<Desc/Clms Page number 1>
Schoenzool en schoen voorzien van een dergelijke zoot.
De uitvinding heeft betrekking op een steun voor een voetgewelf
Volgens de huidige stand van techniek wordt een dergelijke steun of steunzool, om de voet zo goed mogelijk te ondersteunen, manueel op maat vervaardigd. Dit is een omslachtige procedure, waarbij bijvoorbeeld eerst een afdruk van een voet dient gemaakt te worden. Bovendien is het vervaardigen van deze steun zeer arbeidsintensief en wordt, naast veel ervaring, veel handvaardigheid vereist om tot goede resultaten te komen. Enkel gespecialiseerde vaklui zijn in de mogelijkheid om dergelijke aangepaste steunen of schoenzolen op punt te stellen. Naast deze manueel vervaardigde steunen of steunzolen zijn eveneens standaardsteunzolen verkrijgbaar op de markt Deze laatste zijn echter meestal onvoldoende aangepast aan de voet van een individuele persoon.
Beide typen van steunen of steunzolen hebben als nadeel dat deze, dikwijls na korte tijd, blijvend vervormd en samengedrukt worden door belasting van de erop steunende persoon, waardoor ze dus hun ondersteunende werking grotendeels verliezen. Ook kunnen de fysieke kenmerken van een voet of de wijze waarop een persoon op deze steunt wijzigen Dan dienen nieuwe steunen op maat vervaardigd te worden
De uitvinding wil aan deze en andere nadelen verhelpen door een steun voor het voetgewelf voor te stellen welke voor de voet en/of de houding van eender welke persoon geschikt is en bovendien op industriele schaal, in standaardafmetingen kan geproduceerd worden
<Desc/Clms Page number 2>
Tot dit doel bevat de steun, volgens de uitvinding, middelen welke toelaten de vorm ervan te regelen in functie van de gewenste ondersteuning van het voetgewelf.
Doelmatig bevat de steun een vervormbaar steunstuk waarop het voetgewelf dient te rusten en waarvan de hoogte en kromming regelbaar zijn.
Op een voordelige wijze is genoemd steunstuk voorzien van een regelorgaan dat toelaat de vorm ervan aan te passen aan de vorm van het voetgewelf en/of aan de houding van een persoon.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat genoemd steunstuk zieh naast elkaar uitstrekkende en t. o. v. elkaar beweegbare steunelementen welke aan een gemeenschappelijke bevestigingsrand verbonden zijn.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is genoemd regelorgaan zodanig uitgevoerd dat het toelaat een steunelement van de steun te doen uitbuigen.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een schoenzool met genoemde steun en op een schoen voorzien van deze zool of van deze steun
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hiema volgende beschrijving van enkele specifieke uitvoeringsvormen van de steun, alsook de schoenzool en schoen volgens de uitvinding, deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte van de gevorderde bescherming niet ; de hierna gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.
Figuur 1 is een schematische voorstelling in perspectief met uieengenomen delen van een steun met een zool volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Figuur 2 is een bovenaanzicht van de steun met bijhorende zool uit figuur 1.
Figuur 3 is een vertikale doorsnede van de steun met bijhorende zool volgens de lijn III-III uit figuur 2.
<Desc/Clms Page number 3>
Figuur 4 is een vertikale doorsnede van de steun met bijhorende zool volgens de lijn IV-IV uit figuur 2
Figuur 5 is een schematische perspectiefvoorstelling van een steun volgens de uitvinding in niet uitgebogen toestand.
Figuur 6 is een schematische voorstelling van een steun volgens de uitvinding in uitgebogen toestand.
Figuur 7 is een schematische voorstelling in perspectief met uiteengenomen delen van een tweede uitvoeringsvorm van de steun volgens de uitvinding.
Figuur 8 is een schematische in perspectief met uiteengenomen delen van een derde uitvoeringsvorm van de steun volgens de uitvinding.
