[go: up one dir, main page]

NL1002935C2 - Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk. - Google Patents

Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk. Download PDF

Info

Publication number
NL1002935C2
NL1002935C2 NL1002935A NL1002935A NL1002935C2 NL 1002935 C2 NL1002935 C2 NL 1002935C2 NL 1002935 A NL1002935 A NL 1002935A NL 1002935 A NL1002935 A NL 1002935A NL 1002935 C2 NL1002935 C2 NL 1002935C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
milk
coffee
steam
chamber
emulsifying device
Prior art date
Application number
NL1002935A
Other languages
English (en)
Inventor
Patrick Kuysters
Original Assignee
Sara Lee De Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sara Lee De Nv filed Critical Sara Lee De Nv
Priority to NL1002935A priority Critical patent/NL1002935C2/nl
Priority to US08/837,765 priority patent/US5884552A/en
Priority to ES97201214T priority patent/ES2151224T3/es
Priority to DE69702732T priority patent/DE69702732T2/de
Priority to JP9139045A priority patent/JPH1052369A/ja
Priority to AU19061/97A priority patent/AU710213B2/en
Priority to EP97201214A priority patent/EP0803219B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1002935C2 publication Critical patent/NL1002935C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47JKITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
    • A47J31/00Apparatus for making beverages
    • A47J31/44Parts or details or accessories of beverage-making apparatus
    • A47J31/4485Nozzles dispensing heated and foamed milk, i.e. milk is sucked from a milk container, heated and foamed inside the device, and subsequently dispensed from the nozzle
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10STECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10S261/00Gas and liquid contact apparatus
    • Y10S261/07Carbonators

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Apparatus For Making Beverages (AREA)
  • Dairy Products (AREA)

