BE1027287B1

BE1027287B1 - Vocht monitoringssysteem voor absorberende artikelen

Info

Publication number: BE1027287B1
Application number: BE20195645A
Authority: BE
Inventors: Keymeulen Bjorn Van
Original assignee: P2Solutions Cooeperatieve Vennootschap Met Beperkte Aansprakelijkheid
Priority date: 2019-10-01
Filing date: 2019-10-01
Publication date: 2020-12-09
Also published as: EP4041167A1; US20220401269A1; WO2021064121A1

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een verbeterd vochtmonitoringssysteem voor absorberende artikelen, gekenmerkt door zijn eenvoudige ontwerp, toepassing en gebruik, en gemakkelijke elektrische verbinding. Het vochtmonitoringssysteem verschijnt als een strook die op het buitenoppervlak van een absorberend artikel wordt bevestigd. De uitvinding heeft ook betrekking op absorberende artikelen omvattende een dergelijk vochtmonitoringssysteem, en op een werkwijze voor het aanbrengen van een dergelijk vochtmonitoringssysteem op een absorberend artikel.

Description

-1- BE2019/5645

VOCHT MONITORINGSSYSTEEM VOOR ABSORBERENDE ARTIKELEN

TECHNISCH VELD De uitvinding heeft betrekking op een verbeterd vochtmonitoringssysteem voor absorberende artikelen. Een dergelijk vochtmonitoringssysteem, terwijl lekkages worden vermeden, wordt gekenmerkt door zijn eenvoudige ontwerp, toepassing en gebruik, en eenvoudige elektrische interconnectie. Het vochtmonitoringssysteem wordt in het bijzonder aangebracht op het buitenste (exterieur) oppervlak van een absorberend artikel, d.w.z. weg van een persoon die een dergelijk absorberend artikel draagt. Bovendien verschijnt het vochtmonitoringssysteem als een strook of strip die op het absorberende artikel wordt aangebracht of bevestigd. De uitvinding heeft ook betrekking op absorberende artikelen omvattende een dergelijk vochtmonitoringssysteem, en op een werkwijze voor het aanbrengen van een dergelijk vochtmonitoringssysteem op een absorberend artikel.

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING Absorberende artikelen zoals luiers of maandverband bijvoorbeeld, zijn reeds beschikbaar met een sensorsysteem of een soort intelligentie voor het bewaken van de contaminatie en/of het detecteren van lek daarin, vandaar zogenaamde slimme luiers. Vochtsensoren worden meestal gebruikt voor het aangeven van een mate van contaminatie en mogelijk ook voor het meten of bepalen van de hoeveelheid contaminatie of meer specifiek het volume urine dat wordt geabsorbeerd. Volumemeetsystemen en dito methoden worden in de techniek beschreven met behulp van geleidende sensoren en elektrodesystemen. Volumemonitoringssystemen die een sensorsysteem omvatten, kunnen een geleidend circuit omvatten, d.w.z. materiaal met elektrische eigenschappen, meer in het bijzonder kan het geleidende circuit elektroden omvatten, b.v. vocht (volume) detectie-elektroden. Het geleidende circuit wordt gekenmerkt door weerstandswaarden of - meer in het algemeen - impedantiewaarden

-2- BE2019/5645 die respectievelijk een aangepast weerstands- of impedantieontwerp vertegenwoordigen, zoals gedefinieerd door een (wiskundige) verdeling in de variatie van respectieve weerstands- of impedantiewaarden over het gebied van het absorberende artikel.

Huidige vochtsensoren voor luiers zijn in het algemeen gebaseerd op direct contact tussen urine, dat wordt geabsorbeerd door een mengsel van pluis en superabsorberend polymeer (SAP), en de (bijvoorbeeld geprinte) geleidende sensoren. Verwijzend naar een weerstandsmeetsysteem, leidt urine op de sensor ertoe dat een lagere weerstand wordt gemeten. Met andere woorden, de weerstandswaarde die door de sensor wordt opgevangen, is in zekere mate gerelateerd aan de vloeistofinname (of urine) van de luier. Weerstand neemt af waar het absorberende artikel nat wordt, d.w.z. waar de vloeistof (of urine) wordt geabsorbeerd in de luier. De meeste luiers met vochtsensoren, hebben hun sensoren voorzien op of nabij het binnenoppervlak van de luier, d.w.z. naar een persoon toe die een dergelijke luier draagt. De sensoren kunnen bijvoorbeeld ook worden ingebed, net onder het binnenoppervlak. Metingen worden daarom verondersteld nauwkeuriger en preciezer te zijn, terwijl de afstand tot de persoon die de luier draagt, en dus tot waar de vloeistof (of urine) zal stromen, het kleinst mogelijk is. Bovendien zijn er, behalve misschien voor de binnenoppervlak-laag van de luier, geen fysieke barrières tussen het detectiesysteem en de vloeistofstroom, waardoor de meting ook niet wordt verstoord. Dergelijke binnenkant meetsystemen, waarnaar verder kan worden verwezen vanwege het meten aan binnenkant van de luier, meer in het bijzonder de sensoren die daarvoor worden gebruikt, zijn echter moeilijk te ontwerpen en toe te passen binnenin de luier. Bovendien kan de elektrische verbinding tussen de sensoren enerzijds en de meet- en transmissie-eenheid anderzijds behoorlijk complex zijn of slecht in verbindingskwaliteit. Met andere woorden, binnenkant systemen hebben hun nadelen. Een buitenkant of exterieur monitoringssysteem, wat betekent dat de sensoren aan het buitenoppervlak van de luier zijn aangebracht, kan worden overdacht om de nadelen van de interne of binnenkant toepassing te elimineren. Er bestaan voorbeelden in de techniek waarin een vocht-, damp- of vochtigheidssensor is aangebracht op een buitenlaag van de luier, maar in al deze gevallen wordt de sensor aangebracht aan de voorzijde net onder het buikniveau of anders zeer lokaal aangebracht, en dus niet het hele

