BE1011846A6

BE1011846A6 - Verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, alsmede werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk verloopstuk.

Info

Publication number: BE1011846A6
Application number: BE9800222A
Authority: BE
Original assignee: Gema Besloten Vennootschap Met
Priority date: 1998-03-20
Filing date: 1998-03-20
Publication date: 2000-02-01

Abstract

Verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, daardoor gekenmerkt dat het bestaat in de combinatie van minstens een eerste buisvormig deel (2); een aan één uiteinde (3) van dit eerste buisvormige deel (2) aanwezig dekselvormig deel (4); en een in dit dekselvormig deel (4) aangebracht tweede buisvormig deel (5) met een diameter (D2) die kleiner is dan de diameter (D1) van het eerste buisvormige deel (2).

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, alsmede werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk verloopstuk. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, met andere woorden een overgangsstuk waarmee een verbinding kan worden gemaakt tussen buizen van verschillende diameter. Tevens heeft zij betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk verloopstuk. 



  Meer speciaal heeft zij betrekking op een verloopstuk uit PVC. 



  In eerste instantie betreft het een verloopstuk dat bedoeld is om te worden aangewend in een afvoerleiding om afvalwater en dergelijke naar een riolering, sterfput, verzamelbekken of dergelijke te leiden. Meer algemeen echter kan het verloopstuk volgens de uitvinding ook in andere leidingsystemen worden toegepast. 



  De tot op heden bekende verloopstukken worden eendelig gespoten uit kunststof. Een nadeel bij de vervaardiging van dergelijke verloopstukken bestaat erin dat dure matrijzen vereist zijn. Bovendien is voor iedere verschillende maat een andere matrijs noodzakelijk. Ook bij een wijziging in maatvoering dienen al deze matrijzen te worden vervangen. 



  De uitvinding beoogt een verloopstuk dat op een bijzondere wijze is samengesteld. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 In het bijzonder beoogt zij een verloopstuk dat door zijn typische aard van opbouw het voordeel biedt dat, bij de fabricage ervan, de voornoemde nadelen worden uitgesloten. 



  Hiertoe betreft de uitvinding een verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, daardoor gekenmerkt dat het bestaat in de combinatie van minstens een eerste buisvormig deel ; een aan   één   uiteinde van dit eerste buisvormige deel aanwezig dekselvormig deel ; en een in dit dekselvormige deel aangebracht tweede buisvormig deel met een diameter die kleiner is dan de diameter van het eerste buisvormige deel. Bij voorkeur bestaan de voornoemde drie delen hierbij uit afzonderlijk vervaardigde elementen die onderling met elkaar zijn verbonden. 



  Doordat met afzonderlijke buisvormige delen en een afzonderlijk dekselvormig deel wordt gewerkt, kan het verloopstuk worden samengesteld uit delen die op zieh verkrijgbaar zijn in de handel, waardoor geen noodzaak bestaat aan specifieke matrijzen voor het verloopstuk. Zelfs in het geval dat de voornoemde drie delen afzonderlijk in het speciaal daartoe bedachte matrijzen worden vervaardigd, zijn hiertoe geen complexe en dure matrijzen noodzakelijk. 



  Het tweede buisvormige deel is bij voorkeur excentrisch in het dekselvormige deel aangebracht. De axiale richtingen van de buisvormige delen zijn bij voorkeur wel parallel aan elkaar. 



  In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm zit het tweede buisvormige deel in het dekselvormige deel gevat in een uit het vlak van het dekselvormige deel gebogen kraagvormig 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 gedeelte, dat bij voorkeur naar binnen, dus in de richting van het eerste buisvormige deel is gebogen. 



  Het is duidelijk dat een als dusdanig gevormd verloopstuk door middel van mechanische constructietechnieken kan worden verwezenlijkt, waardoor dergelijk verloopstuk, vooral voor kleine series, merkelijk goedkoper kan worden gerealiseerd dan dit het geval is wanneer een matrijs wordt aangewend. Bovendien kunnen eenvoudig wijzigingen worden voorzien in functie van de toepassing van het verloopstuk. 