Description

Titel: Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk.
De uitvinding heeft betrekking op een emulgeerinrichting voor het emulgeren van stoom, lucht en melk ter bereiding van geschuimde melk voor cappuccino en soortgelijke dranken, voorzien van een eerste stoominlaat, een luchtinlaat, een eerste 5 melkinlaat, een eerste zuigkamer en een mengkamer waarbij de eerste stoominlaat, de luchtinlaat en de eerste melkinlaat uitmonden in de eerste zuigkamer en waarbij de eerste zuigkamer in fluïdum verbinding staat met de mengkamer. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een koffiebereidingsinrich-10 ting voor het bereiden van cappuccino en soortgelijke dranken voorzien van een koffie-eenheid voor het bereiden van een koffie-extract en een emulgeerinrichting van de in de aanhef genoemde soort.
Een dergelijke emulgeerinrichting en koffiebereidings-15 inrichting is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 0.243.326.
Deze bekende emulgeerinrichting wordt veelal toegepast in koffiebereidingsinrichtingen voor professioneel gebruik, dat wil zeggen, in de horeca. Hierbij wordt voor het bereiden van 20 cappuccino eerst een hoeveelheid koffie-extract, dat wil zeggen, zwarte koffie in bijvoorbeeld een kopje gebracht. Vervolgens wordt met behulp van de emulgeerinrichting een hoeveelheid geschuimde melk aan het kopje toegevoerd.
Voor het bereiden vein de geschuimde melk wordt een 25 hoeveelheid stoom onder druk aan de eerste stoominlaat toegevoerd. Deze stoom zal zich verplaatsen naar de eerste zuigkamer. Ten gevolge van het venturi-effect zal in de eerste zuigkamer een onderdruk worden gecreëerd die met zich brengt dat lucht via de luchtinlaat en melk via de eerste melkinlaat 30 naar de eerste zuigkamer wordt gezogen. De samengebrachte lucht, melk en stoom verplaatsen zich vervolgens van de eerste zuigkamer naar de mengkamer om aldaar goed te worden gemixt, zodat geschuimde melk van een goede kwaliteit wordt verkregen.
1002935 2
Via een uitlaat van de mengkamer kan geschuimde melk vervolgens de emulgeerinrichting verlaten om aan bijvoorbeeld het kopje te worden toegevoerd.
Behalve het bereiden van geschuimde melk is het ook 5 gewenst om warme, niet schuimende melk te kunnen bereiden. Dit bijvoorbeeld voor het verkrijgen van 'café au lait'. Hiertoe is de emulgeerinrichting volgens de Europese octrooiaanvrage 0.243.326 voorzien van een regelbare klep waarmee de luchtinlaat kan worden afgesloten. De gedachte is hierbij dat wanneer 10 geen lucht aan de zuigkamer wordt toegevoerd en derhalve slechts melk en stoom aan zuigkamer worden toegevoerd door de emulgeerinrichting geen warme melk die schuimt wordt afgegeven. Het probleem doet zich echter voor dat een dergelijke inrichting vrij kostbaar is. Bovendien blijkt vlak 15 nadat de luchtinlaat wordt afgesloten toch nog melk te worden afgegeven die nog enigszins schuimt. Tevens ontstaat een temperatuur probleem omdat de slangdoorlaat onveranderd is.
Een verder nadeel is dat de emulgeerinrichting met de hand moet worden bediend en niet geschikt is om op afstand 20 automatisch te worden bediend voor de selectie tussen hete melk of warme geschuimde melk.
De uitvinding beoogt aan dit probleem tegemoet te komen en heeft als kenmerk dat de emulgeerinrichting verder is voorzien van tenminste een tweede stoominlaat, tenminste een 25 tweede melkinlaat en tenminste een tweede zuigkamer waarbij de tweede stoominlaat en de tweede melkinlaat uitmonden in de tweede zuigkamer voor het bereiden van hete, niet schuimende melk onder toevoer van stoom aan de tweede stoominlaat.
De uitvinding is onder meer gebaseerd op het inzicht dat 30 het niet mogelijk is op economisch aantrekkelijke basis een regelmechanisme te verschaffen waarmee de luchtinlaat voldoende hermetisch kan worden afgesloten. Dit heeft tot gevolg dat bij een dergelijk regelmechanisme, ook wanneer de luchtinlaat is afgesloten, toch nog, zij het een geringe hoe-35 veelheid lucht aan de zuigkamer wordt toegevoerd. Hierdoor zal toch schuim in de warme melk worden gegenereerd. Een oorzaak van het genoemde probleem bij de bekende inrichting is dat 1002935 3 tussen de zuigkamer en de regelklep een ruimte aanwezig is die lucht omvat welke na het afsluiten van de luchtinlaat onvermijdelijk aan de zuigkamer zal worden toegevoerd en aanleiding geeft tot het vormen van geschuimde melk. Bij 5 voorkeur staat de tweede zuigkamer in fluïdum verbinding met de mengkamer.
Doordat overeenkomstig de uitvinding is voorzien in eerste en tweede van elkaar gescheiden toevoer van stoom voor het respectievelijk bereiden van warme, geschuimde melk en 10 warme, niet schuimende melk, is een volledige oplossing gevonden voor het bovengenoemde probleem. Wanneer immers via de tweede stoominlaat stoom aan de emulgeerinrichting wordt toegevoerd, zal deze stoom naar de tweede zuigkamer stromen.
In de tweede zuigkamer zal een onderdruk worden gecreëerd die 15 tot gevolg heeft dat via de tweede melkinlaat melk aan de tweede zuigkamer wordt toegevoerd. Van de toevoer van lucht aan de tweede zuigkamer is echter geen sprake. De stoom en de melk stromen vervolgens vanuit de tweede zuigkamer naar de mengkamer ter verkrijging van warme melk. De warme melk kan 20 vervolgens via een uitlaat van de mengkamer de mengkamer verlaten. Overigens ontstaat in de mengkamer ten gevolge van de stoom en de melk een overdruk. Dit betekent dat het niet mogelijk is dat alsnog lucht vanuit de eerste zuigkamer naar de mengkamer stroomt. Met andere woorden, het is volstrekt 25 uitgesloten dat lucht aan de mengkamer wordt toegevoerd wanneer stoom en melk respectievelijk via de tweede stoominlaat en de tweede melkinlaat aan de tweede zuigkamer worden toegevoerd.
Een belangrijk voordeel van de oplossing volgens de uit-30 vinding is dat deze enerzijds een compromisloze oplossing biedt omdat naar keuze verwarmde melk wordt afgegeven die absoluut niet schuimt dan wel omdat verwarmde melk wordt afgegeven die juist wel goed schuimt en anderzijds dat de oplossing op economisch zeer voordelige wijze kan worden 35 gerealiseerd. Voorts kan de emulgeerinrichting eenvoudig automatisch en op afstand worden bediend. Het is immers mogelijk automatisch stoom toe te voeren aan naar keuze de eerste of 1002935 4 tweede stoominlaat. Dit impliceert dat op afstand kan worden bepaald of warme niet schuimende melk of warme geschuimde melk wordt afgegeven. Een verder voordeel is dat de hoeveelheid aangezogen melk voor respectievelijk het afgeven van warme 5 melk en geschuimde warme melk onafhankelijk van elkaar kan worden ingesteld zodat de betreffende temperatuur optimaal kan worden afgestemd.
Bij voorkeur is de emulgeerinrichting voorzien van een behuizing die de eerste en tweede zuigkamer en de mengkamer 10 omvat. Hierbij zijn de eerste en tweede zuigkamer ruimtelijk, bijvoorbeeld door middel van een tussenwand, van elkaar gescheiden.
Bij voorkeur is de luchtinlaat nog voorzien van een regelbare klep voor het regelen van de grootte van de 15 luchtstroom naar de eerste zuigkamer. Hiermee kan het karakter van het gevormde schuim worden ingesteld. De regelbare klep wordt echter alleen gebruikt voor het regelen van de grootte van de luchtstroom en niet voor het afsluiten van de luchtstroom. Dit brengt met zich dat de regelbare klep 20 eenvoudig kan worden uitgevoerd zonder dat hieraan bijzonder hoge technische eisen worden gesteld, zoals dit bij de bekende emulgeerinrichting het geval is.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm omvat de mengkamer een uitlaat die in fluïdum verbinding staat met een eerste en 25 tweede melkuitloopkanaal. In het bijzonder zijn de eerste en tweede melkuitloopopeningen van respectievelijk het eerste en tweede melkuitloopkanaal dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat melk vanuit beide uitloopopeningen direct in één kopje kan worden afgegeven. Hiermee is het mogelijk naar keuze 30 gelijktijdig één of twee kopjes te vullen met melk. Wanneer twee kopjes met melk dienen te worden gevuld wordt uiteraard een eerste kopje vanuit de eerste melkuitloopopening en het tweede kopje vanuit de tweede melkuitloopopening gevuld.