Figuur 9 is een schematische perspectiefvoorstelling van een vierde uitvoeringsvorm van de steun volgens de uitvinding.
Figuur 10 is een schematische in perspectief met uiteengenomen delen van een vijfde uitvoeringsvorm van de steun volgens de uitvinding.
Figuur 11 is een schematische voorstelling van een steun en een zool van een zesde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.
Figuur 12 is een schematische voorstelling van een zool volgens een zevende uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.
Figuur 13 is een schematische voorstelling van een horizontale doorsnede van de zool uit figuur 12.
Figuur 14 is een schematische voorstelling van een dwarsdoorsnede van een gedeelte van een schoen met een steun volgens een achtste uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Figuur 15 is een schematische voorstelling van het regelorgaan volgens de uitvoeringsvorm van de steun uit figuur 14.
In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen.
Een eerste uitvoeringsvorm van een steun voor een voetgewelf, volgens de uitvinding, wordt voorgesteld in de figuren 1 tot 6 Deze steun 1 bevat
<Desc/Clms Page number 4>
een vervormbaar steunstuk 2, een regelorgaan 3 en een regelstaaf 4 Het steunstuk 2 vertoont een bevestigingsrand 5 waaraan zieh naast elkaar uitstrekkende steunelementen 6 enigszins scharnierbaar of buigbaar verbonden zijn. Deze steunelementen 6, die plaatvormig zijn, zijn bijgevolg ten opzichte van elkaar beweegbaar. Het uiteinde of de rand van elk van deze steunelementen 6, tegenoverliggend aan de gemeenschappelijke bevestigingsrand 5, is omgebogen tot het vormen van een opeenvolging van in elkaars verlengde gelegen buisvormige holtes 7.
In deze holtes 7 wordt de regelstaaf 4 geleid tot aan het buitenste gelegen uiteinde 7'van de holte 7 van het verst van het regelorgaan 3 gelegen steunelement 6 Dit uiteinde 7'is afgesloten zodat de regelstaaf 4 hier tegen het steunstuk 2 drukt via dit uiteinde 7'.
Het regelorgaan laat toe het steunstuk 2 uit te buigen om het aan te passen aan het voetgewelf van een persoon. Hiertoe werkt een uiteinde van genoemde regelstaaf 4 samen met genoemd regelorgaan 3 en drukt het andere uiteinde ervan tegen het afgesloten uiteinde 7'van de buisvormige holte 7 van het verst van het regelorgaan 3 gelegen steunelement 2, zodat dit uiteinde van de regelstaaf 4 vast is ten opzichte van genoemd steunstuk 2. Aldus zal door het regelorgaan 3 aan te spannen het andere uiteinde van de regelstaaf 4, dat hiermee samenwerkt, naar het steunstuk 2 verplaatst worden zodanig dat de regelstaaf 4 samen met het steunstuk 2 uitbuigt.
Dit heeft als gevolg dat de steunelementen 6, waaruit dit steunstuk 2 gevormd wordt, naar boven scharnieren, of buigen, ten opzichte van de bevestigingsrand 5 en zieh enigszins van elkaar verwijderen.
Het regelorgaan 3 bevat een moer 8 in de vorm van een mof die vast is ten opzichte van het steunstuk 2 en waarin een schroefbout 9 aanwezig is.
Deze bout 9 drukt tegen het uiteinde van genoemde regelstaaf 4 dat zieh in de moer 8 uitstrekt. Het uiteinde van de schroefbout 9 tegenoverliggend aan de regelstaaf 4 is voorzien van een schroefkop zodanig dat met behulp van een schroevendraaier de bout 9, en dus ook genoemde uiteinde van de regelstaaf 4, volgens de langsas van de moer 8 kan verplaatst worden. Door het verplaatsten van dit uiteinde van de regelstaaf 4 kan bijgevolg het uitbuigen van het steunstuk 2,
<Desc/Clms Page number 5>
en dus de hoogte en/of de kromming van dit laatste, aangepast worden aan het voetgewelf of de houding van een persoon.