-3-

BE2019/5645 bevochtigende oppervlak of bereik van de luier bedekkend.

De Amerikaanse octrooiaanvrage US2018085262 A openbaart bijvoorbeeld een systeem voor het op afstand monitoren van de status van natheid van een luier gedragen door een patiënt met behulp van een herbruikbare elektronische dampsensor, waarbij het systeem een buidelgedeelte of zakje kan omvatten met de sensor inbegrepen, dat zich aan het buitenoppervlak van de luier bevindt.

Een dergelijk buidelgedeelte of zakje wordt echter alleen lokaal gemonitord op een bepaalde plaats waar het (samen met de sensor) is geïnstalleerd.

Het idee om een zakje te hebben die buiten de luier is aangebracht maar daaraan is bevestigd, en waarbij het zakje de vochtsensor omvat voor het uitvoeren van de metingen of het controleren van lekkages, wordt ook beschreven in gebruikersmodel CN208942589 U, verder verwijzend naar een zo’n zakje als een soort accessoire- opzetstuk voor opslag van bijvoorbeeld detectie accessoires.

In de internationale octrooiaanvrage WO2012166765 A1 wordt een sensorsysteem beschreven waarin meerdere sensoren kunnen worden gescheiden van of verwijderbaar zijn gemonteerd op het naar de kleding gerichte buitenoppervlak van het absorberende artikel.

Een of meer stimuli worden gedetecteerd met meerdere elementen op meerdere locaties.

De sensoren die in verschillende gebieden worden geleverd, leveren een wijdverbreide, maar nogal onpraktische en omslachtige oplossing op.

Bovendien worden hier alleen lokale plekken van sensoren gebruikt in plaats van verlengde of langwerpige stroken.

Er kunnen ook referenties worden genoemd die voorzien zijn van in de lengterichting uitstrekkende geleidende zones of langwerpige sensoren die op de buitenste omhulling van het artikel zijn gemonteerd, zoals beschreven in US2010164733 A of US2008058740 A, of zoals in JP2017189348 A, echter telkens aangebracht op het buitenoppervlak van de achterlaag.

Bij elk van deze worden de geleidende sporen of sensoren direct gevormd op het buitenoppervlak van het absorberende artikel, wat bijvoorbeeld moeilijkheden bij de productie impliceert, b.v. snelle en eenvoudige bevestiging, verbindingsproblemen en moeilijkheid bij (nauwkeurigheid van) metingen, en waarschijnlijk ongemak voor de persoon die het absorberende artikel draagt.

Voor een verbeterde fabricage kan worden gedacht aan een substraat of aanvullende lagen met het geleidende circuit of de elektroden daarop gedrukt, waarvoor bijvoorbeeld verwezen kan worden naar WO2018229017 A1 of WO2015003712 A1. In WO 2018229017 A1 moet het substraat echter worden opgenomen in het absorberende artikel, en niet daarbuiten worden gemonteerd, hetgeen leidt tot andere kenmerken en functionaliteiten dan vereist voor gebruik buitenshuis.

Het stapelen van lagen waarin elektroden en diëlektrica zijn ingeklemd zoals in

-4- BE2019/5645 W02015003712 A1, beschrijft een retrofit-oplossing die rond het absorberende materiaal in een absorberend artikel moet worden geplaatst, en dat een deel van het binnen- en buitenoppervlak bedekt, wat weer resulteert in andere specificaties dan wanneer bedoeld voor enkel en alleen gebruik buitenshuis. Het proces van het vervaardigen van sensorelementen door het sproeien van geleidende inkt op een bewegende laag of laag wordt bijvoorbeeld beschreven in US2019240080 A, hier in het bijzonder om te worden aangebracht op de binnenkant van de ondoordringbare onderste laag van het absorberende artikel of elk oppervlak van de bovenste doorlaatbare laag. Er kan ook worden verwezen naar slimme luiers met alternatieve meettechnieken, d.w.z. welke geen vochtsensor gebruiken, maar gebruik maken van een ander type sensor of detectie voor lekkages, waarbij het sensorsysteem op het buitenoppervlak wordt aangebracht of aan de buitenlaag van de luier wordt bevestigd. Hoewel sommigen hieronder het gebruik van een tamelijk groot of uitgebreid detectiegebied suggereren, kunnen vanwege de andere techniek in het detecteren van vloeistof, de principes hier niet eenvoudig worden overgenomen in het vochtmonitoringssysteem met vochtsensor. Er is behoefte aan een vochtmonitoringssysteem voor absorberende artikelen met eenvoudige oplossing om een sensorsysteem aan te brengen dat een groot en/of uitgebreid detectieoppervlak omvat, en waarbij goede en betrouwbare elektrische verbindingen worden bekomen, evenals een stabiel mechanisch ontwerp.

