NL1006551C2

NL1006551C2 - Removal of control valve mechanism from its housing

Info

Publication number: NL1006551C2
Application number: NL1006551A
Authority: NL
Inventors: Franciscus Theodorus Haasteren
Original assignee: Air Liquide B V
Priority date: 1997-07-11
Filing date: 1997-07-11
Publication date: 1999-01-12

Abstract

A cylindrical air lock (10) is bolted to the control valve housing (1). Both are secured to the frame (12) by a clamp (13). The screw axis (15) fastened to a movable bridge (14) exerts an axial force to extract successive components until only the shut-off valve (17) and the control valve housing (1) remain.

Description

Korte aanduiding: Werkwijze en inrichting voor het van het huis van een afsluiter verwijderen van het afsluitorgaan.Short designation: Method and device for removing the closing member from the housing of a valve.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor het van het huis van een afsluiter verwij -deren van het afsluitorgaan.The invention relates to a method and device for removing the closing member from the housing of a valve.

Afsluiters zijn algemeen bekend, bijvoorbeeld in de 5 procesindustrie, en worden bijvoorbeeld toegepast voor het regelen van een stroom van een medium voor een produktie-proces. Afsluiters kunnen geplaatst zijn in leidingen, maar ook op tanks waarin het medium is opgeslagen. Op regelmatige tijden is het noodzakelijk de afsluiters te controle-10 ren op slijtage en zo nodig het afsluitorgaan van de afsluiter te vervangen. In de praktijk vindt de controle en/of vervanging van het afsluitorgaan plaats door de tank of leiding drukloos en/of leeg te maken, waarna het afsluitorgaan kan worden verwijderd.Valves are well known, for example, in the process industry, and are used, for example, to control a flow of a medium for a production process. Valves can be placed in pipes, but also on tanks in which the medium is stored. At regular intervals it is necessary to check the valves for wear and to replace the valve stopper if necessary. In practice, the inspection and / or replacement of the closing member takes place by relieving the tank or pipe from pressure and / or emptying, after which the closing member can be removed.

15 Het bezwaar van de bekende werkwijze is, dat de voorbereiding voor het verwijderen van het afsluitorgaan aanzienlijke kosten met zich meebrengt, o.a. door het onderbreken van de levering van het medium voor een produk-tieproces, waardoor produktieverlies optreedt, dat er 20 tijdens het wegnemen van de druk en/of het verwijderen van het resterende medium uit de tank of leiding, ongewenste en/of gevaarlijke situaties kunnen ontstaan, bijvoorbeeld door afblaas-lawaai en dampwolken, en dat, nadat de afsluiter is verwijderd, de tank of leiding een open verbin-25 ding met de omgeving heeft. Met name wanneer in de tank of leiding een gevaarlijke stof aanwezig is, is dit een ongewenste situatie.The drawback of the known method is that the preparation for removing the closing element entails considerable costs, inter alia by interrupting the supply of the medium for a production process, whereby production loss occurs, which occurs during removal. of the pressure and / or the removal of the remaining medium from the tank or pipe, undesired and / or dangerous situations may arise, for example due to venting noise and clouds of vapor, and that after the valve has been removed, the tank or pipe will connection with the environment. This is an undesirable situation, especially when a dangerous substance is present in the tank or pipe.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een werkwijze voor het verwijderen van het af-30 sluitorgaan van het huis van een afsluiter, dat voornoemd bezwaar niet heeft.The object of the present invention is to provide a method for removing the closing member from the housing of a valve, which does not have the aforementioned drawback.

Dit doel wordt bereikt met de werkwijze volgens conclusie 1.This object is achieved with the method according to claim 1.

