BE1007880A6 - Valpijp. - Google Patents
Valpijp. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1007880A6 BE1007880A6 BE9400158A BE9400158A BE1007880A6 BE 1007880 A6 BE1007880 A6 BE 1007880A6 BE 9400158 A BE9400158 A BE 9400158A BE 9400158 A BE9400158 A BE 9400158A BE 1007880 A6 BE1007880 A6 BE 1007880A6
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- elements
- flange
- pipe according
- tubular element
- flanges
- Prior art date
Links
- 239000000463 material Substances 0.000 claims abstract description 10
- 238000007789 sealing Methods 0.000 claims abstract description 5
- 229920003052 natural elastomer Polymers 0.000 claims description 2
- 229920001194 natural rubber Polymers 0.000 claims description 2
- 229920003051 synthetic elastomer Polymers 0.000 claims description 2
- 239000005061 synthetic rubber Substances 0.000 claims description 2
- 230000001681 protective effect Effects 0.000 claims 1
- 229910000831 Steel Inorganic materials 0.000 description 8
- 239000010959 steel Substances 0.000 description 8
- 229920001971 elastomer Polymers 0.000 description 5
- 239000005060 rubber Substances 0.000 description 5
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 4
- 239000010410 layer Substances 0.000 description 3
- 238000006073 displacement reaction Methods 0.000 description 2
- 230000005484 gravity Effects 0.000 description 2
- 239000011241 protective layer Substances 0.000 description 2
- 230000000903 blocking effect Effects 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 238000009434 installation Methods 0.000 description 1
- 239000002184 metal Substances 0.000 description 1
- 230000004048 modification Effects 0.000 description 1
- 238000012986 modification Methods 0.000 description 1
- 239000002689 soil Substances 0.000 description 1
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B35/00—Vessels or similar floating structures specially adapted for specific purposes and not otherwise provided for
- B63B35/28—Barges or lighters
- B63B35/30—Barges or lighters self-discharging
- B63B35/305—Barges or lighters self-discharging discharging by mechanical means
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B27/00—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers
- B63B27/28—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers of chutes
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Transportation (AREA)
- Laying Of Electric Cables Or Lines Outside (AREA)
Abstract
De uitvinding betreft een valpijp voor het op een onder water gelegen bodem storten van materialen, daardoor gekenmerkt dat hij hoofdzaak opgebouw is uit een reeks aan ten minste twee kabels (2) opgehangen buisvormige elementen (1), aan beide uiteinden voorzien van een flens (3,4) die samen met een flens (4,3) van een aanliggend buisvormig element (1') een ringvormige ruimte (5) bepaalt waarin tussen laatst genoemde flenzen (3,4), ten minste één elastische dichtingsring (6) aangebracht is.