DOEL VAN DE UITVINDING Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een vochtmonitoringssysteem voor absorberende artikelen met gemakkelijk toepasbaar of aan te brengen sensorsysteem dat een groot en/of uitgebreid detectieoppervlak omvat. Het doel is ook het verkrijgen van goede en betrouwbare elektrische verbindingen tussen het sensorsysteem en de meet- en transmissie-eenheid, en een stabiele mechanische constructie van het vochtmonitoringssysteem.

-5- BE2019/5645

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING In een eerste aspect van de uitvinding wordt een vochtmonitoringssysteem verschaft, voor gebruik in verband met een absorberend artikel, waarbij het vochtmonitoringssysteem een vel omvat met een eerste en een tweede oppervlak. Zo’n vel omvat bijvoorbeeld PE, PP of PET. Volgens een uitvoeringsvorm is de positie van het vel bijvoorbeeld zodanig dat het eerste oppervlak in de richting van het samen te stellen absorberende artikel is, terwijl het tweede oppervlak naar de buitenomgeving is gericht. Het vochtmonitoringssysteem omvat ook een sensorsysteem dat is aangebracht op het eerste oppervlak (bijvoorbeeld gericht naar het absorberende artikel of de persoon die het draagt) van het vel, meer in het bijzonder op een deel daarvan dat bijvoorbeeld het centraal gebied van het eerste oppervlak is, en zo’n deel wordt ook naar verwezen als eerste deel van het vel haar eerste oppervlak. Het sensorsysteem kan sensoren zoals vochtsensoren omvatten. Het vochtmonitoringssysteem omvat verder een meeteenheid die is voorzien van elektrische interconnecties of onderlinge verbindingen, waarbij deze meeteenheid moet worden gemonteerd op en verbonden met het sensorsysteem dat op het vel wordt aangebracht, door middel van de elektrische onderlinge verbindingen. Volgens een uitvoeringsvorm is de meeteenheid ontworpen met afmetingen om te passen binnen de randen van het eerste oppervlak van het vel, bij voorkeur binnen het centrale gebied daarvan. Het vochtmonitoringssysteem moet bijvoorbeeld worden aangebracht volgens de lengte(richting) van het absorberende artikel, b.v. in de vorm van een langwerpige bedrukte sensorstrook, en permanent te worden bevestigd op het absorberende artikel, meer in het bijzonder op zijn buitenoppervlak, door middel van een kleefmiddel zoals smeltlijm. Terwijl het sensorsysteem van het vochtmonitoringssysteem op een eerste deel van het eerste oppervlak van het vel moet worden aangebracht, kan het kleefmiddel op een tweede deel van het eerste oppervlak van het vel worden aangebracht. Een dergelijk tweede deel bevindt zich bijvoorbeeld aan de buitenrand van het eerste oppervlak. Het aanbrengen van het kleefmiddel op dit tweede deel kan bijvoorbeeld worden gedaan door het kleefmiddel daarop direct aan te brengen. Volgens een uitvoeringsvorm kan dit echter ook op een indirecte manier worden gedaan, b.v. door de kleefstof indirect op dit tweede deel te brengen, wanneer deze kleefstof bijvoorbeeld oorspronkelijk op het buitenoppervlak, ook wel achtervel genoemd, van het absorberende

-6- BE2019/5645 voorwerp wordt aangebracht. Door vochtmonitoringssysteem (of bv. sensorstrip) en absorberend artikel (of bv. luier) bij elkaar te brengen, komt het kleefmiddel (of bv. de lijm) van de ene op de andere terecht en kunnen beide aan elkaar vastgehecht of permanent gefixeerd worden.

In een tweede aspect van de uitvinding wordt een absorberend artikel verschaft, omvattende een buitenoppervlak, en daaraan bevestigd een vochtmonitoringssysteem in overeenstemming met het eerste aspect.

In een derde aspect van de uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het aanbrengen van het vochtmonitoringssysteem in overeenstemming met het eerste aspect op een absorberend artikel omvattende een buitenoppervlak, omvattende de stappen van (i) het verschaffen van een vel omvattende een eerste en een tweede oppervlak; (ii) het verschaffen van een sensorsysteem op een eerste deel van het eerste oppervlak van het vel; (iii) het aanbrengen van een kleefstof op een tweede deel van het eerste oppervlak van het vel; (iv) het verbinden van een meeteenheid omvattende elektrische verbindingen met het sensorsysteem door middel van de elektrische verbindingen; (v) het verbinden van het kleefmiddel met het buitenoppervlak van het absorberende artikel. Volgens een uitvoeringsvorm wordt een alternatieve methode verschaft voor het aanbrengen van het vochtmonitoringssysteem in overeenstemming met het eerste aspect op een absorberend artikel omvattende een buitenoppervlak, met in stap (iii) een kleefstof aangebracht op het buitenoppervlak van het absorberende artikel, om te worden verbonden in stap (v) met een tweede deel van het eerste oppervlak van het vel zodanig dat strook of strip, of meer in het bijzonder het vel ervan, is gefixeerd met het absorberende artikel, meer in het bijzonder met het buitenoppervlak of het zogenaamde achtervel.