De koffiebereidingsinrichting die is voorzien van een 35 emulgeerinrichting volgens de onderhavige uitvinding is bij voorkeur voorzien van een eerste en tweede koffie-afgifteka-naal met respectievelijk een eerste en tweede koffie-uitloop- 1 o 0 '1 9 3 5 5 opening die, in gebruik, koffie-extract afgeven. Bij voorkeur zijn de eerste en tweede koffie-uitloopopeningen dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat koffie vanuit beide koffie-uitloopopeningen direct in één kopje kan worden 5 afgegeven. Ook hierbij is het derhalve mogelijk om naar keuze één of twee kopjes met koffie te vullen. Meer in het bijzonder zijn de eerste melkuitloopopening en de eerste koffie-uitloop-opening dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat melk en koffie vanuit respectievelijk de eerste melkuitloopopening en 10 de eerste koffie-uitloopopening direct in een eerste kopje kunnen worden afgegeven en zijn de tweede melkuitloopopening en de tweede koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat melk en koffie vanuit respectievelijk de tweede melkuitloopopening en de tweede koffie-uitloopopening 15 direct in het tweede kopje kunnen worden afgegeven. Het is dan mogelijk om gelijktijdig twee kopjes met koffie en hete melk te vullen. Wanneer bovendien de eerste en tweede melkuitloopopening en de eerste en tweede koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat via deze openingen 20 koffie en melk in één kopje kan worden afgegeven kan naar keuze één of twee kopjes worden gevuld met zwarte koffie, hete melk, geschuimde warme melk, koffie met warme melk en koffie met geschuimde warme melk. De uitvinding zal thans aan de hand van de tekening nader worden toegelicht. Hierin toont: 25 Figuur la een vooraanzicht van een koffie-inrichting voor het bereiden van cappuccino en soortgelijke dranken; figuur lb een bovenaanzicht van de koffie-inrichting volgens figuur 1; figuur 2a in perspectief een aanzicht van een gedeelte-30 lijk uiteengenomen emulgeersamenstel van de koffie-inrichting volgens figuur 1; figuur 2b een driedimensionaal aanzicht van het emulgeer-samenstel volgens figuur 2a waarbij een voorwand is verwijderd; 35 figuur 2c een vooraanzicht van het emulgeersamenstel volgens figuur 2b; 6 figuur 2d een zijaanzicht in de richting van de pijl P van figuur 2c; figuur 2e een bovenaanzicht van het emulgeersamenstel volgens figuur 2a; 5 figuur 3a een zijaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een emulgeerinrichting van het emulgeersamenstel volgens figuur 2a; figuur 3b een gedeeltelijk opengewerkt vooraanzicht van de emulgeerinrichting volgens figuur 3a; 10 figuur 3c een dwarsdoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 3c-3c in figuur 3b; figuur 3d een bovenaanzicht van de emulgeerinrichting volgens figuur 3a; figuur 3e in perspectief de emulgeerinrichting van figuur 15 3a; figuur 3f driedimensionaal aanzicht van een gedeeltelijk uit elkaar genomen emulgeerinrichting volgens figuur 3a; figuur 3g een eerste lengtedoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 3g-3g in figuur 3d; 20 figuur 3h een tweede lengtedoorsnede van de emulgeer inrichting volgens de lijn 3h-3h in figuur 3d; figuur 3i een derde lengtedoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 3i-3i in figuur 3d; figuur 3j een vierde lengtedoorsnede van de emulgeer-25 inrichting volgens de lijn 3j —3j in figuur 3d; figuur 4a-4f een mogelijk gebruik van de koffie-inrich-ting volgens figuur 1; figuur 5a een zijaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een emulgeerinrichting van het emulgeersamenstel volgens 30 figuur 2a; figuur 5b een gedeeltelijk opengewerkt vooraanzicht van de emulgeerinrichting volgens figuur 5a; figuur 5c een dwarsdoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 5c-5c in figuur 5a; 35 figuur 5d gedeeltelijk in doorzicht een bovenaanzicht van de emulgeerinrichting volgens figuur 5a; i" ? ? 9 3 5 7 figuur 5e in perspectief de emulgeerinrichting van figuur 5a; figuur 5f driedimensionaal aanzicht van een gedeeltelijk uit elkaar genomen emulgeerinrichting volgens figuur 5a; 5 figuur 5g een eerste lengtedoorsnede van de emulgeer inrichting volgens de lijn 5g-5g in figuur 5d; figuur 5h een tweede lengtedoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 5h-5h in figuur 5d; figuur 5i een derde lengtedoorsnede van de emulgeer-10 inrichting volgens de lijn 5i-5i in figuur 5d; figuur 5j een vierde lengtedoorsnede van de emulgeerinrichting volgens de lijn 5j-5j in figuur 5d; en
In figuur la en lb is met referentienummer 1 een koffie-inrichting voor het bereiden van cappuccino en soortgelijke 15 dranken aangeduid. Deze is voorzien van een koffie-eenheid 2 voor het bereiden van een koffie-extract en een emulgeersamen-stel 4 voor het naar keuze bereiden van verwarmde geschuimde melk en verwarmde niet geschuimde melk. De koffie-eenheid 2 is voorzien van een afvoerkanaal 6 dat is voorzien van een eerste 20 uitloop 8 en een tweede uitloop 10. Het emulgeersamenstel 4 is voorzien van een menginrichting 12 die geschikt is om stoom en melk met elkaar te mengen voor het verkrijgen van verwarmde melk. In dit voorbeeld is de menginrichting bovendien voorzien van een luchtinlaat voor het bovendien toevoegen van lucht aan 25 de melk voor het verkrijgen van verwarmde geschuimde melk. De menginrichting bestaat in dit voorbeeld uit een emulgeerinrichting en zal dan ook verder als emulgeerinrichting 12 worden aangeduid.
Het emulgeersamenstel is verder voorzien van een koel-30 inrichting 14 waarin een melk gevulde container kan worden opgenomen voor het afgeven van gekoelde melk. Deze gekoelde melk wordt via een nog nader te bespreken eerste of tweede melktoevoerleiding 15a, 15b aan een eerste of tweede melkin-laat van de emulgeerinrichting 12 toegevoerd.
35 Het emulgeersamenstel is verder voorzien van een stoom generator 16 die via een stoomleiding 18 stoom afgeeft aan een selectiemiddel 20. Het selectiemiddel 20 geeft naar keuze i '·. ' "9 35 8 instelbaar de door de stoomgenerator 16 via de stoomleiding 18 aangevoerde stoom af aan een eerste vervolgleiding 22 of een tweede vervolgleiding 24.
De eerste melktoevoerleiding 15a is verder voorzien van 5 een beluchtingsklep 26a terwijl de tweede melktoevoerleiding 15b is voorzien van een beluchtingsklep 26b. De beluchtingsklep 26a en 26b zijn in dit voorbeeld bovenop de koelinrichting 14 geplaatst. De koelinrichting 14 bestaat in dit voorbeeld uit een koeleenheid 28, die is voorzien van een 10 gekoelde, door kamerwanden omgeven ruimte waarin het genoemde melkreservoir kan worden geplaatst. Dit melkreservoir betreft bijvoorbeeld een pak melk 30, zoals in figuur la gearceerd is getoond. De melktoevoerleidingen 15a en 15b omvatten een tweede open einde 32a, 32b die in fluïdum contact staat met de 15 melk die zich in het melkpak 30 bevindt. In dit voorbeeld bevinden de twee open einden 32a en 32b zich bijna op de bodem van het melkpak.
Tenslotte is het emulgeersamenstel nog voorzien van een besturingseenheid 34 die stuursignalen § genereert en hiermee 20 de koffie-eenheid 2, de stoomgenerator 16, het selectiemiddel 20 en de beluchtingskleppen 26a en 26b stuurt.
In dit voorbeeld zijn de wanden van de koeleenheid 28 in hoofdzaak van een metaal vervaardigd. Het emulgeersamenstel is verder voorzien van een op zich bekend koelelement 36 waarmee 25 de wanden van de koeleenheid 28 kunnen worden gekoeld. Een nadere uitwerking van de koelinrichting 14 zal thans aan de hand van figuur 2 worden besproken. De koeleenheid 28 is voorzien van een bodemwand 38, opstaande zijwanden 40a, 40b, 40c en 40d en een topwand 42. De zijwand 40d is losmakelijk 30 met de rest van de koeleenheid 28 verbonden en kan bijvoorbeeld worden verwijderd om in de door de kamerwanden 40a, 40b, 40c, 40d, 38 en 42 omgeven ruimte 44 een met melk gevulde container in de vorm van een pak melk 30 te plaatsen.
