rokzak
Uiterlijk
- rok·zak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rokzak | rokzakken |
verkleinwoord | rokzakje | rokzakjes |
de rokzak m
- zak in een vrouwen rok
- kleine linnen of katoenen zak
- Het woord 'rokzak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rokzak" herkend door:
54 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be