Description
<Desc/Clms Page number 1> "Valpijp" Deze uitvinding betreft een valpijp voor het op een onder water gelegen bodem storten van materialen, inzonderheid doch niet uitsluitend stenen. Het is bekend schepen met een valpijp uit te rusten en verschillende structuren werden hiervoor gesuggereerd. Het op grote diepte (300 ä 600m) storten van breukstenen op de bodem van de zee wordt nu regelmatig uitgevoerd. De problemen die ontstaan bij het op dergelijke dieptes en trouwens reeds op betrekkelijk kleine dieptes storten van stenen en dergelijke materialen zijn o. a. de gevolgen van stromingen, de bewegingen van het schip bij hevige wind enz. Men heeft reeds voorgesteld een tot dit doel te gebruiken valpijp met waterdoorlatende elementen te construeren, o. m. door gebruik te maken van een stalennetwerk. Voorbeelden daarvan zijn beschreven in de hiernagenoemde octrooien of gepubliceerde aanvragen : NL 7904516 en NL 188938. Ook zou eventueel overwogen kunnen worden gebruik te maken van in elkaar schuifbare licht conische elementen voor het opbouwen van de valpijp. Tenslotte werd ook voorgesteld gebruik te maken van een valpijp bestaande uit elementen met een specifiek gewicht gelijk aan of kleiner dan dat van het water. Zie in dit verband de Noorse aanvraag 773352. Al deze structuren bieden slechts gedeeltelijk een oplossing aan de gestelde eisen. <Desc/Clms Page number 2> Stalen netwerken worden gemakkelijk door het vallend materiaal beschadigd en kleiner materiaal kan door deze netwerken verloren gaan. Het gebruik van in elkaar schuivende elementen biedt ook niet de gewenste oplossing, onder meer aangezien er tussen deze elementen namelijk een ongecontroleerde toevoer van water in de valpijp optreedt. Lichte valpijpen met een soortelijk gewicht zoals hierboven bedoeld zijn moeilijk te verstevigen wanneer zij grote lengtes bereiken. De uitvinding heeft dan ook tot doel een nieuwe en originele valpijp voor te schrijven die tegelijkertijd de vereiste stevigheid en buigzaamheid biedt zodat het storten van stenen op de vereiste plaats op de bodem en op de gewenste diepte in goede omstandigheden kan plaatsvinden. Om dit conform de uitvinding mogelijk te maken, is de valpijp volgens de uitvinding in hoofdzaak opgebouwd uit een op elkaar gestapelde reeks buisvormige elementen die door ten minste twee kabels gedragen worden, welke elementen aan beide uiteinden voorzien zijn om tegen een overeenstemmend uiteinde van een aanliggend buisvormig element uit genoemde reeks aan te sluiten, en aan beide uiteinden een flens bevatten die samen met een flens van genoemd aanliggend buisvormig element een ringvormige ruimte bepaalt waarin, tussen laatst genoemde flenzen, ten minste een elastische dichtingsring aangebracht is. De dichtingsring of ringen tussen beide flenzen zorgen voor een waterdichte afdichting tussen twee opeenvolgende buisvormige elementen, zodanig dat er geen ongecontroleerde toevoer van water in de valpijp optreedt. Een dergelijke toevoer kan nu echter desgewenst op een gecontroleerde manier bovenaan de <Desc/Clms Page number 3> valpijp gebeuren. Uiteraard kan in de valpijp volgens de uitvinding hierdoor ook geen fijn materiaal tussen twee opeenvolgende elementen ontsnappen. De valpijp volgens de uitvinding laat verder ook een beperkte buiging toe die vereist is om de uitlaat van de valpijp juist te kunnen positioneren. Steeds volgens de uitvinding zijn genoemde flenzen voorzien van ten minste een naar het aanliggend buisvormig element gerichte opstaande rand, waarbij genoemde opstaande randen van de flenzen gelegen aan twee tegen elkaar aansluitende uiteinden passend in elkaar schuiven. Deze opstaande randen laten toe de verschillende elementen van de valpijp snel en eenvoudig juist op elkaar te plaatsen en verhinderen bovendien een laterale onderlinge verschuiving van deze elementen. De uitvinding heeft verder ook betrekking op een buisvormig element voor het opbouwen van een valpijp volgens de uitvinding en die meer bepaald de kenmerken heeft zoals aangegeven in conclusie 12. Andere details en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een valpijp volgens de uitvinding. Deze beschrijving wordt uitsluitend