35 Zoals in figuur 2a, 2b en 2c goed te zien is, zijn de eerste en tweede beluchtingskleppen 26a en 26b buiten op de topwand 42 aangebracht. Vanaf de eerste beluchtingsklep 26a m « o 9 3 5 9 strekt zich in de ruimte 44 in verticale richting naar beneden een deel 46a van de melktoevoerleiding 15a uit. Het deel 46a van de melktoevoerleiding is flexibel uitgevoerd zodat deze gemakkelijk in een pak melk kan worden gemanipuleerd. Voorts 5 strekt zich vanaf de eerste beluchtingsklep 26a een tweede deel 48a van de melktoevoerleiding 15a uit in een holle ruimte van de topwand 42 en de opstaande zijwand 40a. De opstaande zijwand 40a is aan zijn buitenzijde voorzien van een uitlaat-opening 50 waardoor het tweede deel 48a van de leiding 15a 10 gedeeltelijk naar buiten steekt. Het gedeelte van de leiding 15a dat naar buiten steekt eindigt in een eerste open einde 50a. Het open einde 50a bevindt zich in een houder 52 die aan de opstaande zijwand 40a is bevestigd.
De eerste melktoevoerleiding 15a omvat derhalve een 15 eerste open einde dat zich in dit voorbeeld tot buiten de koeleenheid 28 uitstrekt en een tweede open einde dat zich in de binnenruimte 44 van de koeleenheid 28 bevindt. Omdat het eerste deel van de melktoevoerleiding 15a zich in hoofdzaak binnenin de ruimte 44 uitstrekt, terwijl het tweede deel 48a 20 van de leiding 15a zich in hoofdzaak door een holle ruimte in de kamerwanden uitstrekt, geldt dat de eerste melktoevoerleiding 15a zich in hoofdzaak binnen de koeleenheid uitstrekt.
De tweede melktoevoerleiding 15b is tezamen met de tweede beluchtingsklep 26b op geheel analoge wijze, zoals besproken 25 in relatie met de melktoevoerleiding 15a, in de koeleenheid 28 gemonteerd.
De emulgeerinrichting 12 is voorzien van een eerste melk-inlaat 54a, een tweede melkinlaat 54b, een eerste stoomin-laat 56a en een tweede stoominlaat 56b. De emulgeerinrich-30 ting 12 omvat een behuizing die losmakelijk met de koeleenheid 28, in dit geval in het bijzonder losmakelijk met de houder 52 is verbonden. In figuur 2a is de emulgeerinrichting 12 getoond wanneer deze is losgemaakt van de koeleenheid 28. In de overige figuren 2 is de emulgeerinrichting 12 35 getoond wanneer deze met de houder 52 van de koeleenheid 28 is verbonden. In deze laatste toestand is het eerste open einde 50a van de melktoevoerleiding 15a met de eerste melk- 1 r (· ? 9 3 5 10 inlaat 54a verbonden. Tevens is het eerste open einde 50b van de tweede melktoevoerleiding 15b met de tweede melkinlaat 54b verbonden. De eerste stoominlaat 56a en de tweede stoomin-laat 56b zijn, in gebruik, respectievelijk met de eerste ver-5 volgleiding 22 en de tweede vervolgleiding 24 verbonden. Zie ook figuur 1. Opgemerkt wordt dat de eerste en tweede melkinlaat 54a, 54b van de emulgeerinrichting 12 zich nabij de koeleenheid 28 bevinden, zodat de melktoevoerleiding zich tenminste bijna volledig binnen de koeleenheid uitstrekt (zie ook 10 figuur 2b en 2c).
Het eerste en tweede open einde 50a en 50b van de melk-toevoerleidingen 15a en 15b zijn in dit voorbeeld waarin een op zich bekende snapverbinding respectievelijk met de eerste en tweede melkinlaat 54a en 54b verbonden. De emulgeerinrich-15 ting 12 kan derhalve om bijvoorbeeld te worden gereinigd van de koeleenheid worden losgetrokken en kan vervolgens weer worden teruggeplaatst.
In figuur 2a is het emulgeersamenstel in gedeeltelijk gedemonteerde staat afgebeeld. Hierin is de holle ruimte die 20 zich in de topwand 42 en de zijwand 40a uitstrekt met referen-tienummer 58 aangeduid. De topwand 42 is aan de binnenzijde voorzien van een opening 60 waardoor de melktoevoerleidingen 15a, 15b zich vanuit de holle ruimte 58 in de wand 42 tot in de gekoelde ruimte 44 uitstrekt. Hierbij worden in dit 25 voorbeeld de beluchtingskleppen 26a en 26b verondersteld deel uit te maken van de melktoevoerleidingen 15a en 15b. De opening 60 strekt zich in dit voorbeeld uit vanaf de binnenzijde van de koeleenheid tot aan de buitenzijde van de koeleenheid (zie figuur 2a). Deze openingen worden weer gesloten 30 door de beluchtingskleppen wanneer deze zich in gemonteerde toestand bevinden (zie figuur 2b). Elke beluchtingsklep is voorzien van een inlaatopening 62 en een uitlaatopening 64. De inlaatopeningen 62 zijn respectievelijk verbonden met de flexibele delen 46a en 46b van de leidingen 15a en 15b. De 35 uitlaatopeningen 64 zijn verbonden met de delen 48a en 48b van de leidingen 15a en 15b.
<Λ 0 ? 9 3 5 11
Omdat de holle ruimte 48 ten behoeve van de montage van de leidingen aan de voorzijde van de koeleenheid open is, is de koeleenheid voorts nog voorzien van een eerste isolerend randdeel 66 waarmee de genoemde holle ruimte 58 kan worden 5 afgesloten. Omwille van de symmetrie is de koeleenheid voorts nog voorzien van een tweede isolerend randdeel 68 die in gemonteerde toestand tezamen met het eerste randdeel een gesloten ring vormt. De melktoevoerleidingen 15a en 15b zijn losmakelijk met de rest van het samenstel verbonden. Door het 10 eerste randdeel 66 te verwijderen kunnen de melktoevoerleidingen worden verwijderd om deze bijvoorbeeld te reinigen of te vervangen. De opstaande zijwand 40d is voorzien van op zich bekende middelen die deze losmakelijk met het eerste en tweede randdeel 66 en 68 kan verbinden teneinde de koeleenheid 28 af 15 te sluiten. Hierbij vormt het randdeel 40d derhalve een soort deur die kan worden geopend om een melkpak in de ruimte 28 te plaatsen en die vervolgens kan worden gesloten.
Het koelelement 36 is eveneens losmakelijk met de koeleenheid 28 verbonden. Aan de onderzijde van het koelelement is 20 nog een ventilator aangebracht dat de functie heeft het koelelement te koelen.
De wanden van de koeleenheid 28 zijn in hoofdzaak van een metaal vervaardigd. Het koelelement wordt aan de wand 20b gemonteerd (zie figuur 2b-2e). Het koelelement koelt derhalve 25 direct de opstaande zijwand 40b. Doordat alle wanden in metaal zijn uitgevoerd en derhalve warmte goed kunnen geleiden zullen alle wanden door het koelelement 36 worden gekoeld. Ook de holle ruimte 58 zal worden gekoeld met als gevolg dat de deel-leidingen 48a en 48b eveneens worden gekoeld. De deelleiding-30 en 46a, 46b worden uiteraard gekoeld omdat deze zich in de ruimte 44 bevinden. De houder 52 is in dit voorbeeld eveneens uit metaal vervaardigd, zodat ook deze wordt gekoeld. Dit brengt met zich dat beide melktoevoerleidingen 15a en 15b in dit voorbeeld zijn gekoeld.
35 Zoals uit figuur 2 blijkt bevinden zich de tweede ein den 32a en 32b van de melktoevoerleidingen 15a en 15b zich op een hoogte die lager is dan het hoogste punt van de respec- 1 o 0 ' 5 3 5 12 tieve melktoevoerleidingen. Het hoogste punt van de melktoe-voerleidingen wordt in dit voorbeeld gevormd door de beluch-tingskleppen 26a en 26b. Doordat de tweede einden 32a en 32b beneden de genoemde hoogste punten liggen, kan het pak melk 30 5 niet uit zichzelf leegstromen wanneer de beluchtingskleppen zijn geopend. In dit voorbeeld zijn beide melktoevoerleidingen in hoofdzaak U-vormig uitgevoerd en dusdanig georiënteerd dat elke melktoevoerleiding zich vanaf het eerste respectievelijk het tweede einde in opwaartse richting uitstrekt. In dit 10 voorbeeld zijn de beluchtingskleppen 26a en 26b respectievelijk op het hoogste punt van de melktoevoerleidingen 15a en 15b aangebracht.
Indien met behulp van emulgeerinrichting 12 via de melktoevoerleiding 15a dan wel via de melktoevoerleiding 15b melk 15 wordt aangezogen, zal de toevoerleiding 15a, 15b geheel met melk worden gevuld. Wanneer vervolgens wordt gestopt met aanzuigen, komt de vloeistofstroom in de melktoevoerleiding 15a, 15b tot stilstand en zullen derhalve vloeistofrestanten in deze leiding achterblijven. De belangrijke doelstelling van de 20 beluchtingsklep is nu dit te voorkomen. Door de beluchtings-klep 26a, 26b te openen wordt de leiding 15a, 15b belucht en kunnen restanten vloeistof terugstromen naar het pak melk 30 dan wel doorstromen naar de emulgeerinrichting 12. Opgemerkt wordt dat voor deze functie van de beluchtingsklep niet rele-25 vant is waar deze precies in de melktoevoerleiding 15a, 15b is aangebracht. Met andere woorden, de beluchtingsklep kan in principe ten behoeve van deze functie op elke willekeurige positie van de melktoevoerleiding 15a, 15b worden aangebracht.
