NL1008542C1 - Vangrailconstructie. - Google Patents

Description

Titel: Vangrailconstructie

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vangrailconstructie, voorzien van op een bepaalde onderlinge afstand van elkaar in de grond vastgezette staanders, hiermee verbonden dwarsdragers en aan ten minste 5 één aan de beide uiteinden van deze dwarsdragers vastgezette vangrailplanken.

Dergelijke vangrailconstructies zijn bekend en worden toegepast voor de beveiliging van autosnelwegen, in het bijzonder als middenbermbeveiliging. In het laatste geval 10 fungeren de dwarsdragers als afstandhouders aan elk van de beide uiteinden waarvan vangrailplanken zijn aangebracht.

Dé vangrailplanken vormen dan een zich aan beide zijden in de langsrichting uitstrekkende geleiderail. Deze bekende vangrailconstructies hebben het nadeel dat zij ook bij 15 relatief lichte botsingen van een voertuig tegen de vangrailconstructie vervormd worden en dat het desbetreffende vangrailgedeelte moet worden vervangen. De uitvinding beoogt dit nadeel in aanzienlijke mate te voorkomen.

Overeenkomstig de uitvinding heeft de vangrail-20 constructie, zoals deze in de aanhef is omschreven, daartoe het kenmerk, dat de dwarsdragers ten opzichte van de staanders in hoofdzaak in hun lengterichting dwars op de richting van de vangrailconstructie tegen een bepaalde weerstandskracht in verplaatsbaar zijn.

25 Een lichte botsing wordt daarbij door de vangrail constructie zodanig opgevangen, dat deze niet blijvend wordt vervormd, terwijl relatief midden-zware botsingen worden opgevangen doordat een of meer dwarsdragers zijdelings wordt verplaatst.

30 De weerstandskracht wordt uitgeoefend door op of in de dwarsdragers aangebrachte energieabsorberende middelen.

Deze energieabsorberende middelen zijn zodanig uitgevoerd dat eerst na overschrijding van een bepaalde belasting van de dwarsdragers een zijwaartse verplaatsing hiervan 35 optreedt. Bij midden-zware botsingen, waarbij een of meer 1008542 2 dwarsdragers zijdelings worden verplaatst, wordt de botsenergie opgenomen door de energieabsorberende middelen. Alleen deze energieabsorberende middelen vertonen daarbij een blijvende vervorming. Zij kunnen echter eenvoudig 5 vervangen worden zodat reparaties snel kunnen worden uitgevoerd. Door de combinatie van de zijdelingse verplaatsbaarheid van de dwarsdragers en de daarop of daarin aangebrachte energieabsorberende middelen wordt bereikt dat een blijvende vervorming van de vangrail-10 constructie pas optreedt bij relatief zware botsingen.

]

De dwarsdragers zijn in hoofdzaak horizontaal j aangebracht en worden bij voorkeur gevormd door een profielelement met ten minste twee boven elkaar gelegen zijden die elk zijn voorzien van een sleufvormige opening 15 waardoorheen een of meer staanders steken en met ondersteuningsmiddelen om het profielelement alleen horizontaal in de dwarsrichting te doen verplaatsen zonder dat dit langs de staanders omlaag kan bewegen. In een voorkeursuitvoeringsvorm steken door de sleufvormige j 20 openingen van een dwarsdrager slechts twee staanders.

Om ook bij zware botsingen auto's, autobussen en vrachtwagens te keren, steken verder overeenkomstig de uitvinding de staanders boven de dwarsdragers uit en zijn deze dwars-dragers door middel van een parallel aan de 25 vangrailplanken lopend profielelement met elkaar verbonden. Laatstgenoemd profielelement vormt derhalve een bovenrail midden boven de beide door de vangrailplanken gevormde geleiderails.

In een eerste uitvoeringsvorm worden de 30 energieabsorberende middelen gevormd door een op de bovenzijde van een dwarsdrager vastgezette plaat met een sleufvormige opening waarvan de breedte naar buiten toe zodanig afneemt dat de opening, wanneer de dwarsdrager zijwaarts in de richting van een staander wordt verplaatst, 35 een weerstand vormt voor deze staander. De sleufvormige opening kan daarbij aan de zijde van de desbetreffende . 1 0 0 85^2 3 staander open zijn en aan de andere zijde op het profielelement van de dwarsdragers zijn vastgezet. In het geval, dat twee staanders aanwezig zijn, kunnen op het profielelement van de dwarsdragers twee platen met een 5 sleufvormige opening met de open uiteinden naar elkaar toegekeerd zijn vastgezet.