Met een dergelijke werkwijze kan tijdens het verwij- 1006551 2 deren van het afsluitorgaan de druk en/of het medium in de tank of leiding aanwezig blijven, zodat de levering van het medium voor een produktieproces niet onderbroken hoeft te worden. Er ontstaan geen gevaarlijke situaties en de inhoud 5 van de tank of leiding blijft afgesloten van de omgeving.With such a method, the pressure and / or the medium can remain in the tank or pipe during removal of the shut-off element, so that the supply of the medium for a production process need not be interrupted. No dangerous situations arise and the contents of the tank or pipe remain closed to the environment.

Een ander voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding is, dat de zuiverheid van het aanwezige medium gehandhaafd blijft.Another advantage of the method according to the invention is that the purity of the medium present is maintained.

Een verder voordeel is, dat er geen materieel ingezet 10 hoeft te worden voor het overhevelen van het resterende medium in een tank of leiding naar een tussenopslagplaats, bijv. een tankwagen.A further advantage is that no equipment has to be used for transferring the remaining medium in a tank or pipe to an intermediate storage location, eg a tank truck.

Met de werkwijze volgens de uitvinding is het mogelijk op elk gewenst moment onderhoudswerkzaamheden aan de 15 afsluiter uit te voeren.With the method according to the invention it is possible to carry out maintenance work on the valve at any time.

Verder wordt met de werkwijze volgens de uitvinding de tijd, die nodig is voor de onderhoudswerkzaamheden, verkort omdat de voorbereidende werkzaamheden tot een minimum zijn beperkt, hetgeen een economisch voordeel oplevert.Furthermore, the method according to the invention shortens the time required for the maintenance work because the preparatory work is limited to a minimum, which provides an economic advantage.

20 De werkwijze volgens de uitvinding heeft het milieu technische voordeel, dat er geen medium wordt verspild en/of in de omgeving terecht komt.The method according to the invention has the environmental technical advantage that no medium is wasted and / or ends up in the environment.

De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvin-25 ding, zoals vastgelegd in conclusie 6.The invention further relates to an apparatus for performing the method according to the invention, as set out in claim 6.

Voorkeursuitvoeringsvormen van de werkwijze en inrichting volgens de uitvinding zijn vastgelegd in de afhankelijke conclusies 2-5, resp. 7-12.Preferred embodiments of the method and device according to the invention are defined in the dependent claims 2-5, resp. 7-12.

In het hiernavolgende zal de uitvinding nader worden 30 toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: fig. 1 een schematisch aanzicht is van een afsluiter, fig. 2 een schematisch aanzicht is van een inrichting die geschikt is voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding, 35 fig. 3 de eerste fase weergeeft van het verwijderen van het afsluitorgaan van de afsluiter, fig. 4 de tweede fase weergeeft van het verwijderen 100 6551 3 van het afsluitorgaan van de afsluiter, fig. 5 de derde fase weergeeft van het verwijderen van het afsluitorgaan van de afsluiter, fig. 6 de inrichting van fig. 2 weergeeft, waarbij 5 het bovendeel met het afsluitorgaan is verwijderd.In the following the invention will be further elucidated with reference to the drawing, in which: fig. 1 is a schematic view of a valve, fig. 2 is a schematic view of a device suitable for carrying out the method according to the invention, fig. 3 shows the first phase of removing the closing member from the valve, fig. 4 shows the second phase of removing the closing member from the valve, fig. 5 shows the third phase of removing the closing member from the valve, fig. Fig. 6 shows the device of Fig. 2, the top part with the closure member being removed.