In sommige uitvoeringsvormen is het echter eveneens 30 gewenst hevelwerking te voorkomen. Wanneer zoals hiervoor omschreven de melkstroom door een melktoevoerleiding 15a, 15b getracht wordt te stoppen door het aanzuigen van melk met behulp van de emulgeerinrichting 12 te beëindigen, is het mogelijk dat de melkstroom ook nadat het aanzuigen is gestopt 35 ten gevolge van hevelwerking niet wordt beëindigd. Hevelwerking kan met name optreden wanneer het eerste einde 50a, 50b in verticale richting gezien lager ligt dan de hoogte van het 1002935 13 vloeistofniveau in het pak melk 30. Door de beluchtings-klep 26a, 26b te openen zal de melktoevoerleiding 15a, 15b worden belucht en de hevelwerking beëindigd. Opgemerkt wordt dat ten behoeve van deze functie niet elke willekeurige 5 positie van de beluchtingsklep 15a, 15b is toegestaan. Wanneer de beluchtingsklep 15a, 15b zich in het deel 48a, 48b van de leiding 15a, 15b bevindt, dient de beluchtingsklep zich op een hoogte te bevinden die, in gebruik, boven het niveau van het vloeistofoppervlak in het pak melk 30 ligt. Zou dit niet het 10 geval zijn dan zou de melk via de beluchtingsklep zelf wegstromen. Indien de beluchtingsklep daarentegen in het flexibele deel van 46a, 46b van de leiding 15a, 15b is aangebracht, dient deze om dezelfde reden boven het niveau van het vloeistofoppervlak te zijn aangebracht. Teneinde beide 15 functies goed te kunnen vervullen zal de beluchtingsklep bij voorkeur tenminste op een hoogte zijn aangebracht die boven het tweede einde van de betreffende melktoevoerleiding ligt.
In het ideale geval, zoals getoond in figuur 2 bevindt de beluchtingsklep zich echter op het hoogste punt van de 20 betreffende melktoevoerleiding aangezien deze dan onafhankelijk van het vloeistofniveau in het melkpak altijd goed kan functioneren.
Aan de hand van figuur 3 zal thans de emulgeerinrichting 12 nader worden toegelicht. De emulgeerinrichting is 25 zoals reeds vermeld voorzien van de eerste en tweede stoom-inlaat 56a en 56b en een eerste en tweede melkinlaat 54a en 54b. De emulgeerinrichting is voorts voorzien van een luchtinlaat 72 die in dit voorbeeld in directe verbinding staat met de eerste melkinlaat 54a. Deze luchtinlaat 72 is nog voorzien 30 van een regelbare klep 74 voor het regelen van de grootte van de luchtstroom door de luchtinlaat 72.
De emulgeerinrichting is voorts voorzien van een eerste zuigkamer 76a en een tweede zuigkamer 76b. De eerste en tweede zuigkamer 76a en 76b zijn ruimtelijk van elkaar gescheiden. De 35 eerste stoominlaat 56a mondt uit in de eerste zuigkamer 76a.
De tweede stoominlaat 56b mondt uit in de tweede zuigkamer 76b. De eerste melkinlaat 54a en daarmee eveneens de luchtin- ^ 0 0 2 9 3 5 14 laat 72 monden eveneens uit in de eerste zuigkamer 76a. De tweede melkinlaat 54b mondt uit in de tweede zuigkamer 76b. De eerste en tweede zuigkamer 76a, 76b staan voorts in fluïdum contact via respectievelijk leiding 77a en 77b met een 5 mengkamer 78. De mengkamer 78 omvat een bodem 80 die is voorzien van een uitlaat in de vorm van een opening 82. Via deze uitlaat 82 mondt de mengkamer 78 uit in een beneden de mengkamer gelegen distributiekamer 84. De distributiekamer 84 omvat een bodem met een eerste en tweede melkuitloopkanaal 86a 10 en 86b met respectievelijk een eerste en tweede melkuitlaatopening 88a, 88b.
Zoals in figuur 3f te zien is, kunnen de eerste en tweede melkinlaat, de eerste en tweede stoominlaat, de mengkamer 78, de distributiekamer 84 en de bodem 80 tezamen met de overige 15 componenten van de emulgeerinrichting uit losse onderdelen worden samengesteld. Dit is echter niet wezenlijk voor de uitvinding en slechts bedoeld ter illustratie van een mogelijke uitvoeringsvorm.
De werking van de koffie-inrichting is als volgt. Hierbij 20 wordt vooraf nog opgemerkt dat in dit voorbeeld de eerste en tweede uitloop 8, 10 van het afvoerkanaal 6 en de eerste en tweede melkuitlaatopening 88a en 88b van de emulgeerinrichting 12 dusdanig in eikaars nabijheid zijn geplaatst dat deze alle vier direct vloeistof kunnen afgeven in één kop. Wanneer het 25 thans de wens van een gebruiker is om een kop cappuccino te bereiden, zal de besturingseenheid 34 de stoomgenerator 16 activeren voor het bereiden van stoom. De stoom wordt via de stoomleiding 18 aan het selectiemiddel 20 toegevoerd. De besturingseenheid 34 stuurt het selectiemiddel 20 dusdanig dat 30 de stoom alleen aan de eerste vervolgleiding 22 wordt toegevoerd. Aan de vervolgleiding 24 wordt derhalve geen stoom toegevoerd. Het gevolg is dat de eerste stoominlaat 56a van de emulgeerinrichting 12 wordt voorzien van stoom. Deze stoom zal in de eerste zuigkamer 76a terechtkomen. Hierdoor zal in deze 35 zuigkamer een onderdruk ontstaan aangezien de zuigkamer 76a zal fungeren als een venturisysteem. Het gevolg is dat de eerste zuigkamer 76a melk en lucht zal aanzuigen via respec- 1 r ft ·' ^ 7 i\ 15 tievelijk de melkinlaat 54a en de luchtinlaat 72. De combinatie van melk, lucht en stoom zal vervolgens met een hoge snelheid naar de mengkamer 78 stromen waar de betreffende bestanddelen goed met elkaar worden gemengd. De bodem 80 met de 5 opening 82 van de mengkamer fungeert hier als een "hold up" die ervoor zorgt dat de verblijfstijd van het mengsel in de mengkamer 78 voldoende groot is opdat de melk onder invloed van de stoom goed wordt verwarmd en onder invloed van de lucht schuim zal vormen. Het eindresultaat is dat geschuimde melk 10 aan de distributiekamer 84 wordt toegevoerd. Deze geschuimde melk zal de distributiekamer via de melkuitlaatopeningen 88a en 88b verlaten en een onder deze melkuitlaatopeningen geplaatst kopje vullen. Om de aard van de geschuimde melk te regelen, kan de luchtstroom via de regelbare klep 74 desge-15 wenst nog worden bijgesteld. Dit kan met de hand nog worden uitgevoerd.
De besturingseenheid 34 zal tevens de koffie-eenheid 2 activeren. Het activeren van de koffie-eenheid 2 kan gelijktijdig plaatsvinden met het activeren van de stoomgenera-20 tor 16. Het is echter eveneens mogelijk eerst de stoomgenerator 16 en daarna de koffie-eenheid 2 te activeren of eerst de koffie-eenheid 2 te activeren en daarna de stoomgenerator 16 te activeren. De volgorde waarin uiteindelijk het koffie-extract en de geschuimde melk aan een kopje wordt afge-25 geven kan derhalve worden gevarieerd. Wanneer de koffie-eenheid 2 wordt geactiveerd zal deze een koffie-extract bereiden dat via het afvloeikanaal 6 naar de eerste en tweede uitloop 8, 10 stroomt. Het koffie-extract zal via de eerste en tweede uitloop 8, 10 in het kopje worden gestort. De cappuc-30 cino is thans gereed voor consumptie.
Wanneer het echter de bedoeling is een kop koffie te bereiden dat bestaat uit koffie-extract met hete melk die uitdrukkelijk niet schuimt (café au lait), zal de besturingseenheid 34 wederom de stoomgenerator 16 activeren zoals hier-35 voor omschreven. De besturingseenheid 34 stuurt het selectiemiddel 20 nu echter dusdanig aan dat stoom aan de tweede ver-volgleiding 24 wordt toegevoerd terwijl geen stoom aan de 1 0 C ? 3 5 16 eerste vervolgleiding 22 wordt toegevoerd. Het gevolg is dat alleen aan de tweede stoominlaat 56b van de emulgeerinrich-ting 12 stoom wordt toegevoerd. Deze stoom zal naar de tweede zuigkamer 76b stromen. Aldus wordt in de tweede zuigkamer 76b, 5 die wederom fungeert als een venturisysteem, een onderdruk gegeneerd waardoor melk via de tweede melkinlaat 54b wordt aangezogen. Omdat de tweede zuigkamer 76b gescheiden is van de eerste zuigkamer 76a, zal geen lucht worden aangezogen naar de tweede zuigkamer 76b. Vanuit de tweede zuigkamer 76b zal dus 10 een mengsel van melk en stoom naar de mengkamer 78 stromen.
