NL1007168C2 - Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. - Google Patents
Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1007168C2 NL1007168C2 NL1007168A NL1007168A NL1007168C2 NL 1007168 C2 NL1007168 C2 NL 1007168C2 NL 1007168 A NL1007168 A NL 1007168A NL 1007168 A NL1007168 A NL 1007168A NL 1007168 C2 NL1007168 C2 NL 1007168C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- valve
- pump
- liquid
- outlet
- outlet nozzle
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B05—SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
- B05B—SPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
- B05B11/00—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
- B05B11/0005—Components or details
- B05B11/0062—Outlet valves actuated by the pressure of the fluid to be sprayed
- B05B11/0072—A valve member forming part of an outlet opening
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B05—SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
- B05B—SPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
- B05B11/00—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
- B05B11/01—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use characterised by the means producing the flow
- B05B11/10—Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle
- B05B11/1001—Piston pumps
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B05—SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
- B05B—SPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
- B05B11/00—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
- B05B11/01—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use characterised by the means producing the flow
- B05B11/10—Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle
- B05B11/1094—Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle having inlet or outlet valves not being actuated by pressure or having no inlet or outlet valve
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B05—SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
- B05B—SPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
- B05B11/00—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use
- B05B11/01—Single-unit hand-held apparatus in which flow of contents is produced by the muscular force of the operator at the moment of use characterised by the means producing the flow
- B05B11/10—Pump arrangements for transferring the contents from the container to a pump chamber by a sucking effect and forcing the contents out through the dispensing nozzle
- B05B11/1042—Components or details
- B05B11/1066—Pump inlet valves
- B05B11/1067—Pump inlet valves actuated by pressure
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T137/00—Fluid handling
- Y10T137/7722—Line condition change responsive valves
- Y10T137/7837—Direct response valves [i.e., check valve type]
- Y10T137/7879—Resilient material valve
- Y10T137/788—Having expansible port
- Y10T137/7882—Having exit lip
- Y10T137/7885—Multiple slit
Landscapes
- Reciprocating Pumps (AREA)
- Nozzles (AREA)
- Eye Examination Apparatus (AREA)
- Devices For Dispensing Beverages (AREA)
Description
VO 1113
Titel: Pomp en uitlaatmondstuk van pomp
De uitvinding heeft betrekking op een pomp voor het afgeven van een vloeistof, voorzien van een inlaat voor het oppompen van de vloeistof, een uitlaatmondstuk en een vloeistofstroomtrajeet dat zich van de inlaat naar het 5 uitlaatmondstuk uitstrekt voor het via het uitlaatmondstuk weer afgeven van de opgepompte vloeistof.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een uitlaatmondstuk voor gebruik in een dergelijke pomp.
Een dergelijke pomp is op zich bekend en wordt veelal 10 gebruikt voor het afgeven van visceuze vloeistoffen zoals koffie- of limonade-extract, dat dient te worden aangelengd met een basisvloeistof zoals water voor het verkrijgen van een voor consumptie geschikte drank. Een nadeel van de bekende inrichting is dat de pomp na het afgeven van een gewenste 15. hoeveelheid vloeistof nadruppelt. Hierbij vallen na het afgeven van de gewenste hoeveelheid vloeistof nog enkele druppels uit het uitlaatmondstuk. Dit brengt behalve dat er vloeistof wordt verspild in het algemeen ook met zich dat de vloeistof wordt gemorst op een plaats waar het niet gewenst 20 is. Bovendien blijven restvloeistoffen in het uitlaatmondstuk achter die een uitstroomopening van het uitlaatmondstuk kunnen verstoppen wanneer de restvloeistoffen na verloop van tijd opdrogen.
Een verder nadeel van de bekende inrichting is dat de 25 door het uitlaatmondstuk gevormde vloeistofstraal een onvoorspelbare vorm en richting kan hebben. Dit wordt verergerd wanneer de uitstroomopening van het uitlaatmondstuk gedeeltelijk dicht is geslibd door de eerdergenoemde opgedroogde restvloeistoffen.