OVERZICHT VAN DE TEKENINGEN

-7- BE2019/5645 Figuur 1 illustreert schematisch een dwarsdoorsnede van een uitvoeringsvorm van het vochtmonitoringssysteem bevestigd aan een absorberend artikel gedragen door een persoon, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 2 illustreert schematisch een verdere gedetailleerde uitvoeringsvorm in dwarsdoorsnede van het vochtmonitoringssysteem bevestigd aan een absorberend artikel gedragen door een persoon, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 3 illustreert schematisch een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een absorberend artikel met vochtmonitoringssysteem, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 4 toont fotoafbeelding van sensorvoorbeelden voor het vochtmonitoringssysteem, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 5 geeft een stroomdiagram uitvoeringsvorm weer voor de werkwijze voor het aanbrengen van een vochtmonitoringssysteem op een absorberend artikel, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 6 illustreert schematisch een andere uitvoeringsvorm in dwarsdoorsnede van het vochtmonitoringssysteem bevestigd aan een absorberend artikel gedragen door een persoon, in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 7 illustreert meetcircuit voor vochtvolumemeting, ook differentiële volumemeting genoemd, zoals bekend in de techniek, toe te passen met het vochtmonitoringssysteem in overeenstemming met de uitvinding. Figuur 8 illustreert schematisch hoe een slim incontinentieproduct in het echte leven kan worden gebruikt in een verpleeginrichting, in overeenstemming met de uitvinding.

BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING De uitvinding heeft betrekking op een vochtmonitoringssysteem voor absorberende artikelen, waaronder bijvoorbeeld luiers, incontinentieverband, maandverband of doeken en/of andere hygiënische doeken of soortgelijke hygiëneproducten. Het vochtmonitoringssysteem is ontworpen om lekkages in het absorberende artikel te vermijden en wordt in het bijzonder aangebracht op het buitenoppervlak van het absorberende artikel, dat wil zeggen weg van een persoon die het absorberende artikel draagt. Volgens een uitvoeringsvorm wordt het vochtmonitoringssysteem 100

-8- BE2019/5645 voor gebruik in verband met een absorberend artikel 200 om te worden gedragen door een persoon 300, schematisch weergegeven in dwarsdoorsnede in Figuur 1. Het absorberende artikel 200 bestaat uit een zogenaamd binnenoppervlak of binnenste oppervlaktelaag 202 om in direct contact te worden gebracht met de persoon 300 die het absorberende artikel 200 draagt. Het binnenoppervlak of de binnenste oppervlaktelaag 202 wordt ook aangeduid als bovenvel (topsheet) van het absorberende artikel 200. Het absorberende artikel 200 omvat ook een zogenoemd buitenoppervlak of buitenste oppervlaktelaag 201 verder weg van de persoon 300 die het absorberende artikel 200 draagt. Het buitenoppervlak of de buitenste oppervlaktelaag 201 wordt ook aangeduid als achtervel (backsheet) van het absorberende artikel 200. Tussen beide oppervlaktelagen 201, 202 of met andere woorden tussen bovenvel en achtervel, wordt een vulmateriaal 203 verschaft, dat bijvoorbeeld een mengsel van pluis en superabsorberend polymeer (SAP) omvat. Het vochtmonitoringssysteem 100 is aangebracht op het absorberende artikel 200, meer in het bijzonder op zijn buitenoppervlak of buitenste oppervlaktelaag 201, of anders op het achtervel van het absorberende artikel 200. Volgens een uitvoeringsvorm is het vochtmonitoringssysteem 100 permanent bevestigd op of vastgehecht aan het absorberende artikel 200, bijvoorbeeld door middel van een kleefstof zoals lijm, hoewel een verwijderbare versie die bijvoorbeeld een drukgevoelige kleefstof gebruikt zoals wordt gebruikt voor release liner producten zoals b.v. maandverband, is niet uitgesloten van deze uitvinding.

Volgens een uitvoeringsvorm wordt een retrofit-oplossing voor huidige bestaande absorberende artikelen ook voorgesteld met de onderhavige uitvinding. Het vochtmonitoringssysteem volgens de uitvinding wordt bijvoorbeeld standalone gemaakt, en voorzien van een kleeflaag die is beschermd voor of vóór gebruik met een deklaag. Een dergelijke kleeflaag kan hetzij voor permanente bevestiging zijn, of anders voor verwijderbare bevestiging. Het vochtmonitoringssysteem wordt bijvoorbeeld gemaakt en geleverd als een strook die vooraf in een geschikte vorm is gesneden om direct op een luier of ander type absorberend artikel te worden aangebracht, door de persoon die de luier draagt of een verpleegassistent. Zo’n stripbevestiging is dus om zelf aan te brengen. In plaats van een voorgesneden strook zou men ook kunnen denken aan een strookrol waarvan de gewenste lengte en/of vorm strook wordt gesneden afhankelijk van het absorberende artikel waarop het vochtmonitoringssysteem moet worden aangebracht.