In figuur 5 is dit steunstuk 2 in niet uitgebogen toestand weergegeven, terwijl in figuur 6 het steunstuk 2 uitgebogen is. Hierbij dient opgemerkt te worden dat de bevestigingsrand 5 nagenoeg onvervormd blijft en de steunelementen 6 dus hoofdzakelijk rond deze laatste buigen.
De hierboven beschreven steun 1 wordt bij voorkeur in een schoenzool gemonteerd zoals weergegeven in de figuren 1 tot 4. Aldus wordt een, bij voorkeur, nagenoeg onvervormbare onderzool 10 voorzien van een uitsparing 11 waarin genoemd regelorgaan 3 past. De hierboven genoemde moer 8 van het regelorgaan 3 is vast bevestigd aan deze onderzool 10. Het steunstuk 2 is met de bevestigingsrand 5 zodanig gemonteerd aan de bovenzijde van deze onderzool 10 dat het voetgewelf van een erop steunende voet zieh boven dit steunstuk 2 bevindt, waarbij de regelstaaf 4 zieh aan de omtrek van de binnenzijde van de voet uitstrekt.
Een fixeerzool 12 is op de onderzool 10 en de bevestigingsrand 5 gekleefd, waarbij deze zool 12 een uitsparing 12'vertoont waarin genoemde steunelementen 6 van het steunstuk 2 passend komen te liggen. Onder deze steunelementen 6 is een opvulstuk 13 aan de onderzool 10 gekleefd dat nagenoeg de vorm van de uitsparing 12'vertoont. Op deze manier wordt de steun 1 tussen de twee boven elkaar liggende zolen 10 en 12 bevestigd. Boven op de fixeerzool 10 en het steunstuk 2 is een binnenzool 14 van meestal relatief zacht materiaal voorzien
De hierboven beschreven, uit drie boven elkaar bevestigde zolen
10,12 en 14 bestaande, schoenzool kan losneembaar zijn of, zoals voorgesteld in de figuren 2 tot 4, integraal deel uitmaken van een schoen.
Aldus zijn in figuur 3 en 4 de opstaande zijwanden 15 van het bovenwerk van een schoen met een aan hun onderzijde omgebogen deel 16, op een bekende wijze, bevestigd tussen de onderzool 10 en de fixeerzool 12. Om de steun 1 te regelen is het regelorgaan 3 bereikbaar van buiten de schoen.
Voor het aanpassen van deze steun 1 in, bijvoorbeeld, wielrennersschoenen, wordt de houding en gemiddelde houding van een persoon
<Desc/Clms Page number 6>
op een testfiets opgemeten. Meer bepaald wordt de afwijking van de knieen van de ideale positie bij het fietsen opgemeten met behulp van een laserbundel. Vervolgens worden de verrichte metingen verwerkt door middel van een computer en wordt de ideale vorm van de ondersteuning van de voet bepaald die dan door het regelen van de steun 1, bij middel van het regelorgaan 3, zoveel mogelijk benaderd wordt De vorm van de steun 2 kan regelmatig bijgeregeld worden voor eenzelfde schoen zodanig dat variaties in houding of in de benodigde voetondersteuning telkens kunnen aangepast worden.
Ook kan aldus de ondersteuning ingesteld worden in overeenstemming met een te leveren prestatie van, bijvoorbeeld, een wielrenner.
In een variante op de hierboven beschreven steun 1 kan genoemde bevestigingsrand 5 gevormd worden door de fixeerzool 10 zelf.
