twaalftallig
Uiterlijk
- twaalf·tal·lig
- Samenstellende afleiding van twaalf en tal met het achtervoegsel -ig
- afgeleid van twaalftal met het achtervoegsel -ig
stellend | |
---|---|
onverbogen | twaalftallig |
verbogen | twaalftallige |
partitief | twaalftalligs |
twaalftallig
- (wiskunde) in twaalf stuks voorkomend of uit twaalftallen bestaand
- talstelsel samengesteld uit de cijfers 0 t/m 9, A, B
- [2] twaalfdelig, duodecimaal
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord twaalftallig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.