In fig. 1 is schematisch een afsluiter weergegeven met een huis 1 en een afsluitorgaan, omvattende een klep-stanggeleider 2, een klepstang 3 en een klep 4. De klep-stang 3 steekt door de klepstanggeleider 2. De klep 4 is 10 aan het aan de zijde van het huis 1 gelegen einde van de klepstang 3 aangebracht en komt op een zitting 5 in het huis 1 van de afsluiter. Het andere einde van de klepstang 3 is voorzien van een handwiel 6 waarmee de afsluiter bediend kan worden. Pijpen 7, 8 verzorgen de aan- of afvoer 15 van medium naar resp. vanaf een tank (niet weergegeven). Het samenstel van klepstanggeleider 2 en klepstang 3 met klep 4 is met behulp van een wartelmoer 9 op het huis 1 van de afsluiter bevestigd.Fig. 1 schematically shows a valve with a housing 1 and a closing member, comprising a valve rod guide 2, a valve rod 3 and a valve 4. The valve rod 3 protrudes through the valve rod guide 2. The valve 4 is attached to the the end of the valve rod 3 located on the side of the housing 1 is arranged on a seat 5 in the housing 1 of the valve. The other end of the valve rod 3 is provided with a hand wheel 6 with which the valve can be operated. Pipes 7, 8 provide the supply or discharge 15 from medium to resp. from a tank (not shown). The assembly of valve rod guide 2 and valve rod 3 with valve 4 is fixed to the body 1 of the valve by means of a union nut 9.

In fig. 2 is schematisch een voorkeursuitvoeringsvorm 2 0 weergegeven van een inrichting voor het van het huis 1 van de afsluiter verwijderen van het afsluitorgaan. De klepstanggeleider 2 en de klepstang 3 met klep 4 kunnen met deze inrichting van het huis 1 verwijderd worden zonder de tank of leiding leeg en/of drukloos te maken.Fig. 2 schematically shows a preferred embodiment of a device for removing the closing member from the housing 1 of the valve. The valve rod guide 2 and the valve rod 3 with valve 4 can be removed from the housing 1 with this device without emptying the tank or pipe and / or without pressure.

25 De inrichting omvat een scheidingswand in de vorm van een in hoofdzaak cilindervormige gassluis 10 die met behulp van een vast aangelaste wartelmoer 11 op het huis 1 van de afsluiter is bevestigd. Hierdoor ontstaat een van de omgeving afgesloten ruimte 20. Om de gassluis op het huis 1 te 30 kunnen aanbrengen, omvat de inrichting verder een raamwerk 12 voor het onbeweeglijk ten opzichte van het huis 1 van de af sluiter aanbrengen van de gassluis 10. Het raamwerk 12 wordt onbeweeglijk ten opzichte van de afsluiter bevestigd door middel van een klemplaat 13, die om de pijp 8 wordt 35 geklemd. Verder is op het raamwerk 12 een verplaatsbare brug 14 aangebracht, waarop een schroefas 15 is bevestigd, zodanig dat de hartlijn van de schroefas 15 samenvalt met 1006551 4 de hartlijn van de klepstang 3. De schroefas 15 kan een axiale kracht uitoefenen op de klepstang 3.The device comprises a dividing wall in the form of a substantially cylindrical gas lock 10, which is fixed to the housing 1 of the valve by means of a firmly welded union nut 11. This creates a space 20 which is closed off from the environment. In order to be able to install the gas lock on the housing 1, the device further comprises a frame 12 for arranging the gas lock 10 immovably with respect to the house 1. 12 is fixed in position relative to the valve by means of a clamping plate 13, which is clamped around the pipe 8. Furthermore, a movable bridge 14 is mounted on the frame 12, on which a propeller shaft 15 is mounted, such that the axis of the propeller shaft 15 coincides with 1006551 4 the axis of the valve rod 3. The propeller shaft 15 can exert an axial force on the valve rod 3 .

Wanneer de gassluis 10 op de afsluiter is bevestigd, valt de hartlijn van de cilindervormige gassluis 10 samen 5 met de hartlijn van de klepstang 3.When the gas lock 10 is mounted on the valve, the center line of the cylindrical gas lock 10 coincides with the center line of the valve rod 3.