bij wijze van voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet. De verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren. Figuur 1 is een langsdoorsnede ter hoogte van de aansluiting tussen twee buisvormige elementen. Figuur 2 is een perspectivisch zieht, op een kleinere schaal, van twee elementen en twee daarbijhorende kabels. <Desc/Clms Page number 4> Figuur 3 is een bovenaanzicht, op een andere schaal, op een buisvormig element. Figuur 4 is een doorsnede volgens lijn IV-IV in figuur 5 en toont een vergrendelingsplaat in bovenaanzicht. Figuur 5 is een doorsnede volgens de lijn V-V in figuur 4. Figuur 6 is een doorsnede volgens lijn VI-VI in figuur 4. Figuur 7 vertoont schematisch het onderste uiteinde uit de valpijp. De valpijp door deze figuren voorgesteld, is samengesteld uit een reeks op elkaar gestapelde buisvormige, meer bepaald cilindrische elementen 1 die door twee of eventueel meer kabels 2 gedragen worden. Beide uiteinden van de cilindrische elementen 1 zijn voorzien om tegen een overeenstemmend uiteinde van een aanliggend cilindrisch element l'aan te sluiten. Elk cilindrisch element 1 vertoont ter hoogte van zijn twee uiteinden een naar buiten gerichte flens. Voor de duidelijkheid van de beschrijving en in de veronderstelling dat de tekeningen de valpijp verticaal voorstellen, worden deze flenzen als bovenste flens 3 en onderste flens 4 voorgesteld. In de ringvormige ruimte 5 die door de flenzen 3 en 4 van twee aanliggende elementen 1, l' wordt bepaald, is een elastische dichting voorzien die in het hier afgebeeld voorbeeld uit drie rubber ringen 6 bestaat die onder elkaar worden gescheiden gehouden door stalen ringen 7 met een rechthoekige dwarsdoorsnede. Hierdoor wordt de middelste rubber ring 6 tussen twee stalen ringen 7 gevat terwijl de bovenste en de onderste rubber ringen 6 telkens tussen een stalen ring 7 en een gedeelte van de flenzen 3, <Desc/Clms Page number 5> respectievelijk 4 zijn gevat. De stalen ringen 7 vertonen een rechthoekige dwarsdoorsnede zodat de rubber ringen 6 steeds in contact blijven met de grote vlakke zijde van deze stalen ringen 7. In de voorkeursuitvoeringsvorm weergegeven in de figuren zijn de flenzen 3,4 van een cilindrisch element 1, 1' voorzien van een naar het aanliggend cilindrisch element 1', respectievelijk 1 gerichte opstaande rand 8,9 die passend in elkaar schuiven. Door deze randen 8,9 is het eenvoudig de cilindrische elementen 1, l'juist ten opzichte van elkaar te positioneren en wordt verder een onderlinge verschuiving van deze elementen 1, 1' verhinderd. De randen 8, 9 hoeven niet noodzakelijkerwijze over de ganse omtrek van de elementen 1, l'door te lopen. wanneer de valpijp plaatselijk of over zijn gehele lengte gebogen wordt, kunnen de verschillende cilindrische elementen 1 die deze valpijp samenstellen, telkens twee aan twee een hoek vormen zoals figuur 1 dit laat zien. Langs een zijde zullen de rubber ringen 6 samengedrukt worden (links in figuur l) en langs de tegenoverliggende zijde (rechts volgens dezelfde figuur) ontspannen. Om deze beweging onder elkaar van de verschillende cilindrische elementen 1 mogelijk te maken, vertoont ten minste een van de passend in elkaar schuivende opstaande randen 8,9 een afgeschuind raakvlak met de andere opstaande rand. Dergelijke afgeschuinde raakvlakken vereenvoudigen verder ook het in elkaar schuiven van deze randen. Door de schuine raakvlakken zullen de cilindrische elementen (1, 1') bij een ombuiging van de valpijp zoals in figuur 1 voorgesteld, niet ter hoogte van hun flenzen 3 en 4 gaan klemmen. Hoewel volgens <Desc/Clms Page number 6> figuur 1 het inwendig vlak van de opstaande rand 9 van de bovenste flens 3 van een onderaan voorkomend element 1' werd afgeschuind, zou hetzelfde effect kunnen worden bekomen door het uitwendig vlak van de opstaande rand 8 van een onderste flens 4 af te schuinen. Ook zou, omgekeerd, de opstaande rand 8 van de onderste flens 4 aan de buitenzijde van de opstaande rand 9 van de bovenste flens 3 kunnen voorkomen. De bovenste flenzen 3 worden plaatselijk door kniestukken 20 ondersteund. De ganse valpijpstructuur wordt dus gevormd door verschillende cilindrische