In een tweede uitvoeringsvorm is het profielelement van de dwarsdragers gevormd door een balk waarin de energieabsorberende middelen zijn aangebracht. De 10 energieabsorberende middelen worden daarbij gevormd door een of meer elastische stootelementen.

Voorts zij vermeld, dat om bij ongelukken met motorrijders deze op te kunnen vangen en te voorkomen dat deze tegen de staanders aan komen te vallen, de vangrailplanken 15 zijn voorzien van een flexibel opvangschort.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening. Hierin toont:

Fig. 1 op schematische wijze een dwarsdoorsnede van 20 een eerste uitvoeringsvorm van de vangrailconstructie overeenkomstig de uitvinding;

Fig. 2 een perspectief beeld van een deel van deze vangrailconstructie;

Fig. 3A, 3B, 3C en 3D een aantal diagrammen waarin de 25 toestand van de vangrailconstructie bij verschillende verkeersongelukken is weergegeven; en

Fig. 4 een perspectief beeld van een deel van een tweede uitvoeringsvorm van de vangrailconstructie overeenkomstig de uitvinding.

30

De in de figuren 1 en 2 weergegeven vangrailconstructie omvat op een bepaalde onderlinge afstand van elkaar in de lengterichting van de vangrailconstructie in de grond vastgezette staanders 1. In de weergegeven 35 uitvoeringsvorm zijn daarbij steeds twee staanders 1 op korte afstand van elkaar in de richting dwars op de 4 vangrailconstructie aangebracht. De staanders kunnen in de grond zijn vastgezet door deze in beton in de grond aan te brengen. Met twee in de dwarsrichting naast elkaar geplaatste staanders 1 is een dwarsdrager 2 verbonden. In 5 de onderhavige uitvoering omvatten de dwarsdragers een horizontaal aangebracht profielelement 3 en zijn aan de beide uiteinden van deze profielelementen 3 vangrailplanken 4 aangebracht. Hierdoor is de vangrailconstructie geschikt als middenbermbeveiliging. Het is uiteraard mogelijk 10 slechts aan een zijde van de dwarsdragers 2 vangrailplanken | aan te brengen, in welk geval de vangrailconstructie kan worden gebruikt als beveiliging tegen het van de weg raken van voertuigen. Zowel de staanders, als de dwarsdragers en de vangrailplanken kunnen op bekende wijze worden 15 vervaardigd uit verzinkt metaal.

De profielelementen 3 kunnen zijn uitgevoerd als bijvoorbeeld een U-profiel, zoals het geval is in het uitvoeringsvoorbeeld van de figuren 1 en 2, of als een balk, zoals het geval is in het hierna te beschrijven, in 20 figuur 4 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. Het U-vormige profielelement 3 is op zijn kant aangebracht, zodat de opstaande zijden van het U-profielelement de boven- en onderzijde van de dwarsdrager 2 vormen. In deze boven- en onderzijde zijn sleufvormige openingen aangebracht waar de 25 staanders 1 doorheen steken. In de dwarsdragers 2 zijn (niet in de figuren zichtbare) ondersteuningsmiddelen op de staanders 1 aangebracht om te voorkomen dat het profielelement 3 langs de staanders omlaag kan bewegen.

De vangrailplanken 4 kunnen ellipsvormig zijn met aan 30 één zijde een open gedeelte met naar binnen gebogen randen 5 met behulp waarvan de vangrailplanken 4 kunnen worden vastgezet op de uiteinden van de profielelementen 3. In plaats van een ellipsvorm kunnen de vangrailplanken aan de buitenzijde enigszins naar binnen gekromd zijn uitgevoerd, 35 zoals het geval is bij de reeds bestaande 1008542 5 vangrailconstructies. Deze bekende vorm is in figuur 2 door onderbroken lijnen 6 aangegeven.