In figuur 7 wordt een tweede uitvoeringsvorm van de steun l, volgens de uitvinding, voorgesteld die verschillend is van de vorige uitvoeringsvorm doordat genoemde steunelementen 6 gevormd worden door plaatjes welke elkaar gedeeltelijk overlappen en op deze manier over elkaar schuiven zoals voorgesteld in figuur 7. Meer bepaald overlappen opeenvolgende steunelementen 6 elkaar aan hun zijranden, waarbij het middenste element 6 langs weerszijden overlapt wordt door de emaast liggende elementen 6'en 6"
Verder is de onderzool 10 van een regelorgaan 3 voorzien dat een moer 8 bevat waarin een hiermee samenwerkende bout 9 past. Dit regelorgaan
3 is zodanig gepositioneerd dat door het aanspannen van de bout 9, deze laatste het middenste steunelement 6 omhoog duwt.
Aldus zullen de overige steunelementen 6 eveneens omhoog bewogen worden en ten opzichte van elkaar verschuiven wat ervoor zorgt dat het steunstuk 1 uitgebogen wordt. In de in figuur 7 voorgestelde uitvoeringsvorm maakt de bevestigingsrand 5 deel uit van de fixeerzool 12
In figuur 8 is een derde uitvoeringsvorm van een schoenzool met een steun 1 volgens de uitvinding voorgesteld, waarbij genoemde steunelementen 6 elkaar niet overlappen en deel uitmaken van de fixeerzool 12. Een enigszins
<Desc/Clms Page number 7>
buigbare steunboog 17, waarvan de kromming regelbaar is bij middel van een regelorgaan 3, ondersteunt de vrije uiteinden van de steunelementen 6. Hiertoe bestaat dit regelorgaan 3 uit een opstaande bout 9 welke vast is op de onderzijde van de steunboog 17 en samenwerkt met een in de onderzool 10 aangebrachte moer 8.
Door aldus aan de moer 8 te draaien wordt de bout 9 tesamen met de steunboog 17 naar boven of beneden verplaatst en wordt bijgevolg het steunstuk 2 voor het voetgewelf uitgebogen.
Figuur 9 stelt een steunstuk 2, volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding, voor welk slechts uit een enkel steunelement 6 bestaat en waarvan de rand 5 bij middel van drie klemmen 18 bevestigd is op de onderzool 10 In deze uitvoeringsvorm is een analoog regelorgaan 3 als dit uit figuur 7 voorzien. Aldus wordt met dit regelorgaan 3 eveneens het uitbuigen van het steunstuk 2 geregeld.
De in figuur 10 voorgestelde vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding is verschillend van deze uit figuur 9 doordat het regelorgaan 3 gevormd wordt door een bout 9 die inwerkt op een hoek van het steunelement 6 Het ene uiteinde van deze bout 9 dringt vrij in een holte 7 welke voorzien is aan deze hoek, terwijl het andere uiteinde ervan tegen een klem 18 drukt. Op deze bout 9 is een moer 8 geschroefd waarmee het uitbuigen van het steunstuk 2 geregeld wordt.
Hiertoe drukt deze moer 8 tegen de rand van genoemde holte 7 zodat een drukkracht uitgeoefend wordt op zijkant van het steunelement 6 wat toelaat het uitbuigen van dit laatste te regelen door, met behulp van deze moer 8, de indringingsdiepte van het uiteinde van de bout 9 in de holte 7 aan te passen.
In figuur 11 is een zesde uitvoeringsvorm van een steunstuk 2 voor een voetgewelf weergegeven. In deze uitvoeringsvorm bestaat het steunstuk
2 eveneens uit slechts een enkel steunelement 6 dat door tussenkomst van een bevestigingsrand 5 aan de onderzool bevestigd is. Dit steunelement 6 is bij voorkeur licht gewelfd uitgevoerd in relatief harde elastische kunststof Om de hoogte en de kromming van dit steunstuk 2 te regelen is in de ruimte tussen het steunelement 6 en de onderzool 10 een door een elastische gasdichte wand
<Desc/Clms Page number 8>
omsloten luchtkamer 19, waarop een ventiel 20 aangesloten is dat doorheen genoemde onderzool 10 steekt, ondergebracht.