30 De uitvinding beoogt een oplossing te geven voor de geschetste problemen en heeft dienovereenkomstig als kenmerk dat het uitlaatmondstuk is voorzien van een, een uitlaatklep omvattende uitstroomopening waarbij de uitlaatklep wordt gevormd door een van een flexibel materiaal vervaardigde 1007168 2 klepwand die in een rustpositie de uitstroomopening afsluit waarbij de klepwand is voorzien van tenminste drie stervormig aangebrachte insnedes die zich elk vanaf een gemeenschappelijk punt van de klepwand in radiale richting van de uitstroomope-5 ning uitstrekken en dat de pomp verder is voorzien van een uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan voor het vanaf een aan de klepwand grenzende binnenzijde van het uitlaatmondstuk in een stroomafwaartse richting van het uitlaatmondstuk drukken van tussen de insnedes van de klepwand gevormde deelklepwanden 10 zodat deze deelklepwanden in de stroomafwaartse richting worden omgebogen en bij de insnedes tussen de deelklepwanden doorstroomopeningen worden gevormd voor het openen van de uitstroomopening voor het afgeven van de opgepompte vloeistof waarbij de deelklepwanden weer terug veren naar de rustpositie 15 en de uitstroomopening weer afsluiten wanneer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan in een aan de stroomafwaartse richting tegengestelde richting wordt terug bewogen.
Bij het afgeven van vloeistof vormen de bij de insnedes tussen de deelklepwanden gevormde uitstroomopeningen een 20 vloeistofstraal waarvan de vorm en richting althans nagenoeg stabiel zijn. Na het afgeven van de opgepompte vloeistof keren de deelklepwanden terug naar de rustpositie en sluiten de uitstroomopening direct af zodat van nadruppelen geen sprake meer is.
25 In het bijzonder heeft de pomp als kenmerk dat de klep wand in de rustpositie in de aan de klepwand grenzende binnenzijde van het uitlaatmondstuk een bol oppervlak heeft. Het blijkt dat in dat geval de afsluiting van de uitstroomopening in de rustpositie optimaal betrouwbaar is.
30 Bij voorkeur ligt het gemeenschappelijk punt althans nagenoeg in het zwaartepunt van de klepwand. Meer in het bijzonder is de klepwand voorzien van vier insnedes. Bij voorkeur sluiten de insnedes van naburige insnedes een althans nagenoeg rechte hoek in. De insnedes vormen in dat geval in 35 combinatie een kruis.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is de pomp verder voorzien van middelen voor het in stroomafwaartse richting 1007168 3 bewegen van het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan wanneer de pomp vloeistof afgeeft. Hiermee wordt bewerkstelligd dat het openen en sluiten van de uitlaatklep altijd gesynchroniseerd is met het afgeven van de opgepompte vloeistof.
5 Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm is de pomp ingericht als een doseerpomp voor het bij een bekrachtiging van de pomp gedoseerd afgeven van een hoeveelheid vloeistof. Een dergelijke pomp is in het bijzonder geschikt voor het afgeven van een vloeistofextract zoals het eerdergenoemde 10 koffie- of limonade-extract. Op deze wijze kan nauwkeurig worden bepaald hoeveel koffie- of limonade-extract moet worden afgegeven voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank.
Volgens een nadere uitwerking is de als een doseerpomp 15 ingerichte pomp verder voorzien van een cilinderkamer en een plunjer die beweeglijk tussen een eerste positie en een tweede positie in de cilinderkamer is opgenomen waarbij de plunjer is verbonden met het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan en het vloeistofstroomtrajeet van de pomp zich uitstrekt van de 20 inlaat naar de cilinderkamer en van de cilinderkamer naar het uitlaatmondstuk en waarbij voor het gedoseerd afgeven van de opgepompte vloeistof die zich in de cilinderkamer bevindt de plunjer in een richting van de tweede positie naar de eerste positie wordt bewogen, bij het in de richting van de tweede 25 positie naar de eerste positie bewegen van de plunjer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan de deelklepwanden vanuit de rust positie ombuigen zodat de uitstroomopening wordt geopend voor het vanuit de cilinderkamer afgeven van de opgepompte vloeistof, bij het in een richting van de eerste positie naar 30 de tweede positie bewegen van de plunjer vloeistof via de inlaat wordt opgepompt naar de cilinderkamer en waarbij bij het in de richting van de eerste positie naar de tweede positie bewegen van de plunjer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan in de aan de stroomafwaartse richting 35 tegengestelde richting wordt terug bewogen zodat de deelklepwanden weer terug veren naar de rustpositie en de uitstroomopening weer afsluiten. Hierbij kan de pomp voorts 1007168 4 nog zijn voorzien van instelmiddelen voor het instellen van een tussen de eerste en tweede positie gelegen instelpositie waarbij de plunjer ten opzichte van de cilinderkamer kan worden bewogen van de tweede uiterste positie naar de 5 instelpositie.
De uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont: figuur 1 een aanzicht in perspectief van een mogelijke uitvoeringsvorm van een pomp overeenkomstig de uitvinding; 10 figuur 2 een aanzicht van de pomp volgens figuur 1 in de richting van de pijl P van figuur 1; figuur 3 een doorsnede van de pomp van figuur 1 volgens de lijn AA in figuur 2 waarbij de pomp zich in een begin bevindt; 15 figuur 4 een doorsnede van de pomp van figuur 1 volgens de lijn AA in figuur 2 waarbij een plunjer van de pomp juist gestart is met bewegen voor het afgeven van vloeistof; figuur 5 een doorsnede van de pomp van figuur 1 volgens de lijn AA in figuur 2 waarbij de plunjer verder is bewogen 20 ten opzichte van figuur 4; figuur 6 een doorsnede van de pomp van figuur 1 volgens de lijn AA in figuur 2 waarbij de plunjer in een uiterste positie is bewogen en de vloeistof is afgegeven; figuur 7 een doorsnede van de pomp van figuur 1 volgens 25 de lijn AA in figuur 2 waarbij de plunjer terugbeweegt naar zijn oorspronkelijke positie terwijl vloeistof door de pomp wordt aangezogen; figuur 8 het uitlaatmondstuk van de pomp volgens de figuren 1-7; 30 figuur 9 een eerste alternatieve uitvoeringsvorm van het uitlaatmondstuk van de pomp van de figuren 1-7; figuur 10 een tweede alternatieve uitvoeringsvorm van het uitlaatmondstuk van de pomp volgens de figuren 1-7; en figuur 11 een vooraanzicht van de pompinrichting P van 35 figuur 1 wanneer de pomp zich in de positie volgens figuur 6 bevindt.
1007168 5
Aan de hand van de figuren 1-8 en figuur 11 zal hierna een mogelijke uitvoeringsvorm van een pomp 1 overeenkomstig de uitvinding worden beschreven. In dit voorbeeld is de pomp ingericht als een doseerpomp voor het bij een bekrachtiging 5 van de pomp gedoseerd afgeven van een hoeveelheid vloeistof.
De pomp 1 is voorzien van een behuizing 2. In een voorste gedeelte 4 van de behuizing 2 bevindt zich een cilinderkamer 6. In de cilinderkamer 6 is een plunjer 8 heen en weer beweegbaar opgenomen. De cilinderkamer 6 strekt zich nog uit 10 tot in een in de plunjer 8 gevormde ruimte 9.
De pomp is voorts voorzien van een inlaat 10 die via een eerste terugslagklep 14 in fluïdum verbinding staat met de cilinderkamer 6. Bovendien staat de cilinderkamer 6 via een tweede terugslagklep 16 in fluïdum verbinding met een 15 uitlaatmondstuk 12.
De plunjer is beweeglijk in de cilinderkamer opgenomen tussen een in figuur 3 aangegeven eerste uiterste positie I en een tweede uiterste positie II. Een vloeistofstroomtrajeet van de pomp strekt zich uit van de inlaat 10, via de cilinderkamer 20 6 naar het uitlaatmondstuk 12. De eerste en tweede terugslagklep 14, 16 laten alleen vloeistof door in stroomafwaartse richting van het vloeistofstroomtrajeet dat wil zeggen in de richting van de inlaat 10 naar het uitlaatmondstuk 12.
25 Het uitlaatmondstuk 12 is voorzien van een, een uitlaatklep 18 omvattende uitstroomopening 20. De uitlaatklep 18 wordt gevormd door een met de rest van het uitlaatmondstuk verbonden en van een flexibel materiaal vervaardigde klepwand 22. De klepwand sluit de uitstroomopening 20 in een rustposi-30 tie, zoals getoond in figuur 1, 2 en 3 af. De klepwand bevindt zich in dit voorbeeld in deze rustpositie wanneer de pomp zich in de genoemde tweede positie bevindt. De klepwand is voorzien van tenminste drie en in dit voorbeeld vier stervormig aangebrachte insnedes 24 (zie figuur 8) die zich elk vanaf een 35 gemeenschappelijk punt 26 van de klepwand 22 in radiale richting van de uitstroomopening 22 uitstrekken. De klepwand heeft in de rustpositie in de aan de klepwand grenzende 1007168 6 binnenzijde 28 van het uitlaatmondstuk een bol oppervlak. (Zie figuur 3).