De dwarsdragers 2 zijn ten opzichte van de staanders 1 in hoofdzaak in hun door een pijl P weergegeven lengte-5 richting dwars op de richting van de vangrailconstructie in beide richtingen verplaatsbaar en wel langs de in het profielelement 3 aangebrachte ondersteuningsmiddelen. Bij een dergelijke verplaatsing dienen bepaalde weerstandskrachten te worden overwonnen. Deze weerstandskrachten 10 worden uitgeoefend door op het profielelement 3 aangebrachte energieabsorberende middelen. De energie-absorberende middelen zijn zodanig uitgevoerd dat eerst na overschrijding van een bepaalde zijdelingse belasting van de vangrailplanken 4 en dus van de dwarsdragers 2 een 15 zijwaartse verplaatsing hiervan optreedt. In de, in de figuren 1 en 2 weergegeven uitvoeringsvorm worden deze energieabsorberende middelen gevormd door een tweetal tegen elkaar aan liggende platen 7 die op de bovenzijde van het profielelement 3 zijn aangebracht en die beiden zijn 20 voorzien van een sleufvormige opening 8. Deze sleufvormige opening 8 neemt in buitenwaartse richting van de dwarsdragers in breedte af. De sleufvormige opening in de platen 7 is aan een zijde open. De platen 7 liggen daarbij met de open uiteinden van de sleufvormige openingen tegen 25 elkaar. Aan het andere uiteinde zijn de platen 7 door middel van bouten 9 vastgezet op het profielelement 3. Het profielelement 3 is in de dwarse richting ten opzichte van de staanders 1 verplaatsbaar wanneer op de vangrailplanken en dus op de desbetreffende dwarsdragers een voldoende 30 zijdelingse kracht wordt uitgeoefend, terwijl doordat tijdens een dergelijke verplaatsing de opening voor de staanders steeds nauwer wordt een permanente weerstandskracht op de staanders wordt uitgeoefend. De beide vrije uiteinden van de platen 7 nabij het uiteinde 35 van de sleufvormige opening 8 kunnen daarbij enigszins naar buiten uitwijken en blijvend vervormd raken of zelfs 1003542 6 afbreken. Bij reparatie behoeven daardoor alleen de platen 7 te worden vervangen.

De staanders 1 steken in vertikale richting een bepaalde afstand boven de dwarsdragers 2 uit en zijn zowel 5 onderling als met de op een afstand in de langsrichting van de vangrail-constructie geplaatste twee staanders verbonden door een, een bovenrail vormend profielelement 10. In de onderhavige uitvoering is dit profielelement ellipsvormig; andere vormen, zoals een balk of een boxprofiel, zijn ; 10 uiteraard mogelijk.

| Voorts is de vangrailconstructie voorzien van een flexibel opvangschort 11, dat bij voorkeur is vervaardigd uit kunststof. Een dergelijk opvangschort is hier aan beide zijden aangebracht en wel onder aan de vangrailplanken 4.

15 Het opvangschort strekt zich in de langsrichting van de vangrailconstructie uit en is opgebouwd uit elkaar in de langsrichting overlappende schortdelen.

In fig. 4 is een tweede uitvoeringsvorm van de vangrailconstructie overeenkomstig de uitvinding 20 weergegeven. Deze uitvoeringsvorm verschilt van die in de figuren 1 en 2 daarin dat in plaats van een U-profiel-element een balk 12 is gebruikt voor de dwarsdragers en door de wijze waarop- de energieabsorberende middelen zijn gerealiseerd. De energieabsorberende middelen zijn hier in 25 de balk 11 aangebracht en worden gevormd door twee elastische stootelementen 13. Bij verplaatsing van de dwarsdragers 2 vormen deze stootkussens 13 een permanente weerstand op een wijze als is te vergelijken met de sleufvormige opening 8 met afnemende breedte als in het 30 eerste uitvoeringsvoorbeeld.

De figuren 3A, 3B, 3C en 3D laten de toestand van de vangrailconstructie zien bij diverse ongevallen. Fig. 3A toont een ongeval waarbij een motorrijder van zijn motor is geslingerd in de richting van de vangrail. Door het 35 opvangschort 11 wordt voorkomen dat de motorrijder tegen de staanders 1 van de vangrailconstructie terecht komt.

Ü 1008542 7

Wanneer zich een relatief lichte botsing van een personenauto tegen de vangrailconstructie voordoet, wordt deze botsing elastisch opgevangen zonder dat een blijvende vervorming van de vangrailconstructie optreedt. Deze 5 situatie is weergegeven in fig. 3B.