Aldus kan de grootte van de luchtkamer 19 en de luchtdruk in deze laatste aangepast worden door, via het ventiel 20, lucht in de kamer 19 te pompen of perslucht toe te voeren. Op deze manier wordt de uitbuiging van het steunstuk 2 aangepast aan het voetgewelf van een voet Het regelorgaan 3 omvat dus genoemde luchtkamer 19 en het ventiel 20
In de figuren 12 en 13 is een zevende uitvoeringsvorm van de uitvinding voorgesteld, welke een losneembare schoenzool met een ingebouwde gelobde luchtkamer 19 onder de positie waar het voetgewelf van een persoon, welke op deze zool steunt, zieh bevindt. Deze luchtkamer 19 bestaat meer concreet uit zieh naast elkaar uitstrekkende opeenvolgende lobben 21 en strekt zieh uit volgens de rand van de zool, waarbij genoemde lobben 21 naar de binnenzijde van deze zool gericht zijn.
Aldus kan de ondersteuning van het voetgewelf aangepast worden door de luchtdruk in de luchtkamer 19 via een niet in de figuren voorgesteld ventiel te regelen.
Figuur 14 stelt een achtste uitvoeringsvorm van de steun 1 volgens de uitvinding voor. In deze uitvoeringsvorm wordt het regelorgaan 3 hoofdzakelijk gevormd door een, onder het steunstuk 2, naar boven omgebogen buis 22 waardoorheen zieh een steunstaaf 23 uitstrekt en die vast is op de onderzool 10. De positie van deze steunstaaf 23 wordt geregeld door middel van een bout 9 welke samenwerkt met een moer 8, die eveneens vast is met genoemde onderzool 10.
De buis 22 strekt zieh uit in het verlengde van de moer 8 in een uitsparing in de onderzool 10 en staat dwars op de langsrichting van de zool 10 Aldus wordt door de bout 9 in de moer 8 te draaien de steunstaaf 23 verplaatst en drukt deze met zijn uiteinde, tegenoverliggend aan de moer 8, tegen een onderaan op het steunstuk 2 voorziene kraag 24 Deze laatste zorgt ervoor dat genoemd uiteinde een hoofdzakelijk vaste positie inneemt ten opzichte van het steunstuk 2 Zoals reeds vermeld is de buis 22 naar boven gebogen zodanig dat desbetreffend uiteinde van de steunstaaf 23 door deze buis naar boven geleid wordt en dus het steunstuk 2 eveneens naar boven kan duwen ofm. aw uitbuigen.
<Desc/Clms Page number 9>
De uitvinding is natuurlijk niet beperkt tot de hierboven beschreven en in de figuren voorgestelde uitvoeringsvormen van de uitvinding Zo kan de steun op een losneembare zool gemonteerd worden of kan deze deel uitmaken van een schoen. De steun kan gebruikt worden voor allerhande zolen en schoenen zoals bijvoorbeeld wielrennersschoenen, skibotten of gewone schoenen met een relatief stijve onderzool.
<Desc / Clms Page number 1>
Shoe sole and shoe provided with such a shoe.
The invention relates to a support for a foot arch
According to the current state of the art, such a support or support sole is manufactured to size manually in order to support the foot as well as possible. This is a cumbersome procedure, in which, for example, an impression of a foot must first be made. Moreover, the manufacture of this support is very labor-intensive and, in addition to a great deal of experience, a great deal of manual work is required to achieve good results. Only specialized craftsmen are able to fine-tune such adapted supports or shoe soles. In addition to these manually manufactured supports or arch supports, standard arch supports are also available on the market. However, the latter are usually insufficiently adapted to the foot of an individual person.
The disadvantage of both types of supports or support soles is that, often after a short time, they are permanently deformed and compressed by loading of the person resting on them, so that they therefore largely lose their supporting effect. The physical characteristics of a foot or the way in which a person rests on it can also change. New supports must be made to measure
The invention seeks to overcome these and other disadvantages by proposing a support for the arch of the foot which is suitable for the foot and / or posture of any person and which, moreover, can be produced on an industrial scale in standard dimensions.