  Volgens de uitvinding wordt voor het vervaardigen van het verloopstuk bij voorkeur een werkwijze toegepast die bestaat uit, in een willekeurige volgorde, het aanbrengen van een dekselvormig deel op een uiteinde van een eerste buisvormig deel en het in het dekselvormige deel aanbrengen van een tweede buisvormig deel, waarbij het tweede buisvormige deel in het dekselvormige deel wordt bevestigd door het aanbrengen van een opening in het dekselvormige deel ; het vormen van een naar binnen gebogen wandgedeelte aan de rand van de voornoemde opening ; en het in het naar binnen gebogen wandgedeelte aanbrengen van het tweede buisvormige deel, door middel van een thermische las of een andere verbinding. 



  Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, is hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een verloopstuk volgens de uitvinding in perspectief weergeeft ; figuur 2 het verloopstuk van figuur 1 in zijaanzicht weergeeft ; 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 figuur 3 het verloopstuk van figuur 1 in bovenaanzicht weergeeft ; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3, in een mogelijke gebruiksstand ; figuur 5 een doorsnede weergeeft zoals in figuur 4, in uiteengenomen toestand. 



  Zoals weergegeven in de figuren bestaat het verloopstuk 1 volgens de uitvinding in de combinatie van minstens een eerste buisvormig deel   2 ;   een aan   één   uiteinde 3 van dit eerste buisvormige deel 2 aangebracht dekselvormig deel   4 ;   en een in dit dekselvormig deel 4 aangebracht tweede buisvormig deel 5 met een diameter D2 die kleiner is dan de diameter Dl van het eerste buisvormige deel 2. 



  Zoals zichtbaar in de figuren, in het bijzonder de figuren 4 en 5, bestaan de delen 2,4 en 5 bij voorkeur uit afzonderlijk vervaardigde elementen die onderling met elkaar zijn verbonden. 



  Het tweede buisvormige deel 5 is excentrisch in het dekselvormige deel 4 aangebracht. De axiale richtingen Al en A2 van de buisvormige delen, respectievelijk 2 en 5, strekken zieh evenwel parallel aan elkaar uit. Volgens een niet weergegeven variante kunnen deze ook onder een hoek verlopen, met andere woorden is het tweede buisvormige deel 5 dan schuin ingeplant ten opzichte van het eerste buisvormige deel 2 en het dekselvormige deel 4. 



  Het tweede buisvormige deel 5 zit in het dekselvormige deel 4 gevat in een uit het vlak van dit deel 4 gebogen kraagvormig gedeelte 6, dat, zoals weergegeven in figuur 4, bij voorkeur naar binnen, dus in de richting van het eerste buisvormige deel 5 is gebogen. Hierbij is het buisvormige 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 deel 5 in het kraagvormige gedeelte 6 bevestigd door middel van een thermische las 7, of volgens een variante door middel van een sluitende klemverbinding of een lijmverbinding, of een combinatie van deze of andere verbindingstechnieken. 



  De vrije uiteinden 8 en 9 van de buisvormige delen 2 en 5 zijn uitgevoerd in de vorm van of zijn voorzien van koppeldelen 10 en 11. In het weergegeven voorbeeld bestaat het koppeldeel 10 uit een zitting die toelaat dat een buis 12 met haar uiteinde in deze zitting kan worden gebracht en die in dit geval gevormd is door een uitzetting van het uiteinde 8. Het koppeldeel 11 bestaat eveneens uit een zitting waarin een buis 13 kan worden aangebracht, die in dit geval is voorzien van een dichtingsring 14. 



  Het is duidelijk dat volgens een variante ook andere koppeldelen kunnen worden voorzien dan de in de figuren weergegeven koppeldelen 10 en 11. Zo bijvoorbeeld kan zulk koppeldeel ook bestaan uit een eenvoudig recht buisdeel dat in een koppeldeel van een buis kan worden geschoven. 



  In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm zal, zoals dit het geval is in het weergegeven voorbeeld, het vrije uiteinde van het tweede buisvormige deel 5, met andere woorden het koppeldeel 11, zijn uitgevoerd in de vorm van een koppelstuk met een kraag 15 waarin de betreffende dichtingsring 14 is aangebracht en is het buisvormige deel 5 zodanig in het dekselvormige deel 4 gemonteerd dat de voornoemde kraag 15 zieh onmiddellijk boven het deel 4 bevindt. 



  Het dekselvormige deel 4 vertoont een vlakke eindwand 16, en is verder voorzien van een rand 17, waarmee het deel 4 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 over het eerste buisvormige deel 2 is aangebracht. De rand 17 staat loodrecht op de eindwand 16. 