Bij een midden-zware botsing van een personenauto tegen de vangrailconstructie schuift de dwarsdrager 2 in de dwarse richting, zoals is aangegeven in fig. 3C, waarbij de botsenergie wordt opgenomen door de energieabsorberende 10 middelen. Alleen deze energieabsorberende middelen kunnen daarbij blijvend vervormd worden; deze kunnen echter eenvoudig worden vervangen, zodat reparaties snel kunnen worden uitgevoerd.

Fig. 3D toont de situatie van een zware botsing van 15 bijvoorbeeld een vrachtwagen tegen de vangrailconstructie. Niet alleen worden de dwarsdragers 2 verplaatst, maar de vangrailconstructie wordt ook blijvend vervormd. Echter door een zware grondverankering en een sterk vangrail-constructieframe dat in het bijzonder wordt verkregen door 20 de bovenrail 10, worden zelfs de zwaarste vrachtwagens gekeerd.

De uitvinding is niet beperkt tot de hier aan de hand van de figuren beschreven uitvoeringsvormen, doch heeft eveneens betrekking op allerlei modificaties hierop, 25 uiteraard voor zover deze vallen binnen de beschermings-omvang van de hiernavolgende conclusies.

1008542

Claims (12)

1. Vangrailconstructie, voorzien van op een bepaalde onderlinge afstand van elkaar in de grond vastgezette staanders, hiermee verbonden dwarsdragers en aan ten minste één aan de beide uiteinden van deze dwarsdragers 5 vastgezette vangrailplanken, met het kenmerk, dat de dwarsdragers ten opzichte van de staanders in hoofdzaak in hun lengterichting dwars op de richting van de vangrailconstructie tegen een bepaalde weerstandskracht in verplaatsbaar zijn.

2. Vangrailconstructie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de weerstandskracht wordt uitgeoefend door op of in de dwarsdragers aangebrachte energieabsorberende middelen.

3. Vangrailconstructie volgens conclusie 2, met het 15 kenmerk, dat de energieabsorberende middelen zodanig zijn uitgevoerd dat eerst na overschrijding van een bepaalde belasting van de dwarsdragers een zijwaartse verplaatsing hiervan optreedt.

4. Vangrailconstructie volgens een van de voorgaande 20 conclusies, met het kenmerk, dat de dwarsdragers in hoofdzaak horizontaal zijn aangebracht en worden gevormd door een profielelement met ten minste twee boven elkaar gelegen zijden die elk zijn voorzien van een sleufvormige opening waardoorheen een of meer staanders steken en met 25 ondersteuningsmiddelen om het profielelement alleen horizontaal in de dwarsrichting te doen verplaatsen.

5. Vangrailconstructie volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat door de sleufvormige openingen van een dwarsdrager twee staanders steken.

6. Vangrailconstructie volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de staanders boven de dwarsdragers uitsteken en door middel van een parallel aan I 1008542 de vangrailplanken lopend profielelement met elkaar zijn verbonden.

7. Vangrailconstructie volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat de energieabsorberende middelen zijn gevormd 5 door een op de bovenzijde van een dwarsdrager vastgezette plaat met een sleufvormige opening waarvan de breedte naar buiten zodanig afneemt dat de opening, wanneer de dwarsdrager zijwaarts in de richting van een staander wordt verplaatst, een weerstand vormt voor deze staander.

8. Vangrailconstructie volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de sleufvormige opening aan de zijde van de desbetreffende staander open is en aan de andere zijde op het profiel van de dwarsdragers is vastgezet.

9. Vangrailconstructie volgens conclusie 8, met het 15 kenmerk, dat twee staanders aanwezig zijn en op het profiel van de dwarsdragers twee platen met een sleufvormige opening zijn vastgezet met de open uiteinden naar elkaar toegekeerd.

10. Vangrailconstructie volgens conclusie 6, met het 20 kenmerk, dat het profiel van de dwarsdragers wordt gevormd door een balk waarin de energieabsorberende middelen zijn aangebracht.

11. Vangrailconstructie volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de energieabsorberende middelen worden gevormd 25 door een of meer elastische stootelementen.

12. Vangrailconstructie volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vangrailplanken zijn voorzien van een flexibel opvangschort. 1008542