-9- BE2019/5645 Met de uitvoeringsvorm van Figuur 2 wordt meer detail van het vochtmonitoringssysteem 100 gepresenteerd, en hiermee wordt het werkingsprincipe beschreven. Het vochtmonitoringssysteem 100 wordt opnieuw aangebracht op het buitenoppervlak of achtervel 201 van het absorberende artikel 200, en de verschillende componenten van het vochtmonitoringssysteem 200 worden nu ook getoond. Volgens de uitvoeringsvorm omvat het vochtmonitoringssysteem 100 een vel 101 waarop een sensorsysteem 102 is aangebracht. Met het vel 101 van het vochtmonitoringssysteem 100 zijn twee zijden of oppervlakken 1010, 1011 aangegeven. Men zou een binnenzijde of oppervlak 1010 en een buitenzijde of oppervlak 1011 kunnen herkennen. Het sensorsysteem 102 is op één zijde of oppervlak aangebracht, hier de binnenzijde of oppervlak 1010 van de twee zijden of oppervlakken van het vel 101. De zijde of oppervlak 1010 van het vel 101 waarop het sensorsysteem 102 wordt aangebracht, is de kant of het oppervlak in de richting van het achtervel 201 van het absorberende artikel 200. Samen kunnen dit vel 101 en sensorsysteem 102 ook worden aangeduid als sensorvel

106. Het sensorsysteem 102 wordt bijvoorbeeld bepaald door bedrukte sensoren of meer in het bijzonder een bedrukt detectiepatroon gemaakt van geleidende inkt. Zoals weergegeven in Figuur 2, wordt de afdruk of inkt van het sensorvel 106 hier aangebracht op de zijde of het oppervlak 1010 van het vel 101 in de richting van het absorberende artikel 200, of naar de persoon 300 die het absorberende artikel 200 draagt. Het gebruikte type sensoren zijn vochtsensoren in overeenstemming met de uitvoeringsvorm, hoewel in theorie andere types sensoren ook toepasbaar zouden kunnen zijn. Het vochtmonitoringssysteem 100 omvat verder een meeteenheid 104 die is voorzien van elektrische verbindingen 105 voor het verbinden van deze meeteenheid 104 met het sensorsysteem 102 of b.v. gedrukte sensoren van het sensorblad 106, zodat ‘wat wordt waargenomen' of de sensorgegevens verder kunnen worden geïnterpreteerd door de meeteenheid

104. De meeteenheid 104 heeft samen met zijn elektrische verbindingen 105 afmetingen die passen binnen de opening of ruimte gecreëerd door het sensorvel 106, een daarop aangebracht kleefmiddel 103 en het achtervel 201 van het absorberende artikel 200 waarop het vochtmonitoringssysteem 100 moet worden bevestigd door middel van het kleefmiddel 103. Met andere woorden, de buitenafmetingen van de meeteenheid 104 zijn ontworpen om te passen binnen het oppervlak van oppervlak 1010 van het vel 101. De meeteenheid 104 wanneer gemonteerd op het sensorvel 106 om daarmee te worden verbonden door middel van de elektrische verbindingen 105, bedekt een aanzienlijk deel van het oppervlak van oppervlak 1010 van het vel 101. Bovendien blijft het buitenrandgebied van het oppervlak van oppervlak 1010 onbedekt.

-10- BE2019/5645 Volgens een uitvoeringsvorm is dit buitenrandgebied, of een deel daarvan, voorzien van een kleefmiddel 103 voor het bevestigen of bevestigen van het vochtmonitoringssysteem 100 op het achtervel 201 van het absorberende artikel 200. Voor permanente bevestiging van het vochtmonitoringssysteem 100, lijm of zelfs smeltlijm kan als kleefmiddel worden gebruikt.

Het vochtmonitoringssysteem 100 introduceert indirecte vochtmeting door de vochtsensor of het sensorsysteem 102 te voorzien aan het buitenoppervlak 201 of achtervel van het absorberende artikel 200, en dus niet op of nabij het binnenoppervlak 202 of het bovenvel van de absorberend artikel 200 het dichtst bij de persoon die het absorberende artikel 200 draagt en derhalve logisch resulteert in de meest nauwkeurige metingen. Het principe of de motivatie voor deze indirecte meting - in tegenstelling tot direct, (bijna) in contact met het menselijk lichaam van de persoon - is gebaseerd op het feit dat het achtervelmateriaal tegenwoordig ademend is, waardoor vocht dat zich ophoopt in het absorberende artikel kan doordringen naar de buitenomgeving.

De uitvinding heeft ook betrekking op absorberende artikelen omvattende het vochtmonitoringssysteem zoals hierboven beschreven. Figuur 3 illustreert bovenaanzicht van een absorberend artikel 200 met vochtmonitoringssysteem 100 in overeenstemming met de uitvinding. Het vochtmonitoringssysteem 100 wordt hierbij weergegeven als een strook in de centrale ruimte C en volgens de lengte L van het absorberende artikel 200. Het vochtmonitoringssysteem 100 zelf wordt verder getoond met zijn centrale gebied 1012 en zijn buitenrand 1013 daarop aangegeven. Het vochtmonitoringssysteem 100 weergegeven als langwerpige geprinte sensorstrip meet het vochtpenetratie-effect van het absorberende artikel 200. Door een laag-geleidende geprinte sensor te kiezen voor het sensorsysteem 102, kan de verdampte vloeistof (of urine} van het absorberende artikel 200 effectief worden gemeten. Volgens een uitvoeringsvorm is het basisvel of substraat van de bedrukte sensorstrook gemaakt van materiaal met goede hechtingseigenschappen, in het bijzonder voor gebruik met smeltlijm als kleefmiddel.