  Het dekselvormige deel 4 is bij de voornoemde rand 17 aan het eerste buisvormige deel 2 bevestigd door middel van een verbinding 18, zoals een thermische las en/of klemverbinding en/of een lijmverbinding. 



  Het is duidelijk dat de buisvormige delen 2 en 5 met willekeurige diameters Dl en D2 kunnen worden verwezenlijkt. 



  De uitvinding laat toe dat gemakkelijke verloopstukken 1 kunnen worden gerealiseerd, zelfs indien de diameters Dl en D2 vrij veel van elkaar afwijken. Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding, zal het verloopstuk 1 bij voorkeur dan ook met diameters D1 en D2 verwezenlijkt zijn, waarbij de verhouding D1 op D2 groter is dan of gelijk is aan 1, 4.

   Meer speciaal nog zal, volgens een bijzonder aspect van de uitvinding, het verloopstuk 1 qua afmetingen, enerzijds, van de diameter D1 van het eerste buisvormige deel 2, en, anderzijds, van de diameter D2 van het bijhorende tweede buisvormige deel 5, beantwoorden aan één van de waarden uit volgende reeks : diameter Dl = 250 mm en bijhorende diameter D2 = 160 mm diameter Dl = 250 mm en bijhorende diameter D2 = 125 mm diameter Dl = 250 mm en bijhorende diameter D2 = 110 mm diameter Dl = 315 mm en bijhorende diameter D2 = 200 mm diameter Dl = 315 mm en bijhorende diameter D2 = 160 mm diameter Dl = 315 mm en bijhorende diameter D2 = 125 mm diameter Dl = 315 mm en bijhorende diameter D2 = 110 mm diameter Dl = 400 mm en bijhorende diameter D2 = 200 mm 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 Het gebruik van het verloopstuk 1 kan duidelijk uit figuur 4 worden afgeleid.

   Het verloopstuk 1 wordt met het koppeldeel 10 aangesloten aan het uiteinde van de buis 12, of enig ander cilindrisch element, terwijl dit met het koppeldeel 11 wordt aangesloten op een buis 13, of op enig ander cilindrisch element van gepaste diameter. 



  In figuur 4 is een klassieke gebruikspositie weergegeven, doch het is duidelijk dat het verloopstuk 1 in alle mogelijke toepassingen en posities kan worden aangewend. 



  Zoals weergegeven in figuur 5 wordt het verloopstuk 1 vervaardigd door uit te gaan van hoofdzakelijk drie delen, respectievelijk de buisvormige delen 2 en 5 die van koppeldelen 10 en 11 zijn voorzien, en het dekselvormige deel 4. 



  Het tweede buisvormige deel 5 wordt in het dekselvormige deel 4 gemonteerd door eerst in het dekselvormige deel 4 een opening 19 aan te brengen, bijvoorbeeld door het uitsnijden of wegzagen van een gedeelte uit de eindwand 16 ; het vormen van een naar binnen gebogen wandgedeelte, met andere woorden het voornoemde kraagvormige gedeelte 6, aan de rand 20 van de opening 19 en het in het naar binnen gebogen gedeelte 6 aanbrengen en bevestigen van het tweede buisvormige deel 5, door middel van een thermische las 7 of een andere verbinding.

   Het naar binnen buigen van het gedeelte 6 kan eventueel gelijktijdig gebeuren met het aanbrengen van het buisvormige deel 5, bijvoorbeeld door de eindwand 16 nabij de rand 20 op te warmen tot een temperatuur waarbij het materiaal plastisch wordt en vervolgens het buisvormige deel 5 in de opening 19 te drukken, zodanig dat de rand 20 naar binnen gebogen wordt. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijk verloopstuk   1,   alsmede de werkwijze voor het vervaardigen ervan, kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. 



  Zo is het bijvoorbeeld niet uitgesloten om gebruik te maken van een dekselvormig deel 4 met een rand 17 die een relatief grote axiale lengte vertoont, zodanig dat deze rand 17 als eerste buisvormig deel 2 fungeert. 



  Ook is het niet uitgesloten om een dekselvormig deel 4 aan te wenden dat op het voornoemde uiteinde 3 wordt vastgeschroefd.

Claims

Conclusies.

1. - Verloopstuk uit kunststof voor afvoerleidingen en dergelijke, daardoor gekenmerkt dat het bestaat in de combinatie van minstens een eerste buisvormig deel (2) ; een aan een uiteinde (3) van dit eerste buisvormige deel (2) aanwezig dekselvormig deel (4) ; en een in dit dekselvormig deel (4) aangebracht tweede buisvormig deel (5) met een diameter (D2) die kleiner is dan de diameter (dol) van het eerste buisvormige deel (2).