elementen 1, 1'. Deze elementen worden over de ganse lengte van de valpijp tussen de twee kabels 2 gevat die meer bepaald aan het onderste element van de valpijp bevestigd zijn. Door het eigen gewicht van de verschillende elementen rusten deze op elkaar zodanig dat geen zware verbindingen tussen de verschillende elementen vereist zijn. Om de verschillende cilindrische elementen 1, l'ten opzichte van bedoelde kabels 2 te positioneren, vertonen de flenzen 3 en 4 telkens ter hoogte van de doorgang van de kabels 2 een inkeping 10. De kabels 2 worden in de inkepingen 10 van de flenzen 3 en 4 gefixeerd door gebruik te maken van vergrendelingsplaten 11 (figuren 2,4, 5 en 6). In bovenaanzicht beschouwd, vertonen de vergrendelingsplaten 11 een inwendige ronding 12 met een straal die is aangepast aan de diameter van de kabels 2. Dit verzekert een correcte en technisch betrouwbare positionering van de verschillende cilindrische elementen 1 die over de gehele lengte van deze kabels 2 de valpijp uitmaken. Zoals blijkt uit figuren 4,5 en 6 zijn <Desc/Clms Page number 7> de vergrendelingsplaten 11 voorzien van pinnen 13 die ter bevestiging van deze platen 11 op de bovenste flenzen 3 in gaten 14 voorzien in deze bovenste flenzen 3 aangebracht worden. Aldus kan het aanbrengen van een dergelijke vergrendelingsplaat 11, nadat de kabel 2 in de inkeping 10 geduwd werd, eenvoudig en snel gebeuren. Voor het blokkeren van de pinnen 13 zou eventueel gebruik kunnen gemaakt worden van splitpennen. In de voorkeursuitvoeringsvorm volgens de figuren is dit evenwel niet vereist en wordt automatisch een blokkage van de pinnen 13 in de gaten 14 verkregen door het aanbrengen van een verder cilindrisch element 1. Zoals blijkt uit figuur 6 wordt de vergrendelingsplaat 11 meer bepaald geblokkeerd door de opstaande rand 8 van de onderste flens 4 van het bovenste element 1. De vorm van deze opstaande rand 8 is ter hoogte van de vergrendelingsplaat 11 aangepast aan de vorm van deze plaat 11. Door het eigen gewicht van de meestal metalen cilindrische elementen 1, die duidelijk een groter soortelijk gewicht hebben dan water, is geen verdere onderlinge bevestiging van de verschillende elementen 1, 1' vereist. Inwendig zijn alle cilindrische elementen 1, l'van een beschermende laag 15 voorzien. Deze laag kan uit natuur- of kunstrubber of een technisch equivalent materiaal bestaan. De dikte van de beschermende laag bedraagt nagenoeg tweemaal de dikte van de wand van de stalen cilindrische elementen 1, 1'. Bij voorkeur steekt de elastische bekledingslaag 15 tot buiten het cilindrisch element 1 uit en sluit elastisch aan tegen de overeenstemmende bekledingslaag van een aanliggend element 1' waarbij plaatselijk een uitstulping 19 kan ontstaan. Aldus wordt een goede aansluiting tussen beide elementen 1, <Desc/Clms Page number 8> 1' verkregen. In figuur 7 wordt het onderste uiteinde van de valpijp weergegeven dat meer bepaald voorzien is van een zogenoemd "remote operated vehicle". Dit vanop afstand bestuurbaar aggregaat bevat een centrale stortkoker die telescopisch ten opzichte van de onderste elementen van de valpijp gemonteerd is. Door middel van kabels 17 kan de op-en neergaande beweging van het schip gecompenseerd worden zodanig dat het aggregaat zieh op een constante afstand van de bodem bevindt. Op het aggregaat zijn uitklapbare draagarmen 18 voorzien voor allerlei sensoren en/of camera's. Voor de besturing van het aggregaat, en dus voor de juiste positionering van het onderste uiteinde van de valpijp, zijn op het aggregaat stuwmotoren voorzien zoals dit op zieh reeds bekend is. Uit de beschrijving van de valpijp volgens de uitvinding blijkt zeer duidelijk dat een aan alle dieptes en werkomstandigheden aan te passen valpijpstructuur mogelijk wordt gemaakt. Deze valpijp biedt de nodige flexibiliteit en vanuit een op het schip aangebrachte hefstructuur met hijslieren voor de kabels kunnen cilindrische elementen aan de valpijp toegevoegd of hiervan worden verwijderd. De uitvinding is niet beperkt tot de hier bij wijze van voorbeeld beschreven uitvoeringsvorm en wijzigingen kunnen hieraan worden aangebracht voor zover zij binnen het raam van de conclusies vallen.