<Desc / Clms Page number 2>
For this purpose, the support, according to the invention, contains means which make it possible to control its shape in function of the desired support of the foot arch.
The support expediently comprises a deformable support piece on which the foot arch must rest and the height and curvature of which are adjustable.
Advantageously, said support piece is provided with a control member which allows its shape to be adapted to the shape of the foot arch and / or to the posture of a person.
According to a special embodiment of the invention, said support piece comprises side-by-side extension and t. o. for mutually movable support elements which are connected to a common mounting edge.
According to a preferred embodiment of the invention, said control member is designed in such a way that it makes it possible to deflect a support element of the support.
The invention also relates to a shoe sole with said support and to a shoe provided with this sole or with this support
Other details and advantages of the invention will become apparent from the following description of some specific embodiments of the support, as well as the shoe sole and shoe according to the invention, this description is given as an example only and does not limit the scope of the advanced protection; the reference numbers used hereinafter refer to the attached figures.
Figure 1 is a schematic perspective view with exploded parts of a support with a sole according to a first embodiment of the invention.
Figure 2 is a top view of the support with matching sole from Figure 1.
Figure 3 is a vertical cross-section of the support with accompanying sole according to the line III-III of Figure 2.
<Desc / Clms Page number 3>
Figure 4 is a vertical cross-section of the support with accompanying sole according to the line IV-IV of Figure 2
Figure 5 is a schematic perspective view of a support according to the invention in the non-bent-out position.
Figure 6 is a schematic representation of a support according to the invention in a bent-out position.
Figure 7 is an exploded schematic perspective view of a second embodiment of the support according to the invention.
Figure 8 is an exploded schematic perspective view of a third embodiment of the support according to the invention.
Figure 9 is a schematic perspective view of a fourth embodiment of the support according to the invention.
Figure 10 is an exploded schematic perspective view of a fifth embodiment of the support according to the invention.
Figure 11 is a schematic representation of a support and sole of a sixth embodiment of the invention.
Figure 12 is a schematic representation of a sole according to a seventh embodiment of the invention.
Figure 13 is a schematic representation of a horizontal section of the sole of Figure 12.
Figure 14 is a schematic cross-sectional view of a portion of a shoe with a support according to an eighth embodiment of the invention.
Figure 15 is a schematic representation of the control member according to the embodiment of the support of Figure 14.
In the different figures, like reference numerals refer to like or analogous elements.
A first embodiment of a support for a foot vault, according to the invention, is shown in Figures 1 to 6. This support 1 contains
<Desc / Clms Page number 4>
a deformable support piece 2, a control member 3 and a control rod 4 The support piece 2 has a mounting edge 5 to which support elements 6 extending side by side are somewhat hinged or bendably connected. These support elements 6, which are plate-shaped, are therefore movable relative to each other. The end or edge of each of these support elements 6, opposite the common mounting edge 5, is bent to form a succession of mutually aligned tubular cavities 7.
In these cavities 7 the control rod 4 is guided to the outermost end 7'of the cavity 7 of the support element 6 furthest from the control element 3. This end 7'is closed so that the control rod 4 presses against the support piece 2 via this end. 7 '.
The control means allows to bend the support piece 2 to adapt it to the foot arch of a person. To this end, one end of said control rod 4 cooperates with said control member 3 and the other end thereof presses against the closed end 7 'of the tubular cavity 7 of the support element 2 furthest from the control member 3, so that this end of the control rod 4 is fixed with respect to said support piece 2. Thus, by tensioning the control member 3, the other end of the control bar 4, which cooperates therewith, will be moved to the support piece 2 such that the control bar 4 bends together with the support piece 2.
As a result, the support elements 6, from which this support piece 2 is formed, pivot upwards, or bend upwards, relative to the mounting edge 5 and slightly separate from each other.