2.-Verloopstuk volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde drie delen (2-4-5) bestaan uit afzonderlijk vervaardigde elementen die onderling met elkaar zijn verbonden.

3.-Verloopstuk volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het tweede buisvormige deel (5) excentrisch in het dekselvormige deel (4) is aangebracht.

4.-Verloopstuk volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de axiale richtingen (A1-A2) van de buisvormige delen (2-5) zieh parallel aan elkaar uitstrekken.

5. - verloopstuk volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het tweede buisvormige deel (5) in het dekselvormige deel (4) gevat zit in een uit het vlak van het dekselvormige deel (4) gebogen kraagvormig gedeelte (6), dat bij voorkeur naar binnen, dus in de richting van het eerste buisvormige deel (2) is gericht. <Desc/Clms Page number 10>

6.-Verloopstuk volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat het tweede buisvormige deel (5) in het kraagvormige gedeelte (6) is bevestigd door middel van een thermische las (7) en/of een klemverbinding en/of een lijmverbinding.

7.-Verloopstuk volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de vrije uiteinden van de buisvormige delen (2-5) zijn uitgevoerd in de vorm van koppeldelen (10-11), die onderling al dan niet van verschillende aard zijn en hetzij bestaan uit een eenvoudig recht buisdeel dat in een koppeldeel van een daarop aansluitende buis kan worden geschoven, hetzij bestaan uit een zitting waarin het uiteinde van een buis (12-13) kan worden aangebracht, welke zitting al dan niet is voorzien van een dichtingsring (14).

8.-Verloopstuk volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het vrije uiteinde van het tweede buisvormige deel (5) is uitgevoerd in de vorm van een koppeldeel (11) met een kraag (15) waarin een dichtingsring (14) is aangebracht en dat de voornoemde kraag (15) zieh onmiddellijk boven het dekselvormige deel (4) bevindt.

9.-Verloopstuk volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het dekselvormige deel (4) een vlakke eindwand (16) definieert.

10.-Verloopstuk volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het dekselvormige deel (4) is voorzien van een rand (17) waarmee dit over het eerste buisvormige deel (2) is aangebracht.

11.-Verloopstuk volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat het dekselvormige deel (4) bij de voornoemde rand (17) <Desc/Clms Page number 11> aan het eerste buisvormige deel (2) is bevestigd door middel van een thermische las en/of klemming en/of een lijmverbinding.

12.-Verloopstuk volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de verhouding van de diameters D1/D2, waarin Dl de diameter is van het eerste buisvormige deel (2) en D2 de diameter is van het tweede buisvormige deel (5), gelijk is aan of groter is dan"1, 4".

13.-Verloopstuk volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat dit qua afmetingen, enerzijds, van de diameter (dol) van het eerste buisvormige deel (2), en, anderzijds, van de diameter (D2) van het bijhorende tweede buisvormige deel (5), beantwoordt aan een van de gegevens uit volgende reeks : eerste deel 250 mm en tweede deel 160 mm ; eerste deel 250 mm en tweede deel 125 mm ; EMI11.1 eerste deel 250 mm en tweede deel 110 mm eerste deel 315 mm en tweede deel 200 mm eerste deel 315 mm en tweede deel 160 mm ; eerste deel 315 mm en tweede deel 125 mm ; eerste deel 315 mm en tweede deel 110 mm ; eerste deel 400 mm en tweede deel 200 mm.

14.-Werkwijze voor het vervaardigen van een verloopstuk volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit, in een willekeurige volgorde, het aanbrengen van een dekselvormig deel (4) op een uiteinde (3) van een eerste buisvormig deel (2) en het in het dekselvormige deel (4) aanbrengen van een tweede buisvormig deel (5), waarbij het tweede buisvormige deel (5) in het dekselvormige deel (4) wordt bevestigd door het <Desc/Clms Page number 12> aanbrengen van een opening (19) in het dekselvormige deel (4), het vormen van een naar binnen gebogen gedeelte (6) aan de rand (20) van de voornoemde opening (19) en het in het naar binnen gebogen gedeelte (6) aanbrengen en bevestigen van het tweede buisvormige deel (5), door middel van een thermische las (7) of een andere verbinding.