In Figuur 4 wordt een afbeelding weergegeven van voorbeelden van sensoren of sensorpatronen 402 die kunnen worden aangebracht in het vochtmonitoringssysteem zoals hierboven beschreven, waardoor indirecte vochtmeting vanuit de buitenste laag van het absorberende artikel mogelijk wordt gemaakt. Volgens een uitvoeringsvorm kunnen de sensoren of sensorpatronen 402 worden

-11- BE2019/5645 afgedrukt als een geregistreerd of als een niet-geregistreerd ontwerp op een folie of vel. Verder kan naast het detectiedeel b.v. gedefinieerd door sensoren of sensorpatronen 402, een identificatiedeel ook op hetzelfde vel worden afgedrukt. Het identificatiedeel kan worden gebruikt om het soort product (bijvoorbeeld sensorstrip voor een luier), de productiebatch, enz. te identificeren. Volgens een uitvoeringsvorm bestaan de sensoren of sensorpatronen en/of het identificatiedeel uit gedrukte geleidende inkt. Volgens een verdere uitvoeringsvorm wordt deze inkt aangebracht door zeefdruk, gravure of flexodruk. Volgens een uitvoeringsvorm is de resulterende velweerstand na het aanbrengen en uitharden van het geleidende materiaal tussen 10 en 100 Qs/vierkant, tussen 99 en 1000 Qs/vierkant, of tussen 999 en 10000 Qs/vierkant.

Volgens een uitvoeringsvorm kan ook niet-geleidende inkt op het sensorvel worden aangebracht. Het nut hiervan is om een afdruk te vermijden met b.v. branding op het achtervelmateriaal. Op deze manier kunnen sensoren en commerciële prints worden gecombineerd in één materiaallaag.

Zoals geïllustreerd in Figuur 6 kunnen volgens een uitvoeringsvorm extra sensoren of een extra sensorpatroon 602 worden toegevoegd aan buitenzijde of oppervlak 1011 van het vel 101. Deze extra sensoren kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt voor lekdetectie wanneer het bandje of de luier begint te lekken. Wanneer lekkage optreedt, zal de omringende omgeving en daarmee het buitenoppervlak gedeelte 1011 van het vel 101 nat worden, hetgeen een significante verandering in de meetwaarde van de sensoren 602 veroorzaakt. Volgens een verdere uitvoering kan het identificatiedeel ook aan de buitenzijde 1011 van het vel 101 worden toegevoegd in plaats van aan de binnenzijde 1010.

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van het vochtmonitoringssysteem op een buitenoppervlak van een absorberend artikel. Onder verwijzing naar Figuur 5, die een stroomdiagram voor de werkwijze 500 voorstelt, en naar de nomenclatuur van vochtmonitoringssysteem 100 en absorberend artikel 200 zoals in Figuur 2 en Figuur 3, worden hier mogelijke verschillende stappen van de werkwijze beschreven. Als een eerste stap 501 wordt een vel 100 verschaft, omvattende een eerste 1010 en een tweede oppervlak 1011. In een tweede stap 502 wordt een sensorsysteem 102 verschaft, b.v. gedrukt op een eerste deel, bijvoorbeeld het centrale gebied 1012, van het eerste oppervlak 1010 van het vel 101. Tijdens een derde stap 503

-12- BE2019/5645 wordt een kleefmiddel 103 aangebracht op een tweede deel, bijvoorbeeld de buitenrand 1013, van het eerste oppervlak 1010 van het vel 101. Volgens een uitvoeringsvorm kan de kleefstof 103 op de laag 101 worden aangebracht om later te worden bevestigd of vastgehecht aan het achtervel 201 van het absorberende artikel 200, of anders, volgens een andere uitvoeringsvorm, kan de kleefstof 103 zijn aangebracht op het achtervel 201 om later te bevestigen aan of te verbinden met het stripvel. In een vierde stap 504 wordt een meeteenheid 104 omvattende elektrische verbindingen 105 gemonteerd op en verbonden met het sensorsysteem 102 door middel van de elektrische verbindingen 105. Als een vijfde stap 505 wordt het kleefmiddel 103, dat is aangebracht op het tweede deel van het vel 101, verbonden met het buitenoppervlak 201 van het absorberende artikel

200. Volgens een uitvoeringsvorm wordt na de vijfde stap 505 ook een verdere stap voorzien gedurende welke het vochtmonitoringssysteem 100 en de periferie errond van of op het absorberende artikel 200 worden bedekt met een deklaag. Volgens een uitvoeringsvorm is het kleefmiddel of de kleefstof een hotmelt materiaal aangebracht met een lijmkop op een flexibel materiaal van het stripvel 101 of op het achtervel 201 van het absorberende artikel 200. Volgens een verdere uitvoeringsvorm hebben de lijmbaantjes van het kleefmiddel 103 een breedte van 3 tot 5 mm, 4 tot 7 mm of 6 tot 10 mm. Volgens een verdere uitvoeringsvorm wordt een marge van 0,5 tot 2 mm, of van 1 tot 5 mm, genomen vanaf de zijkanten van stripvel 101 om lijmartefacten als gevolg van verkeerde uitlijning tussen achtervellaag 201 en stripvel 101 te voorkomen. Onder verwijzing naar Figuur 3, wordt een marge van bijvoorbeeld 2 mm genomen vanaf de boord van de buitenrand 1013, waarop geen lijm of kleefstof wordt aangebracht. Verder weg van de rand (dan deze 2 mm) wordt vervolgens lijm aangebracht, nog steeds in de buitenrand 1013.