Claims (12)
- CONCLUSIES 1. Valpijp voor het op een onder water gelegen bodem storten van materialen, in het bijzonder van stenen, daardoor gekenmerkt dat hij in hoofdzaak opgebouwd is uit een op elkaar gestapelde reeks buisvormige elementen die door ten minste twee kabels (2) gedragen worden, welke elementen (1) aan beide uiteinden voorzien zijn om tegen een overeenstemmend uiteinde van een aanliggend buisvormig element uit genoemde reeks aan te sluiten, en aan beide uiteinden een flens (3,4) bevatten die samen met een flens (4, 3) van genoemd aanliggend buisvormig element (1') een ringvormige ruimte (5) bepaalt waarin, tussen laatst genoemde flenzen (3,4), ten minste een elastische dichtingsring (6) aangebracht is.
- 2. Valpijp volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat genoemde flenzen (3,4) voorzien zijn van ten minste een naar het aanliggend buisvormig element (1, 1') gerichte opstaande rand (9, 8), waarbij genoemde opstaande randen (9,8) van de flenzen (3,4) gelegen aan twee tegen elkaar aansluitende uiteinden passend in elkaar schuiven.
- 3. Valpijp volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat ten minste een van de passend in elkaar schuivende opstaande randen (8,9) een afgeschuind raakvlak heeft.
- 4. Valpijp volgens een van de conclusies 1 tot 3, daardoor gekenmerkt dat in de flenzen (3,4) inkepingen voor genoemde kabels (2) voorzien zijn, waarbij telkens op de flens (3) van genoemde elementen die zich in de gebruiksstand bovenaan bevindt, middelen (11) voorzien zijn om de kabels (2) in genoemde inkepingen (10) te vergendelen.
- 5. Valpijp volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat genoemde vergrendelingsmiddelen <Desc/Clms Page number 10> een vergrendelingsplaat (11) bevatten met pinnen (13) om deze plaat (11) rond de respectievelijke kabel (2) op genoemde bovenste flens (3) te bevestigen.
- 6. Valpijp volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat genoemde vergrendelingsplaat (11) tussen de twee aanliggende flenzen (3,4) van twee aanliggende elementen (1, 1') geblokkeerd is, in het bijzonder tussen genoemde bovenste flens (3) en genoemde naar deze bovenste flens (3) gerichte opstaande rand (8) van een met deze bovenste flens (3) samenwerkende flens (4) van het aanliggende buisvormig element (1).
- 7. Valpijp volgens een van de conclusies 1 - 6, daardoor gekenmerkt dat genoemde buisvormige elementen (1, 1') een met een elastisch beschermingsmateriaal (15) beklede binnenwand hebben.