The control member 3 comprises a nut 8 in the form of a sleeve which is fixed relative to the support piece 2 and in which a screw bolt 9 is present.
This bolt 9 presses against the end of said control rod 4 which extends into the nut 8. The end of the screw bolt 9 opposite the control rod 4 is provided with a screw head such that the bolt 9, and thus also the said end of the control rod 4, can be moved along the longitudinal axis of the nut 8 with the aid of a screwdriver. By displacing this end of the control rod 4 it is therefore possible to bend the support piece 2,
<Desc / Clms Page number 5>
and thus the height and / or the curvature of the latter are adapted to the foot arch or the posture of a person.
In figure 5 this support piece 2 is shown in a non-bent state, while in figure 6 the support piece 2 is bent out. It should be noted here that the mounting edge 5 remains virtually undeformed and the support elements 6 therefore bend mainly around the latter.
The above-described support 1 is preferably mounted in a shoe sole as shown in figures 1 to 4. Thus, a, preferably, substantially undeformable insole 10 is provided with a recess 11 in which said control member 3 fits. The aforementioned nut 8 of the control member 3 is fixedly attached to this insole 10. The support piece 2 with the mounting edge 5 is mounted on the top side of this insole 10 in such a way that the base of a supporting foot is located above this support piece 2, wherein the control rod 4 extends on the circumference of the inner side of the foot.
A fixing sole 12 is glued to the lower sole 10 and the mounting edge 5, this sole 12 having a recess 12 in which said support elements 6 of the support piece 2 fit. A filler 13 is glued under these support elements 6 to the bottom sole 10, which substantially shows the shape of the recess 12 '. In this way the support 1 is fixed between the two superimposed soles 10 and 12. On top of the fixing sole 10 and the support piece 2, an insole 14 is usually provided with relatively soft material
The above-described, consisting of three soles attached one above the other
10,12 and 14 existing shoe sole may be detachable or, as shown in Figures 2 to 4, be an integral part of a shoe.
Thus, in Figs. 3 and 4, the upright sidewalls 15 of the upper of a shoe with a part 16 bent at their underside are fastened in a known manner between the bottom sole 10 and the fixing sole 12. To control the support 1, the control member 3 accessible from outside the shoe.
To adjust this support 1 in, for example, cyclist shoes, the posture and average posture of a person
<Desc / Clms Page number 6>
measured on a test bike. More specifically, the deviation of the knees from the ideal position when cycling is measured using a laser beam. Subsequently, the measurements taken are processed by means of a computer and the ideal shape of the support of the foot is determined, which is then approximated as much as possible by adjusting the support 1, by means of the control element 3. The shape of the support 2 can be regularly adjusted for the same shoe in such a way that variations in posture or in the required foot support can be adjusted each time.
The support can thus also be adjusted in accordance with a performance to be provided by, for example, a cyclist.
In a variant of the support 1 described above, said fixing edge 5 can be formed by the fixing sole 10 itself.
In figure 7 a second embodiment of the support 1, according to the invention, is represented which is different from the previous embodiment in that said support elements 6 are formed by plates which partly overlap each other and in this way slide over each other as shown in figure 7. More determined successive support elements 6 overlap on their side edges, the middle element 6 overlapping on both sides by the adjacent elements 6 'and 6 "
Furthermore, the bottom sole 10 is provided with a control member 3 which contains a nut 8 in which a bolt 9 co-acting therewith fits. This regulator
3 is positioned such that by tightening the bolt 9, the latter pushes the middle support element 6 upwards.
Thus, the other support elements 6 will also be moved upwards and shift relative to each other, causing the support piece 1 to be bent out. In the embodiment shown in figure 7, the mounting edge 5 forms part of the fixing sole 12
Figure 8 shows a third embodiment of a shoe sole with a support 1 according to the invention, wherein said support elements 6 do not overlap and form part of the fixing sole 12. A somewhat
<Desc / Clms Page number 7>
bendable support arch 17, the curvature of which is adjustable by means of a control member 3, supports the free ends of the support elements 6. For this purpose, this control member 3 consists of an upright bolt 9 which is fixed on the underside of the support arch 17 and cooperates with a nut 8 fitted on the insole 10.
