raakte aan
Uiterlijk
- Geluid: raakte aan (hulp, bestand)
- raak·te aan
vervoeging van |
---|
aanraken |
raakte aan
- enkelvoud verleden tijd van aanraken
- Ik raakte aan.
- Jij raakte aan.
- Hij, zij, het raakte aan.
- Ik raakte aan.
- Het woord raakte aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.