- 8. Valpijp volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat genoemd elastisch beschermingsmateriaal (15) natuurlijke of synthetische rubber is.
- 9. Valpijp volgens conclusie 7 of 8, daardoor gekenmerkt dat genoemde bekleding (15) buiten het buisvormig element (1) uitsteekt en elastisch aansluit tegen de overeenstemmende bekleding (15) van een aanliggend buisvormig element (1').
- 10. Valpijp volgens één van de conclusies 1 tot 9, daardoor gekenmerkt dat genoemde buisvormige elementen (1, 1') in hoofdzaak cilindervormig zijn.
- 11. Valpijp volgens een van de conclusies 1 tot 10, daardoor gekenmerkt dat hij onderaan een vanop afstand bestuurbaar aggregaat bevat met een centrale stortkoker (16) die telescopisch ten opzichte van de onderste elementen van de valpijp is gemonteerd. <Desc/Clms Page number 11>
- 12. Buisvormig element voor een valpijp volgens een van de conclusies 1 tot 11, daardoor gekenmerkt dat het aan beide uiteinden voorzien is om tegen een overeenstemmend uiteinde van een verder buisvormig element (1') aan te sluiten en verder aan beide uiteinden een flens (3,4) bevat voorzien om samen met een flens (4,3) van genoemd verder buisvormig element (1') een ringvormige ruimte (5) te bepalen waarin ten minste een afdichtingsring (6) aan te brengen is ter afdichting van de aansluiting tussen beide elementen (1, 1').
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9400158A BE1007880A6 (nl) | 1994-02-10 | 1994-02-10 | Valpijp. |
EP19950200266 EP0668211B1 (en) | 1994-02-10 | 1995-02-06 | Fall pipe |
DK95200266T DK0668211T3 (da) | 1994-02-10 | 1995-02-06 | Nedstyrtningsrør |
NO950479A NO304843B1 (no) | 1994-02-10 | 1995-02-09 | Nedfallsr°r |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE9400158A BE1007880A6 (nl) | 1994-02-10 | 1994-02-10 | Valpijp. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1007880A6 true BE1007880A6 (nl) | 1995-11-07 |
Family
ID=3887960
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE9400158A BE1007880A6 (nl) | 1994-02-10 | 1994-02-10 | Valpijp. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0668211B1 (nl) |
BE (1) | BE1007880A6 (nl) |
DK (1) | DK0668211T3 (nl) |
NO (1) | NO304843B1 (nl) |
Families Citing this family (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US8628287B2 (en) | 2007-08-06 | 2014-01-14 | Itrec B.V. | Fallpipe stone dumping vessel |
NL2001653C2 (nl) * | 2008-06-06 | 2009-12-08 | Tideway B V | Inrichting en werkwijze voor het verplaatsen van bodemmateriaal onder water. |
NL2003026C2 (nl) | 2009-06-15 | 2010-12-16 | Tideway B V | Buisvormig element van een valpijp, uit dergelijke elementen opgebouwde valpijp, koppeling tussen twee dergelijke buisvormige elementen, en werkwijze voor het opbouwen van de valpijp. |
NL2004010C2 (nl) * | 2009-12-23 | 2011-06-27 | Ihc Holland Ie Bv | Koppeling voor het losmaakbaar koppelen van buizen. |
NL2005095C2 (en) * | 2010-07-16 | 2012-01-17 | Tideway B V | Device for dredging soil material under water. |
CN108502110B (zh) * | 2018-05-11 | 2023-09-26 | 上海振华重工(集团)股份有限公司 | 落管抛石船 |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1953006A (en) * | 1931-06-16 | 1934-03-27 | William P Norris | Culvert pipe |
US3926290A (en) * | 1974-03-04 | 1975-12-16 | Mitsui Shipbuilding Eng | Loading chute for cargo vessel |
NO140775C (no) * | 1977-09-30 | 1979-11-07 | Stolt Nielsens Rederi | Anordning for nedfoering av masse fra et overflatefartoey til et sted paa havbunnen |