De pomp is verder voorzien van een uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan 30 dat in dit voorbeeld met de plunjer 8 5 is verbonden. Genoemde verbinding is in dit voorbeeld een starre mechanische verbinding. Het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan 30 is aangebracht voor het vanaf de aan de klepwand grenzende binnenzijde 28 van het uitlaatmondstuk 12 in de stroomafwaartse richting van het uitlaatmondstuk 10 drukken van de tussen de insnedes 24 van de klepwand 22 gevormde deelklepwanden 32 zodat deze deelklepwanden in de stroomafwaartse richting worden omgebogen en bij de insnedes tussen de deelklepwanden doorstroomopeningen 34 (zie figuur 6) worden gevormd voor het openen van de uitstroomopening voor 15 het afgeven van vloeistof.
De deelklepwanden hebben de eigenschap weer terug te veren naar de rustpositie zoals getoond in figuur 3 wanneer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan in een aan de stroomafwaartse richting tegengestelde richting wordt 20 terugbewogen. In deze rustpositie zullen de deelklepwanden 32 de uitstroomopening dan weer afsluiten.
In de rustpositie zoals getoond in figuur 3 liggen de aan de insnedes grenzende randen 36 van de deelklepwanden 32 tegen elkaar aan en sluiten hiermee de uitstroomopening 20 goed af. 25 Hierbij sluiten naburige insnedes elk althans een nagenoeg loodrechte hoek <p in.
De werking van de inrichting is als volgt. Uitgangspunt is dat de plunjer zich in de tweede uiterste positie bevindt en dat de deelklepwanden zich in de rustpositie bevinden zoals 30 getoond in figuur 3. Hierbij is de cilinderkamer 6 geheel gevuld met een visceuze vloeistof. De inlaat 10 van de pomp is in dit voorbeeld verbonden met een in figuur 3 schematisch getoond reservoir 38 dat geheel met een visceuze vloeistof zoals een koffie-extract of een limonade-extract is gevuld. De 35 plunjer wordt nu in de richting van de tweede positie naar de eerste positie bewogen. Deze situatie is getoond in figuur 4. Hieruit blijkt tevens dat de plunjer middelen vormt voor het 1 0071 68 7 in stroomafwaartse richting bewegen van het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan wanneer de pomp wordt bekrachtigd voor het afgeven van de vloeistof. Bij het in de richting van de tweede naar de eerste positie bewegen van de plunjer zal het 5 volume van de cilinderkamer 6 afnemen. Dit heeft tot gevolg dat de zich in de cilinderkamer 6 bevindende vloeistof via de tweede terugslagklep 16 in het uitlaatmondstuk 12 wordt geperst. De eerste terugslagklep 14 blijft hierbij gesloten en voorkomt dat vloeistof van de cilinderkamer 6 naar de inlaat 10 10 kan stromen.
Het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan zal vanaf de binnenzijde 28 tegen de bolle zijde van de klepwand 22 aan gaan drukken. Dit is eveneens getoond in figuur 4. Bij het verder bewegen van de plunjer in de richting van de eerste 15 positie zal het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan 30 de deelklepwanden 32 in stroomafwaartse richting ombuigen zodat bij de insnedes 24 tussen de deelklepwanden 32 de doorstroom-openingen 34 worden gevormd voor het openen van de uitstroomopening 20. Deze situatie is getoond in figuur 5.
20 Tegelijkertijd zal de plunjer 8 vloeistof uit de cilinderkamer 6 naar het uitlaatmondstuk 12 persen. Deze vloeistof verlaat dan het uitlaatmondstuk 12 via de doorstroomopeningen 34. Deze doorstroomopeningen 34 zorgen ervoor dat de vorm en de richting van de straal constant en vooraf bepaald is. Bij het 25 verder bewegen van de plunjer wordt aldus de cilinderkamer 6 althans nagenoeg leeggeperst. Deze situatie is getoond in figuur 6.
Vervolgens wordt de plunjer 8 bewogen in de richting van de eerste naar de tweede positie. Deze situatie is getoond in 30 figuur 7. Hierbij gebeuren er twee dingen.
In eerste instantie zal de tweede terugslagklep 16 zich sluiten zodat geen lucht kan stromen van het uitlaatmondstuk 12 naar de cilinderkamer 6. Hierdoor ontstaat in de cilinderkamer 6 een onderdruk die tot gevolg heeft dat de cilinder-35 kamer 6 zich via de inlaat 10 zal gaan vullen met vloeistof uit het vloeistofreservoir 38. Met andere woorden er wordt vloeistof opgepompt uit het vloeistofreservoir 38. De cilin- 1007168 8 derkamer 6 zal hier uiteindelijk helemaal mee worden gevuld.