Volgens een uitvoeringsvorm heeft het sensorvel 106 een typische breedte van maximaal 70 mm, typisch 60 mm en minimaal 10 mm. De werkwijze voor het toepassen van het vochtmonitoringssysteem met sensorsysteem, meer in het bijzonder de stap van het verbinden van een meeteenheid die elektrische verbindingen omvat met het sensorsysteem door middel van de elektrische verbindingen, resulteert niet alleen in een elektrische verbinding maar leidt bovendien tot een mechanische stabiele verbinding van de

-13- BE2019/5645 afzonderlijke delen. Dit is inherent het gevolg van het ontwerp van het vochtmonitoringssysteem, waarbij de ruimte die is gevuld met de meeteenheid en mooi is gesloten aan de randen met de lijm, verschijnt als een soort buideltje of zakje.

Het vochtmonitoringssysteem volgens de uitvinding, zoals beschreven, kan worden opgemerkt door zijn eenvoudige ontwerp en gemakkelijke manier van aanbrengen of gebruik in verband met een absorberend artikel. Verder kan met dit vochtmonitoringssysteem gemakkelijk daarna worden gerecycled, omdat alle elektronica en slimme delen van het systeem samen zijn verpakt en gemakkelijk te demonteren zijn.

De vochtvolumemetingsmethode wordt nu verder beschreven met Figuur 7. Het laat zien hoe men een omgekeerd aangelegde spanning, ook wel differentiaal genoemd, over de weerstandvochtsensor kan bereiken door alleen positieve vierkante golven toe te passen naar de sensoropstelling toe. Met andere woorden, de vochtvolumemeting wordt uitgevoerd door middel van een zogenaamde differentiële meetbenadering om elektrische polarisatie te voorkomen van de contaminatie of meer in het bijzonder van de contaminerende stof, b.v. urine, binnen (of zelfs buiten) het absorberende artikel. De differentiaalmeetbenadering is gebaseerd op de toepassing van een differentiaal- of complementaire spanning over twee afzonderlijke punten in een elektrisch circuit zoals bekend in de techniek. Het meetcircuit van Figuur 7 vertegenwoordigt een weerstandvochtsensor met weerstand Rmoist en een referentieweerstand met weerstand Rref. De weerstand van vocht Rmoist wordt gemeten door een analoog-naar-digitaal omzetter (ADC) met behulp van een conventionele spanningsdeler (zoals bekend in de techniek) waarbij de referentieweerstand met weerstand Rref constant blijft. De weerstand van de vochtsensor zal afhangen van het vochtvolume, of anders de contaminatie die een zekere mate van verzadiging van het absorberende artikel aangeeft. Gedurende de helft van de periode is spanning V1 (bijv. + 5V) hoog en spanning V2 laag (bijv. OV) zodat de spanning over Rmoist: Rmoist Rmoist Vrmoist = Rmoist + Rref (V1 —V2)= Rmoist + Rref 5V

-14- BE2019/5645 Gedurende de andere helft van de periode is spanning V1 (bijv. OV) laag en spanning V2 is hoog (bijv.

+ 5V) zodat de spanning over Rmoist is: Vamos = SP vz) = Pat 5) Rmoist + Rref Rmoist + Rref Dit geeft ons weer een negatieve spanningswaarde, ook aangeduid als differentiaal signaal over de klemmen van Rmoist om polarisatie te voorkomen, zoals verder beschreven in octrooiaanvrage wO2018/229280 A1 van dezelfde aanvrager.

Figuur 8 laat zien hoe een slim incontinentieproduct 800, 801, 802 in het echte leven kan worden gebruikt in een verpleeginstelling. In feite worden drie verschillende soorten slimme incontinentieproducten 800, 801, 803 getoond. De collectie 803 is de voorraad van alle slimme incontinentieproducten 800, 801, 802. De producten 800, 801, 802 kunnen worden gebruikt door gebruikers 805, die allemaal een smart incontinentieproduct 800, 801, 802 dragen en een elektronische meetmodule 804 daaraan hebben bevestigd. Deze meetmodule 804 verzendt de gemeten gegevens draadloos naar een centraal verwerkingssysteem 806, dat de cloud kan zijn, of een lokale server kan zijn, of anders een combinatie van een lokale server en de cloud, enz. De gemeten gegevens kunnen omvatten: e Productidentificatie: het product is geïdentificeerd en dus weten we welk product 800, 801, 802 het is om de voorraad 803 automatisch aan te passen, om het bestellen en aanvullen van producten gemakkelijker te maken en om handmatige voorraadtelling te vermijden. Identificatiegegevens zijn afkomstig van het identificatiegedeelte van het stripvel.

e Urinecontaminatie: om te bepalen wanneer en hoe een product verzadigd is. Met behulp van deze gegevens kunnen zorgverleners het optimale moment identificeren om een incontinentieproduct te vervangen om lekkages te verhelpen. Verder kan worden vastgesteld of de drager van het product op het juiste moment het juiste product gebruikt door het moment te bekijken waarop een product wordt gewijzigd en de resterende capaciteit van het product. Urinecontaminatiegegevens zijn afkomstig van de sensoren aan de binnenzijde van het stripvel.