De gassluis 10 is samengesteld uit een benedendeel in de vorm van een passtuk 16, een scheidingsorgaan in de vorm van een schuifafsluiter 17 en een bovendeel in de vorm van een sluis 18, die met behulp van flensen en bouten losneem-10 baar aan elkaar zijn bevestigd. Door het tegenover de flens van de sluis 18 liggende axiale einde van de sluis 18 steekt een spindel 21 met een handwiel 22. Op het passtuk 16 en de sluis 18 zijn kranen 23, 24, 25 aangebracht door middel waarvan een medium-bron op de gassluis 10 kan worden 15 aangesloten en de ruimte 20 gespoeld kan worden met medium tot de gewenste zuiverheid bereikt is. Hiertoe kan de ruimte bemonsterd en afgeblazen worden. Voorts zijn op de gassluis veiligheidsventielen 27, 28 aangebracht, waardoor zowel de sluis 18 als passtuk 16 zijn beveiligd. In plaats 2 0 van een schuifaf sluiter 17 kan ook een kogelaf sluiter of elke andere geschikte afsluiter worden gebruikt.The gas lock 10 is composed of a lower part in the form of a fitting piece 16, a separating member in the form of a gate valve 17 and an upper part in the form of a lock 18, which can be releasably connected to each other by means of flanges and bolts. confirmed. Through the axial end of the lock 18 opposite the flange of the lock 18, a spindle 21 with a handwheel 22 protrudes. The fitting piece 16 and the lock 18 have taps 23, 24, 25 by means of which a medium source is applied to the gas lock 10 can be connected and space 20 can be flushed with medium until the desired purity is reached. For this purpose, the room can be sampled and blown off. Safety valves 27, 28 are further arranged on the gas lock, whereby both the lock 18 and the fitting piece 16 are secured. Instead of a gate valve 17, a ball valve or any other suitable valve can also be used.

Het van het huis 1 van de afsluiter verwijderen van het afsluitorgaan vindt op de volgende wijze plaats.Removal of the closing member from the valve body 1 is carried out in the following manner.

Nadat het raamwerk 12 is aangebracht, wordt de brug 25 14 in de lage positie op het raamwerk 12 bevestigd (zie fig. 3). Het handwiel 6 wordt van de klepstang 3 verwijderd en de schroefas 15 zover in de richting van de klepstang 3 gedraaid, dat deze een axiale kracht op de klepstang 3 uitoefent. Wanneer het medium onder druk staat moet de door 30 de schroefas 15 op de klepstang 3 uitgeoefende axiale kracht groter zijn dan de door het medium op het afsluitorgaan uitgeoefende kracht. Het raamwerk 12 zorgt ervoor dat de door de schroefas 15 op de klepstang 3 uitgeoefende kracht axiaal gericht blijft.After the frame 12 has been fitted, the bridge 25 14 is mounted in the low position on the frame 12 (see Fig. 3). The handwheel 6 is removed from the valve rod 3 and the screw shaft 15 is turned in the direction of the valve rod 3 until it exerts an axial force on the valve rod 3. When the medium is under pressure, the axial force exerted by the screw shaft 15 on the valve rod 3 must be greater than the force exerted by the medium on the closing member. The frame 12 ensures that the force exerted by the screw shaft 15 on the valve rod 3 remains axially directed.

35 Nu kan de wartelmoer 9 worden losgedraaid en vervan gen door een gedeelde wartelmoer 19. De gedeelde wartelmoer 19 bestaat uit twee halve wartelmoeren die met behulp van 100 6551 5 bouten aan elkaar zijn bevestigd. Wanneer de gedeelde wartelmoer 19 de functie van de eerste wartelmoer 9 heeft overgenomen, wordt de schroefas 15 losgedraaid en de brug 14 tezamen met de schroefas 15 verwijderd en bevestigd op 5 een hoge positie op het raamwerk 12. De eerste wartelmoer 9 kan nu worden verwijderd.35 Now the union nut 9 can be loosened and replaced with a split union nut 19. The split union nut 19 consists of two half union nuts which are fastened together using 100 6551 5 bolts. When the split swivel nut 19 has taken over the function of the first swivel nut 9, the propeller shaft 15 is loosened and the bridge 14 together with the propeller shaft 15 is removed and fixed in a high position on the frame 12. The first swivel nut 9 can now be removed .

