BE1011278A3 - Versterkte breistructuur omvattende metaalvezels. - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een inslag-gebreide textielstructuur omvattende roestvast stalen vezelbundels, waarbij een vesterkend multifilament inleggaren met een titer van minder dan 180 Tex volgens een regelmatig patroon in de textielstructuur is ingewerkt. Het inleggaren is bijvoorbeeld een multifilament roestvast stalen garen, of een multifilament glasvezelgaren. Verder heeft de uitvinding eveneens betrekking op het gebruik van een dergelijke textielstructuur voor het bekleden van matrijzen, temper- of persringen welke aangewend worden bij de vormgeving van glasplaten, of voor het bekleden van de transportmiddelen waarmee glasplaten verplaatst worden tijdens het vormgevingsproces.

Description

VERSTERKTE BRE1STRUCTUUR OMVATTENDE METAALVEZELS

De uitvinding heeft betrekking op een gebreide textielstructuur omvattende metaalvezelbundels, en waarin een versterkend multifilament inleggeren is ingewerkt.

Gebreide structuren welke metaalvezelbundels omvatten, worden beschreven in de PCT octrooiaanvraag WO 97/04152 van aanvraagster, en worden aangewend in diverse toepassingsdomeinen.

Deze breisels zijn vrij zwaar ten gevolge van het groot soortelijk gewicht van de roestvaste staalvezels waaruit ze zijn opgebouwd. Dit is zeker het geval indien de breisels versterkt zijn met een inleggaren dat van hetzelfde type is als het breigaren. Het groot eigen gewicht van deze breisels kan leiden tot een zekere doorzakking bij het gebruik ervan als bekleding van diverse dragers. Dit betekent dat de breisels niet steeds even nauw blijven aansluiten op de contactvormende (min of meer horizontale) dragers. Voor bepaalde toepassingen vormt dit een belangrijk nadeel.

Het inwerken van een conventioneel, relatief dik inleggaren leidt noodzakelijk tot een breisel met relatief grote steken. Voor vele toepassingen is er evenwel nood aan een inleg-versterkte breistructuur met kleine steken. Dit vereist echter hoge delingen bij het breien, hetgeen niet mogelijk is indien een conventioneel inleggaren in de gebreide structuur wordt ingewerkt. Verder bestaat er bij de vervaardiging van een dergelijk versterkt breisel een reële kans op breifouten en schade aan de breimachine.

De uitvinding heeft tot doel een versterkte, relatief lichte, gebreide textielstructuur te verschaffen welke metaalvezelbundels omvat, en tegemoet komt aan het vermijden van de hoger beschreven nadelen van de conventioneel versterkte metaalbreisels.

Meer bepaald verschaft de uitvinding een inslag-gebreide textielstructuur omvattende roestvast stalen vezelbundels, waarbij een versterkend multifilament inleggaren met een titer van minder dan 180 Tex volgens een regelmatig patroon in de textielstructuur is ingewerkt.

De metaalvezels (bijvoorbeeld uit een type staal uit de AISI 300 of 400 reeks, Fecralloy®, Aluchrome®, of Nicralloy®) welke vervat zijn in de textielstructuur volgens de vinding, kunnen verkregen worden door het afschaven van de koprand van een gewikkelde folie, zoals beschreven in het octrooi US 4930199, of door de techniek van gebundeld trekken, zoals bijvoorbeeld beschreven in het octrooi US 3379000. De metaalvezels hebben een equivalente diameter welke begrepen is tussen 2 en 100 pm, bij voorkeur tussen 2 en 40 pm. De equivalente diameter wordt hierbij gedetineerd als de diameter van een fictieve ronde vezel met dezelfde dwarse doorsnede als deze van de beschouwde reële vezel.

Het multifilament inleggaren dat in de gebreide textielstructuur volgens de vinding wordt ingewerkt, kan een multifilament metaal- of glasgaren zijn, bestaande uit 30 tot 300 filamenten.

Het inleggaren is aldus bijvoorbeeld een Bekinox® VN continu garen, dat opgebouwd is uit 70 tot 300 roestvast stalen filamenten met een equivalente diameter van 2 tot 30 pm. Het gewichtsaandeel van het inleggaren in de textielstructuur bedraagt typisch minder dan 35 %.

In een andere uitvoeringsvorm kan een multifilament glasvezel inleggaren in de textielstructuur worden ingewerkt, dat bijvoorbeeld opgebouwd is uit E of C type glasvezels met een diameter van 7 of 9 pm. Gemiddeld omvat dergelijk glasgaren 30 tot 150 filamenten. Zo bestaat een multifilament glasvezelgaren bijvoorbeeld uit 2 enkelgarens, welke elk 22 C-glas filamenten omvatten met een diameter van 7 pm, en welke rond mekaar getwijnd zijn. Het gewichtsaandeel van het inleggaren in de textielstructuur bedraagt minder dan 25 %.

Het eerder vermelde probleem van doorzakking van de textielstructuur wordt aldus opgelost door het aanwenden van een relatief licht inleggaren, dat leidt tot een kleiner eigen gewicht van het breisel, en dat de rekbaarheid van de textielstructuur in de inslagrichting beperkt. Dit is voor vele toepassingen een zeer gunstig gegeven, onder meer voor de aanwending van de textielstructuur als bekleding van draagstructuren welke aangewend worden bij het vormgevingsproces van glasplaten, bijvoorbeeld autoruiten, zoals verder zal worden toegelicht.

Een multifilament inleggaren is bovendien sterker dan een conventioneel, gesponnen inleggaren van dezelfde dikte, zodat met een dunner inleggaren een breisel verkregen wordt dat minstens even sterk is.