De terugslagklep 14 zal voor het vullen van de cilinderkamer 6 opengaan.
Tegelijkertijd zal in tweede instantie bij het terug-5 bewegen van de plunjer in de richting van de eerste positie naar de tweede positie het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan 30 in een aan de stroomafwaartse richting tegengestelde richting worden bewogen. Hierdoor veren de deelklepwanden 32 weer terug naar de eerdergenoemde rustpositie. De deelklepwanden sluiten 10 dan de uitstroomopening 20 weer af. Het gevolg is dat het uitlaatmondstuk 12 na het afgeven van de vloeistof zoals hiervoor beschreven niet na zal druppelen.
Natuurlijk kan de pomp voorts nog zijn voorzien van een veerorgaan dat de plunjer in de richting van de eerste naar de 15 tweede positie drukt zoals dit eveneens in de genoemde Nederlandse octrooiaanvrage is besproken.
In dit voorbeeld ligt het gemeenschappelijke punt 26 althans nagenoeg in het zwaartepunt van de klepwand. Het is echter eveneens denkbaar dat het gemeenschappelijke punt op 20 een van het zwaartepunt afwijkende positie ligt.
Ook is het mogelijk dat de klepwand bijvoorbeeld drie in plaats van vier insnedes 24 omvat zoals getoond in figuur 9. Bij voorkeur geldt dat naburige insnedes van de genoemde insnedes elk althans een nagenoeg gelijke hoek insluiten.
25 Dergelijke toepassingen van de pomp worden alle geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
De hoek <p is hierbij telkens gelijk aan ongeveer 120°. Uiteraard is het ook mogelijk dat de klepwand 22 meer dan 4 insnedes zoals bijvoorbeeld 6 insnedes omvat zoals getoond in 30 figuur 10. De werking van de klepwanden zoals getoond in figuren 9 en 10 is echter geheel analoog aan de klepwand van de figuren 1-8.
Bij voorkeur is de klepwand zoals getoond in de figuren 1-8 althans nagenoeg loodrecht gericht op een stroomrichting 35 40 (zie figuur 5) ter plaatse van de uitstroomopening 20 van het zich door de uitstroomopening uitstrekkende vloeistofstroomtraject.
1007168 9
In dit voorbeeld is het uitlaatmondstuk 12 losmakelijk met de rest van de pomp 1 verbonden en kan derhalve gemakkelijk worden verwijderd om bijvoorbeeld schoon te worden gemaakt.
5 De pomp zoals in de voorgaande figuren is omschreven kan met voordeel worden toegepast in een extract handdispenser zoals is omschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 1003894. De pomp van de onderhavige octrooiaanvrage correspondeert dan met de doseerpomp van de eerdergenoemde octrooiaanvrage. Het 10 in deze octrooiaanvrage omschreven instelorgaan van de extracthanddispenser kan dienovereenkomstig met voordeel worden toegepast voor het bepalen van een instelpositie die gelegen is tussen de eerste en tweede positie waarbij de plunjer ten opzichte van de cilinderkamer kan worden bewogen 15 van de tweede uiterste positie naar de instelpositie. De instelpositie bepaalt hiermee de hoeveelheid vloeistof die wordt afgegeven wanneer de pomp eenmaal wordt bekrachtigd. De pomp zelf kan eveneens worden voorzien van een dergelijk instelorgaan.
1007168
Claims (13)
1. Pomp voor het afgeven van een vloeistof voorzien van een inlaat voor het oppompen van de vloeistof, een uitlaatmondstuk en een vloeistofstroomtraject dat zich van de inlaat naar het uitlaatmondstuk uitstrekt voor het via het uitlaatmondstuk 5 weer afgeven van de opgepompte vloeistof, met het kenmerk, dat het uitlaatmondstuk is voorzien van een, een uitlaatklep omvattende uitstroomopening waarbij de uitlaatklep wordt gevormd door een van een flexibel materiaal vervaardigde klepwand die in een rustpositie de uitstroomopening afsluit 10 waarbij de klepwand is voorzien van tenminste drie stervormig aangebrachte insnedes die zich elk vanaf een gemeenschappelijk punt van de klepwand in radiale richting van de uitstroomopening uitstrekken en dat de pomp verder is voorzien van een uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan voor het vanaf een aan de 15 klepwand grenzende binnenzijde van het uitlaatmondstuk in een stroomafwaartse richting van het uitlaatmondstuk drukken van tussen de insnedes van de klepwand gevormde deelklepwanden zodat deze deelklepwanden in de stroomafwaartse richting worden omgebogen en bij de insnedes tussen de deelklepwanden 20 doorstroomopeningen worden gevormd voor het openen van de uitstroomopening voor het afgeven van de opgepompte vloeistof waarbij de deelklepwanden weer terug veren naar de rustpositie en de uitstroomopening weer afsluiten wanneer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan in een aan de stroomafwaartse richting 25 tegengestelde richting wordt terug bewogen.
2. Pomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de klepwand in de rustpositie in de aan de klepwand grenzende binnenzijde van het uitlaatmondstuk een bol oppervlak heeft.
3. Pomp volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat aan 30 de insnedes grenzende randen van de deelklepwanden in de rustpositie tegen elkaar aan liggen.
4. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het gemeenschappelijke punt althans nagenoeg in het zwaartepunt van de klepwand ligt. 1 007168
5. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de klepwand althans nagenoeg loodrecht is gericht op een stroomrichting ter plaatse van de uitstroomopening van het zich door de uitstroomopening uitstrekkend vloeistof- 5 stroomtraject.
6. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de pomp verder is voorzien van middelen voor het in stroomafwaartse richting bewegen van het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan wanneer de pomp wordt bekrachtigd voor 10 het afgeven van vloeistof.
7. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de klepwand is voorzien van vier insnedes.
8. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat naburige insnedes van de insnedes elk een althans 15 nagenoeg gelijke hoek insluiten.
9. Pomp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de pomp is ingericht als een doseerpomp voor het bij een bekrachtiging van de pomp gedoseerd afgeven van een hoeveelheid vloeistof.
10. Pomp volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de pomp verder is voorzien van een cilinderkamer en een plunjer die beweeglijk tussen een eerste positie en een tweede positie in de cilinderkamer is opgenomen waarbij de plunjer is verbonden met het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan en het 25 vloeistofstroomtraject van de pomp zich uitstrekt van de inlaat naar de cilinderkamer en van de cilinderkamer naar het uitlaatmondstuk en waarbij voor het gedoseerd afgeven van de opgepompte vloeistof die zich in de cilinderkamer bevindt de plunjer in een richting van de tweede positie naar de eerste 30 positie wordt bewogen, bij het in de richting van de tweede positie naar de eerste positie bewegen van de plunjer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan de deelklepwanden vanuit de rustpositie ombuigen zodat de uitstroomopening wordt geopend voor het vanuit de cilinderkamer afgeven van de opgepompte 35 vloeistof, bij het in een richting van de eerste positie naar de tweede positie bewegen van de plunjer vloeistof via de inlaat wordt opgepompt naar de cilinderkamer en waarbij bij '1007:£3 het in de richting van de eerste positie naar de tweede positie bewegen van de plunjer het uitlaatklep-bekrachtigingsorgaan in de aan de stroomafwaartse richting tegengestelde richting wordt terug bewogen zodat de 5 deelklepwanden weer terug veren naar de rustpositie en de uitstroomopening weer afsluiten.
11. Pomp volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de inlaat via een eerste terugslagklep met de cilinderkamer in fluïdum verbinding staat waarbij de eerste terugslagklep alleen 10 vloeistof doorlaat in stroomafwaartse richting van het vloeistofstroomtrajeet.
12. Pomp volgens conclusie 10 of 11, met het kenmerk, dat de cilinderkamer via een tweede terugslagklep met het uitlaat-mondstuk in fluïdum verbinding staat waarbij de tweede terug- 15 slagklep alleen vloeistof doorlaat in stroomafwaartse richting van het vloeistofstroomtraject.