-15- BE2019/5645 e Lekdetectie: wanneer een incontinentieproduct begint te lekken, wordt een vlag ingesteld om een onmiddellijke actie van de zorgverleners te activeren en huidirritatie en andere nadelige en ongemakkelijke problemen in verband met lekkend incontinentiemateriaal te vermijden. Lekkagegegevens zijn afkomstig van de sensoren aan de buitenzijde van het stripvel.

Vanuit het centrale verwerkingssysteem 806 worden de verwerkte gemeten gegevens vervolgens verzonden naar een uitvoersysteem 807, 808 zoals bijvoorbeeld een gebruikersinterface 807, b.v.

een tablet of smartphone voor een verpleegkundige of een managementapplicatie 808 voor rapportage.

Claims

-16- BE2019/5645 CONCLUSIES

1. Een vochtmonitoringssysteem (100) voor een absorberend artikel (200) aan te brengen aan een buitenoppervlak (201) van het absorberend artikel (200), volgens zijn lengte (L), omvattende - een vel (101) omvattende een eerste oppervlak (1010) en een tweede oppervlak (1011); - een sensorsysteem (102) omvattende gedrukte sensoren omvattende een geleidend circuit en een langwerpig patroon, aangebracht op een eerste deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101); en - een meeteenheid (104) omvattende elektrische verbindingen (105) die het sensorsysteem (102) verbinden met de meeteenheid (104).

2. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 1, verder omvattende een kleefmiddel (103) om aan te brengen op een tweede deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101), voor het bevestigen van het vochtmonitoringssysteem (100) op het absorberend artikel (200).

3. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 1 of 2, waarbij het sensorsysteem (102) vochtsensoren omvat.

4. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 2 of 3, waarbij het eerste deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101) zich in het centrale gebied (1012) van het eerste oppervlak (1010) bevindt, en/of het tweede deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101) zich aan de buitenrand (1013) van het eerste oppervlak (1010) bevindt.

5. Het vochtmonitoringssysteem (100) van conclusie 2 tot 4, waarbij het kleefmiddel (103) hete smeltlijm omvat.

6. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 1 tot 5, waarbij de meeteenheid (104) afmetingen heeft om te passen binnen het eerste oppervlak (1010) van het vel (101), bij voorkeur binnen het centrale gebied (1012) van het eerste oppervlak (1010).

7. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 1 tot 6, waarbij de meeteenheid (104) ten minste een deel van het centrale gebied (1012) van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101) bedekt, waarbij het sensorsysteem (102) wordt bedekt waarmee het wordt verbonden door middel van de elektrische verbindingen (105).

-17- BE2019/5645

8. Het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 1 tot 7, waarbij het vel PE, PP of PET omvat.

9. Een absorberend artikel (200) omvattende een buitenoppervlak (201) en daaraan bevestigd een vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 2 tot 8.

10. Het absorberend artikel (200) volgens conclusie 9, waarbij het kleefmiddel (103) ten minste voor een deel wordt aangebracht op het tweede deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101) welke zich aan de buitenrand (1013) van het eerste oppervlak (1010) bevindt, het absorberend artikel hierdoor omvattende een zakje (107) waarin de meeteenheid (104) wordt ingekapseld.

11. Het absorberend artikel (200) volgens conclusie 9 of 10, bijvoorbeeld een luier, incontinentiekussen, maandverband of doek en/of ander hygiënisch doek of soortgelijk hygiëneproduct.

12. Een werkwijze voor het aanbrengen van het vochtmonitoringssysteem (100) volgens conclusie 2 tot 8 op een buitenoppervlak (201) van een absorberend artikel (200), volgens zijn lengte (L), omvattende de stappen van (i) het verschaffen van een vel (100) omvattende een eerste oppervlal (1010) en een tweede oppervlak (1011); (ii) het verschaffen van een sensorsysteem (102) omvattende een gedrukt geleidend circuit op een eerste deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101); (iii) het aanbrengen van een kleefmiddel (103) op een tweede deel van het eerste oppervlak (1010) van het vel (101); (iv) het verbinden van een meeteenheid (104) omvattende elektrische verbindingen (105) met het sensorsysteem (102) door middel van de elektrische verbindingen (105); (v) het verbinden van het kleefmiddel (103) met het buitenoppervlak (201) van het absorberend artikel (200).

13. De werkwijze volgens conclusie 12, verder omvattende de stap van (vi) het bedekken van het vochtmonitoringssysteem (100) en haar periferie van het absorberende artikel (200) met een deklaag.