Hierna wordt het passtuk 16 over de klepstanggeleider 2 en de klepstang 3 geplaatst en de schuifafsluiter 17 die verbonden is met de sluis 18 in het raamwerk 12 geplaatst 10 op een zo hoog mogelijke positie. De spindel 21 wordt aan het vrije einde aan de klepstang 3 bevestigd. In fig. 4 is te zien, dat de schroefas 15 zover in de richting van de klepstang 3 is gedraaid, dat de schroefas 15 in contact komt met het van het handwiel 22 voorziene einde van de 15 spindel 21. Via de spindel 21 oefent de schroefas 15 een axiale kracht uit op de klepstang 3. Door de door de schroefas 15 op de klepstang 3 uitgeoefende axiale kracht blijft de klepstang 3 met de klep 4 in positie in het huis 1 en blijft de toestand van de afsluiter onveranderd, ook 20 wanneer de wartelmoer is losgedraaid.After this, the fitting piece 16 is placed over the valve rod guide 2 and the valve rod 3 and the gate valve 17 connected to the lock 18 in the frame 12 is placed in the highest possible position. The spindle 21 is attached to the valve rod 3 at the free end. It can be seen in Fig. 4 that the screw shaft 15 is rotated in the direction of the valve rod 3 until the screw shaft 15 comes into contact with the end of the spindle 21 provided with the handwheel 22. screw shaft 15 exerts an axial force on the valve rod 3. Due to the axial force exerted by the screw shaft 15 on the valve rod 3, the valve rod 3 with the valve 4 remains in position in the housing 1 and the valve condition remains unchanged, even when the union nut is loosened.

Nu kan de gedeelde wartelmoer 19 worden verwijderd. Het passtuk 16 met vast aangelaste wartelmoer 11, wordt bevestigd op het huis 1 van de afsluiter. De binnendiameter van het passtuk 16 is groter dan de buitendiameter van de 25 klepstanggeleider 2 en de op de klepstang 3 bevestigde klep 4. Wanneer het passtuk 16 op deze wijze op het huis 1 is bevestigd, wordt het samenstel van schuifafsluiter 17 en sluis 18 over de spindel 21 naar beneden geschoven totdat dit samenstel bevestigd kan worden op het passtuk 16. Op de 30 kranen 16, 17 of 18 wordt nu een externe mediumbron (niet weergegeven) aangesloten om de ruimte 20 te spoelen met medium totdat de gewenste zuiverheid is verkregen. De ruimte 20 kan ook direct met medium uit de tank worden gespoeld. Indien nodig wordt de druk in de ruimte 20 op de-35 zelfde waarde gebracht als de druk in de tank, zodat de resulterende kracht op de klepstang 3 beheersbaar is, wanneer de schroefas 15 wordt losgedraaid.The split union nut 19 can now be removed. The fitting piece 16 with firmly welded union nut 11 is fixed on the valve body 1. The inner diameter of the fitting 16 is larger than the outer diameter of the valve stem guide 2 and the valve 4 mounted on the valve stem 3. When the fitting piece 16 is mounted on the housing 1 in this way, the assembly of slide valve 17 and valve 18 is the spindle 21 is slid down until this assembly can be attached to the fitting piece 16. An external medium source (not shown) is now connected to the taps 16, 17 or 18 to rinse the space 20 with medium until the desired purity is obtained . The space 20 can also be flushed directly from the tank with medium. If necessary, the pressure in the space 20 is brought to the same value as the pressure in the tank, so that the resulting force on the valve stem 3 is controllable when the screw shaft 15 is loosened.