13. Uitlaatmondstuk voor gebruik in een pomp volgens een der voorgaande conclusies. 1007168
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1007168A NL1007168C2 (nl) | 1997-09-30 | 1997-09-30 | Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. |
AT98203296T ATE232818T1 (de) | 1997-09-30 | 1998-09-29 | Pumpe und pumpenauslassöffnung |
DE69811449T DE69811449D1 (de) | 1997-09-30 | 1998-09-29 | Pumpe und Pumpenauslassöffnung |
EP98203296A EP0905038B1 (en) | 1997-09-30 | 1998-09-29 | Pump and pump outlet nozzle |
US09/162,987 US6026993A (en) | 1997-09-30 | 1998-09-29 | Pump and pump outlet nozzle |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1007168A NL1007168C2 (nl) | 1997-09-30 | 1997-09-30 | Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. |
NL1007168 | 1997-09-30 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1007168C2 true NL1007168C2 (nl) | 1999-03-31 |
Family
ID=19765770
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1007168A NL1007168C2 (nl) | 1997-09-30 | 1997-09-30 | Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US6026993A (nl) |
EP (1) | EP0905038B1 (nl) |
AT (1) | ATE232818T1 (nl) |
DE (1) | DE69811449D1 (nl) |
NL (1) | NL1007168C2 (nl) |
Families Citing this family (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US6367662B1 (en) * | 2000-04-03 | 2002-04-09 | Healthpoint, Ltd. | Liquid dispenser |
US6516976B2 (en) | 2000-12-19 | 2003-02-11 | Kimberly-Clark Worldwide, Inc. | Dosing pump for liquid dispensers |
US6543651B2 (en) * | 2000-12-19 | 2003-04-08 | Kimberly-Clark Worldwide, Inc. | Self-contained viscous liquid dispenser |
US6540117B2 (en) | 2001-03-30 | 2003-04-01 | Kimberly-Clark Worldwide, Inc. | Dosing pump for liquid dispensers |
GB0123537D0 (en) * | 2001-10-01 | 2001-11-21 | Rieke Packaging Systems Ltd | Dispenser pumps |
US7029205B2 (en) * | 2002-11-21 | 2006-04-18 | Daigle Richard A | Apparatus for pipeline stabilization and shoreline erosion protection |
AU2004212920A1 (en) * | 2003-02-13 | 2004-09-02 | Black & Decker Inc. | Hand held scrubbing tool |
DE602005024109D1 (de) * | 2004-02-06 | 2010-11-25 | Bunn O Matic Corp | Vorrichtung, system und verfahren zum rückhalten von getränkeaufgusssubstanz |
US7414337B2 (en) * | 2005-03-14 | 2008-08-19 | Black & Decker Inc. | Scrubber |
US7886941B2 (en) * | 2005-04-25 | 2011-02-15 | Meadwestvaco Calmar Inc. | Dispenser having air tight spout |
US7543526B1 (en) | 2005-06-22 | 2009-06-09 | Yuen Wa Tai | Coffee maker |
US7937792B2 (en) | 2006-10-19 | 2011-05-10 | Black & Decker Inc. | Pole scrubber |
DE102008030118B4 (de) * | 2007-07-02 | 2016-08-11 | Rpc Bramlage Gmbh | Spender |
WO2010098681A1 (en) * | 2009-02-26 | 2010-09-02 | Forlong & Maisey Limited T/A Instrument Supplies | An improved nozzle for a fluid dispenser |
Citations (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB966137A (en) * | 1959-10-27 | 1964-08-06 | Girling Ltd | Fluid flow control means |
US3248022A (en) * | 1963-06-21 | 1966-04-26 | Valve Corp Of America | Atomizer pump |
DE7425331U (de) * | 1974-07-25 | 1974-11-07 | Stoffer Guenter | Verschlusseinrichtung insbesondere fuer Tuben |
US4728009A (en) * | 1983-12-14 | 1988-03-01 | Schmidt Karl Heinz | Spray pump with container connector |
FR2643338A1 (fr) * | 1989-02-21 | 1990-08-24 | Valois | Dispositif distributeur doseur a pompe pour produits fluides |
US5186368A (en) * | 1989-11-07 | 1993-02-16 | Valois | Shutter for the outlet channel of a dispenser head for semi-liquid substances, and a dispenser head advantageously associated therewith |
US5429275A (en) * | 1991-07-02 | 1995-07-04 | Katz; Otto | Dispenser of doses of liquids and paste-like masses |
EP0758615A1 (fr) * | 1995-08-10 | 1997-02-19 | L'oreal | Dispositif de conditionnement et de distribution |
EP0794126A2 (en) * | 1991-12-06 | 1997-09-10 | Liquid Molding Systems, Inc. | Dispensing package |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1559606A (en) * | 1925-01-05 | 1925-11-03 | Gray Ellsworth | Pump |
US3245428A (en) * | 1963-11-08 | 1966-04-12 | Berg Mfg & Sales Co | Flexible seal for use in a gladhand assembly |
US4133457A (en) * | 1976-03-08 | 1979-01-09 | Klassen Edward J | Squeeze bottle with valve septum |