NL188762C (nl) | 1979-06-08 | 1992-09-16 | Vreeken Cornelis | Vaartuig voor het onder water storten van stenen. |
FR2472099A1 (fr) * | 1979-12-19 | 1981-06-26 | Hispano Suiza Sa | Moyens d'assemblage de deux grosses pieces munies de brides |
NL188938C (nl) | 1981-05-08 | 1992-11-16 | Oord Acz B V Van | Vaartuig met inrichting voor het storten van materiaal op een onder water gelegen bodem. |
DE4000654A1 (de) * | 1990-01-11 | 1991-07-25 | Schmitz Tona Tonwerke | Verfahren zum auskleiden eines schornsteines und manschette zum verbinden der rohrabschnitte eines innenrohres hierfuer |
-
1994
- 1994-02-10 BE BE9400158A patent/BE1007880A6/nl not_active IP Right Cessation
-
1995
- 1995-02-06 EP EP19950200266 patent/EP0668211B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1995-02-06 DK DK95200266T patent/DK0668211T3/da active
- 1995-02-09 NO NO950479A patent/NO304843B1/no not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NO950479D0 (no) | 1995-02-09 |
EP0668211A1 (en) | 1995-08-23 |
NO950479L (no) | 1995-08-11 |
DK0668211T3 (da) | 1999-05-03 |
NO304843B1 (no) | 1999-02-22 |
EP0668211B1 (en) | 1998-07-29 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4359167A (en) | Subterranean plastic tank | |
CA2328096C (en) | Environmentally compatible archway for road building | |
BE1007880A6 (nl) | Valpijp. | |
WO1980001196A1 (en) | Arched conduit and method of handling same | |
US6450736B1 (en) | Movable supports for pipelines | |
NL2003026C2 (nl) | Buisvormig element van een valpijp, uit dergelijke elementen opgebouwde valpijp, koppeling tussen twee dergelijke buisvormige elementen, en werkwijze voor het opbouwen van de valpijp. | |
US4110994A (en) | Marine pipeline | |
US4272214A (en) | Floating fence for the collection of liquid impurities as for example oil on a water surface | |
CA1174990A (en) | Vessel | |
NL8600973A (nl) | Afmeersysteem voor het afmeren van een ponton, schip of ander drijfbaar lichaam. | |
US4469468A (en) | Apparatus for jumping a moving object from one place to another and a method of using it | |
NL8602526A (nl) | Werkeiland, dat door middel van op trek belaste spanorganen is verankerd en is voorzien van middelen voor het afmeren van een schip. | |
NL8400734A (nl) | Vaste afmeerconstructie voor tankers. | |
EP3390876B1 (en) | A system and method for covering a structure on a seabed | |
US5549342A (en) | Manhole debris catcher | |
CA2454407A1 (en) | A bending-restricting anchoring arrangement and an anchored flexible pipe structure | |
KR101251602B1 (ko) | 돌망태를 이용한 오탁방지망 고정장치 | |
USRE30185E (en) | Trench shoring assembly | |
EP2561142B1 (en) | Oil boom | |
NL194609C (nl) | Samenstel van een vaartuig met persleiding, van een drijvende leiding en van een flexibele leiding daartussen. | |
EP0911482A3 (en) | Stress relief joints for risers | |
GB2035504A (en) | A system for protection of an installation on the floor of a body of water | |
GB2345198A (en) | Subsea cable protection | |
FR2476264A1 (fr) | Support reglable pour canalisations sous-marines se trouvant a une courte distance du fond de la mer | |
US4154550A (en) | System for depositing and protecting sediment on the floor of a body of water and a method of installing it |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: RODA SHIPPING LTD Effective date: 19990228 Owner name: TIDEWAY B.V. Effective date: 19990228 Owner name: DREDGING INTERNATIONAL Effective date: 19990228 |