Bovendien verhindert een dunner inleggaren minder de steekvorming, zodat bij dezelfde delingen een fijner breisel (met kleinere steken) kan verkregen worden ten opzichte van het overeenkomstige, conventioneel versterkte produkt. Verder laat een dunner inleggaren ook toe om versterkte breisels te vervaardigen met hogere delingen dan conventioneel mogelijk is.

De inslag-gebreide textieistructuur volgens de vinding is vlak of circulair gebreid, en gemakkelijk vervormbaar. De textielstructuur heeft een gewicht dat begrepen is tussen 600 en 2000 g/m2. De luchtdoorlaatbaarheid ervan bedraagt meer dan 400 L/dm2/min bij een drukval van 100 Pa.

Voorbeeld

Inslag-gebreide textielstructuur als bekleding van draag- of vormgevings-structuren welke contact maken met glasplaten tijdens het vormgevingsproces.

Conventioneel worden veelvuldig glasvezeldoeken aangewend bij de fabricage en de vormgeving van autoruiten, bijvoorbeeld ter bekleding van matrijzen, temper- en persringen, glastransportmiddelen, enz. Deze doeken zijn evenwel maar weinig slijtagebestendig, en leiden tot een mindere optische kwaliteit van het gevormde glas.

Ook het gebruik van gebreide metaalvezelomvattende structuren is gekend voor deze toepassing. In de PCT octrooiaanvraag WO 94/01373 van aanvraagster worden bijvoorbeeld heterogeen gebreide doeken beschreven welke al dan niet versterkt zijn met een additioneel inleggaren dat van hetzelfde type is als het breigaren.

Deze conventionele, zware gebreide doeken vertonen het nadeel dat ze tijdens gebruik enigszins doorzakken onder invloed van hun eigen gewicht. De oorzaken hiervan zijn dat de vezels enige sterkte verliezen bij de hoge temperaturen, en dat bij elke persing van het glas de bekleding aan een lichte trek wordt onderworpen, en enige metaalvezels aan het glas blijven kleven.

Voor de in dit voorbeeld beoogde toepassing is het echter van het grootste belang dat de gebreide bekledingen steeds nauw blijven aansluiten aan de onder- of bovenliggende contactvormende draagstructuur, om aldus dimensie-veranderingen, defecten in het glas, en obstructies van de produktielijn van het glasvormgevingsproces te vermijden.

Als concreet voorbeeld van een inslag-gebreide textielstructuur volgens de vinding welke kan worden ingezet voor de hier beoogde toepassing, werd een circulaire gebreide structuur vervaardigd uit roestvast staal van het AISI type 316L, versterkt met een muttifilament Bekinox® VN continu garen met een titer van 110 Tex, omvattende 90 filamenten met een gemiddelde equivalente diameter van 14 pm. Het gewicht van deze gebreide textielstructuur bedraagt 1685 g/m2. De luchtdoorlaatbaarheid ervan bedraagt 540 L/min/dm2 bij een drukval van 100 Pa. Het gewichteaandeel van het multifilament inleggaren in de textielstructuur bedraagt 32 %.

Door het aanwenden van een dunner inleggaren, is het eigen gewicht van het breisel kleiner, zodat het breisel minder of helemaal niet zal doorzakken.

Het aanwenden van een dunner inleggaren laat toe breisels te vervaardigen met kleinere steken en/of hogere delingen, hetgeen leidt tot betere optische eigenschappen van het gevormde glas. Niettegenstaande deze kleinere steken, blijft het breisel toch voldoende luchtdoorlaatbaar.

Verder zijn gebreide textielstructuren waarin een inleggaren is ingewerkt breder dan textielstructuren zonder inleggaren, hetgeen toelaat om grotere glasplaten, in het bijzonder autoruiten te vormen van optisch zeer goede kwaliteit.

Claims (12)

1 Inslag-gebreide textielstructuur omvattende roestvast stalen vezel- bundels, met het kenmerk dat een versterkend multifilament inleggaren met een titer van minder dan 180 Tex volgens een regelmatig patroon in de textielstructuur is ingewerkt.

2 Textielstructuur volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de textieistructuur vlak of circulair gebreid is.

3 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij het gewicht van de textielstructuur begrepen is tussen 600 en 2000 g/m2.

4 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij de luchtdooriaatbaarheid van de textielstructuur meer dan 400 L/dm2/min bedraagt bij een drukval van 100 Pa.

5 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij de vezelbundels vezels omvatten met een equivalente diameter welke begrepen is tussen 2 en 100 pm.

6 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij de metaalvezelbundels vezels omvatten met een equivalente diameter welke begrepen is tussen 2 en 40 pm.

7 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij het multifilament garen opgebouwd is uit gemiddeld 30 tot 300 filamenten.

8 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij het inleggaren een multifilament roestvast stalen garen is.

9 Textielstructuur volgens conclusie 8, met het kenmerk dat het gewichtsaandeel van het inleggaren in de textielstructuur minder dan 35 % bedraagt.

10 Textielstructuur volgens conclusie 1, waarbij het inleggaren een glasvezelgaren is.

11 Textielstructuur volgens conclusie 10, met het kenmerk dat het gewichtsaandeel van het inleggaren in de textielstructuur minder dan 25 % bedraagt.

12 Gebruik van een textielstructuur volgens conclusie 1 voor het bekleden van matrijzen, temper- of persringen welke aangewend worden bij de vormgeving van glasplaten, of voor het bekleden van de transportmiddelen waarmee glasplaten verplaatst worden tijdens het vormgevingsproces.