Ook in de mengkamer 78 zal geen lucht via de luchtinlaat 72 worden aangezogen. In de mengkamer 78 ontstaat immers een overdruk zodat het niet mogelijk is dat vloeistof of lucht vanaf de eerste zuigkamer naar de tweede mengkamer stroomt. In 15 de mengkamer 78 wordt vervolgens de melk met de stoom goed verwarmd waarbij de verblijfstijd van de melk in de mengkamer voldoende zal zijn voor een aanzienlijke warmte-overdracht tussen de stoom en de melk. De bodem samen met de opening 82 fungeert hierbij weer als een "hold up”. De hete melk zal 20 vervolgens naar de distributiekamer 84 stromen en verdeeld over de uitlaatopeningen 88a en 88b de distributiekamer verlaten. In het kopje dat onder de melkuitlaatopeningen 88a, 88b is geplaatst zal derhalve worden gevuld met een zwart koffie-extract en hete melk die absoluut niet schuimt.
25 Opgemerkt wordt dat de emulgeerinrichting in dit voorbeeld automatisch wordt bediend. Door het selecteren van de stoominlaat waaraan stoom wordt toegevoerd, wordt immers een keuze gemaakt tussen het afgeven van warme niet geschuimde melk en warme geschuimde melk 30 Wanneer bijvoorbeeld geschuimde melk is afgegeven, zal de besturingseenheid 34 in ieder geval de beluchtingsklep 26a en mogelijk ook de beluchtingsklep 26b openen. Tevens wordt de stoomgenerator 16 gedeactiveerd. Dit betekent dat, in dit voorbeeld, aan de eerste zuigkamer 76a geen stoom meer wordt 35 toegevoerd, zodat de eerste zuigkamer eveneens geen melk meer zal aanzuigen via de melktoevoerleiding 15a. Om te voorkomen dat toch melk door de melktoevoerleiding 15a blijft stromen, 1 0 0 ' Q 3 5 17 ten gevolge van hevelwerking, opent de besturingseenheid 34 de beluchtingsklep 26a. Het zal duidelijk zijn dat wanneer hete niet geschuimde melk is afgegeven de besturingseenheid 34 de stoomgenerator 16 activeert en tenminste de beluchtingsklep 5 26b opent.
Wanneer het gewenst is de emulgeerinrichting 12 op te warmen en/of te reinigen, opent de besturingseenheid 34 de eerste en/of tweede beluchtingsklep 26a, 26b. Tevens wordt de stoomgenerator 16 geactiveerd. Het selectiemiddel 20 wordt 10 dusdanig ingesteld dat stoom wordt toegevoerd aan de eerste vervolgleiding wanneer de beluchtingsklep 26a is geopend, aan de tweede vervolgleiding wanneer de beluchtingsklep 26b is geopend of aan beide vervolgleidingen wanneer beide beluch-tingskleppen zijn geopend. Aangenomen dat beide beluchtings-15 kleppen zijn geopend, worden de stoominlaten 56a en 56b derhalve voorzien van stoom. Deze stoom zal naar de eerste en tweede zuigkamer doorstromen 76a en 76b. Doordat echter de beluchtingskleppen 26a en 26b zijn geopend, zijn de melktoe-voerleidingen 15a en 15b belucht met als gevolg dat geen melk 20 uit het pak 30 wordt gezogen. In plaats hiervan wordt via de beluchtingsklep 26a en 26b lucht aangezogen dat naar de eerste en tweede zuigkamer 76a en 76b stroom. De stoom stroomt via de zuigkamers naar de mengkamer, distributiekamer om vervolgens de emulgeerinrichting via de melkuitloopkanalen 86a en 86b te 25 verlaten. Het gevolg is dat de eventuele melkrestanten die in de emulgeerinrichting zijn achtergebleven door de stoom worden meegenomen en afgevoerd. Een ander gevolg is dat de emulgeerinrichting 12 wordt opgewarmd. Wanneer de emulgeerinrichting vervolgens wordt gebruikt voor het bereiden van hete 30 geschuimde melk of hete melk, zal direct melk worden gegenereerd met een gewenste temperatuur zonder dat de temperatuur van de melk die wordt afgegeven in de tijd langzaam oploopt. Voorts zal deze melk geheel zuiver zijn omdat de emulgeerinrichting vooraf geheel is schoongeblazen.
35 Opgemerkt wordt dat het openen van de beluchtingsklep pen 26a en 26b nadat door emulgeerinrichting melk is afgegeven ook als voordeel heeft dat eventuele melkrestanten uit de 1 o C r * * 5 18 melktoevoerleidingen 15a en 15b zullen wegstromen. Behalve het voorkomen van hevelwerking wordt derhalve eveneens voorkomen dat melkrestanten in de betreffende leidingen achterblijven.
Desgewenst kunnen eveneens twee koppen worden gevuld met 5 hete melk. In dat geval wordt een eerste kop 90a onder de melkuitlaatopening 88a geplaatst en een tweede kop 90b onder de melkuitlaatopening 88b (zie figuur 4a). De eerste en tweede melkuitlaatopening 88a en 88b zijn echter dusdanig dicht bij elkaar geplaatst dat de eveneens vanuit beide melkuitlaatope-10 ningen direct melk kan worden afgegeven in één kop 90c (zie figuur 4b). Iets dergelijks geldt voor de eerste en tweede uitloopopening 8, 10 voor het koffie-extract. Indien het gewenst is twee kopjes 90a, 90b met koffie-extract te vullen kan het kopje 90a onder de koffie-extract uitloopopening 8, 15 terwijl het kopje 90b onder koffie-extract uitloopopening 10 wordt geplaatst (zie figuur 4c). De eerste en tweede koffie-uitloopopening zijn echter dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat koffie vanuit beide koffie-uitloopopeningen direct in één kopje kan worden afgegeven (zie figuur 4d).
20 Bovendien zijn in dit voorbeeld de eerste melkuitlaatopening 88a en de eerste koffie-uitloopopening 8 dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat melk en koffie vanuit deze openingen direct in een kop 90a kunnen worden afgegeven (zie figuur 4f). Bovendien zijn de tweede melkuitlaatopening 88b en de tweede 25 koffie-uitloopopening 10 dusdanig dicht bij elkaar gepositioneerd dat melk en koffie vanuit deze openingen direct in een tweede kopje 90b kunnen worden afgegeven (zie figuur 4f). In het bijzonder zijn de eerste en tweede melkuitlaatopening en de eerste en tweede koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij 30 elkaar gepositioneerd dat via deze openingen koffie en melk direct in een kop 90c kunnen worden afgegeven (zie figuur 4e). Aldus kan naar keuze koffie-extract aan één of twee kopjes worden toegevoerd, hete niet geschuimde melk aan één of twee kopjes worden toegevoerd, hete geschuimde melk aan één of twee 35 kopjes worden toegevoerd, koffie-extract tezamen met hete niet geschuimde melk aan één of twee kopjes worden toegevoerd en koffie-extract tezamen met geschuimde hete melk aan één of ‘002935 19 twee kopjes worden toegevoerd. Het zal duidelijk zijn dat voor het alleen bereiden van koffie-extract of hete melk de besturingseenheid 34 alleen de koffie-eenheid 1 of de stoomgenerator 16 zal activeren.
5 In de figuren 5a-5j wordt een tweede mogelijke uitvoe ringsvorm van een emulgeerinrichting volgens de uitvinding getoond waarbij met figuur 3 overeenkomende onderdelen van eenzelfde referentienummer als in figuur 3 zijn voorzien. In afwijking van de emulgeerinrichting van figuur 3 is de emul-10 geerinrichting volgens figuur 5 voorzien van een eerste en tweede mengkamer 78a en 78b. Hierbij staat de eerste zuigka-mer 76a in fluïdum verbinding met de eerste mengkamer 78a. Voorts staat de tweede zuigkamer 76b in fluïdum verbinding met de tweede mengkamer 78b. De tweede zuigkamer 78b wordt 15 begrensd door een buisvormige opstaande wand 92. De tweede mengkamer 78b is aan zijn onderzijde open en mondt uit in de distributiekamer 84. Aan de buitenzijde van de tweede mengkamer is de eerste mengkamer 78a aangebracht. De beide mengkamers zijn derhalve concentrische. De tweede mengkamer 78b is 20 eveneens aan zijn onderzijde open en mondt eveneens uit in de distributiekamer 84. De tweede zuigkamer 76b staat in fluïdum verbinding met de tweede mengkamer 78b door middel van een leiding 77b. Evenzo staat de eerste zuigkamer 76a via een leiding 77a in fluïdum verbinding met de eerste mengkamer 78a. 25 Doordat de eerste en tweede mengkamer 78a en 78b van elkaar gescheiden zijn, is het volstrekt uitgesloten dat in de tweede mengkamer 78b lucht wordt aangezogen via de luchtinlaat 72.
Met andere woorden, in de tweede mengkamer 78b kan geen geschuimde melk worden gegenereerd. Ook kan de melk niet worden 30 teruggeblazen in op dat moment ongebruikte leidingen. Ook is het mogelijk de temperatuur van de afgegeven melk en de geschuimde melk te regelen door een doorstroomdiameter van de respectieve melktoevoerleidingen 21, 24 te regelen.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven 35 omschreven uitvoeringsvorm zodat alle voor de hand liggende varianten worden geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
1002935