1006551 61006551 6

De brug 14 met de schroefas 15 kan nu worden verwij -derd (zie fig. 5) . De spindel 21 wordt tezamen met de klepstang 3 met klep 4 en de klepstanggeleider 2 in axiale richting verplaatst. De spindel 21 wordt zover uit de sluis 5 18 getrokken dat de klepstanggeleider 2 en de klepstang 3 met klep 4 zich in de sluis 18 bevinden voorbij de schuif-afsluiter 17. De schuifafsluiter 17 wordt nu gesloten waardoor de ruimte 20 wordt verdeeld in een eerste kamer 26 en een tweede kamer 27 (zie fig. 4) . De klepstang 3 met 10 klep 4 en klepstanggeleider 2 bevinden zich in de eerste kamer 26. De tweede kamer 27 heeft een open verbinding met de tank, zodat de situatie vergelijkbaar is met een volledig geopende afsluiter.The bridge 14 with the propeller shaft 15 can now be removed (see Fig. 5). The spindle 21 is moved in the axial direction together with the valve rod 3 with valve 4 and the valve rod guide 2. The spindle 21 is pulled out of the lock 5 18 such that the valve rod guide 2 and the valve rod 3 with valve 4 are located in the lock 18 beyond the slide valve 17. The slide valve 17 is now closed, whereby the space 20 is divided into a first chamber 26 and a second chamber 27 (see fig. 4). The valve rod 3 with valve 4 and valve rod guide 2 are located in the first chamber 26. The second chamber 27 has an open connection to the tank, so that the situation is comparable to a fully opened valve.

De druk in de sluis 18 wordt weggenomen, waarna de 15 sluis 18 wordt losgemaakt van de schuifafsluiter 17. In fig. 6 is te zien dat de sluis 18 is verwijderd van de schuifafsluiter 17, en dat de spindel 21 zodanig in axiale richting is verschoven, dat de klepstang 3 kan worden losgemaakt van de spindel 21. Nu kunnen onderhouds- en 20 reparatiewerkzaamheden worden uitgevoerd aan de klep 4, klepstang 3 en klepstanggeleider 2. Het verdient de voorkeur uit veiligheidsoverwegingen een blinde flens op de schuifafsluiter 17 te plaatsen nadat de sluis 18 is verwijderd.The pressure in the lock 18 is released, after which the lock 18 is released from the slide valve 17. In Fig. 6 it can be seen that the lock 18 is removed from the slide valve 17, and that the spindle 21 has shifted in axial direction. that the valve rod 3 can be detached from the spindle 21. Maintenance and repair work can now be carried out on the valve 4, valve rod 3 and valve rod guide 2. It is preferable, for safety reasons, to place a blind flange on the gate valve 17 after the lock 18 has been removed.

25 Om de gerepareerde of vervangende klep 4, klepstang 3 en klepstanggeleider 2 te monteren worden de handelingen in omgekeerde volgorde uitgevoerd.In order to assemble the repaired or replacement valve 4, valve rod 3 and valve rod guide 2, the operations are performed in reverse order.

De beschreven inrichting heeft nog een aantal andere mogelij kheden.The described device has a number of other possibilities.

30 Wanneer tijdens het repareren van het afsluitorgaan blijkt dat een deel van de klep 4 in de tweede kamer 27 is achtergebleven, of dat de pakking tussen de klepstanggeleider 2 en het huis 1 van de afsluiter op het huis 1 is achtergebleven, kan de sluis 18 worden voorzien van een 35 geschikt gereedschap waarmee na het opnieuw op de schuifafsluiter 17 plaatsen van de sluis 18 het betreffende onderdeel via de schuifafsluiter 17 kan worden verwijderd.When during the repair of the closing member it appears that part of the valve 4 has remained in the second chamber 27, or that the gasket between the valve rod guide 2 and the valve body 1 has remained on the housing 1, the lock 18 be provided with a suitable tool with which the relevant part can be removed via the slide valve 17 after the lock 18 has been placed on the gate valve 17 again.

