in de door pijl PI aangegeven z

richting worden gezwenkt (zie fig. 4) totdat de crank 7 de, in fig. 1 met Z

een doorgetrokken lijn weergegeven, tweede stand heeft bereikt. Hierbij Z

30 zijn de pedalen 9 in eikaars verlengde gelegen. Vervolgens wordt, zoals =

weergegeven in fig. 8B, met behulp van sleutel 18 de vergrendelpen 17 weer Z

naar de vergrendelde stand gezwenkt waarbij de vergrendelpen 17 in de tweede uitsparing 19 in het blok 14 komt te liggen. Indien men het Z

rijwiel 1 weer wenst te gebruiken wordt na ontgrendeling van het slot 16 35 de crank 7 in een aan pijl PI tegengestelde, door pijl P2 aangegeven ZZ

richting om de zwenkas 10 gezwenkt. Na het vergrendelen van het slot 16 !Z

1009749 4 in de eerste stand, kan het rijwiel 1 weer worden gebruikt.

In fig. 9 is een slag SI, S2 weergegeven die de crank 7 kan uitvoeren in het geval dat in de tweede stand het pedaal 9 respectievelijk tussen stangen 20 van het frame 2 is gelegen of buiten het frame 2 5 is gelegen. In beide gevallen is het echter niet mogelijk om een volledige roterende beweging met de crank 7 uit te voeren.

In fig. 10A en 10B zijn aanzichten weergegeven van het bevestigen van het rijwiel 1 volgens de uitvinding aan een beugel 21 die met een ondergrond 22 is verbonden. De crank 7 en het pedaal 9 zijn om 10 de beugel 21 heen geslagen waardoor het rijwiel 1 onlosneembaar met de beugel 21 is verbonden.

Het rijwiel kan bijvoorbeeld een fiets, brommer of motor zijn.

-.3 : 1 0097 49

Claims (5)

1. Rijwiel voorzien van twee pedalen die elk roteerbaar zijn verbonden met een crank, welke cranks aan van de pedalen afgekeerde 5 zijde zijn verbonden met tegenover elkaar gelegen uiteinden van een trapas, waarbij tenminste een pedaal verplaatsbaar is van een eerste positie waarin het pedaal zich in een van de trapas afgekeerde richting uitstrekt naar een tweede positie waarin het pedaal en de trapas zich vanaf eenzelfde zijde van de crank uitstrekken en vice versa, met het kenmerk, dat de crank = 10 en het pedaal gezamenlijk zwenkbaar zijn om een nagenoeg dwars op de trapas en nagenoeg dwars op de crank uitstrekkende zwenkas.

2. Rijwiel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de tweede positie de pedalen in eikaars verlengde zijn gelegen. :

3. Rijwiel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat 15 de crank nabij de trapas is voorzien van een afsluitbaar slot.

4. Rijwiel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het “ slot aan weerszijden van de crank toegankelijk is. ;

5. Rijwiel volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat I het slot een cilinderslot is. 20 1 0ΙΊ P 7 i g