Claims (22)

1. Emulgeerinrichting voor het emulgeren van stoom, lucht en melk ter bereiding van geschuimde melk voor cappuccino en soortgelijke dranken, voorzien van een eerste stoominlaat, een luchtinlaat, een eerste melkinlaat, een eerste zuigkamer en 5 tenminste een mengkamer waarbij de eerste stoominlaat, de luchtinlaat en de eerste melkinlaat uitmonden in de eerste zuigkamer en tenminste waarbij de eerste zuigkamer in fluïdum verbinding staat met de tenminste ene mengkamer, met het kenmerk, dat de emulgeerinrichting verder is voorzien van 10 tenminste een tweede stoominlaat, tenminste een tweede melkinlaat en tenminste een tweede zuigkamer waarbij de tweede stoominlaat en de tweede melkinlaat uitmonden in de tweede zuigkamer voor het bereiden van hete, niet schuimende melk onder toevoer van stoom aan de tweede stoominlaat.
2. Emulgeerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede zuigkamer in fluïdum verbinding staat met de mengkamer.
3. Emulgeerinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de luchtinlaat is voorzien van een regelbare klep 20 voor het regelen van de grootte van de luchtstroom naar de eerste zuigkamer.
4. Emulgeerinrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de mengkamer een uitlaat omvat die in fluïdum verbinding staat met een eerste en tweede melkuitloopkanaal.
5. Emulgeerinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de uitlaat van de mengkamer uitmondt in een distributie-kamer waarbij de distributiekamer een eerste en tweede uitlaat omvat die respectievelijk uitmonden in het eerste en tweede melkuitloopkanaal met respectievelijk een eerste en tweede 30 melkuitloopopening.
6. Emulgeerinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de eerste en tweede melkuitloopopeningen dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat melk vanuit beide uitloop-openingen direkt in een kopje kan worden afgegeven. 1002935
7. Emulgeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een behuizing die de eerste zuigkamer de tweede zuigkamer en de mengkamer omvat.
8. Emulgeerinrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de eerste en tweede zuigkamer van elkaar zijn gescheiden.
9. Emulgeerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een eerste en tweede mengkamer waarbij de eerste zuigkamer in fluïdum verbinding 10 staat met de eerste mengkamer en waarbij de tweede zuigkamer in fluïdum verbinding staat met de tweede mengkamer.
10. Emulgeerinrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de luchtinlaat is voorzien van een regelbare klep voor het regelen van de grootte van de luchtstroom naar de eerste zuig- 15 kamer.
11. Emulgeerinrichting volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de mengkamers elk een uitlaat omvatten die in fluïdum verbinding staan met een eerste en tweede melkuitloop-kanaal.
12. Emulgeerinrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de uitlaten van de mengkamers uitmonden in een distribu-tiekamer waarbij de distributiekamer een eerste en tweede uitlaat omvat die respectievelijk uitmonden in het eerste en tweede melkuitloopkanaal met respectievelijk een eerste en 25 tweede melkuitloopopening.
13. Emulgeerinrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de eerste en tweede melkuitloopopeningen dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat melk vanuit beide uitloop-openingen direkt in een kopje kan worden afgegeven.
14. Emulgeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies 9-13, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een behuizing die de zuigkamers en de mengkamers omvat.
15. Emulgeerinrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de eerste en tweede zuigkamer van elkaar zijn gescheiden. 35
16. Koffie-inrichting voor het bereiden van cappuccino en soortgelijk dranken voorzien van een koffie-eenheid voor het 1002935 bereiden van een koffie-extract en een emulgeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies.
17. Koffie-inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de inrichting verder is voorzien van tenminste een 5 stoomeenheid voor het bereiden van stoom en selectiemiddelen voor het naar keuze toevoeren van stoom aan de eerste of tweede stoominlaat van de emulgeerinrichting ter bereiding van bijvoorbeeld cappuccino of bijvoorbeeld café au lait.
18. Koffie-inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, 10 dat de koffie-eenheid is voorzien van een eerste en tweede koffieafgifte kanaal met respectievelijk een eerste en tweede koffie-uitloopopening waarmee, in gebruik, tegelijkertijd koffieëxtract kan worden afgegeven.
19. Koffie-inrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, 15 dat de eerste en tweede koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat koffie vanuit beide koffie-uitloopopeningen direkt in een kopje kan worden afgegeven.
20. Koffie-inrichting volgens conclusie 18 of 19, voorzien van een emulgeerinrichting volgens conclusie 5, 6, 12 of 13 20 met het kenmerk, dat de eerste melkuitloopopening en de eerste koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat melk en koffie vanuit respectievelijk de eerste melkuitloopopening en de eerste koffie-uitloopopening direkt in een eerste kopje kan worden afgegeven en dat 25 de tweede melkuitloopopening en de tweede koffie- uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat melk en koffie vanuit respectievelijk de tweede melkuitloopopening en de tweede koffie-uitloopopening direkt in een tweede kopje kan worden afgegeven.
21. Koffie-inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de eerste en tweede melkuitloopopening en de eerste en tweede koffie-uitloopopening dusdanig dicht bij elkaar zijn gepositioneerd dat via deze openingen koffie en melk direct in een kopje kan worden afgegeven.
22. Koffie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies 16-21, met het kenmerk, dat de emulgeerinrichting losmakelijk met de rest van de koffie-inrichting is verbonden. 1002935
NL1002935A 1996-04-24 1996-04-24 Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk. NL1002935C2 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1002935A NL1002935C2 (nl) 1996-04-24 1996-04-24 Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk.
US08/837,765 US5884552A (en) 1996-04-24 1997-04-22 Emulsifier for preparing frothed milk and hot milk
ES97201214T ES2151224T3 (es) 1996-04-24 1997-04-23 Emulsionador para la preparacion de leche con espuma y de leche caliente.
DE69702732T DE69702732T2 (de) 1996-04-24 1997-04-23 Emulgator zur Zubereitung von Milchschaum und warmer Milch
JP9139045A JPH1052369A (ja) 1996-04-24 1997-04-23 泡立ちミルクおよび熱いミルクを準備するための乳化器
AU19061/97A AU710213B2 (en) 1996-04-24 1997-04-23 Emulsifier for preparing frothed milk and hot milk
EP97201214A EP0803219B1 (en) 1996-04-24 1997-04-23 Emulsifier for preparing frothed milk and hot milk