NL1003894C1 (nl) * | 1996-08-27 | 1998-03-03 | Sara Lee De Nv | Extract-hand-dispenser. |
US5803121A (en) * | 1997-04-17 | 1998-09-08 | Chrysler Corporation | Air bag venting system |
-
1997
- 1997-09-30 NL NL1007168A patent/NL1007168C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1998
- 1998-09-29 AT AT98203296T patent/ATE232818T1/de not_active IP Right Cessation
- 1998-09-29 US US09/162,987 patent/US6026993A/en not_active Expired - Fee Related
- 1998-09-29 EP EP98203296A patent/EP0905038B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1998-09-29 DE DE69811449T patent/DE69811449D1/de not_active Expired - Lifetime
Patent Citations (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB966137A (en) * | 1959-10-27 | 1964-08-06 | Girling Ltd | Fluid flow control means |
US3248022A (en) * | 1963-06-21 | 1966-04-26 | Valve Corp Of America | Atomizer pump |
DE7425331U (de) * | 1974-07-25 | 1974-11-07 | Stoffer Guenter | Verschlusseinrichtung insbesondere fuer Tuben |
US4728009A (en) * | 1983-12-14 | 1988-03-01 | Schmidt Karl Heinz | Spray pump with container connector |
FR2643338A1 (fr) * | 1989-02-21 | 1990-08-24 | Valois | Dispositif distributeur doseur a pompe pour produits fluides |
US5186368A (en) * | 1989-11-07 | 1993-02-16 | Valois | Shutter for the outlet channel of a dispenser head for semi-liquid substances, and a dispenser head advantageously associated therewith |
US5429275A (en) * | 1991-07-02 | 1995-07-04 | Katz; Otto | Dispenser of doses of liquids and paste-like masses |
EP0794126A2 (en) * | 1991-12-06 | 1997-09-10 | Liquid Molding Systems, Inc. | Dispensing package |
EP0758615A1 (fr) * | 1995-08-10 | 1997-02-19 | L'oreal | Dispositif de conditionnement et de distribution |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE69811449D1 (de) | 2003-03-27 |
US6026993A (en) | 2000-02-22 |
EP0905038B1 (en) | 2003-02-19 |
ATE232818T1 (de) | 2003-03-15 |
EP0905038A1 (en) | 1999-03-31 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1007168C2 (nl) | Pomp en uitlaatmondstuk van pomp. | |
NL1016694C2 (nl) | Schuimvormingseenheid. | |
US9266135B2 (en) | Dispenser for the dosed dispensing of liquid media | |
NL1032085C2 (nl) | Systeem voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank, alsmede verwisselbare houder voor een dergelijk systeem en werkwijze voor het vervaardigen van de verwisselbare houder. | |
NL1032090C2 (nl) | Systeem voor het bereiden van een vooraf bepaalde hoeveelheid voor consumptie geschikte drank, verwisselbare houder alsmede een apparaat voor gebruik in een dergelijk systeem. | |
US4467941A (en) | Apparatus and method for dispensing beverage syrup | |
DK3232873T3 (en) | DEVICE, FITNESS AND SYSTEM FOR BEVERAGE PREPARATION | |
DK2582467T3 (en) | Foam pump | |
NL1028921C2 (nl) | Afgifte-inrichting. | |
NL1029155C2 (nl) | Systeem en werkwijze voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank. | |
NL1032091C2 (nl) | Systeem voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank, alsmede verwisselbare houder voor een dergelijk systeem. | |
NL1018247C2 (nl) | Inrichting voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank zoals koffie. | |
NL1032081C2 (nl) | Drankbereidingssysteem, -houder en -apparaat. | |
JP2004353662A (ja) | 回転式浸漬チューブ | |
US20090090747A1 (en) | Pump Dispenser with Bypass Back Flow | |
NL1032082C2 (nl) | Systeem voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank, alsmede verwisselbare houder voor een dergelijk systeem. | |
US5211314A (en) | Syrup dispenser and valve assembly | |
JPH0299022A (ja) | 流体の押上式デイスペンサー | |
JPH07206057A (ja) | 再補充可能な散布容器と補充装置、および散布容器を補充する方法 | |
NL8200969A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het in nauwkeurig doseerbare hoeveelheden met veranderlijk volume afgeven van viskeuze concentraten met veranderlijke viskositeit. | |
CA2244849C (en) | Manually operated fluid dispensing pump | |
KR102502821B1 (ko) | 액체 디스펜서용 배출 헤드 및 이러한 배출 헤드를 갖는 액체 디스펜서 | |
NL1024350C2 (nl) | Afgifte-eenheid voor geconcentreerd injecteren. | |
WO1996012670A1 (en) | Trigger sprayer operable in any position | |
GB1597840A (en) | Dispensers for bottled thick liquids for the preparation of beverages |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20040401 |