1006551 71006551 7

Ook kan een aangepast bovendeel op de schuifafsluiter 17 worden bevestigd, waardoor het mogelijk wordt een deel van de inhoud van de tank of leiding via het passtuk, de schuifafsluiter en het aangepaste bovendeel af te voeren, 5 daarbij in of op het huis achtergebleven onderdelen meevoerend.An adapted top part can also be mounted on the gate valve 17, making it possible to discharge part of the contents of the tank or pipe via the adapter, the gate valve and the adapted top part, thereby carrying parts left in or on the housing .

Verdere toepassingen van de inrichting volgens de uitvinding zijn bijvoorbeeld het repareren van de klepzit-ting in het huis van de afsluiter met een in de sluis 10 aangebracht gereedschap.Further applications of the device according to the invention are, for example, repairing the valve seat in the valve housing with a tool fitted in the lock 10.

Met de inrichting volgens de uitvinding is het ook mogelijk na verwijdering van het afsluitorgaan de leiding die in het verlengde van de klepstang ligt, af te sluiten met een prop, waarna het mogelijk is de gehele afsluiter te 15 verwijderen en te vervangen door een nieuwe afsluiter.With the device according to the invention it is also possible, after removal of the closing member, to close off the line which is an extension of the valve rod with a plug, after which it is possible to remove the entire valve and replace it with a new valve .

Bij al deze toepassingen wordt steeds een zo klein mogelijk volume rond de afsluiter op dezelfde condities gebracht als in de afsluiter en wordt het afsluitorgaan verwijderd alvorens de verdere handelingen kunnen worden 20 uitgevoerd.In all these applications, the smallest possible volume around the valve is always brought to the same conditions as in the valve and the closing member is removed before the further operations can be carried out.

In het voorgaande is de werkwijze volgens de uitvinding uiteengezet aan de hand van een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting die geschikt is voor de werkwijze volgens de uitvinding. Het zal echter duidelijk zijn dat 25 andere inrichtingen denkbaar zijn die geschikt zijn voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding.In the foregoing, the method according to the invention has been explained on the basis of a preferred embodiment of a device suitable for the method according to the invention. It will be clear, however, that other devices are conceivable which are suitable for carrying out the method according to the invention.

Het is bijvoorbeeld mogelijk op de tank voorzieningen aan te brengen waarop een gassluis kan worden bevestigd, zodanig dat de afsluiter zich in de afgesloten ruimte, die 30 gevormd wordt door de gassluis, bevindt.For example, it is possible to provide provisions on the tank to which a gas lock can be attached, such that the valve is located in the closed space, which is formed by the gas lock.

De beschreven voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting is geschikt voor afsluiters waarvan de klepstang met klep en klepstanggeleider met behulp van een wartelmoer op het huis van de afsluiter zijn bevestigd. Het is mogelijk 35 de inrichting aan te passen aan afsluiters waarvan het afsluitorgaan op een andere wijze dan met een wartelmoer op het huis van de afsluiter bevestigd is.The described preferred embodiment of the device is suitable for valves, the valve rod with valve and valve rod guide of which are mounted on the valve body by means of a union nut. It is possible to adapt the device to shut-off valves, the shut-off element of which is mounted on the valve body in a manner other than with a union nut.