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1002935 1996-04-24
NL1002935A NL1002935C2 (nl) 1996-04-24 1996-04-24 Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1002935C2 true NL1002935C2 (nl) 1997-10-28

Family

ID=19762722

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1002935A NL1002935C2 (nl) 1996-04-24 1996-04-24 Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US5884552A (nl)
EP (1) EP0803219B1 (nl)
JP (1) JPH1052369A (nl)
AU (1) AU710213B2 (nl)
DE (1) DE69702732T2 (nl)
ES (1) ES2151224T3 (nl)
NL (1) NL1002935C2 (nl)

Families Citing this family (24)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1007167C2 (nl) * 1997-09-30 1999-03-31 Sara Lee De Nv Werkwijze voor het bereiden van geschuimde melk of café-crème.
DE19955195B4 (de) * 1999-11-16 2005-07-07 Niro-Plan Ag Vorrichtung zum Aufschäumen von Milch
US6289796B1 (en) * 2001-02-23 2001-09-18 Simatelex Manufactory Company Limited Hot milk dispenser
JP2003010049A (ja) * 2001-07-02 2003-01-14 Contrasto:Kk 飲料製造装置
US7021206B2 (en) * 2002-06-18 2006-04-04 Eckenhausen Roland B Hot dairy-based beverage dispenser
DE60331520D1 (de) 2003-03-24 2010-04-15 Nestec Sa Vorrichtung zum Pumpen einer Flüssigkeit von einer Verpackung oder von einem Container
DE60311767T2 (de) 2003-03-24 2007-10-31 Nestec S.A. Wegwerfpackung zur Verteilung einer pumpbaren Flüssigkeit von einer Venturi-Vorrichtung
DE102004006095A1 (de) * 2004-02-06 2005-09-01 Niro-Plan Ag Vorrichtung zur Erzeugung von Milchschaum
ITMI20040777A1 (it) * 2004-04-21 2004-07-21 De Longhi Spa Dispositivo e procedimento per la produzione di una bevanda a base di latte
US7226631B2 (en) * 2004-08-12 2007-06-05 Nestec S.A. Method and apparatus for consumable powder reconstitution and frothing
ITMI20050880A1 (it) * 2005-05-16 2006-11-17 Saeco Internat Group S P A Unita'vapore ad ancoraggio esterno comprendente una caraffa per schiumare il latte e riscaldare bevande per macchina per bevande espresso
PT1943931E (pt) * 2005-06-07 2009-09-04 Nestec Sa Distribuidor de espuma com recipiente para leite, bocal descartável e dispositivo de tabuleiro apara-gotas para recipientes com diferentes alturas
CN101277635B (zh) * 2005-09-30 2010-12-08 皇家飞利浦电子股份有限公司 包括饮料机以及在饮料机中可移除设置套件的用于制备饮料的系统
CN2930548Y (zh) * 2006-07-13 2007-08-08 厦门灿坤实业股份有限公司 牛奶自动起泡装置
ITFI20060263A1 (it) 2006-10-27 2008-04-28 Saeco Ipr Ltd Dispositivo emulsionatore per la produzione di latte schiumato e simili e relativo metodo
CN101969824B (zh) * 2007-02-20 2014-02-05 皇家飞利浦电子股份有限公司 包括具有用于输送流体饮料成分的至少一个管道的易清洁管道系统的饮料制作机
DE202007008814U1 (de) * 2007-06-21 2007-11-29 Mahlich, Gotthard Brüheinheit eines Getränkezubereitungsgerätes
DE102009034234B4 (de) * 2009-07-23 2013-06-13 Wmf Württembergische Metallwarenfabrik Ag Getränkeautomat
JP5537987B2 (ja) * 2010-02-19 2014-07-02 三洋電機株式会社 ミルクフォーマー及び飲料製造装置
CN103153141B (zh) * 2010-06-11 2015-10-21 布瑞威利私人有限公司 牛奶发泡器
EP2944237A1 (de) * 2014-05-14 2015-11-18 Jura Elektroapparate Ag Auslaufeinrichtung für eine Milchschäumvorrichtung
KR20170027793A (ko) * 2014-06-27 2017-03-10 일리카페 에스.피.에이. 거품 우유를 포함한 음료, 특히 카푸치노 또는 라테 마키아토를 제조하기 위한 기계
WO2017005487A1 (en) * 2015-07-03 2017-01-12 Nestec S.A. Fluid foaming machine
IT201600096851A1 (it) * 2016-09-27 2018-03-27 De Longhi Appliances Srl Dispositivo di emulsione di latte ad effetto venturi e metodo di produzione di latte caldo con e senza schiuma con un tale dispositivo

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0243326A2 (en) * 1986-04-18 1987-10-28 Nuova Faema S.p.A. An emulsifier assembly for emulsifying air, steam, and milk in preparing capuccino and the like beverages, particularly for use with bar-size coffee makers

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT207919Z2 (it) * 1986-03-10 1988-02-22 Gaggia Brevetti Macchina per caffe espresso
IT1215793B (it) * 1988-02-04 1990-02-22 Alberto Siccardi Dispositivo automatico perl'ottenimento di latte schiumoso.
IT1230290B (it) * 1989-07-05 1991-10-18 Nuova Faema Spa Macchina automatica per la erogazione di caffe', cappuccino e simili.
US5473972A (en) * 1994-10-24 1995-12-12 Conair Corporation Milk container attachment for cappucino maker

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0243326A2 (en) * 1986-04-18 1987-10-28 Nuova Faema S.p.A. An emulsifier assembly for emulsifying air, steam, and milk in preparing capuccino and the like beverages, particularly for use with bar-size coffee makers

Also Published As

Publication number Publication date
AU710213B2 (en) 1999-09-16
US5884552A (en) 1999-03-23
EP0803219A1 (en) 1997-10-29
DE69702732T2 (de) 2001-01-11
JPH1052369A (ja) 1998-02-24
DE69702732D1 (de) 2000-09-14
EP0803219B1 (en) 2000-08-09
AU1906197A (en) 1997-10-30
ES2151224T3 (es) 2000-12-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1002935C2 (nl) Emulgeerinrichting voor het bereiden van geschuimde melk en warme melk.
EP0803220B1 (en) Assembly for preparing hot and frothed milk
EP0904719B1 (en) Method for preparing frothed milk or café crème
JP6327760B2 (ja) 調合飲料供給装置
JP4094544B2 (ja) 飲食用に適する泡立ち飲料を作る装置および方法
EP1292708B1 (en) Device for heating and frothing a liquid, in particular milk
EP1294263B1 (en) Automatic device for heating and frothing a liquid, in particular milk
US20090013876A1 (en) Equipment for the preparation of a hot beverage
JP2006341097A (ja) 色々な高さの容器のためのドリップトレイ装置を備えた飲料機械
JP2016526419A (ja) 飲料を製造するための混合チャンバ
CN110022730B (zh) 具有文丘里效应的乳品乳化设备及使用该设备制备含和不含泡沫的热乳品的方法
US20140377428A1 (en) Dispenser for producing beverages by dissolution of a soluble ingredient
AU749525B2 (en) Assembly for preparing hot and frothed milk
CN115443087A (zh) 用于分配处于不同温度的液体的液体分配系统、液流控制组件和液体分配器
JP2000106820A (ja) 泡立ちミルクあるいはクリーム入りコーヒーの調製方法

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20101101