By thus turning the nut 8, the bolt 9 is moved up or down together with the support arch 17 and the support piece 2 is thus bent out of the base of the foot vault.
Figure 9 represents a support piece 2, according to a fourth embodiment of the invention, which only consists of a single support element 6 and of which the edge 5 is fixed to the bottom sole 10 by means of three clamps 18. In this embodiment, an analog control member 3 is foresee this from figure 7. The bending of the support piece 2 is thus also controlled with this control member 3.
The fifth embodiment of the invention proposed in figure 10 is different from that in figure 9 in that the control member 3 is formed by a bolt 9 acting on an angle of the support element 6. One end of this bolt 9 penetrates into a cavity 7 which is provided at this corner, while the other end thereof presses against a clamp 18. A nut 8 is screwed onto this bolt 9, with which the bending of the support piece 2 is regulated.
To this end, this nut 8 presses against the edge of said cavity 7 so that a compressive force is exerted on the side of the support element 6, which allows to control the deflection of the latter by means, with the aid of this nut 8, of the penetration depth of the end of the bolt 9 in the cavity 7.
Figure 11 shows a sixth embodiment of a foot vault support piece 2. In this embodiment, the support piece exists
2 also consists of only a single support element 6 which is attached to the insole by means of a mounting edge 5. This support element 6 is preferably slightly curved in relatively hard elastic plastic. In order to regulate the height and curvature of this support piece 2, in the space between the support element 6 and the bottom sole 10 there is an elastic gas-tight wall
<Desc / Clms Page number 8>
enclosed air chamber 19, to which a valve 20 is connected which extends through said insole 10.
Thus, the size of the air chamber 19 and the air pressure in the latter can be adjusted by pumping air into the chamber 19 or supplying compressed air via the valve 20. In this way, the deflection of the support piece 2 is adapted to the base of a foot. The control member 3 thus comprises said air chamber 19 and the valve 20
In Figures 12 and 13, a seventh embodiment of the invention is presented, which includes a detachable shoe sole with a built-in lobed air chamber 19 below the position where a person's foot vault resting on this sole. This air chamber 19 more concretely consists of consecutive lobes 21 extending side by side and extends along the edge of the sole, said lobes 21 being directed towards the inside of this sole.
Thus, the support of the foot arch can be adjusted by controlling the air pressure in the air chamber 19 via a valve not shown in the figures.
Figure 14 represents an eighth embodiment of the support 1 according to the invention. In this embodiment, the control member 3 is mainly formed by an upwardly bent tube 22 under the support piece 2 through which a support bar 23 extends and which is fixed on the bottom sole 10. The position of this support bar 23 is controlled by means of a bolt 9 which cooperates with a nut 8, which is also fixed with said bottom sole 10.
The tube 22 extends in line with the nut 8 in a recess in the bottom sole 10 and is perpendicular to the longitudinal direction of the sole 10. Thus, by turning the bolt 9 in the nut 8, the support rod 23 is displaced and pressed with its end, opposite the nut 8, against a collar 24 provided on the bottom of the support piece 2, the latter ensuring that the said end occupies a substantially fixed position relative to the support piece 2. As already mentioned, the tube 22 is bent upwards in such a manner that end of the support rod 23 is guided upwards through this tube and thus the support piece 2 can also push upwards or. aw bend out.
<Desc / Clms Page number 9>
The invention is of course not limited to the embodiments of the invention described above and represented in the figures. Thus, the support can be mounted on a detachable sole or it can form part of a shoe. The support can be used for all kinds of soles and shoes such as cyclist shoes, ski boots or ordinary shoes with a relatively stiff insole.