1006551 81006551 8

De werkwijze volgens de uitvinding is geschikt voor toepassing bij afsluiters waarin een medium onder druk aanwezig is. Hierbij moet gedacht worden aan afsluiters op cryogeen tanks of op tanks die gebruikt worden in de chemi-5 sche industrie, maar ook aan afsluiters, die aangebracht zijn in leidingen. Indien het medium niet onder druk staat, is met de inrichting en de werkwijze volgens de uitvinding voordeel te behalen wanneer het medium een gevaarlijke stof is. Voordat de sluis van de inrichting geopend wordt, moet 10 dan de eerste kamer gespoeld worden, waarbij de hoeveelheid gevaarlijk medium dat zich in de eerste kamer bevindt, op verantwoorde wijze kan worden opgevangen. Vervolgens kan de eerste kamer geopend en het afsluitorgaan verwijderd worden.The method according to the invention is suitable for use with valves in which a medium under pressure is present. This includes valves on cryogenic tanks or on tanks used in the chemical industry, but also valves which are arranged in pipes. If the medium is not under pressure, the device and the method according to the invention can be advantageous if the medium is a dangerous substance. Before opening the sluice of the device, the first chamber must then be rinsed, whereby the amount of hazardous medium contained in the first chamber can be responsibly collected. The first chamber can then be opened and the closing member removed.

15 Met de werkwijze en de inrichting volgens de uitvin ding wordt een zo klein mogelijk volume rond een afsluiter op dezelfde condities gebracht als in de afsluiter, waardoorheen een medium stroomt. Bij een geschikte aanpassing van de inrichting aan de te repareren afsluiter is de 20 werkwijze toepasbaar bij alle denkbare mediums en drukken.With the method and the device according to the invention, the smallest possible volume around a valve is brought to the same conditions as in the valve, through which a medium flows. With a suitable adaptation of the device to the valve to be repaired, the method is applicable to all conceivable mediums and pressures.

10065511006551

Claims

1. Device for removing a closing member from a valve, which is mounted in a pipe or on a storage vessel, comprising: a frame which can be fixed immovably with respect to the valve; a support element which can be movably mounted on the frame and a screw shaft connected to the support element, such that the screw shaft on the closing member can exert an axial force in the direction of the valve; a gas lock for forming a space closed to the environment in which the valve is accommodated, which gas lock is composed of a lower part which can be screwed onto the valve, such that the closing member can be removed, an intermediate part with a separating member around the interior dividing the gas lock into two compartments and an upper part for receiving the closing member, wherein the lower part, the intermediate part and the upper part are releasably connected to each other; and a rotatable and axially movable spindle which extends into the gas lock, which has a handwheel on its end extending outside the gas lock and which can be connected with its end extending in the gas lock closing member.

2. Device according to claim 1, wherein the gas lock is provided with taps so that the gas lock can be connected to a medium source in order to be able to flush the interior of the gas lock with a medium and to bring it to a desired pressure.

Device as claimed in claim 1 or 2, wherein the gas lock is provided with at least one safety valve. 1006551

4. Method for removing a closing member from a valve and being able to pressurize a desired storage vessel using the device according to any one of claims 1-3, which closing member comprises at least one valve rod 5 and a valve rod guide which is union nut are positioned relative to the valve, comprising the steps of: exerting an axial force on the valve rod toward the valve; 10. loosening the union nut and replacing it with a split auxiliary union nut consisting of at least two detachable parts; removing the axial force exerted on the valve rod; 15. removing the union nut; placing the lower part of a gas lock over the closing member; positioning the intermediate part and the upper part of the gas lock, wherein the intermediate part and the upper part are releasably connected to each other; connecting the stem to the valve rod, which extends through the interior of the top and the separator; exerting an axial force in the direction of the valve via the spindle on the valve rod; loosening and removing the auxiliary swivel nut; connecting the lower part to the valve by means of the external screw thread on the valve intended for the union nut; 30. connecting the intermediate part to the lower part and the upper part connected to the intermediate part, so that the gas lock is formed with a space closed off from the environment; filling the gas lock with a medium, whereby the medium can be pressurized; removing the axial force exerted on the valve rod via the spindle; 006551 detaching the closing member by means of the spindle and moving the closing member axially of the spindle into the upper part; 5. closing the separating member arranged in the intermediate part; relieving a pressure present in the upper part; detaching the top part with the closing member located therein; 1006551